Waterwegwijzer bouwen en verbouwen



Vergelijkbare documenten
Filters Hemelwaterput 4 september 2017

Regenwaterhergebruik in Vlaanderen

Afkoppelen: naar een

De brongerichte aanpak van de waterproblematiek Visie vanuit de gewestelijke overheid

Controle van de voorwaarden uit de verordening hemelwater bij een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning of een melding

AANDACHTSPUNTEN VOOR ARCHITECTEN, BOUWERS en VERBOUWERS

GEMEENTELIJKE VERORDENING INZAKE HEMELWATERPUTTEN, INFILTRATIEVOORZIENINGEN, BUFFERVOORZIENINGEN, GESCHEIDEN LOZING VAN AFVALWATER EN HEMELWATER

Nieuwe regelgeving voor bouwers en verbouwers. Slim omgaan met regenwater

Het besluit treedt in werking op 1 februari 2005.

Addendum B25 Verordening hemelwater

Infovergadering project: Betonweg Ellikom. Doortocht centrum Ellikom

Gemeentelijk subsidiereglement voor hemelwaterinstallaties en infiltratievoorzieningen voor woningen en lokalen van verenigingen 1

Raming totaalproject: EUR

SCHEMA REGENWATERPUT

Waterwegwijzer bouwen en verbouwen. Let op!

GR punt 18: Leefmilieu wijziging subsidiereglement voor hemelwaterinstallaties voor woningen - goedkeuring

Waterwegwijzer bouwen en verbouwen

Infovergadering project Hogeweg. Afkoppelen hemelwater

Afkoppelen van regenwater: praktijkvoorbeelden uit Nijmegen en Vlaanderen. VVSG 22 oktober 2013

INFOSESSIE GEWESTELIJKE STEDENBOUWKUNDIGE VERORDENING HEMELWATER BVR 5/7/2013

Hoofdstuk 1: Definities

09/06/2015. Bewonersvergadering Wegenis- en rioleringswerken in de Akkerstraat (deel) te Malle

Infovergadering. Project: Kleine Kruisstraat te Herk-de-Stad

12/02/2014. Bewonersvergadering Bouwen waterzuiveringsinstallatie omgeving Herentalsebaan en Dijkstraat te Zandhoven

Remediëring door vasthouden, infiltreren en hergebruik van hemelwater. Ingeborg Barrez - VMM

Addendum B25 Aanstiplijst hemelwater. 1 Vul de aanstiplijst hemelwater in.

VERSLAG ADVIES AFKOPPELING

Je aansluiting op het rioleringsnet

Infovergadering. Project: Grote Markt, Gen. Bar. Jacquesstr e.a. Diksmuide

Subsidiereglement betreffende de afkoppeling van hemelwater afkomstig van particuliere woningen

Gescheiden riolering voor bestaande woningen

Opvang en afvoer van regenwater Een bevraging bij huishoudens in Vlaanderen

Formuleren van een wateradvies. Filip Raymaekers VMM afdeling Operationeel Waterbeheer Voorzitter CIW Werkgroep Watertoets

Provincie Vlaams-Brabant Provinciale stedenbouwkundige verordeningen hemelwater: aanstiplijst

UITTREKSEL uit de notulen van de Gemeenteraad

Ga naar schema van deze verordening. nee Soort vermelden. 0,00 m² A

Infovergadering 17 november Weg naar Opoeteren Weg naar Opitter Groenstraat - Waterlozestraat

STEDELIJK AANMOEDIGINGSREGLEMENT INZAKE DE AANLEG VAN EEN HEMELWATERINSTALLATIE BIJ BESTAANDE PARTICULIERE GEBOUWEN

VEELGESTELDE VRAGEN M.B.T. SEPTISCHE PUT, IBA, REGENWATERPUT, INFILTRATIE- VOORZIENING EN SCHEIDING RWA/DWA.

Stedelijk aanmoedigingsreglement inzake de aanleg van een hemelwaterinstallatie bij bestaande particuliere gebouwen

CORRECT SCHEIDEN & AFVOEREN VAN AFVALWATER & REGENWATER

Pidpa Riolering in Malle: Leegstede - Eertbolweg - Aanleg riolering -

Beheer van waterbronnen : Do s & Don ts

Rioleringsproject Kiezel

Regenwatergebruik bij woningen

Bewonersvergadering Afkoppeling bedrijven in de Industrieweg, Energieweg, Nijverheidsstraat, Ambachtsstraat, Industriezone en De Delften te Malle

Subsidieaanvraag hemelwaterinstallatie en/of infiltratievoorziening

Technische Fiche Reni ADVANCED KUNSTSTOF pakket

Bijlage 4: regenwater, een duurzame oplossing

Pidpa Riolering in Zoersel: Wijk Kapellenhof - Aanleg riolering -

Doortocht Itegem - Aanleg riolering en wegenis - Voorstelling bewonersvergadering 25 april 2013

KEURING VAN UW PRIVATE WATERAFVOER

Briefadvies. Het vaststelling. van een. Datum

Informatieavond riolerings- en wegeniswerken. Bloemekeswijk Fase II

SUBSIDIE-AANVRAAG AANLEG REGENWATERPUT

Hemelwater Wat moet? Wat mag?

Technische Fiche Reni MAXI BETON pakket

stad brugge woondienst

nr. 306 van GWENNY DE VROE datum: 9 februari 2018 aan JOKE SCHAUVLIEGE Gescheiden rioleringen - Stand van zaken

Verkaveling Het Leeg - Rietbeemden - Advies Aquafin -

Aalsters reglement op de rioolaansluitingen: aanstiplijst.

