Inspectierapport Peuterspeelboerderij Hummelhoef (KDV) Hedel 2 5688LD OIRSCHOT Registratienummer 105732096



Vergelijkbare documenten
Inspectierapport Naam (KDV) straat postcode plaats Registratienummer

Inspectierapport Naam (KDV) straat postcode plaats Registratienummer

Inspectierapport Naam (KDV) straat postcode plaats Registratienummer

Inspectierapport Naam (BSO) straat postcode plaats Registratienummer

Inspectierapport De Hummeltjestrein (KDV) Stationsstraat BZ Vleuten

Inspectierapport Kindcentrum de Scharmhof (KDV) Scharmbarg EA Assen

Inspectierapport Sport en Science BSO Eigenwijs (BSO) Havikstraat 5A ED Sittard

Inspectierapport Kinderdagverblijf "De Kikkerpoel" (KDV) Walboersweg NL HARBRINKHOEK Registratienummer

Inspectierapport Pinokkio (KDV) Zoeksestraat 5a 4721AC SCHIJF Registratienummer

Inspectierapport Speelleerschool Beren Eigen Wijs (KDV) Kloosterstraat AS GEFFEN

Inspectierapport Peutercentrum Heiderakkertjes 2 (KDV) Dorpsstraat 49a 4634TN WOENSDRECHT Registratienummer

Inspectierapport Kinderopvang Thialf (BSO) Dullertstraat HJ Arnhem

Inspectierapport Pinokkio (KDV) Isaac da Costalaan ZA DELFT Registratienummer

Inspectierapport Kindercentrum Zoblij (KDV) Dorpsstraat PM Gasselte

Inspectierapport BSO De Sterren (BSO) De Wiltstraat CE ARNHEM

Inspectierapport KDV Kinderopvang Ommerkanaal (KDV) Ommerkanaal West XR OMMEN Registratienummer

Inspectierapport peuterspeelzaal Dribbel (KDV) Vondellaan HZ Baarn

Inspectierapport Kinderdagverblijf Mini Club Vlijmen (KDV) Wolput CE VLIJMEN

Inspectierapport K.D.V. Pinokkio"Het Markehuus-Luilekkerland" (BSO) Scharmbarg EA ASSEN Registratienummer

Inspectierapport Christelijke Peuterspeelzaal Jona (PSZ) Ds. E. Fransenlaan TX BARNEVELD

Inspectierapport Naam (KDV) straat postcode plaats Registratienummer

Inspectierapport Peutergroep de Sterren (KDV) De Wiltstraat CE ARNHEM

Inspectierapport Kinderopvang Aurora (KDV) Dirk Boutsstraat CT Leeuwarden

Inspectierapport BSO Dien Popke (BSO) Oostereinde TB WINSCHOTEN Registratienummer

Inspectierapport Kindercentrum Nu (KDV) Middenweg HD Middenbeemster

Inspectierapport Naam (BSO) straat postcode plaats Registratienummer

Inspectierapport De Rammelaar (KDV) Oldenzaalsestraat AP HENGELO OV Registratienummer

Inspectierapport De Wijde Wereld Kinderopvang (KDV) Hoofdstraat CB Terheijden

Inspectierapport Kinderopvang Kids&Co (KDV) Norgerweg PH Een Registratienummer

Inspectierapport Kinderopvang Oki (KDV) Zuidlaarderweg PR NOORDLAREN Registratienummer

Inspectierapport KDV De Wildenhorst (KDV) Sloterweg VB Badhoevedorp Registratienummer

Inspectierapport Octo-Kids (BSO) Zuiderdreef AJ Bergen op Zoom

Inspectierapport De Boschkidzz (BSO) Mgr. Hopmanshof BX Bosschenhoofd Registratienummer

Inspectierapport Lytse wrâld (KDV) Master Roordawei ES Tijnje

Inspectierapport PUUR kinderopvang Chaam (KDV) Gilzeweg AT CHAAM

Inspectierapport Jaribabo (KDV) Bovenweg 56A 9861GJ Grootegast

Inspectierapport Kinderopvang en Peuterspeelzaal Lewieke (BSO) Brusselsestraat PG Maastricht

Inspectierapport Prinsen & Prinsessen (KDV) Stationslaan GC HARDERWIJK Registratienummer

Inspectierapport POV Kindercentra (kinderopvang 't Blocky) (BSO) Groentelaan AH WATERINGEN

Inspectierapport SNO (BSO) Barnseweg BA Barneveld

Inspectierapport Kinderdagverblijf Top4Kids (KDV) Blankenburgsestraat AR Ophemert

Inspectierapport KDV-Peuteropvang Ukkenoord (KDV) Sint Maartenstraat GR DOETINCHEM Registratienummer

Inspectierapport Kinderdagverblijf Levenslust (KDV) Zeeweg SN NIEUW-VOSSEMEER Registratienummer

Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang Termijn Prio Hersteltraject Bestraffend traject

Inspectierapport Speelleergroep Sinne Molkenkelder (KDV) Molkenkelder 4f 8941 AJ LEEUWARDEN Registratienummer

