Inspectierapport Agrarisch kinderopvang Het Kalfje (KDV) Hardenbergerweg 19a 7691PC BERGENTHEIM Registratienummer 650235757 Toezichthouder: GGD IJsselland In opdracht van gemeente: Hardenberg Datum inspectie: 03-05-2016 Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 06-06-2016
Inhoudsopgave Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Pedagogisch klimaat... 4 Personeel en groepen... 6 Inspectie-items... 8 Gegevens voorziening...11 Gegevens toezicht...11 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum...12 2 van 12
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. In dit onderzoek is op grond van de bevindingen bij voorgaande inspecties, een beperkt aantal kwaliteitseisen onderzocht. Dat zijn de volgende: de eisen aan het personeel; de opvang in groepen; de beroepskracht-kind-ratio; de pedagogische kwaliteit. Beschouwing Deze beschouwing beschrijft de resultaten bij de uitgevoerde inspectie op 3 mei 2016. Na de feiten over kinderdagverblijf (KDV)Het Kalfje en de inspectiegeschiedenis, volgen de belangrijkste bevindingen. Deze worden elders in het rapport verder uitgewerkt. Feiten over KinderdagverblijfHet Kalfje KDV Het Kalfje is een agrarische kinderopvang. Het KDV biedt kleinschalige kinderopvang aan in een grote verbouwde varkensstal op het terrein van de boerderij. Dit houdt in dat er een samenwerking is met het agrarische bedrijf. Op deze manier wordt een veelzijdige en natuurlijke speel,- leer- en leefomgeving geboden. Door aan te sluiten bij de diverse activiteiten en werkzaamheden die op het agrarisch bedrijf plaatsvinden, komen de kinderen spelenderwijs in aanraking met dieren, planten en het dagelijks leven op en rondom de boerderij. De beroepskrachten gaan (bijna)dagelijks met de boer en de kinderen de stal in, zodat ze kunnen helpen met de verzorging van de koeien en de kalfjes. Naast het vee zijn er ook konijnen, kippen, poezen en honden die vertrouwd zijn met kinderen en door hen verzorgd worden. Ook helpen ze regelmatig mee in de moestuin. Het KDV biedt de ouders de mogelijkheid om hun kinderen buiten te laten slapen. Er is een ruime aangrenzende buitenspeelruimte aanwezig. De buitenspeelruimte bevat veel natuurlijke elementen, zoals een klimbult, kuilen, paadjes, speelzand etcetera. Op de bovenverdieping is de buitenschoolse opvang (BSO)gevestigd. Inspectiegeschiedenis April 2013 jaarlijks onderzoek: alle getoetste voorwaarden voldoen aan de Wet kinderopvang. Juli 2014 jaarlijks onderzoek: alle getoetste voorwaarden voldoen aan de Wet kinderopvang. April 2015 jaarlijks onderzoek: alle getoetste voorwaarden voldoen aan de Wet kinderopvang. Bevindingen op hoofdlijnen Tijdens dit inspectiebezoek voldoen de getoetste voorwaarden aan de Wet kinderopvang. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 12
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Tijdens het inspectiebezoek is de pedagogische praktijk getoetst in theorie en in de praktijk. Bij de observatie van de pedagogische praktijk maakt de toezichthouder gebruik van het Veldinstrument observatie kindercentrum (januari 2015). Daarin staan specifieke aspecten waarop wordt geobserveerd. Het observatie-instrument bevat voor elke voorwaarde indicatoren. Deze worden gebruikt bij het beschrijven van de pedagogische praktijk. Pedagogische praktijk Uitvoering pedagogisch beleidsplan De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor KDV Het Kalfje kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. Uit een gesprek met de beroepskrachten blijkt dat zij goed op de hoogte zijn van het beleid en daarnaar handelen. Dit kwam ook tot uiting tijdens de observatie op de groep. Emotionele veiligheid Veldinstrument: Er heerst een ontspannen, open sfeer in de groep. Observatie De sfeer is ontspannen. De baby's zijn hoorbaar en zichtbaar actief: ze maken geluidjes, reageren op de beroepskrachten, lachen, dagen de beroepskrachten uit. Ook bij de peuters heerst een ontspannen sfeer. De kinderen zijn duidelijk op hun gemak en bezig met hun spel. Ontwikkeling van de persoonlijke competentie Veldinstrument: Kinderen hebben de mogelijkheid om (leer)ervaringen op te doen dankzij de groep, spelmateriaal, activiteitenaanbod en inrichting. Observatie De kinderen gaan dagelijks een (vast)deel van