Licht op de Dispensaties

Vergelijkbare documenten
Licht op de Dispensaties

Bijbelstudie Door het geloof I

- 1 - Abraham: zijn roeping

In welk Bijbelverhaal lezen wij over de geboorte van Izak? Waar kunnen wij in de Bijbel vinden dat Sara onvruchtbaar was?

Bijbelrooster bij Hoor het Woord (groep 1 en 2)

Bijbelonderwijs voor de basisschool. Groep 5. Memootjes

Licht op de Dispensaties

Bijbel voor Kinderen presenteert JAKOB DE BEDRIEGER

Fundamentele Leerstellige Werkbladen

Gods verbond met Abraham

God, laat ons uw liefde zien en maak ons gelukkig.

DE ONTZETTENDE GEVOLGEN VAN DE ZONDE

Galaten 1. Begin van de brief


Licht op de Dispensaties

December-januari Weekthema: Op reis naar de eeuwigheid. Maandag 28 december. Gedane zaken nemen geen keer. Lezen: Hebreeën 9: 23-28

- 1 - Abraham: zijn roeping. 30 Sarai nu was onvruchtbaar; zij had geen kinderen.

GOD EERT JOZEF, DE SLAAF

Genade. en onvolmaakt geloof

2 Petrus 1. Begin van de brief

Bijbel voor Kinderen. presenteert JACOB DE BEDRIEGER

Schrijf op wat je gelooft dat God wil met jouw leven. vandaag deze week maand jaar. Wat wil jij met je leven doen?

dat hij geboren zou worden, was er al voor die tijd. Hebreeën 11 (deel 1) 2 Hierdoor immers hebben de ouden een goed getuigenis gekregen.

VAJERA (En Ik verscheen) Sjemot 6:2-9:35

Welke angst leefde bij de broers van Jozef na het overlijden van hun vader?

Rooster Godsdienstonderwijs groep 6/

Waar ging Mozes heen en wat was het verzoek?

Fundamentele Leerstellige Werkbladen

JESAJA ZIET IN DE TOEKOMST

Les 10 voor 2 september 2017

Een Persoonlijke Bijbelstudie

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

Bijbel voor Kinderen presenteert DE PRINS VAN DE RIVIER

GOD EERT JOZEF, DE SLAAF

DE ONTZETTENDE GEVOLGEN VAN DE ZONDE

3. Jezus is een Jood Romeinen 15:7-13, Mattheüs 5: De verwachting van de Messias in het Oude Testament...

Handelingen van de Apostelen

De boom van Isaï. Vragen. Lezen: Jesaja 11:1-10

DE PRINS VAN DE RIVIER

1 Korintiёrs 1:9. Marcus 10:45. Handelingen 4:12. Johannes 17:3. 1 Korintiёrs 3:16. Johannes 15:9,10. Psalm 32:8

dag 1 dag 2 dag 4 dag 3 thema thema symbool symbool persoon persoon lezen lezen dagtekst dagtekst thema thema symbool symbool persoon persoon lezen

een profeet! Waar in de Bijbel wordt Abraham genoemd als profeet?

Jezus, de Leidsman van ons geloof

Hoor het Woord Groep

Leidingdeel Jozua - Schets 7 Het afscheid Jozua 23 en 24

Bijbelrooster bij Hoor het Woord (groep 1 en 2)

Bijbelvertelrooster bij Hoor het Woord (groep 1/2)

Bijbelrooster bij Hoor het Woord (groep 1 en 2)

1 Tessalonicenzen 1. Begin van de brief

land, verlaat je familie, verlaat ook je naaste verwanten, en ga naar het land dat ik je zal wijzen.

BIJBELSTUDIES VOOR JONGE GELOVIGEN LES 3. Les 3 - Redding: Waarom is het voor ieder mens nodig om gered te worden?

De gelijkenis van de twee zonen. Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten

Leeftijd: 9-12, 13-16, 16+ Thema: bijbel, bijbelse personages, God, Kliederkerk Tijdsduur: 0-20 min.

GODS BELOFTE AAN ABRAHAM

Wat is zegen(en)? OT: barach heilzame kracht geven, het goede toezeggen vaak zichtbaar in voorspoed/gezondheid/vrede

Het verbond van God met Abram.

