Verkennend en waarderend booronderzoek in het alluvium van de Schelde

Vergelijkbare documenten
26 Liège N O T A E PRAEHISTORICAE

Voorlopige resultaten van noodopgravingen in het afgedekte dekzandlandschap van Verrebroek - Aven Ackers (Mesolithicum, Neolithicum)

Prospectie- en evaluatieonderzoek in het kader van het Sigmaplan, deel 4 (Oost-Vlaanderen, B)

ARCHEOLOGIENOTA. MOERBEKE-WAAS FAZANTENLAAN (prov. OOST-VLAANDEREN) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

Prospectief Notae Praehistoricae booronderzoek in : de Kalkense Meersen (prov. Oost-Vlaanderen, België)

Archeo-rapport 63 Bijkomend megabooronderzoek te Tessenderlo-Schoonhees

Waarderend Archeologisch Onderzoek te Oudenburg, kantine voetbalplein (Bekestraat)

Nieuw onderzoek op het sitecomplex langs de Molse Nete te Lommel

ARCHEOLOGIENOTA. ROESELARE HONZEBROEKSTRAAT (prov. WEST-VLAANDEREN) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN VOOR UITGESTELD VOOR- ONDERZOEK MET INGREEP IN DE BODEM

Prospectie- en evaluatieonderzoek in het kader van het Sigmaplan, deel 3

Schoten Afkoppeling RWA Bloemendaal-DWA Jozef Jennesstraat (23.126) Programma van Maatregelen. Amsterdam 2017 VUhbs archeologie

Archeologienota: Het archeologisch bureauonderzoek aan de Hermansstraat te Werchter Annelies De Raymaeker

4 Archeologisch onderzoek

ARCHEOLOGIENOTA. KORTRIJK DRIE HOFSTEDEN (prov. WEST-VLAANDEREN) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

Programma van maatregelen: Aalter Sint-Jozefstraat

CAI. Prospectie en waardering van alluviale gebieden langs de Boven-Schelde. CAI-project

Dennenstraat te Eksel (gem. Hechtel-Eksel) Programma van Maatregelen

Archeo-rapport 45 Het archeologisch vooronderzoek aan de Heibloemstraat te Meerhout

2 Archeologisch vooronderzoek Sint-Denijs-Westrem - Flanders Expo Zone 3

26 Liège N O T A E PRAEHISTORICAE

Op de rand van het prehistorisch landschap? Een vermoedelijk finaal-paleolithische context in Sijsele, Damme (West-Vlaanderen, B)

Archeologienota Roeselare Klaproosstraat

Boomvallen met debitagemateriaal en enkele secundaire vondsten te Opwijk - Millenniumstraat (Vlaams-Brabant)

PLAN VAN AANPAK Waarderend booronderzoek

Archeologische opvolging van de aanleg van een natuureducatieve tuin in Oudenaarde, Ename

RAPPORTEN VAN ERFPUNT CEL ONDERZOEK 28

Kamerstraat te Hechtel (gem. Hechtel- Eksel) Programma van Maatregelen

Ranst Vaartstraat, Pomuni Trade (gemeente Ranst)

Programma van maatregelen: Sint-Kwintens-Lennik (Lennik) Veldstraat

Archeo-rapport 4 Archeologisch vooronderzoek aan de Oude Tramweg te Munsterbilzen

Aldi-Kattestraat te Sint-Truiden (gem. Sint-Truiden) Programma van Maatregelen

Adviesdocument 768. Oranjerie landgoed Mattemburgh, gemeente Woensdrecht. Project: Projectcode: HOOM2. Opdrachtgever: Brabants Landschap

Archeologienota:! de! bouw! van! een! stal! te! Groesaard! in! Poederlee!(gemeente!Lille)!! !!!!!!!!!!!!!!!!!!!

