Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/13/124 BERAADSLAGING NR. 13/055 VAN 4 JUNI 2013 AANGAANDE DE MEDEDELING VAN GECODEERDE PERSOONSGEGEVENS AAN HET CENTRE METICES VAN DE ULB VOOR HET BESTUDEREN VAN DE INSCHAKELING VAN UITSTROMERS UIT BEROEPSOPLEIDINGEN GEORGANISEERD DOOR BRUXELLES-FORMATION Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op de artikelen 5 en 15; Gelet op de aanvraag van het Centre Metices van de ULB van 25 maart 2013; Gelet op het rapport van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid van 16 mei 2013; Gelet op het verslag van de heer Yves Roger. A. ONDERWERP 1. Het Centre METICES van de ULB onderzoekt de professionele inschakeling van uitstromers uit beroepsopleidingen georganiseerd door Bruxelles-Formation. In 2003 werd daartoe reeds de enquête Ulysses opgestart maar de onderzoekers willen de resultaten ervan verrijken met bepaalde (gecodeerde) persoonsgegevens uit de persoonsgegevensbanken van Bruxelles-Formation en Actiris en het datawarehouse arbeidsmarkt en sociale bescherming. 2. Het huidig onderzoek heeft betrekking op vier jaren: 2007, 2008, 2009 en 2010. Er wordt rekening gehouden met vier groepen van uitstromers uit beroepsopleidingen georganiseerd door Bruxelles-Formation (één groep van 6.500 personen per jaar) en vier controlegroepen van niet-werkende werkzoekenden die niet aan een beroepsopleiding hebben deelgenomen (één groep van 20.000 personen per jaar). Aldus kan een vergelijking doorheen de tijd worden gerealiseerd.
2 3. Persoonsgegevens afkomstig van Bruxelles-Formation en Actiris Persoonsgegevens met betrekking tot de deelnemers en de personen uit de controlegroep (voor de vier jaren): het gecodeerd identificatienummer, de cohorte (het jaar, de aanduiding dat de betrokkene tot de deelnemers dan wel tot de controlegroep behoort en de aanduiding dat de betrokkene deel uitmaakt van de populatie van de enquête Ulysses ), het referentiemoment (de gemiddelde maand waarin de vorming startte), de leeftijdsklasse bij het begin van de vorming (alleen voor de deelnemers), de leeftijdsklasse op het referentiemoment, de duur van de inacitiviteit bij het begin van de vorming (in klassen) (alleen voor de deelnemers), de duur van de inactiviteit op het referentiemoment (in klassen), het studieniveau op het referentiemoment en het beroep op het referentiemoment. Persoonsgegevens met betrekking tot de deelnemers (voor de periode van drie jaar vóór het referentiejaar tot drie jaar na het referentiejaar): de aanduiding dat het een contract betreft in het kader van een individuele beroepsopleiding in de onderneming, de aanduiding dat het contract een stagecontract is, de aanduiding dat de vorming gefinancierd is door het Europees Sociaal Fonds, de aard van de actie, het domein van de vorming, de aanduiding dat de vorming direct of indirect aansluit op een knelpuntberoep, de aanduiding dat het contract werd uitgedaan, de duur van de vorming (uitgedrukt als een periode), de duur van de vorming (uitgedrukt als een aantal uren), het begin van de vorming (jaar en trimester), het einde van de vorming (jaar en trimester), de referentieopleiding en de aanduiding dat de betrokkene deel uitmaakt van de populatie van de enquête Ulysses. Persoonsgegevens met betrekking tot de deelnemers die hebben deelgenomen aan de enquête Ulysses : het jaar van de enquête Ulysses, de beroepservaring vóór de aanvang van de opleiding volgens de aard van de tewerkstelling, de beroepservaring vóór de aanvang van de opleiding volgens de duur van de tewerkstelling (in klassen), de motivering om de vorming aan te vatten, de aanleiding voor het vinden van de eerste baan na de vorming, de activiteitssector van de eerste baan na de vorming, de functie bekleed tijdens de eerste baan na de vorming, de band tussen de eerste baan na de vorming en de gevolgde vorming, de provincie (met Brussel apart) van de vestigingsplaats van de werkgever van de eerste baan na de vorming, de aanduiding dat de betrokkene tewerkgesteld was in het jaar na de vorming, het aantal banen bekleed tijdens het jaar, de maand van het einde van de vorming, de socio-economische situatie per maand (voor een periode van twaalf maanden, voor de personen met een baan wordt informatie meegegeven over de aard van de tewerkstelling en de aanduiding voltijds of deeltijds). 4. Persoonsgegevens afkomstig uit het datawarehouse arbeidsmarkt en sociale bescherming Individuele persoonskenmerken (op 31 december van het referentiejaar en het jaar ervoor, tenzij anders vermeld): het gecodeerd identificatienummer, het jaar en trimester van overlijden, het geslacht, de nationaliteit (deels in klassen), de eerste nationaliteit (deels in klassen), de aanduiding dat de betrokkene in het armere deel van Brussel woont, de woonplaats (op arrondissementsniveau indien buiten Brussel, op gemeenteniveau indien binnen Brussel) (situatie op 31 december van het referentiejaar en het jaar ervoor en op 31 december 2010), de gezinspositie, het aantal werkenden in het huishouden, het aantal kinderen in het huishouden en de leeftijdsklasse van het jongste kind in het huishouden.
