Inspectierapport K.D.V. Pinokkio Tuinstraat 2 (BSO) Tuinstraat 2 9404KL ASSEN Registratienummer 133051882 Toezichthouder: GGD Drenthe In opdracht van gemeente: Assen Datum inspectie: 05-11-2015 Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 26-11-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Pedagogisch klimaat... 4 Personeel en groepen... 5 Inspectie-items... 7 Gegevens voorziening... 9 Gegevens toezicht... 9 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 10 2 van 10
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een aangekondigd jaarlijks onderzoek. Tijdens deze inspectie zijn alle voorwaarden die op deze locatie van toepassing zijn onderzocht. Beschouwing De BSO de Tuinstraat maakt onderdeel uit van Pinokkio kinderopvang. De BSO is gevestigd in een pand waar ook andere organisaties in gevestigd zijn zoals het consultatiebureau. De twee BSO ruimtes zijn niet met elkaar verbonden maar de kinderen kunnen wel via een gemeenschappelijke buitenruimte naar elkaar toegaan. Er is een ruimte tuin aanwezig die goed omheind is. De nieuwe BSO ruimte heeft ook nog een ruime speel kelder. Deze ruimte is echt ingericht om te bouwen en andere activiteiten te doen. De andere BSO ruimte is meer geschikt voor de jongere kinderen. Deze ruimte wordt ook gebruikt voor het KDV die net gestart is. Tijdens de inspectie is er gesproken met de twee beroepskrachten. Zij toonden een open houding en namen de tijd om de toezichthouder te woord te staan. De beroepskrachten toonden een respectvolle houding naar de kinderen toe. Tijdens de huidige inspectie is geconstateerd dat de getoetste voorwaarden voldoen aan de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 10
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Inleiding: Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld: emotionele veiligheid; persoonlijke competentie; sociale competentie; overdracht van normen en waarden. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie kindercentrum. Pedagogische praktijk De kinderen zitten aan 1 tafel met de beroepskracht. Ze zijn aan het eten en drinken. De beroepskracht vraagt of de kinderen nog liedjes hebben geleerd die met Sint Maarten te maken hebben. De beroepskracht noemt het enige liedje die zij zelf kent. De kinderen proberen nog een aantal liedjes uit. De beroepskracht noemt een jongetje bij zijn naam en zegt dat hij niet aan alle koekjes moet zitten voordat hij er 1 uitkiest. Een andere jongen wil geen koekje en de beroepskracht vraag of hij nog een cracker wil. Een ander kind zegt dat hij geen lampionnetje gaat lopen, " ik vind dat kinderachtig" zegt hij. Dat kan zegt de beroepskracht. Een kind vraagt of hij de krukken op mag stapelen. De beroepskracht legt hem uit dat hij nog even moet wachten omdat een ander kind nog niet klaar is. Als iedereen klaar is pakt de beroepskracht de gezichten doekjes. De kinderen weten dat de doekjes daarna in de prullenbak moeten en pakken hun jas. Het is duidelijk dat de kinderen de structuur van de middag kennen. Ze gaan vol enthousiasme naar buiten om te voetballen. Als het even later begint te regenen komen de kinderen allemaal binnen op de KDV/ BSO groep. De beroepskracht verteld dat de dat met de andere beroepskracht heeft overlegd. De toezichthouder concludeert uit bovenstaande bevindingen dat er voldoende aandacht wordt besteed aan de vier pedagogische basisdoelen. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Coordinator RI&E) Interview anderen (Beroepskrachten) Observaties (5-11-2015) Pedagogisch beleidsplan (18-3-2015) Pedagogisch werkplan (21-9-2015.) 4 van 10
Personeel en groepen Inleiding Binnen dit domein zijn zowel de beroepskrachten als het kantoorpersoneel steekproefsgewijs gecontroleerd op een passende beroepskwalificatie en een geldige verklaring omtrent het gedrag (VOG). De beroepskracht-kindratio (BKR) en de basisgroepen zijn gecontroleerd door middel van roosters, plaatsingslijsten en presentielijsten. Beoordeeld is of de praktijk met de theorie overeenkomt. Verklaring omtrent het gedrag Verklaring omtrent het gedrag Op 23 april 2015 heeft de toezichthouder op het bedrijfsbureau van Pinokkio een steekproef gehouden onder de medewerkers. De verklaringen omtrent gedrag zijn gecontroleerd en hieruit zijn geen onrechtmatigheden naar voren gekomen. Passende beroepskwalificatie Passende beroepskwalificatie; Op 23 april 2015 heeft de toezichthouder op het bedrijfsbureau van Pinokkio een steekproef gehouden onder de medewerkers. De passende beoepskwalificaties zijn gecontroleerd en hieruit zijn geen onrechtmatigheden naar voren gekomen. Opvang in groepen De roosters en aanwezigheidslijsten van de weken 43, 44 en 5-11 2015 zijn beoordeeld. BSO de Tuinstraat beschikt over twee BSO ruimtes. De ene ruimte is echt gericht op alleen de BSO kinderen en de andere ruimte is geschikt voor 0-12 jaar kinderen. De kinderen weten bij welke basisgroep ze horen. De ouders worden hierover geïnformeerd tijdens een intake en het pedagogisch beleidsplan van Pinokkio. Na het eten en drink moment hanteert de BSO een open deuren beleid en kunnen de kinderen gezamenlijk buiten spelen of bij elkaar naar binnen lopen om te spelen. Beroepskracht-kindratio Uit de observatie op 5-11-2015 en de aanwezigheidslijsten van de weken 43,44 en 5-11-2015 blijkt dat er voldoende beroepskrachten worden ingezet, gezien het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. Hiermee wordt voldaan aan de gestelde eisen. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Coordinator RI&E) 5 van 10
Interview anderen (Beroepskrachten) Observaties (5-11-2015) Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Plaatsingslijsten (weken 43, 44 en 5-11-2015) Presentielijsten (weken 43, 44 en 5-11-2015) Personeelsrooster (weken 43, 44 en 5-11-2015) Pedagogisch beleidsplan (18-3-2015) Pedagogisch werkplan (21-9-2015.) 6 van 10
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen De verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht, vrijwilliger is niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 en 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en 7 van 10
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en 8 van 10
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : K.D.V. Pinokkio Tuinstraat 2 Website : http://www.pinokkio.nu Aantal kindplaatsen : 25 Gegevens houder Naam houder : K.D.V. Pinokkio Pittelo B.V. Adres houder : Maasstraat 21 Postcode en plaats : 9406RA ASSEN Website : www.pinokkio.nu KvK nummer : 04059227 Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Drenthe Adres : Postbus 144 Postcode en plaats : 9400AC ASSEN Telefoonnummer : 0592-306300 Onderzoek uitgevoerd door : S. van Nimwegen Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Assen Adres : Postbus 30018 Postcode en plaats : 9400RA ASSEN Planning Datum inspectie : 05-11-2015 Opstellen concept inspectierapport : 23-11-2015 Zienswijze houder : 24-11-2015 Vaststelling inspectierapport : 26-11-2015 Verzenden inspectierapport naar houder : 27-11-2015 Verzenden inspectierapport naar : 27-11-2015 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 27-11-2015 9 van 10
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Wij gaan akkoord met de inhoud van het inspectierapport. 10 van 10