Archeologisch onderzoek te Macharen Kerkstraat

Gageldijk. GAG: Archeologische begeleiding rond de aanleg van een fietsviaduct aan de Gageldijk, gemeente Utrecht. Basisrapportage Archeologie 109

Transect-rapport 608. N348 Raalte-Ommen, Fase 1 en 2. Gemeente Raalte/Ommen (Ov.) Archeologisch Inventariserend Veldonderzoek (IVO; karterende fase)

Landschappelijk, verkennend en waarderend archeologisch booronderzoek ter hoogte van de mesolithische vindplaats

Bureau voor Archeologie. Plan van Aanpak booronderzoek Achterdijk 2-1, Arkel, gemeente Giessenlanden

Gerrit Rietveld College

EREMBODEGEM SLOPINGSWERKEN HOPPERANK

Steentjes onder de stad: een kleine concentratie lithische artefacten te Mechelen Stompaertshoek (Prov. Antwerpen, B)

Vervolgonderzoek op het sitecomplex langs de Molse Nete te Lommel Opgravingscampagne 2012

25 Gent N O T A E PRAEHISTORICAE

ARCHEOLOGIENOTA. LIEDEKERKE ROZENLAAN (prov. VLAAMS-BRABANT) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

Rapportage proefsleuvenonderzoek Borsbeek - Eugeen Verelstlei

ARCHEOLOGIENOTA. MELLE ROOTPUTTE (prov. 00ST-VLAANDEREN) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN VOOR UITGESTELD VOOR- ONDERZOEK MET INGREEP IN DE BODEM

25 Gent N O T A E PRAEHISTORICAE

Bureau voor Archeologie Rapport 273

8 QUICKSCAN 2017 ARCHEOLOGIE KLAVER Gemeente Horst aan de Maas

Locatie Zandoerleseweg, perceel 845 Datum onderzoek 21 Juni 2010 Datum evaluatieverslag 21 juni 2010 Opstelier evaluatieverslag

ARCHEOLOGISCHE WERFBEGELEIDING BIJ DE REALISATIE VAN EEN VERKAVELING

Archeologisch onderzoek van een te realiseren compressorstation

RAAP België - Rapport 027 Rupelmonde Kleine Gaanweg, aanleg visvijver (gemeente Kruibeke)

Ede, Roekelse Bos (gem. Ede)

Programma van maatregelen: Muizen (Mechelen) - Leemputstraat

Grote Baan, Weverstraat en Bessenstraat (gem. Meeuwen-Gruitrode) Programma van Maatregelen

De finaal-neolithische(?) vindplaats van Hertsberge Papenvijvers 3 (West-Vlaanderen, België): opgravingscampagne 2010

Programma van maatregelen: Muizen (Mechelen) - Spreeuwenhoek

Gorredijk, Loevestein (Fr.) Een Waarderend Archeologisch Veldonderzoek /08

Op het spoor van Spillegem? Een nederzetting uit de volle middeleeuwen te Ronse De Stadstuin (O.-Vl.)

KRUIBEKE HONDENSTRAAT. 2017B B204 Archeologienota Programma van maatregelen. Jonathan JACOPS CRUZ. Frédéric. Pieter.

Archeologische opvolging van de werken in kader van inrichtingsplan Oude Kale (gemeentes Nevele en Lovendegem en stad Gent)

Ezaart 147 te Ezaart (gem. Mol) Programma van Maatregelen

Archeologisch vooronderzoek van de noordelijke spoorontsluiting van Brussels Airport (TR ; Mechelen Zemst/Abeelstraat) Liesbeth Messiaen 2008

Sint-Denijs-Westrem Kortrijksesteenweg Zone 4 - Fase 1: Archeologisch vooronderzoek van 7 tot 9 juli 2008 (stad Gent, provincie Oost-Vlaanderen)

Archeologie Deventer Briefrapport 27. November Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494)

Over ijzertijdboeren en middeleeuwse. erven in het Demerbroek te Rotselaar- Hellicht

RAAP-NOTITIE Plangebied De Brink te Zuidlaren Gemeente Tynaarlo Archeologisch vooronderzoek: een bureau- en inventariserend veldonderzoek

