Gemeente Den Haag. rv 107 Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheidsprojecten BSW/ RIS _111120



Vergelijkbare documenten
Gemeente Den Haag. rv 126. Voorstel van het college inzake aanpassing verordening langdurigheidstoeslag 2012 ten gevolge van vervallen huishoudtoets.

Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 2012;

Verordening Individuele Inkomenstoeslag gemeente Den Haag 2015

Voorstel van het college inzake Verordening Langdurigheidstoeslag 2012.

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 4 november 2014;

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Smallingerland gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 november 2014;

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Westland 2015

Geconsolideerde Verordening individuele inkomenstoeslag participatiewet gemeente Oegstgeest 2015

Verordening langdurigheidstoeslag WWB gemeente Kaag en Braassem 2012.

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet gemeente Beesel 2015

GEMEENTEBLAD. Vastgestelde verordening - Verordening Individuele Inkomenstoeslag Participatiewet gemeente Zoeterwoude 2015

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Wijk bij Duurstede (Utrecht)

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2017,

Betreft: Vaststellen Verordening Individuele Inkomenstoeslag gemeente Tynaarlo 2015

gemeente Steenbergen

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG 2015

gelet op het bepaalde in artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b en tweede lid van de Participatiewet;

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Venray 2015

In behandeling genomen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 april 2013

Verordening individuele inkomenstoeslag

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer];

De Raad van de gemeente Ede,

op voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 13 november 2014, no.za /DV , afdeling Samenleving;

Verordening Individuele inkomenstoeslag gemeente Ameland 2018

Verordening Individuele inkomenstoeslag 2015 gemeente Woudenberg. gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 11 november 2014;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2015;

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Enschede 2015

Verordening individuele inkomenstoeslag WIL

Verordening individuele inkomenstoeslag 2015

Gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en sub b, en tweede lid, van de Participatiewet. b e s l u i t :

De raad van de gemeente Rijnwaarden; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2017,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van: 11 november 2014;

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Peel en Maas ( )

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Midden-Delfland 2015

Verordening Individuele Inkomenstoeslag. Gemeente Kerkrade

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Renkum 2015

CVDR. Nr. CVDR456514_1

Verordening individuele inkomenstoeslag Beuningen 2015 at IIII I'll II Hi lil III IIII

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 2 december 2015;

Verordening. Individuele inkomenstoeslag. gemeente Noord-Beveland 2015

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2015 Gemeente Harlingen

*Z033732B8C5* gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet;

Verordening Individuele Inkomenstoeslag Kerkrade 2015

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG PARTICIPATIEWET 2015

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet

Gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid van de Participatiewet

Gemeente Nieuwegein; Verordening Individuele inkomenstoeslag WIL; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Muiden d.d. 11 november 2014, met nummer 3384, Besluit:

Verordening individuele inkomens- en studietoeslag gemeente De Wolden 2015

gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet; gezien het advies van [naam commissie];

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 16 december 2014;

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG GEMEENTE ASSEN 2015

Nadere uitleg is opgenomen in de implementatiehandleiding, onderdeel van de bij deze modelverordening behorende ledenbrief.

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG GEMEENTEN HOOGEZAND-SAPPEMEER, SLOCHTEREN EN MENTERWOLDE 2015

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Wierden 2015

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Houten (Utrecht)

Officiële naam regeling Verordening Individuele Inkomenstoeslag Participatiewet Breda 2015

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;

Verordening. Verordening individuele inkomenstoeslag 2015

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG GEMEENTE MIDDEN-DELFLAND 2015

GEMEENTEBLAD. Officiële uitgave van gemeente Staphorst. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2014;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 december 2014, nr ;

Gemeente Baarn - Verordening individuele inkomenstoeslag 2015 gemeente Baarn

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2015

Verordening Individuele Inkomenstoeslag 2015

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid van de Participatiewet; b e s l u i t :

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet Maastricht-Heuvelland 2015

Artikel 6: Nadere regels Het college stelt nadere regels voor de individuele inkomenstoeslag in beleidsregels.