Inspectierapport Happy Days (KDV) Verlengde Velmolen NT Uden

Inspectierapport Flattekat (PSZ) Mr. Rinkstraat VH TIEL

Inspectierapport Kinderopvang Be Happy (KDV) Van der Valk Boumanweg 180C 2352JD Leiderdorp

Inspectierapport Kinderdagpaleis Ukkepuk (KDV) Louise de Colignylaan NL VLAARDINGEN Registratienummer

Inspectierapport De Hasselbraam (KDV) 't Witzand PA EEXT Registratienummer

Inspectierapport BSO Kindercampus (BSO) Willem Bontekoestraat CB Hilversum. Dit is een publicatie van:

Inspectierapport Het Bastion (KDV) Middelvaart WS WOUDRICHEM Registratienummer

Inspectierapport Pruttelpot (KDV) Oude Tempellaan 9b 3769JA Soesterberg

Inspectierapport De Wingerd (KDV) Kersenberg KC ROOSENDAAL Registratienummer

Inspectierapport De Waterlelie (KDV) P A van Meverstraat 1 buko 1507XE ZAANDAM Registratienummer

Inspectierapport Buitenschoolse Opvang Kinderopvang Villa Vrolijk VOF Noordpoort BX Sint-Maartensdijk Registratienummer

Inspectierapport Sport BSO Bekkerveld (BSO) Tacitusstraat TZ Heerlen

Inspectierapport Kindcentrum de Tol (BSO) de Hilde WH Zuidlaren

Inspectierapport PUUR Kinderopvang (BSO) Gilzeweg AT Chaam

Inspectierapport Kinderdagverblijf Levenslust (KDV) Zeeweg SN NIEUW-VOSSEMEER Registratienummer

Inspectierapport De Hasselbraam (KDV) Bonnerveen PM GIETERVEEN Registratienummer

Inspectierapport Kindcentrum het Krijt (KDV) Schoolstraat MB Assen

Inspectierapport BSO Wondertje (BSO) Visserijplein HC Tilburg

Inspectierapport KDV De Harlekijn (KDV) Hoflaan ED LEERSUM Registratienummer

Inspectierapport Kindcentrum de Scharmhof (BSO) Scharmbarg EA Assen

Inspectierapport KDV De Berenboot (KDV) Deken Dr.Dirckxweg AB BAVEL Registratienummer

Inspectierapport BSO de Cocon (BSO) 't Hooft KB KLUNDERT Registratienummer

Inspectierapport Eva Dak (KDV) Elzendreef EB VOORBURG Registratienummer

Inspectierapport De Kleine Wei (KDV) Koningin Wilhelminalaan AA HARDINXVELD-GIESSENDAM

Inspectierapport Kinderdagverblijf Us Stekje (KDV) Alde Wei NG Drachtstercompagnie

Inspectierapport Peuteropvang De Kinderkamer Vuren (KDV) Esdoornlaan DA Vuren

Inspectierapport Dribbel (PSZ) Nieuwehaven EG GOUDA

Inspectierapport Dribbel (KDV) Lange Kavel LS EMMER-COMPASCUUM Registratienummer

Inspectierapport Kroevendonk (KDV) Langdonk TG Roosendaal

Inspectierapport KDV De Kleurkrijtjes (KDV) Goverwellesingel DX Gouda

Inspectierapport Kinderdagverblijf De Kinderboerderij (KDV) Rector Hulshofstraat 22b 7135 JV HARREVELD Registratienummer

Inspectierapport Kinderopvang Dol.Fijn (KDV) Plantsoen XM VROOMSHOOP Registratienummer

Inspectierapport Aja Kabaja (KDV) Cordell Hullplaats VA ROTTERDAM Registratienummer

Inspectierapport De Speeldoos (KDV) Voorninklaan AW Winterswijk Registratienummer

Inspectierapport Kindcentrum De Drieslag, locatie S. v.d. Oijeschool (BSO) Oosterdorpsstraat AD Hoevelaken

Inspectierapport Naam (KDV) straat postcode plaats Registratienummer

Inspectierapport KDV Kinderopvang Ommerkanaal (KDV) Ommerkanaal West XR OMMEN Registratienummer

Inspectierapport BSO De Bron, locatie Spaubeek (BSO) Schoolstraat BZ SPAUBEEK Registratienummer

Inspectierapport kinderdagverblijf de Cocon (KDV) 't Hooft KB KLUNDERT Registratienummer

Inspectierapport BSO De Toverfluit (BSO) Roskamweide XB NIEUWEGEIN Registratienummer

Inspectierapport Kinderopvang Nynke (KDV) Koningin Wilhelminastraat AL ZWOLLE Registratienummer

Inspectierapport Smiley Kids BV (KDV) Hilledijk GA ROTTERDAM Registratienummer

Inspectierapport KDV de Hukkie Puk (KDV) Nieuwkoopplein 43A 5045MN Tilburg

Inspectierapport IKC Kameleon (BSO) (BSO) Mondriaanstraat MJ Duiven

Inspectierapport Kinderdagverblijf Eigenwijz (BSO) Bezantijnenstraat BR Gramsbergen