Verkaveling De Bos te Heist-op-den- Berg (gem. Heist-op-den-Berg) Programma van Maatregelen

Bijlage 11 bij toelichting Bestemmingsplan Verbreding N444 en reconstructie Nagelbrug, Voorhout

Figuur 14: Horizontale spreiding van de verschillende grondstoffen per vak. Totaal aantal artefacten per vak in: (A) Vuursteen variant 1 (B)

RAAP-NOTITIE Plangebied Amsterdamsche Veld Gemeente Emmen Archeologisch vooronderzoek: een karterend veldonderzoek

Adviesdocument ten behoeve van selectiebesluit archeologie Oosterdalfsen, gemeente Dalfsen. Notitie TML520

Programma van maatregelen: Waasmunster - Schrijbergstraat

Archeologisch inventariserend veldonderzoek door middel van boringen bij Groot Bronswijk, Wagenborgen, gemeente Delfzijl (Gr.)

Papendrecht, Westeind 25, gemeente Papendrecht (ZH). Archeologisch en cultuurhistorisch bureauonderzoek. Transect-rapport 528 (concept 1.

Radiokoolstofdateringen van enkele vroeg-mesolithische concentraties te Evergem - De Nest (Oost-Vlaanderen, B)

Opgraving Hengelo Winkelskamp Grafveld

Archeologisch vooronderzoek met explosieve resultaten langs de Koedreef te Wetteren (O.-Vl.) maart Ruben Pede & Mieke Van de Vijver

Archeo(rapport!289!! Het! archeologisch! vooronderzoek! aan! de! Lage! Kaart! te! Brasschaat!

Beulakerweg 127 te Giethoorn, gem. Steenwijkerland (Ov.)

Vroeg-mesolithicum in zone M van het Deurganckdok te Doel (Oost-Vlaanderen, B)

Echo s uit de prehistorie: Archeologische onderzoeken in Sombeke, Zele (O-Vl, B) en Kerkhove (W-Vl, B)

Archeologisch booronderzoek te Willebroek, Vaartstraat

Ontbossing lus R6/N16, Mechelen-Noord

Een oppervlaktekartering in plangebied Barneveld-Noord. Archol. S. Baas

MEER GESTELSESTRAAT. 2016H22 & 2016H23 Archeologienota. DEEL 3 : Programma van Maatregelen. Pieter

Aardkundig Veldonderzoek ten behoeve van natuurbeheer met vrijwilligers

Archeo-rapport 9 Archeologisch vooronderzoek GEN-Dilbeek (km )

Archeologienota: Het archeologisch vooronderzoek aan de Hoorn te Leuven Vanessa Vander Ginst Maarten Smeets Marjolein Van Der Waa

The Zakynthos Survey Verslag van de werkzaamheden en resultaten

Halle, Duezstraat Proefsleuvenonderzoek

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Bortierlaan te Diksmuide (gem. Diksmuide) Programma van Maatregelen

Een archeologisch inventariserend veldonderzoek (IVO) door middel van een bureauonderzoek en boringen op de locatie Oude Meerdijk te Emmen (Dr.

Archeologienota:!De!verkaveling!aan!de!Struikheidestraat!te! Muizen!(gemeente!Mechelen)!

PLAN VAN AANPAK ARCHEOLOGISCH INVENTARISEREND ONDERZOEK H023 OOST, HAARLEM

Archeologisch booronderzoek Meerdonk (Sint-Gillis-Waas) Molenhoekstraat 2

Inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven in het plangebied Weert-Vrouwenhof. Proefsleuf

Liesbeth Messiaen & Kristof Keppens

Transcriptie:

Notae Praehistoricae 24-2004 : 75-79 75 Verkennend en waarderend booronderzoek in het alluvium van de Schelde Machteld BATS, Bart KLINCK, Lieselotte MEERSSCHAERT & Joris SERGANT Samenvatting Aan de Universiteit Gent gingen dit jaar twee projecten van start met het oog op de prospectie en waardering van afgedekte gebieden langs de Schelde. Het eerste project (FWO) beoogt de studie van het prehistorisch landgebruik in drie kernregio s van Zandig Vlaanderen. Het tweede project (BOF) richt zich op de prospectie van alluviale gebieden in de Vlaamse Scheldevallei. In het kader van beide projecten werd reeds begonnen met prospectief boren in Verrebroek-Avenackers en Gavere- Donkstraat (fig. ). Sleutelwoorden: prospectie, boorcampagne, Verrebroek, Gavere, Schelde.. Verrebroek-Avenackers (J. S., B. K. & L. M.) Te Verrebroek-Avenackers (provincie Oost- Vlaanderen, gemeente Beveren) worden ongeveer 25 ha bedreigd door uitbreiding van de aldaar gesitueerde ambachtelijke zone. Een aantal recente archeologische interventies lieten vermoeden dat de bedreigde zone een groot potentieel bezit wat betreft steentijdsites. Zo werd begin de jaren 80 in de bovenvermelde ambachtelijke zone een noodopgraving uitgevoerd door de Archeologische Dienst Waasland waarbij een vroegmesolithische concentratie werd aangetroffen (Van Roeyen, 990). Bovendien bevindt het bedreigde areaal zich op,5 km vogelvlucht van de Sint-Michielstraat waar de Universiteit Gent van 992 tot 2000 noodonderzoek verrichtte (Crombé et al., 2003). Bij deze interventies kwamen tientallen steentijdconcentraties aan het licht waarvan de overgrote meerderheid in het Vroeg-Mesolithicum kon gedateerd worden. In juli, september en oktober werden boringen uitgevoerd te Avenackers met als doel eventueel aanwezige steentijdconcentraties te detecteren en te waarderen in functie van verder archeologisch onderzoek. # # Verrebroek # Gavere N Fig. Situering van de twee onderzoekslocaties. 0 50 00 km

76 M. Bats, B. Klinck, L. Meersschaert & J. Sergant Landschappelijk situeert het bedreigde areaal zich onmiddellijk ten zuiden van de zandrug Maldegem- Stekene. In een eerste fase werd met een Edelmanboor van 7 cm diameter in een 25 m-grid geboord om het paleoreliëf van de gehele zone te karteren (fig. 2). Het paleolandschap bestaat uit een afwisseling van depressies en kleine, zandige opduikingen. De depressies (,2 tot 0 m TAW) worden doorgaans gekenmerkt door de aanwezigheid van een donkere, sterk humeuze (kleiige) horizont (0-20 cm) gevolgd door (soms kleiig) groengrijs zand. De zandige opduikingen (0 tot 0,8 m TAW) bezitten een onvolledig ontwikkelde of natte podzol op de flanken en een droge podzol op de hoogste delen. Niettegenstaande de hoogste punten zich slechts 55 cm onder het huidige maaioppervlak bevinden, is haast het volledige areaal afgedekt met veen (soms slechts enkele cm dik) en postmiddeleeuwse klei, waardoor kan gesteld worden dat de eventueel aanwezige steentijdsites stratigrafisch goed bewaard zijn. 25900 25850 25800 25750 25700 25650 25600 25550 25500 25450 P aa r d e n k er kh o f stra a t.6 m TAW.4.2 0.8 0.6 0.4 0.2 0-0.2-0.4-0.6-0.8 - -.2 -.4 25400 37800 37850 37900 37950 38000 38050 3800 3850 38200 Fig. 2 Paleoreliëf van de bedreigde zone te Verrebroek-Avenackers (interval van de assen: 50 m). De zones afgeboord met de 0 cm-boor werden met witte lijnen aangeduid.