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

Nummer Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet BMWE 2015

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders 9 juni 2015;

GEMEENTE BOEKEL. Raadsbesluit Z/ AB/ De raad van de gemeente Boekel;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014, R.nr ;

Verordening individuele inkomens- en studietoeslag gemeente Hoogeveen 2015.

Gescand archief datum ^OEC 2014

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Deventer 2015

Verordening individuele inkomenstoeslag Leidschendam-Voorburg 2019

Raadsmededeling - Openbaar

gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b en tweede lid van de Participatiewet;

Voorstel aan de Raad. Onderwerp : De Verordening langdurigheidstoeslag Wet werk en bijstand Raadsvergadering : 26 juni 2013 Agendapunt :

Verordening individuele inkomenstoeslag Brummen 2015

Toelichting op de verordening individuele inkomenstoeslag

gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid van de Participatiewet;

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Beverwijk Documentnummer INT

Rectificatie Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Enkhuizen 2015

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van (datum);

besluit vast te stellen de Verordening individuele inkomenstoeslag 2017 gemeente Harderwijk.

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG PARTICIPATIEWET 2015 GEMEENTE VELSEN

Verordening Individuele inkomenstoeslag 2015 gemeente Rijswijk

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Noardwest Fryslân

Gemeente Dalfsen. Verordening Langdurigheidstoeslag gemeente Dalfsen 2012 Citeertitel Verordening Langdurigheidstoeslag 2012.

Verordening Individuele Inkomenstoeslag 2015

Datum 2 januari 2018 collegevergadering : raadsvergadering : Portefeuillehouder : Volgnummer :

Toelichting Verordening individuele inkomenstoeslag 2015

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 18 november 2014, nr. 43/10, INTB ;

Transcriptie:

rv 107 Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheidsprojecten BSW/2014.214 RIS 277365_111120 Gemeente Den Haag Voorstel van het college inzake vaststelling van de Verordening Individuele Inkomenstoeslag gemeente Den Haag 2015 en intrekking van de Verordening Langdurigheidstoeslag gemeente Den Haag 2013 Inleiding Dit voorstel strekt tot vaststelling van de Verordening Individuele Inkomenstoeslag gemeente Den Haag 2015 en intrekking van de Verordening Langdurigheidstoeslag gemeente Den Haag 2013. In de door de eerste kamer op 1 juli 2014 aangenomen Participatiewet zijn wijzigingen opgenomen die maken dat de gemeentelijke verordening voor langdurigheidstoeslag komt te vervallen. In de participatiewet wordt het artikel 36 Wwb met betrekking tot de langdurigheidstoeslag vervangen door artikel 36 Individuele Inkomenstoeslag van de participatiewet. Per 1 januari 2015 vervangt de individuele inkomenstoeslag de langdurigheidstoeslag. Vanaf die datum is het verlenen van de toeslag geen gebonden bevoegdheid meer, maar een discretionaire bevoegdheid. Dit betekent dat het college een individuele inkomenstoeslag kan verlenen als een persoon voldoet aan de voorwaarden daarvoor. Het college kan aangeven welke groepen niet in aanmerking komen voor individuele inkomenstoeslag en in welke gevallen personen uitzicht hebben op inkomensverbetering. In artikel 8 van de participatiewet wordt bepaald dat het college een verordening dient op te stellen met betrekking tot de individuele inkomenstoeslag. In deze verordening dient in ieder geval aangegeven te worden wat het college verstaat onder de begrippen langdurig en laag inkomen. Bovenstaande wettelijke kaders maken dat de individuele inkomenstoeslag een activerender maatwerkkarakter kan hebben dan de langdurigheidstoeslag. Het college heeft hier bij de uitwerking van bijgaande verordening en beleidsregels gevolg aan gegeven door rekening te houden met de inspanning die de aanvrager van de individuele inkomenstoeslag heeft geleverd of zou kunnen leveren om tot inkomensverbetering te komen. Algemene toelichting Met de komst van de participatiewet wordt de langdurigheidstoeslag in de bijstand vervangen door een individuele toeslag voor personen die langdurig van een laag inkomen rond moeten komen zonder dat zij zicht hebben op verbetering van dat inkomen. Deze individuele toeslag is evenals de individuele bijzondere bijstand bedoeld voor personen die deze - gelet op hun individuele omstandigheden - echt nodig hebben. De rechtvaardiging van de individuele inkomenstoeslag is dat mensen die langdurig van het sociaal minimum afhankelijk zijn, over het algemeen geen mogelijkheden meer hebben om te reserveren voor (onverwachte) hoge kosten, zoals voor vervangingsuitgaven die na verloop van tijd onvermijdelijk zijn. De inkomenstoeslag stelt hun in staat om zelfstandig hun huishouden te voeren, waarbij een beroep op individuele bijzondere bijstand beperkt wordt. Raadsvoorstellen 2014 1

