Uitvoeringsovereenkomst tussen SCA Hygiene Products Nederland B.V. en de aangesloten ondernemingen en Stichting Pensioenfonds SCA

Vergelijkbare documenten
UITVOERINGSOVEREENKOMST MET REXEL NEDERLAND B.V.

Stichting Pensioenfonds Caribisch Nederland. Uitvoeringsreglement als bedoeld in artikel 11f van de Pensioenwet ambtenaren BES

Stichting Pensioenfonds van de Grolsche Bierbrouwerij, statutair gevestigd te Enschede, hierna te noemen: "het Fonds"

en Ardagh Metal Packaging Netherlands B.V.

UITVOERINGSOVEREENKOMST MET REXEL NEDERLAND B.V.

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Voor de Drankindustrie Uitvoeringsovereenkomst Aanvullende pensioenregeling

Addendum 2 bij het Pensioenreglement pensioenregeling A, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

Uitvoeringsovereenkomst. Wolters Kluwer Nederland B.V. en Stichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland

Addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

REGLEMENT STICHTING PENSIOENFONDS PON RING A

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Drankindustrie Uitvoeringsovereenkomst Aanvullende Middelloonregeling Module A

REGLEMENT WAO-HIATENPENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

Collectieve arbeidsovereenkomst inzake pensioenen NYSE Euronext

<WERKGEVER> Contractnr. <REG>/001

UITVOERINGSOVEREENKOMST. tussen Stichting IKEA Pensioenfonds en Inter IKEA Systems B.V. en Inter IKEA Services B.V.

Uitvoeringsovereenkomst

Uitvoeringsovereenkomst

PENSIOENREGLEMENT II STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE MEUBELINDUSTRIE EN MEUBILERINGSBEDRIJVEN. Juni 2015

Citibank Europe plc, Netherlands Branch hierna te noemen "de werkgever", te deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door A. Leenstra, anderzijds,

STICHTING BEDRIJFSPENSIOENFONDS VOOR DE AGRARISCHE EN VOEDSELVOORZIENINGSHANDEL. Postbus GC Rijswijk.

Reglement arbeidsongeschiktheidspensioen Stichting Voorzieningsfonds Getronics

UITVOERINGSOVEREENKOMST

UITVOERINGSOVEREENKOMST

Collectieve Arbeidsovereenkomst over pensioenen. Tronox Pigments (Holland) B.V. Rotterdam-Botlek

Artikel 1. Definities In deze overeenkomst gelden de begripsomschrijvingen van de statuten en het pensioenreglement van de stichting.

Stichting Pensioenfonds Lloyd s Register Nederland

- UITVOERINGSOVEREENKOMST

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

1. instelling : de Instelling Pensioenfonds van de Nederlandse Bisdommen;

STICHTING PENSIOENFONDS VAN DE METALEKTRO AANVULLEND REGLEMENT. Pensioenopbouw boven de Salarisgrens (hoog) voor het personeel van <naam onderneming>

Aanvullend pensioenreglement "Excedent middelloon "

STICHTING BEDRIJFSPENSIOENFONDS VOOR DE AGRARISCHE EN VOEDSELVOORZIENINGSHANDEL. Postbus GC Rijswijk.

VOORBEELD UITVOERINGSOVEREENKOMST. tussen het pensioenfonds en de werkgever. op basis van een uitkeringsovereenkomst zonder vaste werkgeverspremie

Uitvoeringsreglement Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Waterbouw

Werkgever: Metro, en de door de directie aangewezen verbonden. ondernemingen, waarmee de stichting, onder goedkeuring van de

Uitvoeringsovereenkomst. Wolters Kluwer Holding Nederland B.V. en Stichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland

VOORBEELD UITVOERINGSOVEREENKOMST. tussen het pensioenfonds en de werkgever. op basis van een uitkeringsovereenkomst met vaste werkgeverspremie

Artikel 1. Definities In deze overeenkomst gelden de begripsomschrijvingen van de statuten en het pensioenreglement van de stichting.

REGLEMENT AANVULLEND ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN VAN STICHTING PENSIOENFONDS IMTECH

UITVOERINGSOVEREENKOMST D.D. 12 DECEMBER 2014

UITVOERINGSOVEREENKOMST

Aanvullend reglement

Stichting Pensioenfonds HAL

AANVULLEND PENSIOENREGLEMENT EINDLOON

OVERGANGSREGELING STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS WATERBOUW

Uitvoeringsovereenkomst 2017 tussen Mafina B.V. en Stichting TOTAL Pensioenfonds Nederland

UITVOERINGSOVEREENKOMST

Uitvoeringsovereenkomst Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Kemira Rotterdam B.V.

Uitvoeringsovereenkomst Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Reglement. Excedent Arbeidsongeschiktheidspensioen. Stichting Metro Pensioenfonds

Uitvoeringsovereenkomst

Aanvullend reglement. Pensioenopbouw boven Salarisgrens (laag) Reglement Pensioenopbouw boven Salarisgrens (laag)

Stichting Pensioenfonds VNU, gevestigd te Diemen, hierna te noemen het fonds

Uitvoeringsovereenkomst. Wolters Kluwer Holding Nederland B.V. en Stichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland

UITVOERINGSOVEREENKOMST

UITVOERINGSOVEREENKOMST

Aanvullend reglement Pensioenopbouw boven salarisgrens (laag)

Aanvullend reglement Pensioenopbouw boven Salarisgrens (hoog)

