L i e s b r e u k
Deze folder geeft u informatie over een liesbreuk en de behandelingsmogelijkheden. Het is goed u te realiseren dat voor u persoonlijk de situatie anders kan zijn dan beschreven. Het is in uw eigen belang dat u de folder goed doorleest en de adviezen nauwkeurig opvolgt. Dit om een spoedig herstel te bevorderen. Algemeen Een liesbreuk is een uitstulping in het buikvlies ter hoogte van de lies. De uitstulping ontstaat door een zwakke plek of een opening in de buikwand. Dit wordt de breukpoort genoemd. Het buikvlies en wat buikinhoud (bijvoorbeeld een stukje van de darm) komen als het ware door de breukpoort naar buiten, waardoor een zwelling in uw lies ontstaat. De medische term voor een liesbreuk is een hernia inguinalis. De zwakke plek in de buik kan aangeboren zijn. Ook kan een zwakke plek later ontstaan, doordat de buikwand uitrekt. Dit kan gebeuren bij een (forse) toename van uw gewicht, veel en zwaar tillen, te hard persen of veel hoesten. Deze factoren vergroten de druk in de buikholte. Daardoor neemt de druk op de zwakke plek in de buikwand toe en kan een liesbreuk ontstaan. Dit kan een pijnlijk, soms branderig gevoel in uw lies geven. Sommige mensen worden misselijk van een liesbreuk. Tijdens uw eerste bezoek aan de polikliniek beoordeelt de chirurg of er sprake is van een liesbreuk. Hiervoor stelt hij/zij u een aantal vragen en onderzoekt de liesregio. De chirurg kan de breuk in uw lies meestal makkelijk voelen. Verder onderzoek is vaak niet nodig. Daarna bespreekt de chirurg welke operatietechniek hij/zij in uw geval adviseert: de kijkoperatie (in de meeste gevallen) of de klassieke methode. De behandeling Een liesbreuk verdwijnt nooit vanzelf. De breuk kan wel groter worden en (meer) klachten gaan veroorzaken. Een operatie is dan nodig om de liesbreuk te verhelpen. Voorbereidingen op de operatie Bloedverdunners Indien u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, moet u dit vóór de behandeling aan de arts melden. Deze medicijnen geven namelijk een verhoogd risico op nabloedingen en zullen derhalve tijdelijk gestopt dienen te worden in overleg met de arts. Pijnstillers Pijnstillers zoals Paracetamol zijn te koop bij de apotheek en drogist en het is raadzaam om deze voor de ingreep alvast in huis te halen.
Meenemen Neem bij een opname het volgende mee: uw zorgpas; een geldig identiteitsbewijs (id-kaart, paspoort of rijbewijs); dieetvoorschriften en/of medicijnen (eventueel); nachtkleding, extra sokken en ondergoed, ochtendjas, pantoffels; badslippers en eventueel douchemuts voor de douche; toiletartikelen; boek, tijdschrift, schrijfgerei, handwerk of spelletje. U mag een laptop, mobiel of andere apparatuur meenemen maar altijd voor uw eigen verantwoording. Het ziekenhuis is niet aansprakelijk voor schade of verlies van deze zaken. Echt kostbare spullen kunt u altijd beter thuislaten, neem zeker ook geen waardevolle sieraden mee. Nuchter - niet nuchter? Bij operaties is het belangrijk dat u op het moment van de ingreep nuchter bent. Dit betekent dat u slechts bepaalde dingen van tevoren mag eten en drinken. Soms moet u hier thuis al rekening mee houden. U krijgt hierover tevoren meer informatie mee van de polikliniek of van het Bureau Opname. Twijfelt u of u wel of niet nuchter naar het ziekenhuis moet komen? Neem contact op met het Bureau Opname of met de polikliniek van uw behandelend specialist. Verhinderd Bent u verhinderd voor de operatie? Wilt u dit dan zo snel mogelijk melden aan het opnamebureau. Dit kan voor locatie Goes tijdens werkdagen via het telefoonnummer 0113 234 870 en voor locatie Vlissingen via telefoonnummer 0118-425 445. In het ziekenhuis Als u voor de eerste keer naar het ziekenhuis komt, kunt u zich bij de receptie in de centrale hal laten inschrijven. Zorg dat u uw zorgpas en identiteitsbewijs (geldig paspoort, rijbewijs of ID-kaart) bij de hand heeft. Uw persoonlijke gegevens worden gevraagd. Bent u al ingeschreven maar zijn er veranderingen in uw gegevens, bijvoorbeeld nieuwe ziektekostenverzekeraar of een verhuizing, geef deze dan altijd door bij de receptie. De identificatieplicht is ook dan van toepassing. Meldt u zich vervolgens op de afgesproken tijd op de verpleegafdeling. De opname Melden Op de opnamedag meldt u zich op het afgesproken tijdstip op de verpleegafdeling. Opnameduur Een liesbreukoperatie vindt bijna altijd plaats in een dagopname, maar in sommige gevallen is een korte opname in het ziekenhuis noodzakelijk.