Het leven van Christus

Hoe praat je over het geloof?

GODS BELOFTE AAN ABRAHAM

JEREMIA, DE MAN VAN TRANEN

Ik werd verlost (Efeziërs 1:7; Kolossenzen 1:14)

Licht op de Dispensaties

Verbonden met Israël!? Verbonden met Israël!?

INHOUD - 1. Wat voor boek is de Bijbel? Hoe kun je de Bijbel lezen? Tips bij het gebruik van de Bijbel in Gewone Taal 17

Wees blijde in de hoop

GODS BELOFTE AAN ABRAHAM

Levensopdracht op doodsdagen

3 Ten aanzien van Zijn Zoon, Die wat het vlees betreft geboren is uit het geslacht van David. De boekenlegger in het Boek

Het heilsplan van God

LECH LECHA (ga voor uzelf) - Genesis 11:1-9

Hoor het Woord Groep

Kringstudie 3: Heersen als Koningen

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

Wat zag Mozes voor zijn ogen gebeuren? en hun dwangarbeid aanzag, en naar zijn broeders vertrok. Exodus 2:11, eerste deel

Hagar hoort er ook bij

16 Belijd elkaar de overtredingen en bid voor elkaar, opdat u gezond wordt. Een krachtig gebed van een rechtvaardige brengt veel tot stand.

De mens faalt (steeds weer)! Adam, Israël, Simson, Elia, David,

Hoor het Woord Groep Dit rooster is ook te vinden op

Filippenzen 3: 20 NBG 20 Want wij zijn burgers van een rijk in de hemelen, waaruit wij ook de Here Jezus Christus als verlosser verwachten, Efeziërs

Gods verbond met Israël

Hervormde Gemeente Ouderkerk aan den IJssel

De Twaalf Discipelen

De Dordtse Leerregels. Artikel 1 t/m 5

Rooster Godsdienstonderwijs groep 7/

Methode Godsdienst Apeldoorn

EEN TEMPELLEIDER KOMT OP BEZOEK BIJ JEZUS

Hoe reageerden de inwoners van Gibeon op de overwinning van Israël dankzij de Hulp van God?

Abraham en het verbond

Hervormde gemeente Brandwijk. Naam: Zondag 4 december 2011 Ds Blenk. Waar gaat de preek over? Zingen: Stil gebed. Votum en Groet. Zingen: Tien Geboden

Bijbel en psalmrooster groep 1 en 2 schooljaar 2015/2016

LES 9 DE BELOFTEWEG WIJKT AF DOOR EGYPTE. Genesis 37-50

Levend Water groep 7 2 Bijbelrooster

zal een groot licht zien.

1 L14206

Op welke wijze kreeg Mozes een les in geloof dat hij door God is aangewezen Gods volk te leiden?

Bijbel en psalmrooster groep 1 en 2 schooljaar 2017/2018

3 Aangaande zijn Zoon, gesproten uit het geslacht van David naar het vlees. De boekenlegger in het Boek

Het verhaal van onze kerststal

Waren we nog maar in Egypte... Numeri 11:4-10 (NBV) WAREN WE NOG MAAR IN EGYPTE... NUM. 11:4-10

Transcriptie:

Licht op de Dispensaties Hoofdstuk 6/13 - De dispensatie van Belofte Bron: http://www.middletownbiblechurch.org/. NL-vertaling: http://www.verhoevenmarc.be/dispensaties.htm. Alle Schriftaanhalingen komen uit de Statenvertaling (HSV) Vertaling door M.V. Update 10-12-2015 (versie zonder invulvragen) Van de roeping van Abraham tot het geven van de Wet Gods oordeel over Babel resulteerde in veel verschillende naties. We kunnen over deze verschillende naties lezen in Genesis hoofdstuk 10 (zie in het bijzonder de verzen 5, 20, 31-32). Jaren gingen voorbij, en toen deed God iets heel bijzonder. God koos één man uit die de vader zou worden van een erg bijzondere natie. Zijn naam was Abraham (Genesis 12:1-3; 17:5). Vanaf nu zou God op een bijzondere manier omgaan met... ÉÉN MAN Abraham ÉÉN FAMILIE Abrahams familie ÉÉN NATIE De natie die voortkwam uit Abraham (ISRAËL) Abrahams familieboom kan als volgt geschetst worden: Uit deze 12 mannen ontstond de natie Israël Zie uitgebreid schema: http://www.verhoevenmarc.be/pdf/stamboom-adam-12stammen.pdf 1. DE TOESTAND VAN DE MENS IN HET BEGIN We leren over de roep van Abraham in Genesis hoofdstuk 12. In Genesis 12:1 leren we dat God Abraham uit een bepaalde plaats riep om naar een nieuwe plaats (weg van huis, familie en vrienden) te gaan - naar het land dat Ik u wijzen zal. Dit was geen gemakkelijke opdracht. Stel dat u werd gevraagd uw huis, uw land, uw familieleden en vrienden te verlaten om naar een plaats te gaan een erg vreemd land waar u nog nooit bent geweest. Zou dat niet moeilijk zijn voor u? De Bijbel vertelt ons niet al te veel over Abrahams familie, maar in Jozua 24:2 leren we iets over Terah die Abrahams vader was (zie Genesis 11:27). We leren dat Terah andere goden diende (zie het laatste deel van Jozua 24:2). Abrahams familie diende niet de ware en levende God. Zij waren AFGODENDIENAARS. Abrahams familie was verwikkeld in valse religie en God riep Abraham hieruit. Ook vandaag brengt God nog mensen uit valse religie (zie 1 Thessalonicenzen 1:9). 1

In Genesis 12:2-3 gaf God Abraham enkele wonderlijke BELOFTEN. God had deze dingen nooit aan enig mens op aarde beloofd. Het waren bijzondere beloften aan Abraham en Abrahams kinderen. In Genesis 12:2-3 zegt God meermaals IK ZAL. Wanneer een persoon een BELOFTE doet dan geeft hij zijn woord dat hij iets al dan niet zal doen. In deze verzen geeft God Zijn Woord dat Hij bepaalde dingen zal doen voor Abraham. Laten we eens denken aan enkele van die beloften: GOD ZEI 1. IK ZAL u (Abraham) tot een groot volk maken (Genesis 12:2). Dit zou later DE NATIE IS- RAËL genoemd worden. 2. IK ZAL u zegenen (Genesis 12:2) en uw naam groot maken. Gods zegen zou rusten op Abraham en op zijn nakomelingen. 3. IK ZAL zegenen wie u zegenen, en vervloeken wie u vloekt (Genesis 12:3). Dit betekent dat God Israëls vrienden zou zegenen en Israëls vijanden zou vervloeken. 4. IN U (in Abraham) zullen alle geslachten van de aarde gezegend worden (Genesis 12:3). Uit Abraham zou op een dag de Verlosser voortkomen, Jezus Christus de Heer (zie Mattheüs 1:1 en vergelijk Galaten 3:16) en Hij zou de Redder zijn van niet enkel Israël, maar van de hele wereld (1 Johannes 4:14). In deze twee verzen van Genesis 12:2-3, heeft God in feite vier dingen aan Abraham beloofd: 1) EEN GROTE NATIE (vs. 2) 2) EEN GROTE ZEGEN (vs. 2) 3) EEN GROTE BESCHERMING (tegen vijanden; vs. 3) 4) EEN GROTE REDDER (vs. 3) Deed Abraham precies wat God hem zei te doen (Genesis 12:4 en zie Hebreeën 11:8)? Toen ging Abram op weg, zoals de HEERE tot hem gesproken had Een andere belofte die God aan Abraham gaf wordt gevonden in Genesis 13:14-17. Wat beloofde God Abraham te geven? Het Beloofde Land. In Genesis 15:18 vinden we dezelfde belofte herhaald. Volgens dit vers zou God Abraham het land geven van aan de rivier van Egypte (de NIJL) tot aan de EUFRAAT. Deze twee rivieren vind u op de kaart hierboven. God gaf aan Israël het LAND tussen deze twee rivieren! Gods beloften aan Abraham worden ook gevonden in Genesis hoofdstuk 17, verzen 5-6. Ook hier gebruikte God meermaals de uitdrukking: IK ZAL. God beloofde dat Hij een erg bijzondere relatie zou hebben met Abraham en Abrahams nageslacht: en Ik zal hun tot een God zijn (zie het laatste deel van Genesis 17:8). 2