REGLEMENT EXCEDENT ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

Aanvullend reglement Extra Pensioenopbouw Boven de Salarisgrens 2015

Augustus 2013 UITVOERINGSREGLEMENT STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE HANDEL IN BOUWMATERIALEN

PENSIOENREGLEMENT II

Uitvoeringsreglement Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Waterbouw

UITVOERINGSREGLEMENT SW EN WIW STICHTING PENSIOENFONDS VOOR WERK EN (RE)INTEGRATIE

Stichting Pensioenfonds HAL. Pensioenreglement WIA -Excedentpensioen

UITVOERINGSREGLEMENT STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VAN DE VOOR HET SCHILDERS-, AFWERKINGS- EN GLASZETBEDRIJF

Stichting Pensioenfonds Xerox

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds. voor de informatie-, communicatie- en kantoortechnologiebranche

UITVOERINGSREGLEMENT STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE MEUBELINDUSTRIE EN MEUBILERINGSBEDRIJVEN

Stichting Pensioenfonds Ford Nederland Pensioenreglement

Stichting Metro Pensioenfonds. ANW Hiaatreglement. 28 oktober 2008

R E G L E M E N T voor P R E - P E N S I O E N. van Stichting Sportfondsen Pensioenfonds te Amsterdam

Toeslagverlening. Versie

STICHTING PENSIOENFONDS VAN DE METALEKTRO AANVULLEND REGLEMENT. Pensioenopbouw boven de Salarisgrens (hoog) voor het personeel van <naam onderneming>

Aanvullend reglement

Unisys UITVOERINGSOVEREENKOMST

REGLEMENT VOOR HET WAO-HIAAT PENSIOEN Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino

Bijlagen. Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland. Versie 1 januari 2013 PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN

<WERKGEVER> Contractnr. <REG>/001

Stichting Pensioenfonds Atradius Nederland

REGLEMENT VOOR HET WAO-HIAAT PENSIOEN Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino

Collectieve Arbeidsovereenkomst inzake Pensioen

Financieel crisisplan. Voorwoord. Inleiding. 1. Beschrijving financiële crisissituatie

BESCHIKBARE PREMIE REGELING (DC-Pensioenfonds)

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds TrueBlue

REGLEMENT EXCEDENT ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

Uitvoeringsreglement. Stichting Pensioenfonds Medewerkers Apotheken

REGLEMENT WGA-HIAATREGELING

Procedure toetsing premie, bijlage 3 (ABTN) Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN PENSIOENREGLEMENT UNISYS COMBI PENSIOEN UNISYS PENSIOENREGLEMENT, 12E NOTA VAN WIJZIGING

Supplement bij uitvoeringsovereenkomst d.d. 31 december 2012 hoofdlijnenakkoord tussen IBM Nederland B.V. en Stichting Pensioenfonds IBM Nederland

Reglement Anw-hiaatpensioen

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

REGLEMENT voor Anw-hiatenpensioen. van. Stichting Pensioenfonds Haskoning. Nijmegen. Reglement ANW-hiatenpensioen, versie januari 2012

Reglement Anw-hiaatpensioen

In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van:

Brochure. Toeslagverlening

UITVOERINGSOVEREENKOMST BIJ AANVULLEND PENSIOENREGLEMENT MIDDELLOON-PLUS

Transcriptie:

Uitvoeringsovereenkomst tussen SCA Hygiene Products Nederland B.V. en de aangesloten ondernemingen en Stichting Pensioenfonds SCA Inhoud Inleidende Bepalingen... 3 Artikel 1 Definities... 3 Artikel 2 Wederzijdse verplichtingen... 3 Artikel 3 Informatieverstrekking... 3 Bepalingen bij Pensioenreglement tot Salarisgrens (100.000, -- per 1 januari 2015). 5 Artikel 4 Vaststelling kostendekkende premie en verschuldigde premie... 5 Artikel 5 Premiebetaling... 7 Artikel 6 Niet-nakoming van premiebetalingsverplichtingen van de Werkgever... 7 Artikel 7 Bijstortingsverplichting... 8 Artikel 8 Niet-nakoming van de bijstortingsverplichting van de Werkgever... 8 Artikel 9 Voorwaardelijke toeslagverlening... 9 Artikel 10 Overgangsregeling VPL... 10 Algemene Bepalingen... 12 Artikel 11 Opstellen en wijzigen van de pensioenreglementen... 12 Artikel 12 Wijziging van de uitvoeringsovereenkomst... 13 Artikel 13 Voorbehoud Werkgever... 13 Artikel 14 Onvoorziene omstandigheden... 14 Artikel 15 Duur overeenkomst en beëindiging overeenkomst... 14 Artikel 16 Uitvoeringsovereenkomst en geldende wet- en regelgeving... 15