Verordening De individuele inkomenstoeslag is beleidsmatig en financieel gedecentraliseerd aan het college. Op grond van artikel 8, lid 1, aanhef en onderdeel b, en lid 2 van de Participatiewet dient de gemeenteraad bij verordening regels vast te leggen met betrekking tot het verlenen van een Individuele inkomenstoeslag. In ieder geval dient hierin te worden bepaald de hoogte van de langdurigheidstoeslag, wat langdurig is en wat een laag inkomen is. Omdat de individuele toeslag een beoordeling van de individuele omstandigheden van de belanghebbende door het college vergt, is er - net als bij de verlening van individuele bijzondere bijstand - voor gekozen om het nieuwe artikel 36 participatiewet te formuleren als een "kan-bepaling". Dit neemt niet weg dat de gemeenteraad desondanks verplicht blijft om in een verordening in ieder geval de hoogte van de individuele toeslag en de wijze waarop invulling wordt gegeven aan de begrippen langdurig en laag inkomen aan te geven. Op grond van deze verordening is er geen sprake van een laag inkomen bij een inkomen hoger dan 110% van de toepasselijke bijstandsnorm. Door de zinsnede in de wet geen uitzicht heeft op inkomensverbetering wordt gewaarborgd dat bepaalde groepen met een goed arbeidsmarktperspectief, zoals studenten, niet in aanmerking komen voor de inkomenstoeslag. De beoordeling of er al dan niet sprake is van "zicht op inkomensverbetering" dient door het college aan de hand van de individuele omstandigheden plaats te vinden. Het college geeft in de verordening aan wat het bij het afhandelen van een aanvraag individuele inkomenstoeslag onder de krachten en bekwaamheden van de desbetreffende persoon verstaat. Tevens wordt aangegeven wat er verstaan wordt onder de inspanningen die de persoon heeft verricht om tot inkomensverbetering te komen. Aan de hand van deze weging van de individuele omstandigheden stelt het college vast of de betreffende persoon naar het oordeel van het college " geen zicht op inkomensverbetering" heeft en dus recht heeft op een individuele inkomenstoeslag. Artikelsgewijze toelichting Artikel 1. In dit artikel worden definities gegeven van begrippen die in de verordening voorkomen en waarvan het van belang is dat er telkens hetzelfde onder wordt verstaan. In een aantal gevallen wordt verwezen naar definities in de wet om ervoor te zorgen, dat er zoveel mogelijk aansluiting blijft bij de wetgeving die van toepassing is. De peildatum voor de inkomenstoeslag is gelijk aan de aanvraagdatum. Gekozen is om de referteperiode vast te stellen op 36 maanden voorafgaand aan de 1 e van de maand waarin de peildatum valt. Hiermee is meteen invulling gegeven aan het begrip langdurig. In de verordening wordt het begrip belanghebbende gebruikt. Dit begrip wordt in artikel 1:2 van de Algemene wet bestuursrecht omschreven als degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken. Artikel 2. De doelgroep is in feite iedereen die aan de criteria voldoet welke in deze verordening nader zijn ingevuld. Het recht op langdurigheidstoeslag komt de rechthebbende gezinsleden gezamenlijk toe. Zij moeten daarom ook allen, zowel afzonderlijk als gezamenlijk, aan de voorwaarden voldoen. Dus bij een gezin waarbij slechts één gezinslid aan het leeftijdscriterium voldoet, bestaat geen recht op langdurigheidstoeslag voor het desbetreffende gezin. Raadsvoorstellen 2014 2

