Hoofdstuk 2 Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget... 2 Artikel 2.1 Regels rond verstrekking en verantwoording... 2



Vergelijkbare documenten
Besluit. maatschappelijke ondersteuning. Gemeente Oude IJsselstreek

Besluit maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden

DE BEDRAGEN IN DIT BESLUIT GELDEN PER Besluit maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden

Burgemeester en wethouders van de gemeente Oldebroek; gelet op het bepaalde in artikel 4 en 5 van de Wet maatschappelijke ondersteuning, alsmede de

Hoofdstuk 1. Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget.

Hoofdstuk 1. Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget.

Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Montferland Ingangsdatum 1 januari 2014

Besluit nadere regels individuele voorzieningen voor mensen met beperkingen. Hoofdstuk 1 Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2007

Burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek;

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning Maasbree 2007

Besluit maatschappelijke ondersteuning Barneveld juli 2008

Besluit: Vast te stellen het navolgende Besluit voorzieningen Wmo gemeente Waterland 2013.

Voorzieningen. Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)

Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Beemster 2011

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Overbetuwe 2010 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Heusden 2007

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Grootegast Hoofdstuk 1. Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget.

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxtel 2015

Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Duiven 2012

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Berkelland 2010

FINANCIEEL BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE BERKELLAND 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Doetinchem 2016

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxtel 2015, versie 2

Besluit maatschappelijke ondersteuning Heemskerk januari 2009

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Sint- Oedenrode 2015, versie 2 30 juni 2015

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2012 (FINANCIEEL BESLUIT)

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den IJssel,

GEMEENTEBLAD. Nr januari Officiële uitgave van de gemeente Capelle aan den IJssel

Besluit maatschappelijke ondersteuning. gemeente Nunspeet 2010

B e s l u i t e n: Burgemeester en wethouders van Purmerend, Gelet op Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Purmerend 2011,

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2015 Nr

Besluit maatschappelijke ondersteuning Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2017

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxmeer

Besluit maatschappelijke ondersteuning. Hoofdstuk 1. Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget.

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Delfzijl Hoofdstuk 1. Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget

2. Besluit Besluit maatschappelijke ondersteuning Capelle aan den IJssel oktober 2018.

Besluit maatschappelijke ondersteuning citeertitel: Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 Scherpenzeel vastgesteld bij besluit van

Financieel besluit 2010 Hoofdstuk 1 Regels rond verstrekking en verantwoording. Artikel 1. Regels rond verstrekking en verantwoording

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE MARUM 2016

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Sint-Oedenrode 2015, versie 3

Wetstechnische informatie

Besluit vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning Doetinchem 2015

FINANCIEEL BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING Achtkarspelen 2012

Besluit maatschappelijke ondersteuning Uitgeest januari 2013

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Hoofdstuk 1 Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget

Financieel besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2014

1.3 Woonvoorzieningen die uitsluitend in natura kunnen worden verstrekt zijn: mobiele tilliften, en douchebrancards.

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxmeer

MEMO van college aan de raad

gelet op artikel van de Wet maatschappelijke ondersteuning en artikel 149 van de Gemeentewet;

Financieel Besluit Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Sint Anthonis 2014

Besluit maatschappelijke ondersteuning

Besluit maatschappelijke ondersteuning. Hoofdstuk 1. Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget.

Gelet op artikel 15 van de Wet maatschappelijke ondersteuning en de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Roosendaal,

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Heusden-v2

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Beemster Gelet op Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Beemster 2013,

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Staphorst. Hoofdstuk 1 Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget

Toelichting. Artikel 2

GEMEENTEBLAD. gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Houten;

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Nunspeet 2016

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2014 GEMEENTE VELSEN

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE VELSEN 2013

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE OOSTZAAN januari 2010 CONCEPT

TOELICHTING OP HET BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE BUSSUM 2011

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Grootegast;

Besluit Maatschappelijke ondersteuning gemeente Zoetermeer

Toelichting Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Beemster 2011

BESLUIT VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING Súdwest-Fryslân