De ondergetekenden: SCA Hygiene Products Nederland B.V., gevestigd te Zeist, en de aangesloten ondernemingen: SCA Hygiene Products Hoogezand B.V., gevestigd te Hoogezand; SCA Hygiene Products Gennep B.V., gevestigd te Gennep; SCA Hygiene Products Suameer B.V., gevestigd te Bergum; SCA Hygiene Products Zeist B.V., gevestigd te Zeist; SCA Hygiene Products Cuijk B.V., gevestigd te Cuijk. te dezer zake rechtsgeldig vertegenwoordigd door R. van Sintemaartensdijk en A. Voogsgeerd, hierna te noemen: de Werkgever, en Stichting Pensioenfonds SCA, gevestigd te Zeist, te dezer zake rechtsgeldig vertegenwoordigd door E. Ligthart en C.N.H. Quint, hierna te noemen: de Stichting, de Stichting en de Werkgever, hierna gezamenlijk aangeduid als partijen. In aanmerking nemende: Dat voor de werknemers van de Werkgever een pensioenregeling is getroffen, waarvan de uitvoering aan de Stichting is opgedragen; Dat voor alle werknemers die in dienst zijn bij de Werkgever, conform de van toepassing zijnde arbeidsvoorwaarden, deelname in de pensioenregeling van Stichting Pensioenfonds SCA verplicht wordt gesteld; Dat de Werkgever de uitvoering van deze pensioenovereenkomst aan de Stichting heeft opgedragen; Dat de Stichting de voorwaarden van deze pensioenovereenkomst heeft vastgelegd in pensioenreglementen; Dat partijen in deze uitvoeringsovereenkomst, in verband met een goede uitvoering van bedoelde regeling, hun wederzijdse rechten en verplichtingen hebben vastgelegd. Zijn overeengekomen als volgt:

Inleidende Bepalingen Artikel 1 Definities In deze overeenkomst gelden de begripsomschrijvingen van de statuten en de pensioenreglementen van de Stichting. Artikel 2 Wederzijdse verplichtingen 1. De Werkgever verplicht zich jegens de Stichting de werknemers die volgens de bepalingen van de pensioenreglementen aan de voorwaarden voor opname voldoen als deelnemer in de Stichting aan te melden. De Stichting verplicht zich jegens de Werkgever alle in dit artikel bedoelde werknemers, die volgens haar statuten en reglementen daarvoor in aanmerking komen, als deelnemer in de Stichting op te nemen. 2. De Stichting verbindt zich om zorg te dragen voor de uitvoering van de regelingen. De hieraan verbonden kosten maken deel uit van de in artikel 4 bepaalde bijdrage. Artikel 3 Informatieverstrekking 1. De Werkgever is verplicht de volgende voor de uitvoering benodigde gegevens over de deelnemers en mutaties in deze gegevens aan de Stichting te leveren: a. naam; b. adres; c. geboortedatum; d. geslacht; e. burgerservicenummer; f. personeelsnummer; g. partner- en kindgegevens; h. salarisgegevens en parttime percentages; i. ontslag dan wel (gedeeltelijke) pensionering; j. overlijden van de deelnemer; k. arbeidsongeschiktheid; l. en alle overige relevante gegevens om een pensioenaanspraak te kunnen vaststellen en registreren. 2. De Werkgever levert maandelijks de in het eerste lid genoemde gegevens en mutaties in bestandsvorm bij de Stichting aan. 3. De Werkgever verbindt zich aan de Stichting voor de uitvoering en toepassing van deze overeenkomst de gegevens als bedoeld in dit artikel zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen één maand te verstrekken.

4. De Stichting verplicht zich tegenover de Werkgever met inachtneming van de bepalingen in de statuten en de pensioenreglementen: a. overeenkomstig de statuten, de pensioenreglementen en deze overeenkomst aangemelde werknemers als deelnemer in te schrijven; b. overeenkomstig de bepalingen van de Pensioenreglementen pensioenaanspraken te verlenen en pensioenen uit te keren of te doen uitkeren aan de personen als bedoeld in de Statuten en de Pensioenreglementen; c. de Werkgever onverwijld te informeren over mogelijke materiële wijzigingen in de financiële situatie van het fonds voor zover deze ook consequenties voor de Werkgever kunnen hebben; d. de Werkgever te informeren over de mandaten van de vermogensbeheerder(s); e. de Werkgever tijdig te informeren over voorgenomen materiële wijzigingen in het beleggingsbeleid; f. de Werkgever tijdig te informeren over voorgenomen materiële wijzigingen in de ABTN en of andere actuariële grondslagen die consequenties hebben voor deze overeenkomst; g. de Werkgever vóór 1 juni van het jaar volgend op het boekjaar een conceptjaarrekening toe te zenden; h. de Werkgever te informeren zodra de definitieve jaarrekening is vastgesteld; i. de Werkgever de gegevens en inlichtingen betreffende de Stichting te verstrekken die de Werkgever nodig heeft in het kader van de financiering van de pensioenovereenkomst en eerdere pensioentoezeggingen van de Werkgever, tenzij de vertrouwelijkheid van gegevens met betrekking tot individuele verzekerden zich daartegen verzet. Partijen dienen in dat geval samen tot een oplossing te komen om de financiering van de pensioentoezegging door de Werkgever mogelijk te maken. 5. De Stichting draagt er zorg voor dat de werknemers na het sluiten van de pensioenovereenkomst in een zogenaamde startbrief schriftelijk worden geïnformeerd over de voor hen geldende pensioenreglement(en). De informatievoorziening betreft o.a. de volgende aspecten: de inhoud van de pensioenregeling; de toeslagverlening; omstandigheden die betrekking hebben op het functioneren van het pensioenfonds; het recht van de deelnemer om de statuten, het pensioenreglement, de uitvoeringsovereenkomst, de jaarrekening en het jaarverslag van het pensioenfonds op te vragen.