God gaf deze zelfde beloften aan Abrahams zoon Izaäk (zie Genesis 26:1-5). En God gaf deze zelfde belofte ook aan Izaäks zoon Jakob (zie Genesis 28:10-15). Deze drie mannen (Abraham, Izaäk en Jakob) kregen bijzondere beloften. God heeft hen Zijn woord gegeven dat Hij bepaalde dingen zou doen. Mensen verbreken hun beloften maar God verbreekt nooit Zijn beloften. Er is een getrouwe God in de hemel. Zie de volgende verzen: 1. Titus 1:2. God houdt altijd Zijn beloften omdat Hij niet liegen kan. 2. Hebreeën 6:18. God houdt altijd Zijn beloften omdat Hij niet liegen kan. 3. Numeri 23:19. God houdt altijd Zijn beloften omdat Hij niet liegen kan. 4. Jozua 23:14. God houdt altijd Zijn beloften omdat al Zijn woorden vervuld worden. 5. Romeinen 4:21. God houdt altijd Zijn beloften omdat Hij machtig is te doen wat beloofd was. 6. Hebreeën 11:11. God houdt altijd Zijn beloften omdat Hij getrouw is. 2. DE VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE MENS God gaf grote beloften aan Abraham, Izaäk, Jakob en Jakobs kinderen. Wanneer God een belofte doet, dan is het de verantwoordelijkheid van de mens ze te GELOVEN! Als God een belofte geeft dan moeten we ze vastgrijpen en omarmen en vast geloven dat wat God heeft gezegd waar is (zie Hebreeën 11:13) GOD ZEI HET, IK GELOOF HET, EN DAT REGELT HET! Geloof is gewoon God op Zijn woord nemen. Geloof is simpel geloven dat God precies zal doen zoals Hij zei! Abrahams geloof wordt gezien in Genesis 15:5-6. Op een nacht met veel sterren vroeg God aan Abraham om de sterren te tellen, als hij dat kon (vers 5). Daar was Abraham niet toe in staat. Er zijn ontelbare aantallen sterren in het universum. Hoe meer u kijkt, hoe meer u er ziet. Er zijn zoveel sterren dat ze niet geteld kunnen worden! Daarna zei God tot Abraham: Zo talrijk zal uw nageslacht zijn! (eind van vers 5). In die tijd had Abraham zelfs niet één kind, maar God gaf hem de belofte dat hij talloze nakomelingen zou krijgen zoals er ontelbare aantallen sterren zijn! Geloofde Abraham Gods belofte? En hij geloofde in de HEERE, en Die rekende hem dat tot gerechtigheid (Genesis 15:6). God hield Zich op wonderlijke wijze aan Zijn belofte (zie ook de belofte in Genesis 22:17). Toen Abrahams kinderen naar Egypte trokken, was hun aantal slechts 70 (zie Exodus 1:5) ze konden gemakkelijk geteld worden. Maar God VERMENIGVULDIGDE deze natie zodat zij groot en talrijk werden. Lees hiertoe Exodus 1:7-12,20; 5:5 en vergelijk Handelingen 7:17. Vandaag zijn er miljoenen Joden (Abrahams kinderen) in de wereld! Abraham was Gods voorbeeld van wat een persoon hoort te doen. We moeten God geloven zoals Abraham dat deed. Alle mensen, Jood of Heiden, moeten God geloven zoals Abraham, die er ten volle van overtuigd [was] dat God ook machtig was te doen wat beloofd was (Romeinen 4:21). Het was ook nodig te blijven in de plaats van zegen. In Genesis 26:3 vertelde God Izaäk: Woon als vreemdeling in dit land. Ik zal dan met u zijn. Izaäk werd gezegd niet in het land van Egypte binnen te gaan (Genesis 26:2). Het beloofde land (het land Israël) was het land van ZEGEN. Wanneer de kinderen van Israël zich buiten het beloofde land begaven, kwamen zij gewoonlijk in de problemen, zoals toen zij slaven werden in Egypte of bannelingen in Babylon. God had hen een erg bijzonder LAND gegeven en zij moesten in dat land blijven en God GELOVEN en Hem dienen! 3. HET FALEN VAN DE MENS Abrahams falen Abraham was een man van geloof (Genesis 15:6), maar er waren tijden in zijn leven dat hij problemen had met te geloven in Gods belofte. Bijvoorbeeld, in Genesis hoofdstuk 16 geloofde Abraham niet dat God in staat was hem een kind te geven bij zijn (oude) vrouw Saraï. In plaats daarvan verwekte hij een kind bij Saraï s meid die Hagar heette. In plaats van te luisteren naar de raad van zijn vrouw (zie vers 2), had Abraham iets als volgt moeten zeggen: Saraï, God heeft ons een kind beloofd, en niettegenstaande we erg oud zijn en nog geen kinderen hebben, geloof ik dat God Zijn woord zal houden! Niets is te moeilijk voor Hem! 3