Financieel Besluit. sociaal domein. Gemeente Oude IJsselstreek

Hoofdstuk 1 Bedragen persoonsgebonden budget

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland;

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2016

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2017 Nr

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Hoogeveen 2010

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Aalten 2015

Wmo. Toelichting Besluit individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Kerkrade Afdeling Zorg

Artikel 1. Begripsbepalingen

Hoofdstuk 1 Bedragen persoonsgebonden budget

gelet op de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Haren 2012;

gelet op de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Culemborg 2007;

vast te stellen: FINANCIEEL BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING EN JEUGDHULP GEMEENTE BERKELLAND 2017

Besluit nadere regels Wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Sint-Michielsgestel 2016

gelet op de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Culemborg 2011;

Overzicht aanpassingen Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Waalwijk > 2011

FINANCIEEL BESLUIT. maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude

gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Houten;

Financieel Besluit Sociaal Domein Gemeente Oude IJsselstreek Burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek;

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning Leudal

a. op grond van aanwijzingen het ernstige vermoeden bestaat dat de aanvrager problemen zal hebben bij het omgaan met een persoonsgebonden budget;

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE ROERMOND

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015

Transcriptie:

Besluit Maatschappelijke Ondersteuning 2014 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Advisering en samenhangende afstemming... 2 Artikel 1. Verplicht advies... 2 Hoofdstuk 2 Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget... 2 Artikel 2.1 Regels rond verstrekking en verantwoording... 2 Hoofdstuk 3 Eigen bijdragen, eigen aandeel en besparingsbijdrage... 3 Artikel 3.1 Omvang van eigen bijdragen en eigen aandeel... 3 Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen met betrekking tot het huishouden... 3 Artikel 4.1 Vaststelling bedrag persoonsgebonden budget huishoudelijke hulp en thuisondersteuning... 3 Artikel 4.2 Tarieven huishoudelijke hulp en thuisondersteuning in natura... 4 Artikel 4.3 Tarieven persoonsgebonden budget voor huishoudelijke hulp en thuisondersteuning4 Hoofdstuk 5 Overige woonvoorzieningen... 4 Artikel 5.1 Hoogte van de financiële tegemoetkoming... 4 Hoofdstuk 6 Lokale vervoersvoorzieningen... 5 Artikel 6.1 Persoonsgebonden budget voor vervoersvoorzieningen... 5 Artikel 6.2 Financiële tegemoetkoming kosten van vervoer... 5 Hoofdstuk 7 Slotbepaling... 5 Artikel 7.1 Citeertitel en inwerkingtreding... 5

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Doetinchem 2014 Burgemeester en wethouders van de gemeente Doetinchem; Gelet op artikel 5 van de Wet maatschappelijke ondersteuning de hierbij behorende regels en gelet op het bepaalde in de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Doetinchem 2013 (hierna: Verordening); b es l u i t e n : vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Doetinchem 2014. Hoofdstuk 1 Advisering en samenhangende afstemming Artikel 1. Verplicht advies Het bedrag waarboven ingevolge artikel 3. 4, lid 2 onder a van de Verordening advies gevraagd moet worden, bedraagt 20.420,--. Hoofdstuk 2 Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget Artikel 2.1 Regels rond verstrekking en verantwoording 1. Een persoonsgebonden budget kan alleen worden toegekend indien een individuele aanvraag is geïndiceerd. Verstrekking van een toegekende individuele voorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget vindt plaats op verzoek van de aanvrager. 2. Verstrekking als persoonsgebonden budget vindt niet plaats indien: a. op grond van aanwijzingen die tijdens het onderzoek duidelijk zijn geworden, het ernstige vermoeden bestaat dat de aanvrager problemen zal hebben bij het omgaan met een persoonsgebonden budget; b. er een algemene Wmo-voorziening als bedoeld in artikel 1, lid 2 van de Verordening beschikbaar en passend wordt geacht, zoals bijvoorbeeld een collectief vervoerssysteem. 3. De periode waarvoor een persoonsgebonden budget (voor aanschaf en onderhoud) voor een individuele voorziening tenminste wordt toegekend, bedraagt voor: a. Een scootmobiel: zeven jaar; b. Een rolstoel: vijf of zeven jaar, afhankelijk van het type voorziening; c. Een tillift: vijf jaar; d. Een badlift: vijf jaar; e. Douche- en toilethulpmiddelen: vijf jaar. 5. Een sportrolstoel wordt uitsluitend verstrekt als een forfaitair bedrag. Dit bedrag bedraagt maximaal 2.431,-- welk bedrag bedoeld is als tegemoetkoming in aanschaf en onderhoud van een sportrolstoel voor een periode van drie jaar. 2