Bepalingen bij Pensioenreglement tot Salarisgrens (100.000, -- per 1 januari 2015) Artikel 4 Vaststelling kostendekkende premie en verschuldigde premie 1. Ten behoeve van de uitvoering van de pensioenregeling zoals beschreven in het Pensioenreglement 2015 is de Werkgever aan de Stichting een premie verschuldigd conform de bepalingen zoals vastgesteld in lid 2 tot en met 6 van dit artikel. De premie voor de Overgangsregeling-VPL (artikel 10) maakt geen onderdeel uit van de kostendekkende premie, maar wordt apart vastgesteld. Bovendien kan de Werkgever op grond van artikel 7 verplicht zijn tot een bijstorting. 2. De Stichting stelt een kostendekkende premie vast die bestaat uit: a. de premie die actuarieel benodigd is in verband met de aangroei van de pensioenverplichtingen; b. de opslag die nodig is voor het bij de aangroei van de pensioenverplichtingen behorende vereist eigen vermogen; c. de opslag die nodig is voor de uitvoeringskosten van de Stichting. 3. De kostendekkende premie wordt vastgesteld op basis van de geldende grondslagen van de Stichting. Bij het vaststellen van deze grondslagen houdt de Stichting onder andere rekening met de meest recente Prognosetafel gepubliceerd door het Koninklijk Actuarieel Genootschap, de fondsspecifieke leeftijdscorrecties, het vereist eigen vermogen en de opslag voor de uitvoeringskosten. Een nadere uitwerking van deze grondslagen is vastgelegd in de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota (ABTN) van de Stichting. Bij het vaststellen van de kostendekkende premie maakt de Stichting gebruik van de mogelijkheid om de premie te dempen door uit te gaan van de 10-jaarsgemiddelde rentestand. 4. De kostendekkende premie wordt jaarlijks, voorafgaand aan het nieuwe boekjaar, vastgesteld. Het bestuur van de Stichting zal sociale partners nadat hierover advies is gevraagd aan het verantwoordingsorgaan, informeren over de hoogte van de kostendekkende premie. 5. Indien er omstandigheden zijn die ten tijde van het vaststellen van de kostendekkende premie als bedoeld in lid 4, nog niet bekend waren er toe leiden dat de kostendekkende premie meer dan significant hoger is dan de eerder vastgestelde kostendekkende premie en het premiedepot nihil is, kan het bestuur van de Stichting de kostendekkende premie opnieuw vaststellen. Het bestuur van de Stichting zal sociale partners nadat hierover advies is gevraagd aan het verantwoordingsorgaan, informeren over de hoogte van de kostendekkende premie.

6. Door de sociale partners is een verschuldigde premie overeengekomen op basis van de volgende uitgangspunten: a. In het Principe akkoord pensioenregeling SCA Hygiene Products dat op 26 juni 2014 is bereikt, is ter financiering van de Pensioenregeling 2015 een vaste verschuldigde premie overeengekomen. Uit deze verschuldigde premie wordt de kostendekkende premie gefinancierd. b. Deze premie is vanaf 1 januari 2015 vastgesteld op 20,5% van de pensioengevende salarissom. Hiervan komt 1,5% van de pensioengevende salarissom voor rekening van de werknemers. Dit wordt verrekend als percentage van de pensioengrondslag. Voor 2015 is dat vastgesteld op 2% van de pensioengrondslag. c. Indien in enig jaar sprake is van een positief verschil tussen de verschuldigde premie en de benodigde kostendekkende premie, wordt dit positieve verschil door de Stichting gereserveerd in een zogenaamd premiedepot. Dit premiedepot is uitsluitend bedoeld als instrument voor de premie-egalisatie. De tegoeden in het premiedepot blijven buiten de dekkingsgraad van de Stichting en zijn niet beschikbaar voor herstel of toeslagen. De hoogte van het premiedepot bedraagt maximaal EUR 4 miljoen. Indien en voor zover dit maximum is bereikt, zal het positieve verschil zoals genoemd in sub c, worden toegevoegd aan de algemene middelen van de Stichting. d. De Stichting zal de gelden in het premiedepot beleggen conform de beleggingen voor risico van het pensioenfonds. Aan het premiedepot worden zowel de positieve als de negatieve netto-beleggingsrendementen over de gelden van het premiedepot toegevoegd. e. Indien en voor zover de voor een bepaald jaar door de Stichting vastgestelde kostendekkkende premie hoger is dan de in sub b genoemde vaste verschuldigde premie, is er sprake van een premietekort. De Stichting zal dan de gelden in het premiedepot aanwenden ter financiering van het premietekort. f. Indien en voor zover in een bepaald jaar het premiedepot niet toereikend is, om het premietekort te financieren, zal de Stichting dit deel van het premietekort in rekening brengen bij de Werkgever. De Stichting zal de Werkgever aangeven of deze verhoging alleen geldt voor het komend jaar, of dat de verwachting bestaat dat ook in de komende jaren de kostendekkende premie hoger zal zijn dan 20,5% van het pensioengevend salaris. g. Indien de Stichting op grond van sub f de Werkgever een extra premie in rekening brengt, dan zal de deelnemersbijdrage overeenkomstig worden verhoogd. Deze verhoging zal in een percentage van de pensioengrondslag worden vastgesteld en geldt voor één kalenderjaar. Indien er sprake is van een verhoging van de deelnemersbijdrage dan zal dit voor aanvang van het kalenderjaar schriftelijk aan de werknemers worden medegedeeld. Indien echter het bestuur van de Stichting schriftelijk aan de Werkgever heeft gemeld dat verwacht mag worden dat de deelnemersbijdrage structureel meer dan 1,5% van de pensioengevende salarissom gaat bedragen, zal deze structurele verhoging niet leiden tot een verhoging van de deelnemersbijdrage, tenzij hierover een nieuw rechtsgeldig Principe akkoord pensioenregeling SCA Hygiene Products wordt overeengekomen en dit schriftelijk is medegedeeld aan de deelnemers en de Stichting.