Inspectierapport Drie Turven (PSZ) S. van Drielstraat XP ZEVENHOVEN

Inspectierapport Ziezo (BSO) Albert Plesmanstraat HJ SCHOONHOVEN Registratienummer

Inspectierapport Kinderdagverblijf Kinderopvang Stap Voor Stap Molendijkseweg EX SINT-ANNALAND Registratienummer

Inspectierapport Combigroep KDV-BSO Kindercentrum Zeker Zo Leuk Ravelijnstraat B M IJZENDIJKE Registratienummer

Inspectierapport Stichting Kinderopvang Mariadonk (BSO) Hoefstraat TA Zegge Registratienummer

Inspectierapport BSO de Zwingeltjes (BSO) Lijsterstraat GZ Fijnaart

Inspectierapport BSO Tuindorp (BSO) Nunspeetstraat MA TILBURG Registratienummer

PEUTERSPEELZALEN. Bijlage 3: Afwegingsoverzicht peuterspeelzalen

Inspectierapport Barnehage (KDV) Zilverahorn HB 'S-HERTOGENBOSCH

Inspectierapport Amerij (BSO) Delta LC Huizen

Transcriptie:

Inspectierapport Peuterspeelboerderij Hummelhoef (KDV) Hedel 2 5688LD OIRSCHOT Registratienummer 105732096 Toezichthouder: GGD Brabant-Zuidoost In opdracht van gemeente: OIRSCHOT Datum inspectie: 27-02-2014 Type onderzoek : Regulier onderzoek Status: Definitief

Inhoudsopgave Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 5 Pedagogisch klimaat... 5 Personeel en groepen... 9 Veiligheid en gezondheid... 10 Accommodatie en inrichting... 12 Ouderrecht... 13 Inspectie-items... 14 Gegevens voorziening... 20 Gegevens toezicht... 20 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 21 2 van 21

Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 3 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek. Beschouwing Stichting Peuterspeelboerderij Hummelhoef is gelegen in het buitengebied van Oirschot. Het is gevestigd in hetzelfde gebouw als een kampeerboerderij. Peuterspeelboerderij Hummelhoef is in 1971 opgericht als peuterspeelzaal. In 2001 is de peuterspeelboerderij verhuisd naar het huidige gebouw. Peuterspeelboerderij Hummelhoef bestaat uit één stamgroep met maximaal 16 kinderen in de leeftijd van 2 tot 4 jaar. De peutergroep beschikt over een ruime groep met een gezellige uitstraling, onder andere door het kleurgebruik in de ruimte en de verschillende activiteitenhoeken Het activiteitenprogramma voor peuters is gebaseerd op Puk&Ko. Dit is een programma voor Vooren Vroegschoolse Educatie (VVE). Puk & Ko heeft een ontwikkelingsgerichte aanpak. Naast een nadruk op taalvaardigheid wordt ook gewerkt aan het stimuleren van een brede ontwikkeling van jonge kinderen. Op de peutergroep staat de Gordon-methode centraal in de pedagogische aanpak. De Gordon-methode leert je om op een betere manier te communiceren met kinderen. Gelijkwaardigheid en wederzijds respect staan centraal. Als er problemen zijn, los je die samen op. De beroepskrachten hebben in week 8 in 2014 een bijscholingsbijeenkomst over de Gordonmethode gehad. De peutergroep beschikt over een standvastig team. De beroepskrachten werken er al enige jaren en zijn zichtbaar goed op elkaar afgestemd. Er heerst een duidelijke vaste structuur op de groep en beroepskrachten hebben een duidelijke taakverdeling. Inspectiegeschiedenis: Op d.d. 14-08-2013 heeft er een onderzoek voor registratie plaatsgevonden omdat de peuterspeelboerderij Hummelhoef zich wilde laten registreren als kinderopvang. Op d.d. 13-11-2013 heeft er een onderzoek na registratie plaatsgevonden. Het betrof een aangekondigd bezoek, waarbij alle items uit het toetsingskader getoetst zijn. Er werd niet volledig voldaan aan alle inspectie items, namelijk: - Domein 3: de meldcode kindermishandeling was niet volledig. - Domein 6: Het pedagogisch beleidsplan was niet compleet. Op bovenstaande overtredingen heeft overleg en overreding plaatsgevonden, omdat de houder er in was geslaagd de overtredingen vóór het openbaar maken van het rapport op te lossen. Handhaving De gemeente Oirschot heeft op 15-01-2014 een brief gestuurd naar aanleiding van het laatste inspectierapport. Omdat de houder de overtredingen had opgelost is er niet gehandhaafd door de gemeente Oirschot. Voortgang Op 27-02-2014 is er een onaangekondigd inspectiebezoek gebracht aan peuterspeelboerderij Hummelhoef. Dit inspectiebezoek betreft een regulier onderzoek. Tijdens deze inspectie zijn alle voorwaarden die op dit kinderdagverblijf van toepassing zijn onderzocht. Tijdens de huidige inspectie is geconstateerd dat er volledig wordt voldaan aan de wet Kinderopvang en kwaliteitseisen Peuterspeelzalen. Tijdens de observatie op de groep hebben er gesprekken plaatsgevonden met 3 beroepskrachten. Met de teamleidster is telefonisch en via mail contact geweest. De teamleidster en de beroepskrachten hebben een gedreven houding en staan open voor verbeterpunten. 3 van 21