Later geloofde Abraham Gods belofte (zie Romeinen 4:20-21)! Izaäks falen Vóór Ezau en Jakob geboren werden beloofde God dat Jakob ( de jongere ) het kind zou zijn dat Gods zegen zou krijgen (Genesis 25:21-23). Maar Izaäk verkoos zijn andere zoon Ezau omdat hij graag wildbraad at (hij was een jager; Genesis 25:28). Toen besloot Izaäk Ezau te zegenen (Genesis 27:1-4). God had gezegd: IK ZAL JAKOB ZEGENEN! en Izaäk sprak Gods woord tegen en zei: IK ZAL EZAU ZEGENEN! In plaats van God op Zijn woord te nemen (GELOOF) sprak Izaäk Gods woord tegen (ONGELOOF). De dingen draaiden uit dat Izaäk werd bedrogen en in feite Jakob de zegen kreeg zonder dat Izaäk het besefte! Toen uiteindelijk Izaäk te weten kwam wat er was gebeurd, besloot hij niet langer Gods woord tegen te spreken en begon hij te zeggen: ik heb hem [Jakob] gezegend, en gezegend zal hij zijn (Genesis 27:33). God had gezegd IK ZAL JA- KOB ZEGENEN! en Izaäk was het er uiteindelijk mee eens en zei: JAKOB ZAL GEZEGEND ZIJN! De man van geloof is het eens met Gods Woord en spreekt Gods Woord niet tegen (zie Hebreeën 11:20). Jakobs falen Opnieuw en opnieuw heeft God beloofd Jakob te ZEGENEN (zie Genesis 28:13-15; 32:24-29; 35:9-12). Maar er waren tijden dat Jakob het moeilijk had te geloven dat Gods zegen werkelijk op hem rustte. Lees Genesis 42:36. Jakob was nu een oude man. Hij dacht dat zijn geliefde zoon dood was (vergelijk Genesis 37:31-35). Hij dacht dat hij ook zijn zoon Benjamin zou verliezen en hij dacht dat hij zijn zoon Simeon nooit meer zou zien. Jakob riep uit in vertwijfeling: AL DEZE DINGEN ZIJN TEGEN MIJ! (Genesis 42:36). In plaats van te geloven dat Gods zegen op hem rustte, handelde hij alsof er een VLOEK op hem lag! Spoedig zou Jakob ondervinden hoe verkeerd hij was. God werkte zijn wonderlijk plan uit en Jakob zou al zijn zonen LEVEND terugzien, Jozef inbegrepen! In plaats dat alle dingen tegen hem waren, werkten alle dingen in werkelijkheid samen voor zijn goed (vergelijk Romeinen 8:28). Te midden van zijn moeilijkheden had hij moeten zeggen: Ik begrijp niet waarom al deze dingen aan mij gebeuren, maar ik geloof dat God weet wat Hij doet en dat God mij doorheen dit alles zal zegenen! Het falen van de zonen van Jakob Jakob had 12 zonen (zie het schema aan het begin van dit hoofdstuk). In Genesis hoofdstuk 37 lezen we over iets verschrikkelijks dat 10 van deze zonen hun broer Jozef aandeden. Zij zochten hem te vermoorden (Genesis 37:20) maar het draaide zo uit dat zij hem aan Egypte verkochten als slaaf (Genesis 37:28) en daarna bedekten zij hun zonde door hun vader te bedriegen (Genesis 37:31-34). Al deze dingen gebeurden omdat deze zonen JALOERS waren op Jozef, omdat Jozef werd voorgetrokken en meer gezegend werd dan de anderen. Deze 10 zonen hadden zich Gods BELOFTE moeten herinneren! Gods BELOFTE VAN ZEGEN was voor alle zonen van Jakob, niet enkel voor Jozef. Als deze broers Gods belofte hadden geloofd, dan zou hun hele houding jegens Jozef anders geweest zijn. Zij konden het volgende gezegd hebben: Alhoewel Jozef een bijzondere behandeling krijgt (Genesis 37:3) moeten we ons herinneren dat Gods zegen gaat over al degenen die kinderen van Abraham, Izaäk en Jakob zijn. God zal ook ons zegenen maar we moeten geduldig zijn en wachten op God die precies zal doen wat Hij heeft gezegd. Het ongeloof van de kinderen van Israël Doorheen hun geschiedenis hebben de kinderen van Israël gefaald God op Zijn Woord te nemen, en gefaald Gods beloften te geloven. Lees de volgende passages en leg uit hoe de kinderen van Israël faalden God te GELOVEN: (1) Exodus 14:10-14 (2) Exodus 15:23-26 (3) Exodus 16:1-8 (4) Exodus 17:1-7 (in het bijzonder vers 7) 4