de tijd naar buiten. In de buitenruimte is spelmateriaal aanwezig;kinderen worden aangezet tot individueel en gezamenlijk spel. De beroepskrachten maken gebruik van de omgeving om de leefwereld van kinderen te verbreden, in het bijzonder in aansluiting op het thema boerderij. Zo mogen de kinderen die dat willen de konijnen in de hokken voeren. De beroepskracht legt uit dat de stukken brood niet te groot mogen zijn en dat ze ze niet teveel mogen voeren. Ontwikkeling van de sociale competentie Veldinstrument: De kinderen zijn deel van de groep. Observatie Wanneer de kinderen aan tafel zitten moedigen de beroepskrachten gesprekjes tussen henzelf en de kinderen, en tussen kinderen onderling aan, door zowel luisteren als praten. Elk kind komt aan de beurt. Er worden grapjes gemaakt over en weer. Wanneer alle kinderen uitgegeten zijn mag ieder kind om de beurt een lied kiezen dat gezongen gaat worden. Een kind dat het moeilijk vindt om te kiezen wordt geholpen door de beroepskracht. Observatie 2 In de babygroep gaan de kinderen met de beroepskrachten aan tafel. Ook het jongste kind wordt erbij gehaald in zijn wipstoeltje. Door elk kind er bij te betrekken zullen ze ervaren dat ze een onderdeel zijn van de groep. 4 van 12
Overdracht van normen en waarden Veldinstrument: Afspraken, regels en omgangsvormen zijn herkenbaar aanwezig en worden toegepast. Observatie Tijdens het inspectiebezoek werden verschillende regels gezien. Een paar voorbeelden: handen wassen na het toiletgebruik, niet voorkruipen, aan tafel blijven zitten. De beroepskrachten dragen dezelfde regels uit. Aan kinderen wordt regelmatig uitgelegd waarom een bepaalde regel er is. Zo zegt een kind dat een ander kind 'stom'is. De beroepskracht hoort dit en legt uit dat het niet nodig is dit woord te gebruiken en dat je het ook op een andere manier kan zeggen. Conclusie De pedagogische praktijk voldoet aan de voorwaarden uit de Wet kinderopvang. Voorschoolse educatie Er wordt geen voorschoolse gesubsidieerde educatie aangeboden. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (houder) Interview anderen (aanwezige beroepskrachten) Observaties Pedagogisch beleidsplan (versie januari 2015) Pedagogisch werkplan (versie januari 2015) 5 van 12
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De beroepskrachten en de stagiaire die werkzaam zijn bij kinderdagverblijf Het Kalfje hebben een geldige verklaring omtrent het gedrag. Passende beroepskwalificatie De beroepskrachten die werkzaam zijn bij kinderdagverblijf Het Kalfje beschikken over een passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. Opvang in groepen Een stamgroep is een vaste groep kinderen. De opvang wordt geboden in twee stamgroepen;de Kalfjes en De Koetjes. Bij De Kalfjes worden de kinderen in de leeftijd van 0 tot 18/24 maanden opgevangen en bij De Koetjes de kinderen in de leeftijd van 18/24 maanden tot 4 jaar. Stamgroep De Koetjes biedt momenteel opvang aan maximaal 16 kinderen. Stamgroep De Kalfjes biedt momenteel opvang aan maximaal 16 kinderen. Conclusie De opvang in groepen is conform de Wet kinderopvang. Beroepskracht-kindratio De beroepskracht-kindratio is de verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep. Tijdens de inspectie werden 12 kinderen in stamgroep De Kalfjes opgevangen onder begeleiding van 3 beroepskrachten. In stamgroep De Koetjes waren 8 kinderen aanwezig en 2 beroepskrachten. Wanneer de beroepskrachten hun pauze hebben (tussen 13:00 en 14:00)worden beide groepen samen gevoegd. Gedurende dit uur ligt het merendeel van de kinderen te slapen. De kinderen die wakker zijn spelen bij De Koetjes. Tijdens het samenvoegen werd de maximale groepsgrootte niet overschreden. De aanwezigheidslijsten en het personeelsrooster zijn steekproefsgewijs gecontroleerd door de toezichthouder. De houder laat dit ook zien in het planningssysteem. Dit systeem (KDVnet)is gekoppeld aan de rekentool en laat zien hoeveel beroepskrachten er nodig zijn op het aantal aanwezige kinderen (per groep). Ook ouders kunnen hierop inloggen. Conclusie De beroepskracht-kindratio is conform de Wet kinderopvang. 6 van 12