Bij de bepaling van de hoogte van de van toepassing zijnde bijstandsnorm wordt rekening gehouden met de samenstelling van het huishouden en het toepassen van de kostendelersnorm. Artikel 3. Bij de beoordeling van het criterium 'geen uitzicht op inkomensverbetering' moet het college rekening houden met de omstandigheden van de persoon. In artikel 36, tweede lid, van de Participatiewet is bepaald dat tot die omstandigheden in ieder geval worden gerekend: - de krachten en bekwaamheden van de persoon, en - de inspanningen die de persoon heeft verricht om tot inkomensverbetering te komen. Door de zinsnede geen uitzicht heeft op inkomensverbetering in het wetsartikel wordt gewaarborgd dat bepaalde groepen met een goed arbeidsmarktperspectief niet in aanmerking komen voor de inkomenstoeslag. Bij studenten die studiefinanciering ontvangen wordt ervan uitgegaan, dat zij arbeidsmarktperspectief hebben. Als de belanghebbende een uitkering van het UWV of de gemeente ontvangt en gedurende de referteperiode een recidive maatregel opgelegd heeft gekregen in verband met arbeidsinschakeling is er sprake van onvoldoende inspanningen die de belanghebbende heeft verricht om tot inkomensverbetering te komen. De keuze voor een maatregel bij recidive is ingegeven door het feit dat bij een enkele maatregel de burger in gelegenheid moet worden gesteld zijn of haar gedrag te verbeteren. In het geval van recidive levert iemand willens en wetens onvoldoende inspanningen om tot inkomensverbetering te komen. Tijdens de referteperiode mag er in totaal niet langer dan 26 weken een onderbreking zijn van het inkomen. Met deze uitsluitingsgrond wordt voorkomen dat een belanghebbende met niet traceerbare inkomsten, bijvoorbeeld uit criminele activiteiten of zwart werk, in aanmerking komt voor een inkomenstoeslag. Als duidelijk is waarom de inkomsten zijn onderbroken geldt deze uitsluitingsgrond niet. Bij de volgende groepen wordt verondersteld dat hun krachten en bekwaamheden onvoldoende zijn om zicht te hebben op inkomensverbetering: - belanghebbenden met een Wajong uitkering, - een WIA uitkering met een arbeidsongeschiktheidspercentage van 80-100%, - of een uitkering Participatiewet met een volledige ontheffing van de arbeidsverplichting. Bij werkenden met een laag inkomen wordt er door het college veronderstelt dat zij, binnen hun krachten en bekwaamheden, voldoende inspanningen verrichten om tot inkomensverbetering te komen. Artikel 4. Om onduidelijkheid te voorkomen over de wijze waarop het verzoek voor een individuele inkomenstoeslag moet worden ingediend bepaalt artikel 4 van deze verordening dat het verzoek moet worden gedaan middels een door het college vastgesteld formulier. Dit formulier kan zowel op papier als digitaal beschikbaar worden gesteld. Een verzoek wordt dan gezien als een aanvraag zoals bedoeld in afdeling 4.1.1 van de Awb. Het gaat dan om een schriftelijke aanvraag (artikel 4:1 van de Awb) die wordt ondertekend door de aanvrager en ten minste de naam en het adres van de aanvrager bevat, de dagtekening en een aanduiding van de beschikking die wordt gevraagd (artikel 4:2, eerste lid, van de Awb). De aanvrager verschaft ook de gegevens en bescheiden die voor de beslissing op de aanvraag nodig zijn en waarover hij redelijkerwijs de beschikking kan krijgen (artikel 4:2, tweede lid, van de Awb). Een mondeling verzoek kan hiermee dus niet worden aangemerkt als een verzoek om individuele inkomenstoeslag zoals bedoeld in artikel 36 van de Participatiewet. Raadsvoorstellen 2014 3