AANVRAAGFORMULIER GEMEENTELIJKE SUBSIDIE

Pidpa Riolering in Zoersel: De Blokskens - Berkenlaan - Aanleg riolering -

bvr 1/10/2004 b.s. 8/11/2004 Het besluit treedt in werking op 1 februari 2005.

12/02/2014. Bewonersvergadering Bouwen waterzuiveringsinstallatie omgeving Herentalsebaan en Dijkstraat te Zandhoven

Doornbergstraat De Egdstraat, Hamerstraat, Grote Meur, Langdorpsesteenweg, Testeltsesteenweg, Peperstraat, Buikpoelstraat & Broekstraat

Voorbeelden berekeningen

RUP SION. Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan. bijlage 5: aanvullende watertoets. stad Lier. 04 mei 2011

Subsidiedossier Hemelwaterinstallatie en/of infiltratievoorziening

Technische Fiche Reni MAXI BETON (+) pakket

Gemeentelijke premieregeling voor hemelwaterinstallaties en infiltratievoorzieningen in wooneenheden

Infovergadering. Project:R/1732 R/4763 LANGEMARK-POELKAPELLE Galgestraat, Gistelhofstraat

Technische Fiche Reni ADVANCED KUNSTSTOF (+) pakket

Wateroverlast voorkomen 31/05/2016

Infovergadering. Project: LU-R1062-Melderstebaan

AFSCHAFFING MET GROTE GEVOLGEN

UITTREKSEL UIT HET NOTULENBOEK VAN DE GEMEENTERAAD ZITTING VAN 11/12/2008

Milieu. Subsidiereglement voor het plaatsen van een hemelwaterinstallatie. Art. 1.- Definities:

Hemelwater, een duurzame oplossing!

Informatieavond Riolerings- en wegeniswerken Rozenlaan Resedalaan. Afkoppelingswerken op perceelsniveau

Aquafin en de gemeente plannen werken in uw buurt Infoavond

Technische Fiche Reni ADVANCED BETON pakket

Rioleringsproject Gemeente Waasmunster. Infovergadering gemeente Waasmunster 1

Infovergadering bewoners woensdag 19 januari

Rioleringsproject Gentstraat, Sint-Jozefstraat en Broekstraat te Tielrode Gemeente Temse. Aki Jungbluth

Handleiding bij het invullen van de onderdelenlijst

De watertoets een last of een noodzaak? Filip Raymaekers VMM afdeling Operationeel Waterbeheer

Info-avond Riolerings- en wegeniswerken DOM-270/11/216-Z Borstekouterstraat - Fonteinstraat. Afkoppelingswerken op perceelsniveau

Technische Fiche Reni MAXI KUNSTSTOF pakket

INFOSESSIE NIEUWE VERORDENING HEMELWATER STAP-VOOR-STAP PRAKTISCHE REKENVOORBEELDEN JULIE ALBOORT NAV

Voor de volledigheid vermelden we nog twee oplossingen die in deze fiche niet aan bod komen.

leeft......met water Regenwater gescheiden afvoeren

OM MEER TE WETEN OVER DE INRICHTINGEN

Zitting van 25 november 08. Gemeentelijk subsidiereglement voor hemelwaterinstallaties en infiltratievoorzieningen voor woningen

Ontsluiting regenwater Bloemekeswijk. Lisa Vanhaute Bram Quaghebeur

Provinciale Dienst Waterlopen. Adviesinstantie Watertoets

Technische Fiche Reni ADVANCED BETON pakket

SUBSIDIEFORMULIER HEMELWATERINSTALLATIE, INFILTRATIE- OF BUFFERVOORZIENING

Al aan riolering gedacht?

Algemeen reglement rioolaansluitingen IWVA

Transcriptie:

Waterwegwijzer bouwen en verbouwen

COLOFON Deze brochure is een uitgave van de Vlaamse Milieumaatschappij Met dank aan en in samenwerking met: Wendy Francken (VLARIO - kenniscentrum en overlegplatform voor de riolerings- en afvalwaterzuiveringssector in Vlaanderen), Werkgroep Waterwegwijzer (VLARIO), Carlo Bollen (Docent Rioleringen - Xios- Hogeschool), Katrien Vandevelde (architect - student Xios hogeschool), Bart Verstraete en Jimmy Debuysere (NAV - Vlaamse Architectenorganisatie) Coördinatie en eindredactie: VMM (Ingeborg Barrez, Yannick Verstraete, Wim Verhaegen, Daniël Verlé) Vormgeving: Danni Elskens (Koloriet) Copywriting: Kluwer Fotografie: Jan Caudron, Infrax, Christophe Claeys, Kokos Biobed, Kurio, Plastiek Van Wauwe, Riobra, Shutterstock, Godfried van Hertum, Daniël Verlé, Yannick Verstraete, Vlaamse confederatie Bouw, VMM-fototheek, Werkgroep Vlario. Tekeningen: Cover: Inge Michiels Binnenblz.: Koloriet Danni Elskens Verantwoordelijke uitgever: Philippe D'Hondt afdelingshoofd Lucht, Milieu en Communicatie Depotnummer: D/2010/6871/004 Bijkomende exemplaren kunnen besteld worden bij het Infoloket van de Vlaamse Milieumaatschappij: A. Van de Maelestraat 96, 9320 Erembodegem, Tel. 053 72 64 45, info@vmm.be Downloaden kan op: http://www.vmm.be/pub Mits bronvermelding wordt overname van teksten aangemoedigd. Gedrukt op milieuvriendelijk papier: Balance Silk (60% gerecycleerd papier met 40% FSC-pulp) 2