77 Op basis van de kaart met het paleoreliëf werden twee zandopduikingen één ten noorden en één ten zuiden van de Paardenkerkhofstraat geselecteerd voor verder onderzoek (fig. 2). Ten noorden van de weg werd een noord-zuid georiënteerde opduiking uitgekozen (die zich ten zuiden van de weg in zuidelijke richting verderzet). In het noordelijke deel van deze opduiking zien we, na een lichte daling over enkele tientallen meter, opnieuw een lichte stijging van het reliëf waardoor het noordelijke uiteinde als het ware een eiland vormt. Ten zuiden van de weg werd geopteerd om een noordoost-zuidwest georiënteerde opduiking (die zich ten noorden van de weg in noordoostelijke richting verderzet) te onderzoeken die deel uitmaakt van een hoger gelegen complex. Een vlak deel van dit complex, gesitueerd ten zuiden en westen van de opduiking, werd eveneens onderzocht. De geselecteerde zones werden afgeboord en bemonsterd met een Edelmanboor van 0 cm in een alternerend grid van 0 m. Er werd steeds gestart vanuit de aangrenzende depressies zodat de volledige opduiking bestreken werd. De stalen werden nat gezeefd op een maaswijdte van mm. In totaal werden 358 boringen verricht met de 0 cm-boor. Zesenvijftig boringen gaven een positief resultaat. Opvallend is het geringe aantal artefacten per boring: slechts viermaal werden meer dan 0 artefacten geattesteerd. In de overgrote meerderheid gaat het om (micro)chips (202 stuks of 93,5 % van de stenen artefacten); slechts 4 artefacten groter dan cm werden aangetroffen. Dateerbare elementen zijn schaars: enkel een zwaar verbrand driehoekfragment en twee artefacten in Wommersomkwartsiet (waarvan één kern) wijzen waarschijnlijk in mesolithische richting. Zevenmaal werden verkoolde hazelnootresten aangetroffen; verbrand bot werd niet geattesteerd. De verspreiding van de positieve boorpunten toont een aantal concentraties. In de noordelijke zone worden op de hoogste delen van de opduiking drie clusters aangetroffen: één belangrijke op het noordelijke uiteinde, een centrale cluster en één nabij de Paardenkerkhofstraat. Met uitzondering van één punt ten westen van de centrale cluster komen geïsoleerde positieve boorpunten niet voor. Ook op het hoogste deel van de opduiking ten zuiden van de weg situeren zich drie clusters, meer bepaald één onmiddellijk ten zuiden van de weg, één diffuse centrale cluster en één op het zuidelijke uiteinde van de opduiking. Naast deze clusters komen een aantal geïsoleerde boorpunten voor op de flank. De vlakke zone ten zuidzuidwesten van de opduiking leverde slechts enkele losse positieve punten op (waarvan er drie een kleine cluster vormen) terwijl ten westen van de opduiking helemaal geen positieve boorpunten geattesteerd werden. Alle aangeboorde clusters blijken voldoende afgedekt met veen en/of klei om een goede conservering van de nederzettingsstructuren te garanderen. Verder bodemonderzoek dringt zich dus op. 2. Gavere-Donkstraat (M. B.) Het onderzoek van alluviale vlakten, en de wetland -archeologie in het algemeen, staat in Vlaanderen vooralsnog in zijn kinderschoenen terwijl het in de ons omringende landen, zoals Nederland, Frankrijk, Engeland en Duitsland al een jarenlange traditie kent (Coles et al., 200). Met het lopende BOF-project wordt getracht de wetland archaeology in Vlaanderen op gang te brengen. Binnen het project gaat de aandacht in de eerste plaats uit naar de Vlaamse riviervalleien, waarbij de Scheldevallei als specifiek onderzoeksgebied werd uitgekozen. De doelstelling is meervoudig: 2.. Opstellen van standaard methodologie voor detectie en waardering van wetland sites in Vlaamse rivierdalen Archeologische resten detecteren wordt in alluviale gebieden bemoeilijkt door de afdekking met venige en/of kleiige sedimenten, zodat veelgebruikte prospectiemethoden als luchtfotografie en field walking hier niet toepasbaar zijn. Er dient dus gezocht te worden naar een haalbare (en betaalbare) manier om de archeologie op te sporen. In de eerste plaats wordt gedacht aan bemonstering met de megaboor, zoals beschreven door B. J. Groenewoudt (994). De bedoeling is na te gaan of deze techniek ook geschikt is voor het onderzoek in alluviale gebieden en eventueel nodige aanpassingen te maken. Hieruit moet een standaard methode voortkomen voor detectie van wetland sites in alle Vlaamse riviervalleien. 2.2. In kaart brengen van waardevolle zones binnen de Scheldevallei, in functie van toekomstig (interdisciplinair) wetenschappelijke onderzoek en/of bescherming Vlaamse rivieren zijn steeds meer onderhevig aan grote werken (grote landinrichtingsprojecten, kanalisatie, industriële activiteit, ) waardoor veel (onbekende) wetland sites dreigen verloren te gaan. Het karteren van waardevolle sites met het oog op wetenschappelijk onderzoek en eventuele bescherming is daarom een hoge noodzaak. 2.3. Voorbereiden van verder wetenschappelijk onderzoek in de Vlaamse wetlands Vlaanderen heeft een aanzienlijke achterstand in te halen binnen Europa wat wetland archaeology