Artikel 5. Zoals eerder gesteld, wordt onder langdurig verstaan een termijn van 36 maanden. Nadat betrokkene 3 jaar op een minimum inkomen is aangewezen, is er over het algemeen niet veel reserveringsruimte over. Onder een laag inkomen wordt verstaan een (gezamenlijk) inkomen dat gemiddeld niet hoger is dan 110 % van de van toepassing zijnde bijstandsnorm. Onder de bijstandsnorm wordt verstaan de wettelijke norm inclusief de gemeentelijke toeslag of verlaging en de vakantietoeslag. Er wordt rekening gehouden met de kostendelersnorm. Voor het recht op een individuele inkomenstoeslag wordt geen andere invulling aan het begrip inkomen gegeven dan voor het recht op algemene bijstand. Dit betekent, dat de vrijgelaten middelen als bedoeld in artikel 31, lid 2, van de Wet werk en bijstand eveneens buiten beschouwing moeten blijven bij het recht op een inkomenstoeslag Voor belanghebbenden die deelnemen aan een schuldhulptraject geldt dat al hun inkomen boven het vrij te laten bedrag (VTLB) aangewend dient te worden ter aflossing van de schuldenlast. Hierdoor wordt het inkomen bij de beoordeling van de inkomenstoeslag gelijkgesteld aan het sociaal minimum. Marginale overschrijdingen van deze 110 % grens dienen genegeerd te worden (zie de uitspraken van de Centrale Raad van Beroep d.d. 19 aug. 2008, LJN: BE8918 en d.d. 15 febr. 2011, LJN: BP5532). Het enkele feit dat het netto inkomen van een belanghebbende met een inkomensvoorziening op minimumniveau, in bepaalde maanden binnen de referteperiode - uitsluitend als gevolg van een technisch verschil in berekeningswijze in het bruto/netto traject -enkele euro's hoger uitvalt dan de van toepassing zijnde bijstandsnorm, staat toekenning van een individuele inkomenstoeslag niet in de weg. Artikel 6. De hoogte van de individuele inkomenstoeslag is afhankelijk van de gezinssituatie. In dit artikel wordt aangegeven dat een individuele inkomenstoeslag wordt toegekend aan een gezin, een alleenstaande ouder of aan een alleenstaande. Dit artikel maakt het mogelijk wanneer een partner na langdurig verblijf in het buitenland of na langdurige detentie zich bij het gezin voegt, dat de al thuiswonende partner individueel recht op langdurigheidstoeslag behoudt. In dit artikel wordt een regeling getroffen overeenkomstig artikel 24 van de Participatiewet voor situaties waarbij binnen een gezin slechts twee gezinsleden aan het leeftijdscriterium voldoen en een van hen op de peildatum is uitgesloten van het recht op individuele inkomenstoeslag op grond van artikel 11 of artikel 13, lid 1, van de Participatiewet. De wet voorziet immers niet in een afwijzingsgrond voor het enig overblijvend rechthebbend gezinslid, terwijl daarentegen het toekennen van het bedrag voor een gezin in dergelijke situaties ook niet opportuun is. Artikel 7. De individuele inkomenstoeslag is met name bedoeld voor grote noodzakelijke uitgaven en wordt gezien als voorliggende voorziening bij individuele bijzondere bijstand voor huisraad of woninginrichting. Artikel 8. Artikel 9. Raadsvoorstellen 2014 4

