BRANDATTEST STROBALEN WONING ORIGINELE OOSTENRIJKS VERSLAG NEDERLANDSE VERTALING
Gruppe Angepasste Technologie, Technische Universität Wien Wiedner Haupstrasse 8-10 1040 Wien MAGISTRAT DER STADT WIEN MA 39-VFA Magistratsabteiling 39, Versuchs- und Forschungsanstalt der Stadt Wien, gegründet 1878 Akkreditierte Pruf- und berwachungsstelle A-1110 Wien Dossiernr : MA 39-VFA 2000-0644.04 Verslag van de brandproef op een langs binnen en buiten bepleisterde strobalenwand Proef uitgevoerd door : afdeling aangepaste technologie Technische Universiteit Wenen Datum van uitvoering : 1 februari 2000 Getest produkt : een strobalenwand ingebouwd in een houtconstructie, langs beide zijden bepleisterd, totale dikte : 43cm Testprogramma : proef op een strobalenwand als niet dragende, ruimtebegrenzend bouwdeel overeenkomstig de brandklasse F90 volgens NORM B 3800-2, uitgave 1997 Korte beoordeling : de beproefde strobalenwand, ingebouwd in een houtconstructie, met een leembepleistering van 2 cm langs de binnenzijde en een kalkbepleistering van 2cm aan de buitenzijde, en een totale dikte van 43cm voldoet aan de brandklasse F90 volgens NORM B 3800-2, uitgave 1997 1 testvoorwaarden De testvoorwaarden zijn opgelegd in de NORM B 3800-2, uitgave 1997, waarbij de temperaturen van niet dragende, ruimtebegrenzende bouwdelen op de eenheidstemperatuurcurve aan te duiden zijn. Tijdens deze testen wordt het temperatuurverloop aan het niet aan de brand blootgestelde vlak van het te beproeven element gemeten en zijn gedrag beoordeeld. 2 te beproeven element Op 18 juli 2000 werd een wandelement met afmetingen 2280 mm x 2500 mm (B x H) in een 25 cm dikke betonmuur ingebouwd. De betonmuur werd in een staalframe U260, 4030 mm x 3490 mm (B x H) ingebouwd. Opbouw van het proefelement : zie bijlage 3 opbouw van het te beproeven element Het proefelement wordt voor de brandkamer in een proefopening van 2870 mm x 3050 mm (B x H) geplaatst en met steenwolisolatie afgedicht. Om de temperatuur in de brandkamer te meten worden in deze kamer op ongeveer 10 cm van het proefelement 5 thermometers aangebracht. Aan de niet aan de brand blootgestelde oppervlakte van het proefelement worden 7 thermometers aangebracht
4 testverslag Vóór de brandtest werd de kogelslagproef met een 15 kg zware staalkogel met een inslagkracht van 20 Nm volgens NORM B 3800, tweede deel, uitgave 1997, Pkt 5.2.9., uitgevoerd. Hierbij trad geen schade op. De brandkamer werd door middel van twee allesbranders (volgens NORM C 1109) verhit. Bij de temperatuurregeling in de brandkamer werden de gemiddelde waarden van de eenheidstemperatuurcurve aangehouden. De test werd op 25 juli 2000 uitgevoerd. Voor het begin van de test bedroeg de temperatuur in de testhal 24 C. Tijdens de test werd in de brandkamer een constante overdruk van 10 +/-2 Pa gecreëerd. Waarnemingen tijdens de test : Na 5 minuten trad een verkleuring van het leempoeder op (brandkamer) Na 10 minuten en 30 seconden begon het leempoeder af te vallen (brandkamer) Na 16 minuten traden barsten over het ganse oppervlak op (brandkamer) Na 24 minuten en 10 seconden vielen grote stukken leem af (brandkamer) Na 25 minuten werd sterk meesmeulen van het proefelement (brandkamer) vastgesteld Na 33 minuten werden barsten aan de niet aan de brand blootgestelde oppervlakte van het proefelement vastgesteld Na 42 minuten begon de leemlaag (brandkamer) af te vallen Na 68 minuten werd geringe rookontwikkeling aan de niet aan de brand blootgestelde oppervlakte van het proefelement vastgesteld Na 90 minuten werd de kogelslagproef met een 15 kg zware staalkogel met een inslagkracht van 20 Nm volgens NORM B 3800, tweede deel, uitgave 1997, Pkt 5.2.9., uitgevoerd. Hierbij bleef de compartimentering gegarandeerd. Vermelding van bijlagen 5 beoordeling Overeenkomstig NORM B 3800, tweede deel, uitgave 1997, moeten ruimtebegrenzende bouwdelen tijdens de test het doordringen van vuur, rook en gasvorming van afzettingsprodukten verhinderen. Eveneens mogen afzettingsstoffen uit het proeflichaam zelfs in gering mate optreden ter hoogte van het niet aan de brand blootgestelde vlak van het te beproeven element ; aan deze zijde mogen geen ontbrandigsgassen optreden die na het wegnemen van een vreemde ontbrandingsbron verder branden. Het proefelement mag aan deze zijde in het midden niet meer dan 140 K opwarmen ten opzichte van haar temperatuur bij het begin van de proef. Onder geen enkele voorwaarde mag hierbij de temperatuur verhogen tot meer dan 180K boven de begintemperatuur. Op het einde van de brandtest mag de totale wanddikte van het proeflichaam onderworpen aan de beproevingen van het testverslag maximaal met 1cm verminderd zijn en moet het proefelement de beproevingen zo weerstaan dat hun ruimtebegrenzende werking gegarandeerd blijft. Wanneer een bouwdeel aansluit tegen een ander bouwdeel, wordt een F90 uitvoering, zoals beschreven in deze test, opgelegd. Op grond van de testresultaten voldoet de beproefde strobalenwand, ingebouwd in een houtconstructie ; met een lemen binnenbezetting van 2cm, en een buitenbepleistering in kalk van 2cm, met een totale dikte van 43 cm, aan de brandweerklasse F90 (brandbestendig) volgens NORM B 3800-2, uitgave 1997. De geldigheid van dit testverslag bedraagt overeenkomstig NORM B 3800-2, tenminste vier jaar vanaf opstellingdatum en kan op aanvraag telkens twee jaar verlengd worden.