h. De Werkgever zal het verschil tussen kostendekkende premie en de verschuldigde premie plus de gelden uit het premiedepot terstond aan de Stichting betalen. Hierbij worden de bepalingen in artikel 5 in acht genomen. 7. De Werkgever is de in lid 6 bedoelde premie verschuldigd aan de Stichting. Artikel 5 Premiebetaling 1. De Werkgever zal uiterlijk binnen tien dagen na begin van ieder kalenderkwartaal bij vooruitbetaling een kwart van de geschatte verschuldigde jaarbijdrage, waaronder de bijdragen welke zij over dat kwartaal op het salaris van de deelnemers zal inhouden, voldoen aan de Stichting, met dien verstande dat de jaarbijdrage in haar geheel binnen één maand na afloop van het kalenderjaar moet zijn betaald. Bij betaling na de in dit lid genoemde termijnen dient de Werkgever een rentevergoeding te betalen over de periode tussen het aflopen van de betalingstermijn en de datum van betaling. 2. De rentevergoeding als bedoeld in lid 1 wordt vastgesteld op basis van de wettelijke rente voor handelstransacties (voortvloeiend uit de Europese richtlijn 2011/7/EU en art. 6:119a en 120 lid 2 BW). Deze rente wordt telkens voor een half jaar vastgesteld en bestaat uit de marginale toewijzigingsrente die de Europese Centrale Bank (ECB) heeft toegepast op de meest recente basisherfinancieringstransactie die heeft plaatsgevonden vóór 1 januari dan wel vóór 1 juli van elk jaar, vermeerderd met 8 procentpunten. De wettelijke rente voor handelstransacties bedroeg 8,15 % per 1 juli 2014. Artikel 6 Niet-nakoming van premiebetalingsverplichtingen van de Werkgever 1. De Stichting informeert elk kwartaal schriftelijk het verantwoordingsorgaan en de ondernemingsraad van de Werkgever wanneer er sprake is van een bijdrageachterstand ter grootte van 5% van de totale door de Stichting te ontvangen jaarbijdrage en tevens niet voldaan wordt aan de bij of krachtens wettelijke bepalingen geldende eisen met betrekking tot het minimaal vereist eigen vermogen van de Stichting. 2. De in een jaar opgebouwde pensioenaanspraken zullen nooit meer bedragen dan de aanspraken die uit de ontvangen premie plus de gelden uit het premiedepot gefinancierd kunnen worden. Wanneer deze middelen ontoereikend zijn kan de Stichting besluiten om de in dat jaar op te bouwen pensioenaanspraken te verlagen. 3. Indien de Werkgever aan haar verplichtingen tot betaling zoals omschreven in dit artikel niet tijdig voldoet, is de Werkgever gehouden over de periode waarin zij in gebreke is geweest, aan de Stichting een rentevergoeding gelijk de wettelijke rente zoals vastgelegd in artikel 5 lid 2 te verstrekken.

Artikel 7 Bijstortingsverplichting Indien de Stichting in een situatie komt te verkeren dat: a. De Stichting gezien de beleidsdekkingsgraad niet voldoet aan de bij of krachtens artikel 131 van de Pensioenwet gestelde eisen ten aanzien van het minimaal vereist eigen vermogen of de bij of krachtens artikel 132 van de Pensioenwet gestelde eisen ten aanzien van het vereist eigen vermogen; b. de Stichting niet in staat is binnen een redelijke termijn te voldoen aan artikel 131 van de Pensioenwet of artikel 132 van de Pensioenwet zonder dat de belangen van deelnemers, gewezen deelnemers, pensioengerechtigden, andere aanspraakgerechtigden of de werkgever onevenredig worden geschaad; zal de Werkgever op het eerste verzoek van de Stichting overgaan tot een aanvullende storting zodanig dat de Stichting wel binnen een redelijke termijn in staat is te voldoen aan voldoen aan artikel 131 van de Pensioenwet of artikel 132 van de Pensioenwet. Deze redelijke termijn wordt bepaald in de lagere wet- en regelgeving rond het Financieel Toetsingskader geldig vanaf 1 januari 2015. De Werkgever zal binnen zes maand na het eerste verzoek van de Stichting de aanvullende storting voldoen aan de Stichting. Artikel 8 Niet-nakoming van de bijstortingsverplichting van de Werkgever 1. De Stichting informeert schriftelijk het verantwoordingsorgaan en de ondernemingsraad van de Werkgever wanneer de Werkgever niet binnen de gestelde termijn in artikel 7 voldoet aan de bijstortingsverplichting zoals omschreven in artikel 7. 2. Als gevolg van het niet-nakomen van de bijstortingsverplichting door de Werkgever kan de Stichting de verworven pensioenaanspraken en pensioenrechten uitsluitend verminderen indien: a. de Stichting gezien de beleidsdekkingsgraad niet voldoet aan de bij of krachtens artikel 131 van de Pensioenwet gestelde eisen ten aanzien van het minimaal vereist eigen vermogen of de bij of krachtens artikel 132 van de Pensioenwet gestelde eisen ten aanzien van het vereist eigen vermogen; b. de Stichting niet in staat is binnen een redelijke termijn te voldoen aan artikel 131 van de Pensioenwet of artikel 132 van de Pensioenwet zonder dat de belangen van deelnemers, gewezen deelnemers, pensioengerechtigden, andere aanspraakgerechtigden of de Werkgever onevenredig worden geschaad; en c. alle overige beschikbare sturingsmiddelen, met uitzondering van het beleggingsbeleid, zijn ingezet zoals uitgewerkt in het herstelplan, bedoeld in artikel 138 en artikel 139 van de Pensioenwet. 3. De Stichting draagt er zorg voor dat de deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden ten minste drie maanden voor het tijdstip, waarop de in de leden 1 en 2 van dit artikel bedoelde vermindering gerealiseerd wordt, een opgave ontvangen van hun verminderde aanspraken. Tevens wordt de Werkgever hierover geïnformeerd. 4. Indien de Werkgever aan haar verplichtingen tot betaling zoals omschreven in dit artikel niet tijdig voldoet, is de Werkgever gehouden over de periode waarin zij in gebreke is geweest, aan de Stichting een rentevergoeding gelijk de wettelijke, rente zoals vastgelegd in artikel 5 lid 2 te verstrekken