Advies aan College van B&W Geen handhaving. 4 van 21

Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Peuterspeelboerderij Hummelhoef heeft een beleidsplan, waarin het binnen de organisatie geldende beleid verwoord is en een pedagogisch beleidsplan waarin de uitgangspunten van het pedagogisch beleidsplan vertaald zijn naar de dagelijkse praktijk. Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld: emotionele veiligheid; persoonlijke competentie; sociale competentie; overdracht van normen en waarden. Om een helder beeld te krijgen van beleid, visie en praktijk wordt het pedagogisch beleidsplan gecontroleerd op inhoud en volledigheid. Tevens is bekeken of het beleid omtrent het vierogenprincipe in het pedagogisch beleidsplan uitgeschreven is voor de betreffende locatie. In de praktijk is gekeken naar de kennis van de beroepskrachten met betrekking tot het pedagogisch werkplan en de mogelijkheid om daarvan kennis te kunnen nemen. Pedagogisch beleid Peuterspeelboerderij Hummelhoef hanteert een pedagogisch beleid. In het document is het binnen de organisatie geldende beleid in duidelijk observeerbare termen verwoord, onder andere: Peuters en hun ontwikkeling; Pedagogische aanpak; Zorgverbreding; Vroeg- en Voorschoolse educatie; Hummelhoef als speelomgeving; Samenwerking; Professionalisering Pedagogische praktijk Tijdens het inspectiebezoek heeft een observatie plaatsgevonden in de groep. Er wordt gewerkt met vaste beroepskrachten op vaste dagen. Beroepskrachten tonen tijdens de inspectie een ontspannen houding en beantwoorden de gestelde vragen van de toezichthouder op een transparante wijze. Naar aanleiding van het interview met de beroepskrachten blijkt dat de houder er voor zorgt dat zij voldoende op de hoogte zijn van het pedagogisch beleidsplan. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk maakt de inspecteur gebruik van het Veldinstrument observatie kindercentrum (januari 2014). Onderstaande beschrijvingen zijn aan dat instrument ontleend en tijdens het onderzoek op locatie geconstateerd. Na de cursieve beschrijving uit het veldinstrument volgt eventueel een voorbeeld uit de waargenomen praktijk. Emotionele veiligheid: Het bieden van emotionele veiligheid is van primair belang, niet alleen omdat het bijdraagt aan het welbevinden van de kinderen nu, maar ook omdat een onveilig klimaat het realiseren van de andere pedagogische doelstellingen in de weg staat. Als een kind zich niet veilig voelt, gaat het niet op ontdekking uit en durft het geen nieuwe uitdagingen aan te gaan. Het kind ontwikkelt geen zelfvertrouwen en er kan geen sprake zijn van innerlijke groei door positieve ervaringen. 'Elk kind wordt individueel begroet bij binnenkomst; beroepskrachten doen dit op een enthousiaste en persoonlijke manier'. Observatie 5 van 21

Een beroepskracht staat bij de ontvangst van de ouders en kinderen bij de entree. Alle kinderen worden persoonlijk begroet. 'Er is veel interactie tussen beroepskracht en kind; de interacties zijn vriendelijk en hartelijk'. Observatie Een huilend kind mag op de schoot van een beroepskracht en wordt getroost. 'Het welbevinden van de kinderen is goed. De meeste kinderen zijn ondernemend, energiek en vol aandacht. Zij krijgen de ruimte om zelf te kiezen en te bepalen waar zij zin in hebben of wat zij leuk vinden.' Observatie Beroepskrachten verdelen zich over de groep (elke hoek is in zicht), de kinderen bewegen zich vrij door de ruimte. Kinderen kunnen vrij spelen in: speelhuis zandbak huishoek knutselruimte bij een ontwikkelingsspel aan tafel Persoonlijke competentie: Bij jonge kinderen zijn exploratie en spel de belangrijkste middelen om greep te krijgen op hun omgeving. Door exploratie ontdekt het kind nieuwe handelingsmogelijkheden die vervolgens in spel worden geoefend, uitgebouwd, gevarieerd en geperfectioneerd. Exploratie en spel zijn intrinsiek gemotiveerd; de kwaliteit van exploratie en spel is een voorspeller van hun latere creativiteit, onafhankelijkheid en veerkracht. 'De beroepskrachten geven de kinderen rust en ruimte om zelf te kiezen of mee te denken over wat zij willen doen' Observatie De dag start met zelfstandig spel. Kinderen mogen zelf een keuze maken in de diverse speelhoeken of begeleidend spel. Materialen mogen zelfstandig gepakt worden of wordt gevraagd aan de beroepskracht. Kinderen die moeite hebben met het maken van een activiteitenkeuze en "doelloos" door de ruimte lopen worden begeleid of uitgenodigd. "Kom je ook mee plakken, wat wil je maken? ", "Ik ga schminken, wil je ook geschminkt worden? " Aandachtspunt 'Beroepskrachten sluiten op passende wijze aan bij het ontwikkelingstempo en -niveau van een kind. Zij bieden spelmateriaal en activiteiten aan die uitdagend en spannend zij, zonder het kind te overvragen of te onderschatten'. Observatie Er worden drie gestructureerde activiteiten aangeboden aan 3 tafels met aan elke tafel een beroepskracht. Er wordt voorgelezen, geknutseld en gepuzzeld. De kinderen zijn vrij om deel te nemen aan een tafel, maar mogen ook vrij spelen in zandbak, speelhuis en bouwhoek. Omdat alle gestructureerde activiteiten aan tafel plaats vinden twijfelt de toezichthouder of alle kinderen gezien zijn en alle kinderen een begeleidend aanbod krijgen ter bevordering van hun persoonlijke competentie. Omdat de beroepskrachten aangaven dat er normaliter ook begeleidend spel plaatsvindt in de (actieve) hoeken zoals de huishoek, wordt dit nu als aandachtspunt beschouwd. Sociale competentie Het samenzijn met vertrouwde pedagogisch medewerkers en bekende leeftijdsgenoten bevordert de ontwikkeling van relaties en bevordert dus een gevoel van veiligheid. Goede relaties met leeftijdsgenoten bevorderen de kwaliteit van hun uitwisselingen en van hun spel. In een vertrouwde groep leeftijdsgenoten kunnen kinderen gevoelens van verbondenheid en sociale verantwoordelijkheid ontwikkelen. 'De beroepskrachten beoordelen eerst hoe de situatie in elkaar zit en geven de kinderen de ruimte om het zelf op te lossen en grijpen dan pas in'. observatie 6 van 21