Waterwegwijzer bouwen en verbouwen Waterwegwijzer bouwen en verbouwen 3

4

Inhoud 1 Voorwoord 9 2 Beleidskader 11 2.1 Hemelwater 11 2.1.1 VLAREM II 11 2.1.2 Stedenbouwkundige verordeningen 11 2.1.3 Europese kaderrichtlijn Water 11 2.1.4 De watertoets 12 2.1.5 Code van goede praktijk 12 2.2 Afvalwater 12 2.3 Keuringen 13 3 Bouwen in harmonie met de omgeving 15 3.1 Ruimte voor water 15 3.2 Grondwaterverlaging 17 3.2.1 Tijdelijke bemaling 17 3.2.2 Permanente drainage van ondergrondse constructies 18 3.2.3 Water in de tuin 18 3.3 Bouwen langs een waterloop 19 4 Hemelwater 21 4.1 Hemelwater scheiden van afvalwater 21 4.2 Waarom hemelwater nuttig gebruiken, infiltreren of bufferen? 22 4.3 Gebruik van hemelwater 24 4.3.1 Hoeveel water verbruiken wij? 24 4.3.2 Wanneer een hemelwaterput voor hergebruik plaatsen? 25 4.3.3 Wat aansluiten op de hemelwaterput en wat niet? 25 4.3.4 Hoe een hemelwatersysteem installeren? 26 4.3.5 Dimensionering van hemelwaterputten 33 4.4 Infiltreren 34 4.4.1 Wanneer is infiltratie mogelijk? 34 4.4.2 Toepassingsmogelijkheden 36 4.4.3 Aandachtspunten bij de uitvoering 44 Waterwegwijzer bouwen en verbouwen 5

4.4.4 Dimensionering van infiltratievoorzieningen 45 4.5 Buffering met vertraagde afvoer 46 4.5.1 Systemen 47 4.5.2 Berekening buffervolume 48 4.6 Groendaken 48 4.6.1 Dimensionering groendak 49 5 Afvalwater 51 5.1 Afvalwater opvangen en afvoeren 51 5.1.1 Centraal gebied 51 5.1.2 Collectief geoptimaliseerd buitengebied 52 5.1.3 Collectief te optimaliseren buitengebied 52 5.1.4 Individueel te optimaliseren buitengebied 52 5.2 Septische put 53 5.3 Individuele behandelingsinstallatie voor afvalwater (IBA) 54 5.3.1 Intensieve systemen 55 5.3.2 Extensieve systemen 57 6 Praktische tips bij ontwerp van de huisriolering 59 6.1 Diameter en helling van de rioleringsbuizen 59 6.1.1 Diameter en helling vuilwaterleiding (DWA) 59 6.1.2 Diameter en helling hemelwaterleiding (RWA) 60 6.2 Rioolaansluiting 61 6.3 Diepte van de rioolaansluiting 62 6.4 Kelderaansluiting 62 6.5 Disconnectieputje/sifon 63 6.5.1 Ontstoppingsputjes/toegangsputjes 64 6.5.2 Bezinkput/schepput/slijkvanger/decanteertoestel 64 6.5.3 Vetvanger 64 6.6 Inbuizing baangracht 64 6.7 Bouwaanvraag 64 6.7.1 Wat moet er op het rioleringsplan staan? 65 6.7.2 Wat mag er op het rioleringsplan staan? 65 6.8 Premies 65 7 Aandachtspunten bij het ontwerp van het drinkwatercircuit 67 8 Verklarende woordenlijst 71 9 Literatuurlijst 75 10 Nuttige adressen 77 6

Waterwegwijzer bouwen en verbouwen 7

8

Voorwoord 1 Het Vlaamse Gewest, lokale overheden en drinkwatermaatschappijen leggen, bij de bouw van een woning, een aantal richtlijnen of verplichtingen op voor de lozing van huishoudelijk afvalwater en hemelwater en voor het drinkwatercircuit. Bouwheren en architecten vinden het doel daarvan niet altijd duidelijk. Soms is voor hen evenmin duidelijk hoe ze de richtlijnen in de praktijk kunnen toepassen. De verplichtingen roepen ook praktische vragen op bij (ver)bouwers en iedereen die hen begeleidt. De architect is meestal het aanspreekpunt voor wie vragen heeft. De Waterwegwijzer bouwen en verbouwen wil daarom aan architecten een antwoord geven op de meest voorkomende vragen. De gids is ook gericht naar een breder publiek, zoals aannemers, loodgieters, particulieren, tuinaanleggers, enz. Ook zij zijn betrokken bij de waterhuishouding in en rond de woning. Omdat de Waterwegwijzer een praktische gids wil zijn, bevat hij ook concreet uitgewerkte voorbeelden. De Waterwegwijzer wil de weg wijzen naar een rationeler en duurzamer omspringen met water dat in en om de particuliere woning wordt gebruikt. Het gaat onder andere over de opvang, het hergebruik, de buffering en de lozing van hemelwater. Duurzaam waterbeheer betekent ook dat de hoeveelheid afvalwater tot een minimum wordt beperkt. Dit afvalwater moet behandeld worden voor het geloosd wordt in het oppervlaktewater. Voor die behandeling bestaan er twee mogelijkheden: - ofwel wordt het afvalwater vandaag of in de toekomst opgevangen in een riool en staat de gemeente, de rioolbeheerder of het gewest in voor de verdere zuivering; - ofwel moeten particulieren zelf instaan voor de zuivering met een individuele behandelingsinstallatie voor afvalwater (IBA). Omdat de informatie in de Waterwegwijzer ook verandert, is ervoor gekozen om deze uitgave verder te ondersteunen met behulp van de website Waterwegwijzer voor bouwen en verbouwen : www.vmm.be/water/waterwegwijzerbouwen. Het doel van deze website is om er onder andere wetswijzigingen, technische detailinformatie, internetlinks en een vraag- en antwoordrubriek in onder te brengen. Hou dus, naast dit naslagwerk, de website in het oog voor de meest recente informatie. Met deze Waterwegwijzer streven we samen naar een duurzaam waterbeheer in Vlaanderen. Frank Van Sevencoten Administrateur-generaal Waterwegwijzer bouwen en verbouwen 9