Artikel 9 Voorwaardelijke toeslagverlening 1. De toeslagverlening op pensioenrechten en pensioenaanspraken van de actieve deelnemers, gewezen deelnemers, gewezen partners en pensioengerechtigden is voorwaardelijk. 2. Op de opgebouwde pensioenaanspraken van de deelnemers wordt jaarlijks op de eerste januari een toeslag verleend van maximaal de CAO-loonontwikkeling. Het bestuur beslist evenwel jaarlijks in hoeverre de pensioenaanspraken worden aangepast. Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen bestemmingsreserve gevormd en wordt geen premie betaald. De toeslagverlening wordt uit het beleggingsrendement gefinancierd. (indexatiecategorie D1) 3. Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken van de gewezen deelnemers, gewezen partners en pensioengerechtigden wordt jaarlijks op de eerste januari een toeslag verleend van maximaal de ontwikkeling van het prijsindexcijfer, met dien verstande dat een negatieve stijging van het prijsindexcijfer op nul wordt gesteld, waarbij de negatieve stijging(en) wordt (worden) verrekend met latere positieve stijgingen totdat het saldo weer positief is. De Stichting beslist evenwel jaarlijks in hoeverre de pensioenaanspraken worden aangepast. Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen bestemmingsreserve gevormd en wordt geen premie betaald. De toeslagverlening wordt uit het beleggingsrendement gefinancierd. (indexatiecategorie D1) 4. Bij de jaarlijkse vaststelling van de hoogte van de toeslagverlening worden de volgende uitgangspunten in acht genomen: a. De hoogte van de toeslagverlening per 1 januari van enig jaar is afhankelijk van de beleidsdekkingsgraad per 31 december van het voorgaande jaar; b. Indien de beleidsdekkingsgraad beneden 110% ligt, wordt geen toeslag verleend; c. De toeslag zal niet meer bedragen dan toeslag die in de toekomst gerealiseerd kan worden uit het eigen vermogen van de Stichting boven de beleidsdekkingsgraad van 110%; d. Voor niet verleende toeslagen bestaat de mogelijkheid dit in de volgende vijf jaar met terugwerkende kracht te compenseren, met inachtneming van de bepalingen in artikel 137 van de Pensioenwet en artikel 24 lid 4 van het Pensioenreglement 2015. De Stichting heeft de vrijheid hiervan af te wijken indien de (financiële) situatie van de Stichting naar haar oordeel hiertoe aanleiding geeft.

Bepalingen Overgangsregeling VPL Artikel 10 Overgangsregeling VPL 1. De Overgangsregeling VPL is vastgelegd in artikel 49 van het Pensioenreglement 2015. 2. Het beheer en administratie van de VPL-gelden door de Stichting vindt separaat van de overige pensioenen plaats. 3. Financiering van de VPL-regeling geschiedt vanaf 1 januari 2006 tot 31 december 2020. De Stichting brengt de omvang van de beheerde VPL-gelden op de balans tot uitdrukking in een bestemmingsreserve VPL. De bestemmingsreserve VPL en de financiële middelen die hiertegenover staan, tellen niet mee bij de bepaling van de financiële positie van het pensioenfonds. 4. De Stichting kan de bestemmingsreserve VPL, zolang de Overgangsregeling VPL bestaat, uitsluitend gebruiken voor inkoop van aanspraken uit hoofde van de Overgangsregeling VPL. Indien na inkoop van alle aanspraken uit hoofde van de Overgangsregeling VPL nog VPL-gelden resteren, wordt in overleg met Werkgever besloten hoe deze gelden worden aangewend. 5. De besluiten over toekenning van aanspraken uit hoofde van de Overgangsregeling VPL aan deelnemers heeft de Werkgever gemandateerd aan het pensioenfonds. De wijze waarop dit dient plaats te vinden, is opgenomen in Pensioenreglement 2015. 6. Op de datum van toekenning van de voorwaardelijke aanspraken uit hoofde van de Overgangsregeling VPL worden de voorwaardelijk aanvullende pensioenaanspraken omgezet in kapitaal. Dit kapitaal wordt gestort op de bij de Stichting op naam van de deelnemer geadministreerde pensioenkapitaalrekening. Op pensioendatum kan de deelnemer dit kapitaal aanwenden voor inkoop van pensioenaanspraken. 7. De Werkgever is vanaf 1 januari 2006 jaarlijks een separate premie verschuldigd voor de Overgangsregeling VPL. De premie is vanaf 1 januari 2013 vastgesteld op 1,6% van de salarissom. De premie wordt toegevoegd aan de bestemmingsreserve VPL. De Stichting houdt de premie voor de Overgangsregeling VPL in de boekhouding en in de jaarrekening strikt gescheiden van de premie voor de pensioenregelingen.