3 Inkomenspersoonsgegevens (per jaar, voor het referentiejaar, het jaar ervoor en het jaar erna): het globale inkomen per persoon (in klassen) en het globale inkomen per huishouden (in klassen). Socio-economische kenmerken (voor alle trimesters vanaf drie jaar vóór het referentiejaar tot en met 2011): de socio-economische positie, de reden van de vrijstelling van inschrijving als werkzoekende, de aanduiding of de persoon die steun krijgt van een openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn dit cumuleert met het statuut van werkende, werkloze, vrijgestelde werkloze, loopbaanonderbreking of tijdskrediet, brugpensioen of pensioen, de aanduiding dat de betrokkene tewerkgesteld is in het kader van artikel 60, 7, van de wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, de aanduiding dat de betrokkene recht op kinderbijslag geeft, de aanduiding dat de betrokkene als werkzoekende gekend is bij een regionale dienst voor arbeidsbemiddeling, de aanduiding dat de betrokkene een jongere in wachttijd is en de aanduiding dat de betrokkene een gesanctioneerde werkloze is. Persoonsgegevens met betrekking tot alle jobs op de laatste dag van het kwartaal (voor alle trimesters vanaf drie jaar vóór het referentiejaar tot en met 2011): het aantal jobs op de laatste dag van het kwartaal, het aantal jobs als loontrekkende op de laatste dag van het kwartaal en de aanduiding dat de betrokkene interimarbeid heeft verricht tijdens het trimester. Persoonsgegevens met betrekking tot alle jobs tijdens het kwartaal (voor alle trimesters vanaf drie jaar vóór het referentiejaar tot en met 2011): het gecodeerd identificatienummer van de werkgever, het voltijds equivalent en het aantal dagen gepresteerd in voltijdse en deeltijdse tewerkstelling (in klassen). Persoonsgegevens met betrekking tot de belangrijkste job op de laatste dag van het kwartaal (voor alle trimesters vanaf drie jaar vóór het referentiejaar tot en met 2011): het gecodeerd identificatienummer van de werkgever, de jobmobiliteit, de aanduiding dat de werkgever meerdere vestigingen heeft of niet, de activiteitssector van de werkgever van de belangrijkste job (NACE-code, drie cijfers), de activiteitssector van de lokale vestigingseenheid, (NACE-code, drie cijfers), de beroepscode van de activiteit als zelfstandige (drie cijfers), de aanduiding dat de werkgever tot de publieke of de private sector behoort, de grootte van de onderneming van de werkgever van de belangrijkste job (in klassen), de grootte van de lokale vestigingseenheid (in klassen), de provincie van de plaats van de hoofdvestiging van de werkgever, de provincie van de plaats van tewerkstelling, de aanduiding dat de betrokkene zijn job uitoefent in een bijzonder statuut, de werknemersklasse, de werknemerscategorie, het loon (in klassen), het gemiddeld dagloon (in klassen), het arbeidsregime, de aanduiding dat de betrokkene in het stelsel van inkomensgarantie-uitkering zit en het percentage deeltijdse arbeid (in klassen). 5. De Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid zou instaan voor het koppelen van de hogervermelde persoonsgegevens, voor het coderen van de identificatienummers en voor het overmaken van de aldus gekoppelde en gecodeerde persoonsgegevens aan het Centre METICES van de ULB.