10

Beleidskader 2 Hier krijgt u een overzicht van enkele belangrijke beleidsmaatregelen die in het Vlaamse Gewest gelden voor de afvoer van hemel- en afvalwater. 2.1 Hemelwater 2.1.1 VLAREM II VLAREM II bevat bepalingen over de regenweerafvoer voor zowel ingedeelde als niet-ingedeelde inrichtingen, waaronder woningen. In artikel 6.2.2.1.2 4 van VLAREM II staat dat bij de afvoer van hemelwater de voorkeur moet gaan naar de hieronder vermelde rangorde van afvoerwijzen, volgens graad van belang: opvangen voor hergebruik (hemelwaterput); infiltratie op eigen terrein; buffering met vertraagd lozen op het oppervlaktewater of een kunstmatige afvoerweg voor hemelwater; lozing in de regenweerafvoerleiding (RWA) in de straat. Bovenstaande rangorde is bindend. Alleen wanneer de best beschikbare technieken geen hoger gerangschikte afvoerwijzen toelaten, mag het hemelwater in de openbare riolering worden geloosd. 2.1.2 Stedenbouwkundige verordeningen De gewestelijke stedenbouwkundige verordening over hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen 1 beschrijft voorwaarden voor nieuwbouw en grondige verbouwingen. Deze verordening bepaalt o.a. de minimale dimensioneringscriteria waaraan hemelwaterputten, infiltratie- en buffervoorzieningen moeten voldoen. Provinciale en gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen kunnen bijkomende eisen stellen bovenop de gewestelijke stedenbouwkundige verordening. 2.1.3 Europese kaderrichtlijn Water en het decreet Integraal Waterbeleid De Europese kaderrichtlijn Water² legt de lidstaten eisen op over de kwaliteit en kwantiteit van het oppervlaktewater en grondwater. Daarmee wil Europa de watervoorraden en waterkwaliteit veilig stellen en de gevolgen van overstromingen en perioden van droogte beperken. Tegen eind 2015 moeten de Euro- 1 Besluit van de Vlaamse Regering van 1 oktober 2004 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, B.S. 8 november 2004. ² Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2000 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid, PB L 327, 22 december 2000. Waterwegwijzer bouwen en verbouwen 117

pese oppervlaktewateren en grondwaterlagen een goede toestand bereiken. Deze richtlijn is in Vlaamse wetgeving omgezet door het decreet Integraal Waterbeleid. In uitvoering van de richtlijn en het decreet worden beheerplannen en maatregelenprogramma s opgemaakt om de goede toestand te bereiken. Het betreft een zeer divers pakket aan maatregelen inzake kostenterugwinning voor waterdiensten, ter verbetering van de structuur en de kwaliteit van oppervlaktewater, ter verbetering van de kwaliteit en kwantiteit van grondwater, beschermde gebieden en waterbodems, ter voorkoming van wateroverlast en watertekort. 2.1.4 De watertoets Artikel 8 van het decreet integraal waterbeleid bepaalt dat vergunningen, plannen en programma's door de vergunningverlener moeten onderworpen worden aan een watertoets. Dit impliceert dat ook voor de bouw-en milieuvergunning een watertoets noodzakelijk is. Dit beleidsinstrument beoordeelt elk mogelijk schadelijk effect op de waterhuishouding (oppervlakte- en grondwater) van een ruimtelijk initiatief zoals bv. de opmaak van een ruimtelijk uitvoeringsplan, het verkavelen van gronden voor woning-of industriebouw of de bouw van een ééngezinswoning. Toont de watertoets aan dat het initiatief significante schade kan veroorzaken, dan moet u op zoek naar alternatieven of compenserende maatregelen. De vergunningverlenende overheid legt in de eerste plaats voorwaarden op om de schade te vermijden of zoveel mogelijk te beperken. Als dat niet kan, zal de vergunningverlenende overheid haar maatregelen richten op het herstellen van de schade. Waar herstel onmogelijk is, kan een compensatie op een andere plaats eventueel nog een oplossing zijn. Is er in uitzonderlijke gevallen geen aanvaardbaar alternatief, noch een remediëring mogelijk, dan kan de vergunningverlenende overheid niets anders dan het project of ruimtelijk initiatief weigeren. 2.1.5 Code van goede praktijk Om het Vlaamse Gewest, de gemeenten, de burgers en andere betrokkenen technische ondersteuning te geven bij de uitvoering van de VLAREM II-bepalingen, werden een aantal Codes van goede praktijk uitgewerkt: - Code van goede praktijk voor de aanleg van openbare riolen, individuele voorbehandelingsinstallaties en kleinschalige rioolwaterzuiveringsinstallaties (20-500 inwonersequivalenten (IE)) (1996). - Code van goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen. Deze code gaat over de ontwikkeling en dimensionering van hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen. Het is een aanvulling op de code van goede praktijk van 1996. - Code van goede praktijk voor de herwaardering van grachtenstelsels. Dit is een aanvulling op de code van goede praktijk van 1996 die is toegespitst op grachtenstelsels. Deze codes geven een visie weer op het rioleringsbeleid. Voor bepaalde elementen zijn deze codes nog altijd relevant. Op dit moment worden ze geactualiseerd. De laatste versies kunt u altijd raadplegen op de website Waterwegwijzer voor bouwen en verbouwen www.vmm.be/water/waterwegwijzerbouwen 2.2 Afvalwater De voorwaarden voor de lozing van afvalwater staan in VLAREM II. VLAREM II verdeelt de bevoegdheid voor het verzamelen en zuiveren van huishoudelijk afvalwater onder het Vlaamse Gewest, de gemeenten en burgers (driesporenbeleid): - Het Vlaamse Gewest is verantwoordelijk voor de bovengemeentelijke zuiveringsinfrastructuur (rioolwaterzuiveringsinstallaties of RWZI s en collectoren). 12