God had beloofd hen te zegenen en elke nood die ze hadden tegemoet te zullen komen, maar de kinderen van Israël zouden dit niet geloven. 4. GODS OORDEEL Toen de broers van Jozef hem aan Egypte verkochten als slaaf, realiseerden zij zich niet dat de dag zou komen dat al hun nakomelingen ook slaven in Egypte zouden worden. Lang voordat dit gebeurde sprak God Abraham over de Egyptische slavernij. We lezen daarover in Genesis 15:12-14. Op een nacht had Abraham een verschrikkelijke nachtmerrie (vers 12). God zei dan tot Abraham dat zijn zaad (nakomelingen) in een land zou zijn dat niet het hunne was (EGYP- TE) en dat zij dit volk zouden DIENEN en gekweld zouden worden, voor 400 jaar (Genesis 15:13). God zei ook dat Hij over de Egyptische natie zou RECHTSPREKEN en het mogelijk zou maken dat de kinderen van Israël uit dit land zouden wegtrekken (Genesis 15:14). In Genesis 46:3-4, 27 leren we over de tijd dat Jakob en zijn zonen naar Egypte gingen om daar te leven. Dit was in een tijd van ernstige hongersnood die zeven jaar duurde. Na deze hongerjaren bleven de zonen van Jakob in Egypte en keerden niet terug naar het beloofde land. In feite stierven Jakobs 12 zonen allemaal in Egypte. In Exodus hoofdstuk 1 leren we hoe de kinderen van Israël SLAVEN werden in dit land. Deze verschrikkelijke SLAVERNIJ kan gezien worden in volgende Schriftplaatsen (laat overeenkomen): De Egyptenaren maakten hun het leven bitter met harde, verplichte dienst. Exodus 1:14 Hen werd gezegd dezelfde hoeveelheid tichelstenen te maken met minder materiaal om mee te werken. Zij werden gedwongen de steden Pitom en Raämses te bouwen voor de Farao, de koning van Egypte. Exodus 5:6-19 Exodus 1:11 Raämses, Pitom en de route van de uittocht (rood) Na jaren van ontbering en lijden, zuchtten en schreeuwden de kinderen Israëls over de dienst; en hun hulpgeroep kwam op tot God (Exodus 2:23-25, Handelingen 7:34). God was de Enige die hen kon BEVRIJDEN van de slavernij. Zelfs te midden van deze SLAVERNIJ gaf God deze natie enkele wonderlijke beloften. Lees Exodus 6:6-8. Zie de IK ZAL s in deze verzen. God hield deze beloften. God bracht Zijn volk uit het land van de slavernij en bracht hen naar het land van BELOFTE! Het boek Exodus vertelt ons over de UITTOCHT uit Egypte en het boek Jozua vertelt ons over de INTOCHT in het beloofde land. We moeten eraan denken dat God Zijn woord nooit gebroken heeft aangaande de natie Israël en God is nooit teruggekomen op Zijn beloften. Er was ooit een man die werd ingehuurd om een VLOEK te werpen over de natie van Israël (zie Numeri 23:7-18). Zijn naam was Bileam. Deze man was niet in staat Israël te vervloeken (zie Numeri 23:8) en de reden wordt gevonden in Numeri 23:19! God heeft bepaalde dingen beloofd voor de natie Israël en God kan niet terugkomen op Zijn Woord! Gods beloften aan ons Wat doet u met de grote en wonderlijke beloften die God aan u heeft gegeven? Gods beloften doen ons geen goed tenzij we ze geloven. Beschouw Hebreeën 4:1-2. De kinderen van Israël kregen een 5