8. De Stichting beziet aan het eind van ieder boekjaar of de toevoegingen (premie en verwachte rendementen) voldoende zijn voor de (toekomstige) financiering van de Overgangsregeling VPL. Als blijkt dat de toevoegingen onvoldoende zijn en de Overgangsregeling VPL niet volledig kan worden nagekomen, wordt de Werkgever hier direct over geïnformeerd. Indien de Werkgever hierop de premie niet verhoogd en naar verwachting de Overgangsregeling VPL niet volledig kan worden nagekomen, zal de Stichting de toekomstige toekenningen voorzover nodig verlagen. De financiering van de aanspraken uit hoofde van de Overgangsregeling VPL vindt uitsluitend plaats vanuit de bestemmingsreserve VPL en uit een eventueel aanvullende premie van de Werkgever. Financiering zal nimmer plaatsvinden uit het pensioenvermogen van de Stichting. 9. De omzetting van de voorwaardelijke aanspraken uit hoofde van de Overgangsregeling VPL naar kapitaal in enig jaar vindt plaats op basis van de voor dat jaar geldende en door de Stichting vastgestelde inkooptarieven. De inkoop komt ten laste van de bestemmingsreserve VPL en wordt geboekt per de datum van inkoop. 10. De VPL-gelden worden belegd volgens het beleggingsbeleid van de Stichting zoals dat in enig jaar ook toegepast wordt het pensioenvermogen. Op de VPLgelden is derhalve geen afzonderlijk beleggingsbeleid van toepassing. 11. De Stichting vergoedt jaarlijks achteraf over de VPL-gelden het netto-rendement van de Stichting over het betreffende kalenderjaar. Dit netto-rendement kan zowel positief als negatief zijn. Het rendement wordt op 31 december van het betreffende kalenderjaar toegevoegd of onttrokken aan de bestemmingsreserve VPL.

Algemene Bepalingen Artikel 11 Opstellen en wijzigen van de pensioenreglementen 1. De Stichting draagt er zorg voor dat de pensioenreglementen in overeenstemming zijn met het bepaalde in de pensioenovereenkomst en uitvoeringsovereenkomst, mits deze in overeenstemming zijn met de toepasselijke wet- en regelgeving. 2. Het bepaalde in lid 1 is van toepassing voor zover: a) de financiële toestand van de Stichting dit toelaat; b) de gewijzigde bepalingen in de pensioenovereenkomst naar het oordeel van het bestuur van de Stichting in redelijkheid uitvoerbaar zijn. 3. Bij een wijziging van de pensioenregeling blijven de tot op het moment van wijziging opgebouwde pensioenaanspraken gehandhaafd, tenzij wijziging van de aanspraken op grond van de Pensioenwet is toegestaan. 4. Tenzij expliciet anders bepaald geldt een wijziging van het pensioenreglement vanaf de datum van inwerkingtreding voor zowel de deelnemers (inclusief de arbeidsongeschikte deelnemers), gewezen deelnemers, gewezen partners en pensioengerechtigden. 5. Als wijzigingen in de sociale, fiscale of pensioen wet- en regelgeving of aanwijzingen van de belastingdienst of toezichthouder, aanpassing van de pensioenregeling naar het redelijk oordeel van de Stichting noodzakelijk maakt, kunnen de pensioenreglementen zonder instemming van de deelnemer en indien van toepassing de gewezen deelnemer of de pensioengerechtigde aan de dan geldende omstandigheden worden aangepast. De betrokkenen zullen in een dergelijke situatie hierover geïnformeerd worden. 6. Indien door wijziging van het pensioenreglement voorzieningen vrijvallen blijven deze voorzieningen eigendom van het pensioenfonds. Een uitzondering geldt slechts voor de Bestemmingsreserve VPL. 7. De Werkgever informeert de Stichting schriftelijk over iedere wijziging in de pensioenovereenkomst zo spoedig mogelijk na het tot stand komen van de gewijzigde pensioenovereenkomst. De Stichting stelt vervolgens uiterlijk binnen drie maanden na het van kracht worden van de (gewijzigde) pensioenovereenkomst een (gewijzigd) pensioenreglement op, tenzij er voor de Stichting zwaarwegende redenen zijn om deze (gewijzigde) pensioenovereenkomst niet uit te voeren. Dit geschiedt op basis van een besluit van het bestuur van de Stichting en wordt onverwijld meegedeeld aan de Werkgever. Indien de Stichting zwaarwegende redenen heeft om de gewijzigde pensioenovereenkomst niet uit te voeren, zal zij hierover in overleg treden met de Werkgever.