78 M. Bats, B. Klinck, L. Meersschaert & J. Sergant betreft. Met het opstarten van dit onderzoek moet een basis gelegd worden voor verder en breder wetenschappelijk onderzoek in deze discipline. De eerste fase van het onderzoek bestaat uit verkennend veldwerk. Vooraleer dat veldwerk van start kan gaan, worden een aantal gebieden langsheen de Schelde en haar bijrivieren voor gedetailleerd onderzoek geselecteerd. Bij de eerste, voorlopige selectie wordt rekening gehouden met (combinaties van) criteria die kunnen wijzen op archeologisch interessante zones, zoals bodemkundige kenmerken (bv. zandsubstraat), toponiemen, hoogtelijnen, oude vondsten, Op dit moment komen een vijftiental gebieden in aanmerking voor nader onderzoek. Elk onderzoeksgebied wordt vervolgens door middel van gutsboringen paleo-topografisch gekarteerd zodat mogelijk zones met archeologisch potentieel opgespoord en afgebakend kunnen worden. Deze zones worden in een verspringend driehoeksgrid van 0 x 0 m systematisch bemonsterd met een 0 cmedelmanboor. De verzamelde monsters worden nadien nat gezeefd over een maaswijdte van x mm en gedroogd. Aan de hand van de resultaten wordt een reconstructie van het paleolandschap en een archeologische verspreidingskaart van de zone opgemaakt voor de lokalisatie en evaluatie van afgedekte en goed bewaarde archeologische nederzettingen. Tenslotte zullen de resultaten met testputten en/of proefsleuven geverifieerd moeten worden. Het uitvoeren van opgravingen is om budgettaire redenen niet in het project voorzien. Hoewel het hier beschreven onderzoeksproject nog in zijn beginfase zit, kunnen toch al enkele voorlopige resultaten getoond worden. Als eerste onderzoeksgebied werd Gavere-Donkstraat (provincie Oost-Vlaanderen) uitgekozen. Het veldwerk in dit gebied loopt momenteel nog. De bodemkaart toont op deze locatie een lemige zone in de alluviale kleiafdekking waaronder zich een zandsubstraat op geringe diepte bevindt (fig. 3). Over het gebied loopt de Donkstraat en het toponiem «Donk» wordt op de topografische kaart vermeld. Ter hoogte van de Donkstraat is ook in het huidige reliëf nog een lichte verheffing in het landschap waarneembaar. Een eerste veldkartering leverde ter hoogte van deze opduiking reeds verschillende oppervlaktevondsten op, waaronder een aantal vuurstenen artefacten (schrabbers, trapezium, Gavere Donkstraat 2 Donk 0 Schelde Tsolleveld 0 500 000m Bodemtextuur: Alluviale klei Lee m Za nd Boorlijnen (guts) Bem onsterd N Fig. 3 Vereenvoudigde bodemkaart met aanduiding van de aangeboorde zones.