Twee kinderen willen geschminkt worden en er ontstaat een klein conflict tussen beide: "Ik wil eerst, néé ik wil eerst". Beroepskracht: "Dat gaat niet, dan moeten we even ruzie maken, twee kinderen tegelijk lukt niet. Ik ga mijn spullen pakken en dan kunnen jullie nadenken wie als eerste geschminkt wordt". Overdracht van normen en waarden Het gedrag van de groepsleiding speelt een cruciale rol bij de morele ontwikkeling van kinderen. Door de reactie van groepsleiding en de uitleg die zij daarover geven, ervaren kinderen de grenzen van goed en slecht, van anders, van mogen en moeten. Kinderen begrijpen beter waarom bepaald gedrag verwacht wordt in bepaalde situaties. Deze kennis geeft kinderen zekerheid over hun eigen functioneren (zelfvertrouwen) en leidt tot betere zelfsturing en sociale interactie. 'Afspraken, regels en omgangsvormen worden besproken en toegelicht'. Observatie Een kind neemt een grote tas mee in het speelhuis en wil hiermee van de glijbaan. Beroepskracht gaat naar het kind toe en legt uit dat de afspraak is dat kinderen niks meenemen op de glijbaan. Voorschoolse educatie Het activiteitenprogramma voor peuters is gebaseerd op Puk&Ko. Dit is een programma voor Vooren Vroegschoolse Educatie (VVE). Naast de handpop Puk hanteren de beroepskrachten de handpop Liesje bij de VVE activiteiten. Omvang voorschoolse educatie De peuterspeelzaal is 7 dagdelen geopend. Per week besteedt de houder minimaal 10 uur aan voorschoolse educatie. Kwaliteit beroepskrachten voorschoolse educatie Tijdens de inspectie zijn de VVE-certificaten van 6 beroepskrachten ingezien. De beroepskrachten zijn in het bezit van het getuigschrift Puk en Ko mei 2012.Dagelijks zijn er minstens 2 beroepskrachten werkzaam die VVE geschoold zijn. Methodisch werken Er wordt gewerkt aan de hand van thema's, die gedurende een aantal werken centraal staan. Tijdens de inspectie staat het thema 'Feest' centraal, omdat het de week voor carnaval is. De ruimte is versierd in carnavalssfeer. Er hangen slingers aan de muur en de ramen zijn beschilderd met carnavaleske figuren. De thematafel is ingericht met hoedjes, bloemenslingers, masker en een ballonnenkrans. Er wordt voor elk thema een activiteitenplanning gemaakt.. De ouders krijgen vooraf aan elk thema het programma mee naar huis, zodat zij eventueel thuis ook aan kunnen sluiten op dit thema. Gebruikte bronnen: Vragenlijst oudercommissie (ontvangen op 6-04-2014) Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (beroepskrachten) Observaties (donderdag 27-02-2014) Pedagogisch beleidsplan (beleidsplan stichting peuterspeelzaalboerderij; De Hummelhoef 2013-2015) Pedagogisch werkplan (beleidsplan stichting peuterspeelzaalboerderij ;De Hummelhoef 2013-2015) VVE-certificaten (Ingezien van 6 beroepskrachten) Opleidingsplan voorschoolse educatie Observatie Dag: donderdag d.d. 27-02-2014 Tijd: 09.00-11.00 uur Aantal aanwezige kinderen: 15 (2-4 jarigen) Aantal beroepskrachten: 3 7 van 21