- De gemeenten staan in voor de lokale inzameling van afvalwater (openbare riolering) en voor kleinschalige waterzuiveringsinstallaties (KWZI s). Sinds 2005 kunnen gemeenten die taak ook toevertrouwen aan een rioolbeheerder. - Burgers zijn verplicht om aan te sluiten op de openbare riolering. Daarnaast zijn burgers dikwijls ook verplicht om hun afvalwater en hemelwater te scheiden. Soms moeten ze een septische put plaatsen. Daar waar geen aansluiting op een openbare riolering wordt voorzien, moeten ze zelf instaan voor de zuivering van het afvalwater. De gemeente/rioolbeheerder kan eventueel zorgen voor de plaatsing en het onderhoud van deze Individuele behandelingsinstallatie van afvalwater (IBA). Meer daarover leest u in hoofdstuk 5.1 Afvalwater opvangen en afvoeren. 2.3 Keuringen De gemeenten of rioolbeheerders kunnen keuringen laten uitvoeren op de uitvoering van de geldende reglementen voor hemelwater en afvalwater. Zo kunnen ambtenaren van de gemeentelijke milieudienst of technische dienst afvalwaterleidingen, Individuele behandelingsinstallatie van afvalwater (IBA) en dergelijke controleren. Als een milieuambtenaar vaststelt dat bijvoorbeeld een septische put nog steeds overloopt in een gracht in een zone waar dat niet mag, kan hij de eigenaar van het perceel aanmanen maatregelen te nemen om zich in regel te stellen. Bij een weigering kan de bevoegde ambtenaar een proces-verbaal opstellen. Waterwegwijzer bouwen en verbouwen 13

14

Bouwen in harmonie met de omgeving 3 Met het terrein meewerken is doorgaans het meest ecologisch en economisch verantwoord. Hou daarom van bij het begin van het project al rekening met randvoorwaarden, zoals de te vrijwaren ruimte voor water, de grondwaterstand en eventuele erfdienstbaarheden (5 m strook) langs een geklasseerde waterloop. Wanneer een vergunning voor de bouwwerken nodig is, zal de overheid met de watertoets nagaan of er schadelijke effecten op het watersysteem (oppervlaktewater, het grondwater of de waterafhankelijke natuur) te verwachten zijn en of er maatregelen of alternatieven nodig zijn om die te voorkomen, te compenseren of te verminderen. Via de website Waterwegwijzer bouwen en verbouwen kunt u met het watertoetsinstrument al een eerste inschatting maken van de mogelijke risico s die verbonden zijn aan de ligging van een terrein. Daarmee kunt u ook al nagaan of uw bouwaanvraag voldoet aan de bestaande gewestelijke en/of provinciale hemelwaterverordeningen. 3.1 Ruimte voor water Een waterloop kan in uitzonderlijke situaties beter overstromen in plaats van de waterloop volledig in te dijken. Daarbij is het behoud van gebieden waar bij overstromingen weinig schade wordt verwacht, van groot belang. Dankzij die aanpak worden, bij piekdebieten in de waterloop, overstromingen mogelijk zonder buitensporige schade. Waterloopbeheerders zullen er strikt op toezien dat in overstromingsgebieden zo weinig mogelijk ruimte voor water verloren gaat. De noodzaak om overstromingsgebieden bouwvrij te houden, zal in belangrijke mate worden bepaald door het vastgestelde overstromingsrisico, het ter plaatse gevoerde waterbeheer en de rol die het projectgebied speelt bij het tegengaan van wateroverlast stroomafwaarts ervan. Waterloopbeheerders staan daarom weigerachtig tegenover ophogingen of bouwwerken in gebieden langs de waterloop die overstromingsgevoelig zijn. Bebouwing in overstromingsgebieden is dan ook slechts in uitzonderlijke gevallen mogelijk. Of een bouwperceel in een effectief overstromingsgevoelig Waterwegwijzer bouwen en verbouwen 15