Anesthesie Een kijkoperatie vindt plaats onder algehele verdoving: u slaapt tijdens de operatie. Bij de klassieke methode wordt vaak een ruggenprik gebruikt, maar deze operatie kan ook onder algehele narcose. Alleen uw onderlichaam wordt verdoofd. De operatie Er zijn twee manieren om een liesbreuk te opereren: Kijkoperatie of endoscopische methode Voor de kijkoperatie maakt de chirurg drie kleine sneetjes van ongeveer een centimeter in de buikwand. Hierdoor worden via drie smalle buisjes de camera en de instrumenten om te opereren ter hoogte van de liesbreuk gebracht. De camera is verbonden met een monitor. Op een scherm volgt de chirurg zijn handelingen en hij/zij legt (via één van de buisjes) het matje op de juiste plaats neer.de kijkoperatie is een prettigere methode omdat u door de kleinere wondjes minder pijn heeft na de operatie. U herstelt hierdoor sneller en houdt nauwelijks littekens over. De kijkoperatie is echter niet voor iedereen geschikt. Is de zwelling/uitstulping bijvoorbeeld zeer groot en/of niet terug te duwen in de buik, dan is alleen de klassieke methode mogelijk. Ook als u al eens een buikoperatie heeft ondergaan, is de kijkoperatie meestal geen optie. Klassieke methode Bij de klassieke methode maakt de chirurg een snee van ongeveer acht centimeter in de huid, ter hoogte van de lies. De chirurg zoekt de liesbreuk op, legt ter reparatie een kunststof matje over de opening of zwakke plek in de buikwand en sluit de wond. De operatie duurt gemiddeld een half uur. Na de operatie Geen enkele operatie is zonder risico. Ook na een liesbreukoperatie is er een kleine kans op de complicaties die na elke operatie voor kunnen komen: een nabloeding, een wondinfectie, trombose of een longontsteking. In het operatiegebied lopen enkele zenuwen, de blaas en bij de man ook nog de zaadstreng. Uiteraard doet de chirurg zijn uiterste best deze structuren niet te beschadigen tijdens de operatie. Heel soms gebeurt dit toch. De schade aan een zenuw kan gevoelloosheid of soms juist een overgevoeligheid van de huid in de operatieregio veroorzaken. Een blaasletsel wordt behandeld met een katheter. Bij een klein percentage van de geopereerde patiënten ontstaat na verloop van tijd op dezelfde plaats opnieuw een breuk (in medische termen: een recidiefbreuk). Meestal is dan weer een operatie nodig.
Ontslag Naar huis na dagbehandeling Als u zich voldoende hersteld voelt, weinig tot geen pijn voelt en wat gegeten en gedronken heeft, mag u in overleg met de verpleegkundige naar huis. In de regel is dit een paar uur nadat u geopereerd bent. Controleafspraak Bij ontslag krijgt u een afspraak mee voor de poliklinische controle. Adviezen voor thuis Pijn Bij pijn kunt u pijnstillers zoals Paracetamol gebruiken. Hiervan mag u per dag maximaal vier keer twee tabletten gebruiken. Wondzorg De wondjes moet u drie dagen droog houden. De pleisters mag u een dag na de operatie verwijderen. Eventuele witte stripjes (de hechtingen) laat u zitten totdat deze vanzelf loslaten. Douchen De eerste dagen daarna mag u kort douchen. Na een week kunt u - als de wonden goed genezen zijn - weer douchen, zwemmen en in bad. Werk Meestal kunt u na ongeveer een week uw normale dagelijkse activiteiten en/of werk hervatten. Dit is echter afhankelijk van de omvang van de operatie. Soms vergt het herstel een langere tijd. Tot slot Deze folder kan nooit volledig zijn. Heeft u na het lezen hiervan nog vragen dan kunt u contact opnemen met de polikliniek Chirurgie. Telefoonnummers poliklinieken Chirurgie Wanneer onverhoopt problemen ontstaan waarover u zich zorgen maakt, kunt u bellen naar de polikliniek Chirurgie. Locatie Goes 0113-234 236/ 0113-234 237 Locatie Vlissingen 0118-425 305 Buiten werktijden kunt u bellen naar het algemene nummer van het ADRZ: 0113-234000 Voor overige informatie: www.chirurgen.adrz.nl