Gebruikvan de voorgeschreven voertaal Er wordt op de locatie Nederlands gesproken. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (houder) Interview anderen (aanwezige beroepskrachten) Observaties Verklaringen omtrent het gedrag (steekproef) Diploma's beroepskrachten (steekproef) Presentielijsten Personeelsrooster 7 van 12
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor het uitvoeren van het vierogenprincipe overeenkomstig het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5a en 7 lid 1 sub h Regeling kwaliteit kinderopvang en Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Een verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht, vrijwilliger, is niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 4, 8 en 9, art 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen 8 van 12
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en Bij de inzet van beroepskrachten in opleiding wordt rekening gehouden met de opleidingsfase waarin zij zich op dat moment bevinden, overeenkomstig de voorwaarden in de cao kinderopvang. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 3 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 4 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder informeert de ouders en de kinderen in welke stamgroep het kind verblijft en welke beroepskrachten op welke dag bij welke groep horen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.54 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en Kinderen worden alleen met vooraf gegeven schriftelijke toestemming van de ouders in een overeengekomen periode in één andere stamgroep opgevangen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5 lid 13 Regeling kwaliteit kinderopvang en Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5 lid 3 en 6 Regeling kwaliteit kinderopvang en Ieder kind maakt van maximaal twee stamgroepruimtes gebruik gedurende een week. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5 lid 4, 5 en 6 Regeling kwaliteit kinderopvang en Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5 lid 12 Regeling kwaliteit kinderopvang en 9 van 12
Bij een openingstijd van 10 uur of langer kunnen ten hoogste drie uur per dag, niet aaneengesloten, minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is. kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en De drie uur afwijkende inzet betreft uitsluitend de tijd voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze. kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en De afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten. kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en Indien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum ingezet wordt, dan is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig. kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen;art 5 lid 11 Regeling kwaliteit kinderopvang en Gebruik van de voorgeschreven voertaal De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. (art 1.55 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen OF Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode. (art 1.55 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen 10 van 12
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : Agrarisch kinderopvang Het Kalfje Website : http://info@hetkalfje.nl Aantal kindplaatsen : 32 Gesubsidieerde voorschoolse educatie : Nee Gegevens houder Naam houder : Timmermans-Ramaker VOF Adres houder : Hardenbergerweg 19a Postcode en plaats : 7691PC BERGENTHEIM Website : www.hetkalfje.nl KvK nummer : 53687655 Aansluiting geschillencommissie : Ja Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD IJsselland Adres : Postbus 1453 Postcode en plaats : 8001BL ZWOLLE Telefoonnummer : 038-4 281 686 Onderzoek uitgevoerd door : Marja Baas Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Hardenberg Adres : Postbus 500 Postcode en plaats : 7770BAHARDENBERG Planning Datum inspectie : 03-05-2016 Opstellen concept inspectierapport : 30-05-2016 Zienswijze houder : Niet van toepassing Vaststelling inspectierapport : 06-06-2016 Verzenden inspectierapport naar houder : 06-06-2016 Verzenden inspectierapport naar : 06-06-2016 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 20-06-2016 11 van 12
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. 6-6-2016 De houder gaat akkoord met de inhoud van het rapport en heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen. 12 van 12