gebied gelegen is, kunt u nagaan via het geoloket watertoets op de website van het Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen, www.agiv.be. U kunt bij een vergunningsaanvraag voor een bouwproject mogelijke bezwaren voorkomen door hogerop en/of verder van de waterloop te bouwen. Ook kunt u er in het bouwconcept voor zorgen dat er geen bergingsruimte voor overstromingswater verloren gaat. Dit betekent dat u elke ophoging of elk gebouw moet compenseren door ergens anders een even groot volume overstroombaar te maken. Indien, op basis van een correct uitgevoerde watertoets, toch wordt beslist dat een bebouwing in overstromingsgevoelig gebied aanvaardbaar is mits compensatie, moet er overstromingsvrij gebouwd worden. Dit betekent dat u met een aantal aandachtspunten rekening houdt: - hoog enkel op wat strikt noodzakelijk is om zo voldoende ruimte voor water te bewaren; - compenseer de ingenomen ruimte voor water; - vermijd benutte ondergrondse ruimten; - leg de onderzijde van de vloerplaat voldoende in functie van het te verwachten overstromingspeil. De waterloopbeheerder kan u hierover adviseren.; - let er bij de plaatsing van een hemelwaterput (en stookolietank) op dat geen overstromingswater in de put kan binnendringen; - verzeker de waterafvoer van de gebouwen eventueel met een pompinstallatie. Bij een overstroming komen de openbare rioleringen soms onder druk te staan. Er is dan gevaar voor terugslag. Om terugslag te voorkomen kan een terugslagklep geplaatst worden op de aansluitingen naar de riolering en/of regenwaterafvoer. Uw gemeente of rioolbeheerder kan dit risico meestal goed inschatten. De figuren hieronder illustreren de principes van overstromingsvrij bouwen en compensatie. Bouwen in overstromingsgevoelig gebied zonder compensatie en niet overstromingsvrij oorspronkelijk maaiveld overstromingsniveau overstroombare woning en kelder overstroombare stookolietank Bouwen in overstromingsgevoelig gebied met compensatie onder de vorm van een afgraving Overstromingsniveau Gevraagde ophoging Overstroombare kruipkelder Restant te compenseren volume ruimte voor water Compensatie o.v.v. afgraving Bouwen in overstromingsgevoelig gebied: aanduiding van het te compenseren volume ruimte voor water Oorspronkelijk maaiveld Overstromingsniveau Gevraagde ophoging Te compenseren volume ruimte voor water Oorspronkelijk maaiveld Overstromingsniveau Gevraagde ophoging Restant te compenseren volume ruimte voor water Overstroombare kruipkelder Bouwen in overstromingsgevoelig gebied met compensatie onder de vorm van een vijver Overstromingsniveau Gevraagde ophoging Overstroombare kruipkelder Restant te compenseren volume ruimte voor water Compensatie o.v.v. vijver Gemiddeld grondwaterpeil Bouwen in overstromingsgevoelig gebied: d.m.v. een overstroombare kruipkelder wordt het te compenseren volume ruimte voor water kleiner Bron: CIW 16

3.2 Grondwaterverlaging 3.2.1 Tijdelijke bemaling Bij de start van een bouwproject is het belangrijk een goed inzicht te hebben in de lokale grondwaterstanden. Ook moet u nagaan of er al dan niet een verlaging van de grondwaterstand nodig zal zijn. Dat is vooral aangewezen wanneer grote ondergrondse constructies, zoals parkeergarages en kelderruimtes, deel uitmaken van het bouwontwerp. Het is immers mogelijk dat door de aanleg van ondergrondse constructies een watervoerende laag wordt aangesneden. Een bemaling (droogzuiging) van bouwputten wordt toegepast om hemelwater en grondwater te verwijderen. Zo kan er in droge omstandigheden worden gewerkt. Een bemaling mag enkel onder strikte voorwaarden gebeuren. Een verlaging van de grondwaterstand houdt immers risico s in, zoals: - verzakkingen van het maaiveld (vb. door het bemalen van veensubstraten); - schade aan omliggende gebouwen; - beïnvloeding van de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater, met mogelijk schadelijke gevolgen voor het milieu; - verdroging van de bodem en de bijbehorende impact op vegetaties; - vermenging van zoet met zout water bij werken aan de kustlijn (=verzilting); - kwaliteitsvermindering van het grondwater door bemalingen in gebieden met bodemverontreiniging; - bij lozing op de riool: vermenging en dus verdunning van het rioolwater met het opgepompte grondwater, met als gevolg een verstoorde werking van de waterzuiveringsinstallaties. De keuze voor een welbepaalde uitvoering van ondergrondse constructies steunt daarom best op een voorafgaand onderzoek naar de bodemkarakteristieken en de grondwaterstand. Wanneer bij een project een bemaling nodig is, moet er minstens een melding van de activiteit gebeuren conform de VLAREM-wetgeving. De bemaling kan echter ook vergunningsplichtig zijn, en zelfs MERplichtig, naargelang de ligging en het debiet per dag. Meer informatie over deze wetgeving vindt u terug op de Vlaamse navigator wetgeving leefmilieu, natuur en energie, http://navigator.emis.vito.be. VLAREM II vereist verder dat niet-verontreinigd bemalingswater bij voorkeur opnieuw in de bodem wordt geïnfiltreerd. Als dat op voldoende afstand (minimum 10 m van de bronbemaling) gebeurt, bijvoorbeeld in een tijdelijk gegraven put, heeft dit geen negatieve invloed op de bemaling zelf. Wanneer infiltratie redelijkerwijze niet mogelijk is, moet dit niet-verontreinigd bemalingswater worden geloosd in een oppervlaktewater of een kunstmatige afvoerweg voor hemelwater. Het lozen in de openbare riolering mag enkel als het technisch onmogelijk is om dit water op een andere manier te verwijderen. Voor dergelijke bemalingen met aansluiting op de openbare riolering is een toelating nodig van Aquafin, de exploitant van de rioolwaterzuiveringsinstallaties. Volgens de wettelijke bepalingen is er enkel een toelating nodig voor volumes hoger dan 10 m³/u die worden geloosd in openbare rioleringen aangesloten op een rioolwaterzuiveringsinstallatie. Meer informatie hierover vindt u op www.aquafin.be. Waterwegwijzer bouwen en verbouwen 17