Artikel 10. Artikel 11. Gezien het vorenstaande stelt het college de raad voor het volgende besluit te nemen: De raad van de gemeente Den Haag. Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 28 oktober 2014 Gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet; Gelet op artikel 36 van de Participatiewet Besluit: I. Vast te stellen de volgende verordening Individuele Inkomenstoeslagen gemeente Den Haag 2015: Verordening Individuele Inkomenstoeslag gemeente Den Haag 2015 Artikel 1 Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag; b. peildatum: de datum waarop een persoon een individuele inkomenstoeslag aanvraagt; c. referteperiode: de 36 maanden voorafgaand aan de 1 e van de maand waarin de peildatum valt; d. bijstandsnorm: de op grond van paragraaf 3.2 van de Participatiewet, op de belanghebbende van toepassing zijnde norm, vermeerderd of verminderd met de op grond van paragraaf 3.3 van de Participatiewet, door het college vastgestelde verhoging of verlaging; e. alleenstaande: de alleenstaande zoals bedoeld in artikel 4 van de Participatiewet; f. alleenstaande ouder: de alleenstaande ouder zoals bedoeld in artikel 4 van de Participatiewet; g. gehuwden: de gehuwden of daarmee gelijkgestelden zoals bedoeld in artikel 3 van de Participatiewet. Artikel 2 Doelgroep Tot de doelgroep behoren personen als bedoeld in artikel 36, eerste lid van de Participatiewet die ten tijde van de aanvraag in de gemeente Den Haag woonachtig zijn. Artikel 3 Uitsluitingen Niet voor de individuele inkomenstoeslag komt in aanmerking de belanghebbende die: a) gedurende de referteperiode een recidive maatregel met betrekking tot arbeidsinschakeling op zijn WW, WIA of Participatie wet, IOAW / IOAZ (voorheen Wwb) uitkering heeft ontvangen; b) op de peildatum een opleiding volgt als bedoeld in de WTOS, dan wel een studie volgt als genoemd in de WSF 2000; c) gedurende de referteperiode een onderbreking van het inkomen heeft gehad van in totaal meer dan 26 weken; Raadsvoorstellen 2014 5

Artikel 4 Indienen verzoek Een verzoek als bedoeld in artikel 36, eerste lid, van de Participatiewet, wordt ingediend middels een door het college vastgesteld papieren of digitaal formulier. Artikel 5 Langdurig laag inkomen 1. Een persoon heeft een langdurig laag inkomen als bedoeld in artikel 36, eerste lid, van de Participatiewet als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen niet hoger is dan 110 procent van de van toepassing zijnde bijstandsnorm. 2. Voor de belanghebbende die aan een wettelijk of minnelijk schuldhulptraject deelneemt via een erkend schuldhulpverlener of bewindvoerder WSNP geldt, dat het inkomen gedurende het traject gelijkgesteld wordt met een inkomen lager dan 110% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm. Artikel 6 Hoogte individuele inkomenstoeslag 1. Een individuele inkomenstoeslag bedraagt per kalenderjaar: a. 360,00 voor een alleenstaande; b. 470,00 voor een alleenstaande ouder; c. 600,00 voor gehuwden Het te verstrekken bedrag wordt niet jaarlijks geïndexeerd. 2. Als één van de gehuwden is uitgesloten van het recht op individuele inkomenstoeslag ingevolge de artikelen 11 of 13, eerste lid, van de Participatiewet, komt de rechthebbende echtgenoot in aanmerking voor een individuele inkomenstoeslag naar de hoogte die voor hem als alleenstaande of alleenstaande ouder zou gelden. 3. Voor toepassing van het eerste en tweede lid is de situatie op de peildatum bepalend. Artikel 7 Doelstelling van de toeslag In het kalenderjaar waarin de individuele inkomenstoeslag wordt verleend, worden de middelen daarvan in aanmerking genomen bij het toekennen van bijzondere bijstand duurzame gebruiksgoederen. Artikel 8 Onvoorziene gevallen Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepalingen van deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 9 Intrekken oude verordening De verordening Langdurigheidstoeslag gemeente Den Haag 2013 wordt per 1 januari 2015 ingetrokken. Artikel 10 Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2015. Artikel 11 Citeertitel Deze verordening kan aangehaald worden als: de verordening Individuele Inkomenstoeslag gemeente Den Haag 2015 II. In te trekken de Verordening Landurigheidstoeslag gemeente Den Haag 2013 per 1 januari 2015. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering De griffier. De voorzitter. Raadsvoorstellen 2014 6