Aantal stagiaires: 1 8 van 21

Personeel en groepen Binnen dit domein zijn de medewerkers gecontroleerd op een passende beroepskwalificatie en een geldige verklaring omtrent het gedrag (VOG). In 2014 wordt van alle medewerkers getoetst of VOG is opgenomen in continue screening of tenminste niet ouder zijn dan twee jaar. De beroepskrachtkindratio en de stamgroep zijn gecontroleerd tijdens de observatie. Eveneens is binnen dit domein gekeken of de voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. Verklaring omtrent het gedrag Tijdens de huidige inspectie zijn de VOG s van: 6 beroepskrachten, één stagiaire, één schoonmaakster, de voorzitter van de stichting, en 2 houders ingezien. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een passende beroepskwalificatie conform de CAO kinderopvang. Beroepskracht-kindratio Uit de aanwezigheidslijsten van de maand februari 2014 blijkt dat er voldoende beroepskrachten ingezet worden gezien het aantal en de leeftijd van de kinderen. Er zijn altijd minimaal 2 pedagogisch medewerkers op de groep aanwezig. Opvang in groepen De basisgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen in de leeftijd van 2- tot 4 jaar. Er is één stamgroep en één stamgroepruimte. De peutergroep is alle ochtenden en maandag en donderdagmiddag geopend. De peutergroep is niet langer dan 3,5 uur aaneengesloten geopend. Er is één stamgroep. De kinderen komen op vastgestelde dagen. Tijdens deze dagen zijn er vaste krachten aanwezig. Is er een beroepskracht ziek dan wordt dit door de andere vaste beroepskrachten opgevangen. Er zijn altijd minimaal 2 vaste beroepskrachten aanwezig. De beroepskrachten werken al enige jaren op de peuterspeelboerderij. Gebruik van de voorgeschreven voertaal Alle documenten zijn in de Nederlandse taal geschreven en op het kindercentrum wordt Nederlands gesproken. Gebruikte bronnen: Interview anderen (beroepskrachten) Observaties (donderdag 27-02-2014) Notulen oudercommissie Verklaringen omtrent het gedrag (6 beroepskrachten, 1 stagiaire, 1 schoonmaakster, voorzitter en 2 houders) Diploma's beroepskrachten (6 beroepskrachten) Plaatsingslijsten (februari 2014) Presentielijsten (februari 2014) Personeelsrooster (februari 2014) 9 van 21

Veiligheid en gezondheid Binnen dit domein zijn de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid gecontroleerd op inhoud en volledigheid. Onder andere is gekeken of de houder jaarlijks een risico-inventarisatie afneemt en of de inhoud de actuele situatie betreft. In de praktijk wordt gekeken naar de kennis van de beroepskrachten met het beleid veiligheid en gezondheid. Ook is binnen dit domein gekeken naar de meldcode kindermishandeling. In de praktijk is gekeken naar de kennis bij de beroepskrachten over de inhoud van de meldcode. In de praktijk is beoordeeld of het vierogenprincipe in alle risicosituaties en -ruimten voldoende waarborg biedt. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid is op 01-08-2013 uitgevoerd door de houder en beroepskrachten. De houder heeft voor de risico-inventarisaties gebruik gemaakt van de digitale Risicomonitor Kinderopvang. De risico-inventarisaties zijn uitgevoerd in alle, voor kinderen, toegankelijke ruimtes. Naar aanleiding van de risico-inventarisaties zijn er actieplannen gemaakt en huisregels opgesteld. De risico-inventarisaties zijn is een vast agendapunt bij de werkbesprekingen. Op grond van gesprekken met de pedagogisch medewerkers en de observatie op de groep is geconcludeerd dat het personeel het beleid kent en over het algemeen op een juiste wijze in de praktijk brengt. Tijdens de observatie werden er vochtplekken in het plafond gesignaleerd. De pedagogisch medewerkers gaven aan dat het oude vochtplekken zijn en dat het euvel verholpen is. Er wordt nog gewacht op vervanging van de plafondtegels. Meldcode kindermishandeling Het kindercentrum gebruikt de meldcode voor de kinderopvang, versie juli 2013, die is gebaseerd op de basis meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. (ontwikkeld in opdracht van Brancheorganisatie Kinderopvang). Tijdens het interview zijn de beroepskrachten bekend met de signalen kindermishandeling en bekend met het stappenplan. De leidinggevende van het kindercentrum is de aandachtsfunctionaris Meldcode kindermishandeling. Vierogenprincipe In 2011 heeft de commissie Gunning in haar rapport naar aanleiding van de zedenzaak in Amsterdam het vierogenprincipe geïntroduceerd. Het vierogenprincipe heeft tot doel om situaties te voorkomen waarin de gelegenheid bestaat tot het plegen van (seksueel) misbruik of mishandeling bij kinderen in de dagopvang. Tijdens de huidige inspectie wordt het vierogenprincipe voor het eerst beoordeeld bij Peuterspeelboerderij Hummelhoef. De uitvoering van het beleid vierogenprincipe biedt voldoende waarborg. Het vierogenprincipe wordt als volgt uitgevoerd: Hummelhoef bestaat uit 1 grote binnenruimte waar altijd 2 of 3 pedagogisch medewerksters aanwezig zijn. Tijdens de toiletronde of het verschonen worden de beide deuren naar deze ruimte altijd opengelaten zodat er visueel en auditief contact mogelijk blijft tussen de pedagogisch medewerksters. De pedagogisch medewerksters zijn altijd met 2 of 3 personen binnen of buiten met de groep kinderen en stemmen dit steeds met elkaar af. 10 van 21