3.2.2 Permanente drainage van ondergrondse constructies Niet-waterdichte constructies die onder het grondwaterniveau komen, zoals tunnels en kelders, vereisen soms een permanente grondwaterdrainage. Dergelijke permanente grondwaterdrainages moeten worden vermeden, want ze veroorzaken verdroging. Het is belangrijk dat dergelijke ondergrondse constructies worden uitgevoerd als een volledig waterdichte kuip, zonder kunstmatig drainagesysteem. Permanente drainages zorgen niet alleen voor een slechte waterhuishouding, maar betekenen ook een meerkost. Het water moet namelijk voortdurend vanuit de ondergrondse constructie worden opgepompt. Dat resulteert al vlug in een stroomverbruik van meer dan 250 euro per jaar voor een woning. Een waterdichte constructie is dus ecologischer en financieel voordeliger. Om te voorkomen dat water kan binnenvloeien langs de kelderverluchting bestaan de nodige technische oplossingen. Raadpleeg hiervoor de website www.vmm.be/water/waterwegwijzerbouwen. 3.2.3 Water in de tuin Het integraal waterbeleid in Vlaanderen is erop gericht om zoveel mogelijk water ter plaatse te houden en in de bodem te laten dringen. Het wil enerzijds wateroverlast stroomafwaarts vermijden en anderzijds de aanvulling van grondwater mogelijk maken. Meestal kan een doordachte tuinaanleg al een oplossing zijn voor een overschot aan water in de tuin. Zo kan een klein deel van de tuin droger gemaakt worden door de aanleg van wadi s, een vijver of een gracht die leidt naar het drassige gedeelte van de tuin. Als dergelijke oplossingen niet haalbaar of gewild zijn, kunt u uitzonderlijk een (ondiepe) drainage van de tuin over een beperkte oppervlakte overwegen. Dergelijke drainages worden altijd via een overloop aangesloten op een gracht of regenweerafvoerleiding. Daarbij mag het overlooppeil maximaal 20 cm lager liggen dan het laagste peil van het te draineren gedeelte van de tuin. Een diepe drainage is af te raden. Dat verhoogt het risico op een permanente drainage van het grondwater met verdroging tot gevolg. Vermijdt om drainages aan te sluiten op de openbare riolering. Door het aansluiten van drainages op de openbare riolering is terugstroom en aanslibbing vanuit de openbare riolering niet ondenkbaar, waardoor de drainage na verloop van tijd mogelijk ook niet meer werkt. 18

3.3 Bouwen langs een waterloop Wanneer u bouwt langs geklasseerde waterlopen, moet u rekening houden met een aantal wettelijke verplichtingen. Zo is het verboden om in een zone van 5 meter langs de kruin van een geklasseerde onbevaarbare waterloop hindernissen te plaatsen of constructies op te trekken die het onderhoud van de waterloop onmogelijk maken. Binnen deze strook is een erfdienstbaarheid voorzien voor het onderhoud aan de waterloop (Wet op de onbevaarbare waterlopen van 28 december 1967 en KB van 5 augustus 1970 houdende algemeen politiereglement op de onbevaarbare waterlopen). Voor werken in de bedding van een geklasseerde waterloop is een machtiging nodig van de waterloopbeheerder. Voor alle randvoorwaarden binnen de 5- meter zone waar rekening mee moet worden gehouden m.b.t. beplantingen, afsluitingen, verhardingen, ophogingen, beschoeiingen, nieuwe lozingspunten hemelwater, kunt u terecht bij de bevoegde waterloopbeheerder. Wie de beheerder is van een waterloop, vindt u op het geoloket van de Vlaamse Hydrografische Atlas (www.agiv.be). Waterwegwijzer bouwen en verbouwen 19

20

Hemelwater 4 4.1 Hemelwater scheiden van afvalwater De scheiding van hemel- en afvalwater en het nuttig gebruiken en infiltreren van hemelwater zijn de sleutelfactoren om tot een efficiënt en duurzaam waterbeleid te komen. Het hemelwater afkomstig van verharde oppervlakken en daken versneld afvoeren, heeft een negatieve invloed op de waterbalans. Dit geeft aanleiding tot verschillende fenomenen: - verdunning van afvalwater: verdund afvalwater kan minder effectief gezuiverd worden. Veel bestaande rioolwaterzuiveringsinstallaties halen daarom een lager rendement; - verlaging grondwatertafel: hemelwater dat niet in de bodem kan infiltreren, bereikt de grondwatertafel niet meer. Zo ontstaat een verdroging van het milieu en is er ook minder grondwater beschikbaar voor bijvoorbeeld de drinkwaterproductie en landbouw; - in werking treden van overstorten: bij hevige regen kan het openbaar rioleringsstelsel het volume water niet verwerken. Vervuild water uit gemengde openbare rioleringen gaat dan overstorten in oppervlaktewateren, zoals beken en grachten. De inspanningen om het oppervlaktewater zuiver te houden, zijn zo gedeeltelijk tevergeefs; - overstromingen: bij hevige stortbuien lopen stroomafwaarts gelegen gebieden het risico te overstromen door versneld afstromend water uit hogerop gelegen gebieden. Overstort Het scheiden van hemel- en afvalwater en het nuttig gebruiken van hemelwater kan de hierboven vermelde problemen grotendeels verhelpen. Bovendien leidt hergebruik van hemelwater tot een lager verbruik van kostbaar drinkwater. Dat betekent een besparing op de drinkwaterfactuur. 'Gescheiden afvoer van afval- (bruin) en hemelwater (grijs)' In Vlaanderen geldt de algemene verplichting om bij een nieuwbouw of een grondige verbouwing het hemelwater en het afvalwater op eigen terrein te scheiden en een hemelwaterput te voorzien. Bij een renovatie of heraanleg van de riolering in de straat, zal de scheiding van hemel- en afvalwater ook worden nagestreefd. Om te weten te komen welk type stelsel aanwezig is in de straat of om de rioolaansluiting te laten realiseren, kunt u contact opnemen met de technische dienst van de gemeente of de rioolbeheerder. De volgende regels gelden voor de scheiding van hemel- en afvalwater: - voor nieuwe gebouwen of bij herbouw is een volledige scheiding op privéterrein van het hemelwater en het afvalwater verplicht. Herbouw betekent volgens de gewestelijke stedenbouwkundige verordening een grondige verbouwing waarbij minder dan 60% van de buitenmuren wordt behouden; - bij werken rond de woning of verbouwingswerken waarbij meer dan 60% van de buitenmuren wordt Waterwegwijzer bouwen en verbouwen 21