4 6. Het Centre METICES van de ULB zou de ontvangen persoonsgegevens bijhouden tot 31 december 2014 en ze daarna vernietigen. B. BEHANDELING 7. Krachtens artikel 5, 1, van de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid verzamelt de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid persoonsgegevens bij de instellingen van sociale zekerheid, slaat ze op, voegt ze samen en deelt ze mee aan de personen die ze nodig hebben voor het verrichten van onderzoeken die nuttig zijn voor de kennis, de conceptie en het beheer van de sociale zekerheid. Het betreft voorts een mededeling van persoonsgegevens die ingevolge artikel 15, 1, van dezelfde wet van 15 januari 1990 een principiële machtiging van het sectoraal comité van de sociale zekerheid en van de gezondheid vereist. 8. De mededeling beoogt een gerechtvaardigd doeleinde, meer bepaald een onderzoek, door het Centre METICES van de ULB, van de professionele inschakeling van uitstromers uit beroepsopleidingen georganiseerd door Bruxelles-Formation. De persoonsgegevens zijn, uitgaande van dat doeleinde, relevant en niet overmatig. Ze kunnen slechts door middel van een betekenisloos volgnummer in verband worden gebracht met een geïdentificeerde of identificeerbare persoon. De eigenlijke persoonskenmerken worden beperkt en in klassen meegedeeld. 9. Overeenkomstig artikel 4, 1, van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens mogen persoonsgegevens niet verder worden verwerkt op een wijze die, rekening houdend met alle relevante factoren, met name met de redelijke verwachtingen van de betrokkene en met de toepasselijke regelgeving, onverenigbaar is met die doeleinden. Voor zover het gaat om een latere verwerking van persoonsgegevens waarvan het doeleinde niet op zich verenigbaar is met het oorspronkelijk doeleinde, is deze latere verwerking van persoonsgegevens verboden behalve indien wordt beantwoord aan de voorschriften van afdeling II van hoofdstuk II van het koninklijk besluit van 13 februari 2001 ter uitvoering van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens. 10. De onderzoekers kunnen het hogervermelde doeleinde niet verwezenlijken met anonieme gegevens vermits zij de situatie van individuele personen dienen te kunnen opvolgen. 11. Zij dienen er zich contractueel toe te verbinden alle mogelijke middelen te zullen inzetten om te vermijden dat de identiteit van de personen op wie de meegedeelde persoonsgegevens betrekking hebben, zou worden achterhaald. In elk geval is het hen, overeenkomstig artikel 6 van het koninklijk besluit van 13 februari 2001, verboden om handelingen te stellen die ertoe strekken de meegedeelde gecodeerde persoonsgegevens om te zetten in niet-gecodeerde persoonsgegevens. 12. De Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid mag de gecodeerde persoonsgegevens slechts meedelen nadat zij, overeenkomstig artikel 13 van het koninklijk besluit van 13 februari
5 2001, in het bezit werd gesteld van het door de Commissie voor de Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer uitgereikte ontvangstbewijs van de aangifte van de verwerking voor historische, statistische of wetenschappelijke doeleinden. 13. Overeenkomstig artikel 23 van het koninklijk besluit van 13 februari 2001 mogen de resultaten van de verwerking voor historische, statistische of wetenschappelijke doeleinden in beginsel niet worden bekendgemaakt in een vorm die de identificatie van de betrokken persoon mogelijk maakt. Onder voorbehoud van de vermelde uitzonderingen dienen de onderzoeksresultaten bijgevolg op een anonieme wijze te worden gepubliceerd. 14. De onderzoekers mogen de door de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid ter beschikking gestelde persoonsgegevens bijhouden zolang ze noodzakelijk zijn voor het verwezenlijken van het voormelde onderzoek en maximaal tot 31 december 2014. Na deze datum dienen zij de gecodeerde persoonsgegevens te vernietigen, behalve indien zij vooraf door het sectoraal comité van de sociale zekerheid en van de gezondheid gemachtigd worden om ze ook na deze datum verder bij te houden. 15. De onderzoekers dienen bij de verwerking van de persoonsgegevens rekening te houden met de hogervermelde wetten van 15 januari 1990 en 8 december 1992, hun uitvoeringsbesluiten en elke andere wettelijke of reglementaire bepaling tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer.
6 Om deze redenen, machtigt de afdeling sociale zekerheid van het sectoraal comité van de sociale zekerheid en van de gezondheid de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid om de hogervermelde gecodeerde persoonsgegevens mee te delen aan het Centre METICES van de ULB met het oog op het verrichten van een onderzoek over de professionele inschakeling van uitstromers uit beroepsopleidingen georganiseerd door Bruxelles-Formation. Yves ROGER Voorzitter De zetel van het Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid is gevestigd in de kantoren van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, op volgend adres: Willebroekkaai 38 1000 Brussel (tel. 32-2-741 83 11).