De verschillende speelhoeken in de grote ruimte zijn open en daardoor voor iedereen zichtbaar. Het terrein wordt nooit verlaten voor uitstapjes met de kinderen. Gedurende de speeltijd zijn alle leidsters en alle kinderen op Hummelhoef. Gebruikte bronnen: Vragenlijst oudercommissie (ontvangen op 6-04-2014) Interview anderen (beroepskrachten) Risico-inventarisatie veiligheid (d.d. 1-08-2013) Risico-inventarisatie gezondheid (d.d. 1-08-2013) Actieplan veiligheid (ter plaatse ingezien) Actieplan gezondheid (ter plaatse ingezien) Ongevallenregistratie (ter plaatse ingezien) Veiligheidsverslag (ter plaatse ingezien) Gezondheidsverslag (ter plaatse ingezien) Huisregels/groepsregels (ter plaatse ingezien) Meldcode kindermishandeling Pedagogisch beleidsplan (beleidsplan stichting peuterspeelzaalboerderij De Hummelhoef 2013-2015) Pedagogisch werkplan (beleidsplan stichting peuterspeelzaalboerderij De Hummelhoef 2013-2015) 11 van 21

Accommodatie en inrichting Peuterspeelboerderij Hummelhoef is gevestigd in het verbouwde stalgedeelte van een boerderij in het buitengebied van Oirschot. Naast de peuterspeelzaal is er een kampeerboerderij met overnachtingsmogelijkheid voor 80 personen en veel buitenruimte. Binnenruimte Er is één peutergroep die over een vaste groepsruimte beschikt. De Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen schrijft voor dat er voor ieder kind minimaal 3,5 vierkante meter binnenspeelruimte beschikbaar is. De peutergroep beschikt ruimschoots over de vierkante meters binnenspeelruimte. Aantal m² Binnenspeelruimte Maximaal aantal aanwezige kinderen m² per kind 110 m² 16 6.8 m² Inrichting De binnenruimte is ingedeeld in verschillende activiteitenhoeken o.a. een zandbak, speelhuis met glijbaan, een bouwhoek, een poppenhoek, leeshoek en een verkleedhoek. Er is een aparte ruimte om te knutselen/ een atelier. Slaapruimte De slaapruimte is niet beoordeeld omdat er opvang geboden wordt aan een peutergroep (2-4 jarigen). Hiervoor geldt geen verplichting tot het hebben van een slaapruimte. Buitenspeelruimte Er is 110 m² buitenruimte beschikbaar. Per kind is er ruim 6,8 m² buitenspeelruimte beschikbaar. De buitenruimte is omheind met een hekwerk. Er is een gedeelte met gras maar ook een verhard gedeelte waar kinderen kunnen fietsen en steppen. Er zijn verschillende speeltoestellen zoals een speelhuis met glijbaan, schommels. Aangrenzend aan de buitenruimte is een kippenren en een groot speelveld met speeltoestellen van de kampeerboerderij. Gebruikte bronnen: Observaties (donderdag 27-02-2014) Plattegrond 12 van 21

Ouderrecht Binnen dit domein is beoordeeld hoe de houder de ouders en oudercommissie betrekt en informeert inzake het beleid. Tevens is gekeken naar de klachtenprocedure van het kindercentrum. Informatie Ouders krijgen mondeling informatie bij het kennismaking en/ of oriëntatiegesprek. Er is een informatieboekje, allerlei formulieren en een website en een nieuwsbrief. Oudercommissie De oudercommissie bestaat uit 2 leden. Er is de afgelopen tijd advies gegeven over de openingstijden, invullen van de feestdagen en de invulling en organisatie van thema-avonden. Klachten De houder heeft een klachtenregeling die voldoet aan de beschreven eisen. De externe klachtencommissie bestaat uit drie onafhankelijke personen uit Oirschot en is ook voor de oudercommissie beschikbaar. Er zijn tot op heden geen klachten ingediend. Het jaar 2013 is het eerste jaar waarover de houder een klachtenjaarverslag cliënten en oudercommissie dient op te stellen. Dit verslag moet vóór 1 juni 2014 worden opgestuurd naar GGD Brabant-Zuidoost. Tijdens de volgende inspectie zal het klachtenjaarverslag beoordeeld worden. Gebruikte bronnen: Vragenlijst oudercommissie (ontvangen op 6-04-2014) Interview anderen (beroepskrachten) Reglement oudercommissie Website (www.dehummelhoef.nl) Klachtenregeling 13 van 21

Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleid De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de stamgroep. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun stamgroep verlaten. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub d Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe stamgroep waarin zij zullen worden opgevangen. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub e Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het vierogenprincipe is vormgegeven. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub h Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 14 van 21