behouden, kunt u beter het hemelwater en het afvalwater al volledig van elkaar scheiden met het oog op de eventuele aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel in de straat; - voor bestaande gebouwen in een (half)open bebouwing is, bij de aanleg van een gescheiden openbare riolering, een volledige scheiding van het hemelwater en het afvalwater verplicht; - voor bestaande gebouwen in een gesloten bebouwing is, bij de aanleg van een gescheiden openbare riolering, de scheiding tussen het hemelwater en het afvalwater afkomstig van dakvlakken en grondvlakken, enkel verplicht als daarvoor geen leidingen onder of door het gebouw moeten worden aangelegd. 4.2 Waarom hemelwater nuttig gebruiken, infiltreren of bufferen? De voordelen van het scheiden van hemelwater en afvalwater zijn duidelijk. Afkoppelen op zich is goed, maar hou het afgekoppelde hemelwater ook zo veel mogelijk ter plaatse. Dat kan door het op te vangen en/of te laten infiltreren. Vermijden dat het hemelwater versneld afstroomt kan bijvoorbeeld door waterdoorlatende verharding aan te leggen. Ook kunt u hemelwater van het dak op- Invloed van verharding op de waterbalans Waterbalans bij onverhard oppervlak 22

vangen en nuttig gebruiken. Hemelwater is voor laagwaardige toepassingen een goed alternatief voor drinkwater. Het kan gebruikt worden om het toilet te spoelen, schoon te maken of, mits een kleine filtering, voor de wasmachine. Die toepassingen betekenen een besparing op de drinkwaterfactuur. Door het lage gehalte aan kalk bespaart u ook op het onderhoud van de wasmachine (geen kalkaanslag) en de hoeveelheid wasmiddel. Of hemelwater wordt gebruikt of niet, zuinig zijn met water bespaart altijd aanzienlijk op het verbruik van drinkwater. Enkele tips: - installeer een WC met een dubbele spoelfunctie. De spaarknop daarvan verbruikt maar de helft of een derde van de normale hoeveelheid spoelwater. Zo kan tot 15% op het waterverbruik bespaard worden; - gebruik een spaardouchekop; - gebruik een zuinige wasmachine en vaatwasmachine; - herstel lekken zo snel mogelijk. Meer tips over zuinig en duurzaam omspringen met water zijn terug te vinden in de brochure Een watervriendelijk huishouden. U vindt deze publicatie op www.vmm.be. Met hemelwater kunt u veel kanten uit. Het nuttig gebruik van hemelwater is het belangrijkste. Dat vereist natuurlijk een goed gedimensioneerde hemelwaterput. Een hemelwaterput gecombineerd met een infiltratievoorziening geniet de voorkeur. Het hemelwater dat via de overloop van de hemelwaterput en via de terreinverhardingen afstroomt, wordt best via een infiltratievoorziening op het eigen terrein terug in de bodem gebracht. Zo kan de grondwatertafel terug worden aangevuld. Ook voor bestaande woningen kunt u aan infiltratie denken als interessant alternatief. Naargelang de omstandigheden kunnen verschillende types infiltratievoorzieningen worden toegepast. Dat kan onder andere met grachten, wadi s of ondergrondse voorzieningen op het terrein. Indien infiltratie moeilijk of onmogelijk is door een ondoorlatende bodem of zeer hoge grondwaterstand, kunt u een buffer met een systeem voor vertraagde lozing inbouwen. Zo kan het water na een hevige regenbui geleidelijk geloosd worden op een oppervlaktewater of een kunstmatige afvoerweg voor hemelwater, zoals een beek of gracht. Groendaken kunnen een aanzienlijke hoeveelheid water vasthouden en laten verdampen voor dit water de grond bereikt. Op die manier kan de hoeveelheid te infiltreren water sterk worden verminderd. Dat is interessant in gebieden met een minder doorlatende bodem. Indien voor de overloop van de hemelwaterput geen van hoger genoemde opties mogelijk blijkt, kunt u kiezen voor de lozing op het regenweerafvoer (RWA) in de straat. Door die aanpak wordt de overstortfrequentie van gemengd afvalwater op de beken en de kans op overstroming sterk verminderd. Als er nog een gemengd stelsel aanwezig is, kunt u al een wachtleiding aanleggen. Zo kunt u eenvoudig aansluiten wanneer in de toekomst een gescheiden stelsel wordt aangelegd. Dit hoofdstuk behandelt één voor één de hierboven vermelde toepassingen. Waterwegwijzer bouwen en verbouwen 23