belofte maar zij geloofden de belofte niet. Gods Woord zal ons geen voordeel brengen tenzij het gepaard gaat met geloof (Hebreeën 4:2). Denk aan een zaadje. Dit zaadje, wanneer geplant in de grond, kan opgroeien tot een mooie plant die veel vruchten kan opleveren. Maar als dat zaadje op uw keukentafel blijft liggen, of op een ander hard oppervlak, zal het nooit iets goeds voortbrengen. Gods Woord is als dat zaadje. Gods beloften moeten geplant worden, diep in onze harten, en we moeten geloven wat God zegt. We moeten Gods beloften geloven, ze aangrijpen en ze gebruiken! Wat doet u met deze beloften? 1. De belofte van eeuwig leven (1 Johannes 2:25; Johannes 5:24). 2. De belofte van redding (Handelingen 16:30-31 en Romeinen 10:9,13). 3. De belofte van vergiffenis van zonden (Handelingen 10:43 en Handelingen 3:19) 4. De belofte van veilig en zeker te zijn in Christus voor altijd (Johannes 10:28-30; Romeinen 8:1, 38-39). 5. De belofte van Gods bekommernis (1 Petrus 5:7). 6. De belofte van Gods constante aanwezigheid (Hebreeën 13:5; Mattheüs 28:20). 7. De belofte dat God altijd tegemoet komt aan onze noden (Filippenzen 4:19; Psalm 23:1). 8. De belofte van kracht (Filippenzen 4:13; 2 Korinthiërs 12:9-10; Jesaja 41:10). 9. De belofte van Gods hulp (Hebreeën 13:6; Jesaja 41:10,13). 10. De belofte van vergiffenis en reiniging van zonden (1 Johannes 1:9). Hoe gebruikt u deze beloften in uw dagelijkse leven? Kan u denken aan andere beloften die God u heeft gegeven en waarvan Hij wil dat u ze gelooft? Hierna nog beloften die u kan vinden in Filippenzen hoofdstuk 4: o Wees in geen ding bezorgd, maar laat uw verlangens in alles, door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God; en de vrede van God, die alle begrip te boven gaat, zal uw harten en uw gedachten bewaken in Christus Jezus (verzen 6-7). o Wat u ook geleerd en ontvangen en gehoord en in mij gezien hebt, doe dat; en de God van de vrede zal met u zijn (vers 9). o Alle dingen zijn mij mogelijk door Christus, Die mij kracht geeft (vers 13). o God zal u, overeenkomstig Zijn rijkdom, voorzien van alles wat u nodig hebt (vers 19). Als u bovenstaande lijst met beloften overdenkt, welke beloften zou u dan kunnen gebruiken in de volgende situaties: 1. Wanneer ik bang ben voor wat anderen me kunnen aandoen? 2. Wanneer ik me zorgen maak over het verliezen van mijn redding? 3. Wanneer ik een moeilijke opdracht zie (iets dat voor mij te moeilijk en te hard lijkt)? 4. Wanneer ik me alleen voel? 5. Wanneer ik gezondigd heb en God ongehoorzaam ben geweest? Het veiligste en verstandigste wat een persoon kan doen is gewoon te GELOVEN wat God heeft BELOOFD en heeft gezegd! Zonder geloof is het echter onmogelijk God te behagen. Want wie tot God komt, moet geloven dat Hij is, en dat Hij beloont wie Hem zoeken (Hebreeën 11:6). Licht op de dispensaties: http://www.verhoevenmarc.be/dispensaties.htm verhoevenmarc@skynet.be - www.verhoevenmarc.be - Nieuwste Artikelen 6