De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Voorschoolse educatie Voorschoolse educatie omvat per week ten minste vier dagdelen van ten minste 2,5 uur of per week ten minste 10 uur aan activiteiten gericht op het stimuleren van de ontwikkelingsdomeinen taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het feitelijk aantal aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste één beroepskracht per acht kinderen. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) De groep bestaat uit ten hoogste 16 feitelijk aanwezige kinderen. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 2 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) De beroepskrachten voorschoolse educatie zijn in het bezit van een getuigschrift van met gunstig gevolg afgelegd examen van één van de bij ministeriële regeling vastgelegde diploma s. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) Onderdeel van de beroepsopleiding waarvoor het getuigschrift is behaald, vormt ten minste één module over het verzorgen van voorschoolse educatie. OF De beroepskracht bezit een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma s. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) De houder stelt jaarlijks een opleidingsplan op. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) Voor de voorschoolse educatie wordt een programma gebruikt waarin op gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling wordt gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en sociaal-emotionele ontwikkeling. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het college van B&W overgelegd en op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) 15 van 21

De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 6 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 en 6 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Gebruik van de voorgeschreven voertaal De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. (art 1.55 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) OF Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode. (art 1.55 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) 16 van 21

De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder beschrijft de veiligheidsrisico s op de thema s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a en lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder beschrijft de gezondheidsrisico s op de thema s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a en lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 17 van 21

Accommodatie en inrichting Binnenruimte Elke stamgroep beschikt over een afzonderlijke vaste groepsruimte. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² binnenspeelruimte beschikbaar, waaronder mede begrepen passend voor spelactiviteiten ingerichte ruimtes buiten de groepsruimte. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Buitenspeelruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3 m² buitenspeelruimte beschikbaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders over het te voeren beleid. (art 1.54 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De houder informeert de ouders en de kinderen in welke stamgroep het kind verblijft en welke beroepskrachten op welke dag bij welke groep horen. (art 1.50 lid 2 en 1.54 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo speodig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats. (art 1.54 lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Oudercommissie De houder heeft een reglement oudercommissie vastgesteld. (art 1.59 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Het reglement omvat regels omtrent het aantal leden. (art 1.59 lid 2 sub a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Het reglement omvat regels omtrent de wijze van kiezen van de leden. (art 1.59 lid 2 sub b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Het reglement omvat regels omtrent de zittingsduur van de leden. (art 1.59 lid 2 sub c Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) 18 van 21

Het reglement omvat geen regels omtrent werkwijze van de oudercommissie. (art 1.59 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De houder wijzigt het reglement na instemming van de oudercommissie. (art 1.59 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De houder heeft een oudercommissie ingesteld. (art 1.58 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De houder en personen werkzaam bij het kindercentrum, zijn geen lid. (art 1.58 lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De leden worden gekozen uit en door de ouders. (art 1.58 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De houder stelt de oudercommissie in de gelegenheid haar eigen werkwijze te bepalen. (art 1.58 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De houder stelt de oudercommissie in staat haar advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit met betrekking tot de genoemde onderwerpen in artikel 1.60 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. (art 1.60 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De houder verstrekt de oudercommissie tijdig en desgevraagd schriftelijk alle informatie die deze voor de vervulling van haar taak redelijkerwijs nodig heeft. (art 1.60 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Van een gevraagd advies van de oudercommissie wijkt de houder alleen af indien hij schriftelijk en gemotiveerd aangeeft dat het belang van de kinderopvang zich tegen het advies verzet. (art 1.60 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Klachten De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van ouders die voldoet aan de beschreven eisen. (art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector) De houder brengt de klachtenregeling voor ouders op passende wijze bij hen onder de aandacht. (art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector) De houder ziet erop toe dat de klachtencommissie voor ouders werkt met een reglement. (art 2 lid 3 Wet klachtrecht cliënten zorgsector) De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van de oudercommissie over een door hem genomen besluit als bedoeld in artikel 1.60, eerste lid die voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De houder brengt de klachtenregeling oudercommissie op passende wijze bij hen onder de aandacht. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) 19 van 21

Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : Peuterspeelboerderij Hummelhoef Website : http://www.dehummelhoef.nl Aantal kindplaatsen : 16 Gesubsidieerde voorschoolse educatie : Ja Gegevens houder Naam houder : Peuterspeelboerderij Hummelhoef Adres houder : Hedel 2 Postcode en plaats : 5688LD OIRSCHOT KvK nummer : 41095287 Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Brabant-Zuidoost Adres : Postbus 810 Postcode en plaats : 5700AV HELMOND Telefoonnummer : 088 0031 377 Onderzoek uitgevoerd door : H. Dekkers Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : OIRSCHOT Adres : Postbus 11 Postcode en plaats : 5688ZG OIRSCHOT Planning Datum inspectie : 27-02-2014 Opstellen concept inspectierapport : 31-03-2014 Vaststelling inspectierapport : 23-04-2014 Verzenden inspectierapport naar houder : 23-04-2014 en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar : 23-04-2014 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 30-04-2014 20 van 21