8. Een wijziging van het pensioenreglement treedt in werking per het moment waarop de wijziging van de pensioenovereenkomst van kracht is geworden. Het door de Stichting vast te stellen pensioenreglement dient in overeenstemming te zijn met de (wijziging van de) pensioenovereenkomst van de Werkgever en deze uitvoeringsovereenkomst. Artikel 12 Wijziging van de uitvoeringsovereenkomst Deze uitvoeringsovereenkomst kan in onderling overleg worden gewijzigd op voorwaarde dat daartoe geen belemmering in Statuten en/of pensioenreglementen bestaat. Wijzigingen van deze overeenkomst zullen in een addendum tussen partijen schriftelijk worden vastgelegd. Artikel 13 Voorbehoud Werkgever 1. De Werkgever kan zich bij het sluiten of wijzigen van de pensioenovereenkomst het recht voorbehouden de premiebetaling als bedoeld in artikel 5, voorzover deze betrekking heeft op de bijdrage van de Werkgever, te verminderen of beëindigen indien er sprake is van een ingrijpende wijziging van omstandigheden. Hieronder wordt onder meer verstaan: a. indien van overheidswege nieuwe verplichte voorzieningen met betrekking tot de regeling worden ingevoerd dan wel bestaande zodanig ingrijpend worden gewijzigd, dat een herziening of beëindiging van de in de reglementen vervatte pensioenregeling gezien de opzet daarvan naar het oordeel van de Werkgever noodzakelijk is; b. indien de Werkgever, na een afwijzende beschikking op een desbetreffend dispensatieverzoek, verplicht wordt zich voor het gehele onder de bepalingen van het reglement van het vallende personeel of een gedeelte daarvan aan te sluiten bij een bedrijfstakpensioenfonds. c. indien de financiële positie van de Werkgever ter beoordeling van de directie van de Werkgever en onder overlegging van een accountantsverklaring de bijdragen aan de Stichting niet meer toelaat. 2. Wordt van dit recht gebruik gemaakt, dan zal de Werkgever de pensioenregeling aanpassen en zullen de nog op de bouwen pensioenaanspraken aan de gewijzigde omstandigheden worden aangepast. 3. Indien de Werkgever tot het in lid 1 vermelde wenst over te gaan, stelt hij de (gewezen) deelnemers, gepensioneerden en de Stichting hiervan onmiddellijk schriftelijk in kennis. Naar gelang van de omstandigheden die het geval zijn van een besluit van de Werkgever tot vermindering van de premiebetaling, zal de Stichting het pensioenreglement aan de gewijzigde omstandigheden aanpassen.

Artikel 14 Onvoorziene omstandigheden Indien zich omstandigheden voordoen die ten tijde van het afsluiten van de uitvoeringsovereenkomst niet zijn voorzien en nakoming van de uitvoeringsovereenkomst substantieel beïnvloeden, zullen partijen in gezamenlijk overleg en naar redelijkheid en billijkheid een oplossing proberen te vinden, die recht doet aan de belangen van beide partijen in het kader van deze uitvoeringsovereenkomst. Artikel 15 Duur overeenkomst en beëindiging overeenkomst 1. De uitvoeringsovereenkomst van 1 januari 2009 wordt integraal vervangen door deze uitvoeringsovereenkomst met ingang van 1 januari 2015. De voorgaande uitvoeringsovereenkomst en/of eventuele aanvullingen op deze uitvoeringsovereenkomst komen hierdoor per 1 januari 2015 te vervallen. Tot en met 31 december 2014 zullen de Stichting en de Werkgever alle verplichtingen uit tot 1 januari 2015 geldende uitvoeringsovereenkomst moeten voldoen. Deze uitvoeringsovereenkomst geldt voor onbepaalde tijd. 2. Deze uitvoeringsovereenkomst kan door elk van de partijen per aangetekende brief worden opgezegd. Opzeggen is slechts mogelijk per 31 december van het jaar, met inachtneming van een opzegtermijn van minimaal twaalf maanden en onverminderd verplichtingen ontstaan voor de datum van beëindiging van de uitvoeringsovereenkomst. 3. Indien er op het moment van beëindiging van deze uitvoeringsovereenkomst door de Werkgever sprake is van een beleidsdekkingsgraad die lager is dan 110% is de Werkgever verplicht om een aanvullende bijdrage te storten, zodanig dat na deze aanvullende storting de beleidsdekkingsgraad gelijk is aan 110%. De Werkgever zal deze aanvullende storting uiterlijk binnen één maand na de beëindigingsdatum voldoen aan de Stichting. 4. Na beëindiging van de uitvoeringsovereenkomst vervalt het premiedepot aan de algemene middelen van de Stichting. 5. Bij beëindiging van de uitvoeringsovereenkomst wordt de bestemmingsreserve VPL uitgekeerd aan de Werkgever. Na beëindiging van de uitvoeringsovereenkomst kent de Stichting geen aanspraken uit hoofde van de Overgangsregeling VPL meer toe. 6. Indien de Werkgever de overeenkomst met de Stichting opzegt zal de Werkgever de benodigde uitvoeringskosten voor de komende 5 jaren voldoen. De benodigde uitvoeringskosten per jaar komen overeen met de gerealiseerde uitvoeringskosten in het jaar voorafgaand aan de beëindiging van de uitvoeringsovereenkomst. Deze uitvoeringskosten worden uiterlijk op de beëindigingsdatum van de uitvoeringsovereenkomst door de Werkgever voldaan aan de Stichting. Deze storting wordt niet meegenomen in het eigenvermogen bij de bepaling van de beleidsdekkingsgraad op beëindigingsdatum zoals beschreven in lid 3.

7. Indien de Werkgever de overeenkomst opzegt met de Stichting zal de Werkgever zorgdragen voor afdoende affinanciering voor de voortzetting van premievrijstelling van arbeidsongeschikte deelnemers, dit betreft zowel het uitlooprisico als het inlooprisico. Artikel 16 Uitvoeringsovereenkomst en geldende wet- en regelgeving Deze uitvoeringsovereenkomst is vastgesteld op basis van de wet- en regelgeving geldend op 1 december 2014. In geval van wijzigingen in de wet- en regelgeving na deze datum die de uitvoeringsovereenkomst beïnvloeden zal deze uitvoeringsovereenkomst aangepast worden. Aldus in tweevoud getekend te Zeist op SCA Hygiene Products Nederland B.V. en de aangesloten ondernemingen Namens deze: R. van Sintemaartensdijk A. Voogsgeerd Stichting Pensioenfonds SCA Namens deze: E. Ligthart C.N.H. Quint