79 afslagen, kern ) en een vermoedelijk Romeins aardewerkfragment. Gespreid over verschillende percelen op en rond de lemige zone werden 0 raaien uitgezet waarop elke 20 m een gutsboring uitgevoerd werd. Aan de hand van deze boringen werden dwarsprofielen van het onderzoeksgebied opgesteld waardoor enig zicht werd verkregen op het afgedekte paleolandschap. Uit deze dwarsprofielen blijkt dat ter hoogte van de lemige zone op de bodemkaart zich een zandige opduiking situeert. Deze is afgedekt met een over het algemeen eerder dunne laag leem, die op de top met het zand vermengd is. Het zand bevindt zich op fijne, siltige klei. De overgang van de lemige afdekking naar de alluviale klei kon nog niet gedocumenteerd worden omdat (nog) niet alle percelen toegankelijk waren voor onderzoek. Tot hier toe werden in Gavere slechts een 200- tal boringen op de top en de flanken van de zandige opduiking, verdeeld over twee (toegankelijke) percelen, met de 0 cm-edelmanboor bemonsterd. Hiermee is alles behalve de volledige onderzoekszone gedekt. Bovendien zijn nog niet alle boormonsters uitgezeefd, zodat het verspreidingbeeld van de vondsten allesbehalve volledig is. In één boring werden in een donkergrijze, zandige vulling verschillende Romeinse scherven gevonden. Hier werd duidelijk een Romeins spoor geraakt. De aanwezigheid van Romeinse sporen is niet geheel verwonderlijk, gezien op een afstand van ca. 500 m stroomopwaarts in de jaren 980 een Romeinse site, Asper-Jolleveld, opgegraven werd (Vermeulen, 986). Verder werden in (voorlopig) acht boringen vuurstenen artefacten ( tot 4 microchips) bovengehaald. Deze kunnen mogelijk op prehistorische aanwezigheid duiden maar dit zal verder onderzoek moeten uitwijzen. In het voorjaar van 2005 zal het terreinwerk hervat worden, eerst te Gavere om de lopende campagne af te werken en vervolgens in andere zones in de alluviale Scheldevlakte waar gelijkaardige boorcampagnes zullen worden uitgevoerd. Bibliografie Bodemkaart van België, 965. Kaartblad Gavere 70W. COLES B. & OLIVIER A. (eds), 200. The heritage management of Wetlands in Europe, EAC occasional papers,, Short Run Press Ltd, Exeter. CROMBÉ Ph., PERDAEN Y. & SERGANT J., 2003. The wetland site of Verrebroek (Flanders, Belgium): spatial organisation of a large Early Mesolithic settlement. In: Larsson, L., Kindgren, H., Knutsson, K., Leoffler, D. and Akerlund, A. (eds), Mesolithic on the Move: Papers presented at the Sixth International Conference on the Mesolithic in Europe, Stockholm, September 4 8, 2000, Oxbow Books Ltd. Oxford. GROENEWOUDT B. J., 994. Prospectie, waardering en selectie van archeologische vindplaatsen: een beleidsgerichte verkenning van middelen en mogelijkheden. Nederlandse Archeologische Rapporten, 7, ROB. Amersfoort. VAN ROEYEN J.-P., 990. Mesolithische bewoning in de Wase Scheldepolders. Opgravingen en prospecties (98-983). Onuitgegeven licentiaatsscriptie. Universiteit Gent. VERMEULEN F., 986. The Roman settlement and cemetry at Asper (Gavere, East Flanders). Scholae Archaeologicae, 5, R.U.Gent. Gent. Joris Sergant Machteld Bats Vakgroep Archeologie Universiteit Gent Blandijnberg, 2 BE - 9000 Gent (België) Joris.Sergant@UGent.be Machteld.Bats@UGent.be Bart Klinck Lieselotte Meersschaert Archeologische Dienst Waasland Regentiestraat, 63 BE - 900 Sint-Niklaas (België)