6. De verantwoording van een persoonsgebonden budget door de budgethouder aan het college vindt steeksproefsgewijs plaats, na afloop van de verstrekking dan wel na afloop van enig kalenderjaar. Hoofdstuk 3 Eigen bijdragen, eigen aandeel en besparingsbijdrage Artikel 3.1 Omvang van eigen bijdragen en eigen aandeel 1. Het bedrag dat ongehuwde personen, die de pensioengerechtigde leeftijd nog niet hebben bereikt, aan eigen bijdrage dienen te betalen, bedraagt 19,00 per vier weken. Van het meerinkomen boven 23.295,-- dient over dit meerinkomen op jaarbasis 15 procent aan eigen bijdrage te worden betaald. 2. Het bedrag dat ongehuwde personen, die de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt, aan eigen bijdrage dienen te betalen, bedraagt 19,00 per vier weken. Van het meerinkomen boven 16.456,-- dient over dit meerinkomen op jaarbasis 15 procent aan eigen bijdrage te worden betaald. 3. Het bedrag dat gehuwde personen, die een van beiden de pensioengerechtigde leeftijd niet hebben bereikt, aan eigen bijdrage dienen te betalen, bedraagt 27,20 per vier weken. Van het gezamenlijk meerinkomen boven 29.174,-- dient over dit meerinkomen op jaarbasis 15 procent aan eigen bijdrage te worden betaald. 4. Het bedrag dat gehuwde personen, die beiden de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt, aan eigen bijdrage dienen te betalen, bedraagt 27,20 per vier weken. Van het gezamenlijk meerinkomen boven 22.957,-- dient over dit meerinkomen op jaarbasis 15 procent aan eigen bijdrage te worden betaald. 5. De eigen bijdrage kan nooit meer bedragen dan de kostprijs van de voorziening of de huishoudelijke hulp/thuisondersteuning. 6. Voor rolstoelen wordt geen eigen bijdrage gevraagd. 7. Zoals genoemd in het landelijk Besluit maatschappelijke ondersteuning wordt bij het bepalen van de eigen bijdrage en het eigen aandeel op grond van de Wmo met een extra 8% van het heffingsvrije vermogen rekening gehouden. Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen met betrekking tot het huishouden Artikel 4.1 Vaststelling bedrag persoonsgebonden budget huishoudelijke hulp en thuisondersteuning De vaststelling van een persoonsgebonden budget vindt ten aanzien van huishoudelijke hulp en thuisondersteuning als volgt plaats: 1. Voor huishoudelijke hulp en thuisondersteuning wordt een bedrag per uur beschikbaar gesteld dat overeenkomt met 90 procent van het goedkoopste tarief waarvoor de gemeente Doetinchem huishoudelijke hulp en thuisondersteuning inkoopt. 2. Van het resterende bedrag (10 procent) wordt door de gemeente Doetinchem de administratieve ondersteuning door de Sociale Verzekering bekostigd. 3

Artikel 4.2 Tarieven huishoudelijke hulp en thuisondersteuning in natura 1. De gemeente Doetinchem is ten aanzien van huishoudelijke hulp in natura met onderstaande aanbieders de volgende uurtarieven overeengekomen: 1. Thuiszorg Service Nederland 20,78; 2. Zorgkompas 20,30; 3. Markenheem 21,35; 4. Vitaal Thuiszorg 18,50; 5. Tzorg 21,23. 2. De gemeente Doetinchem is ten aanzien van thuisondersteuning in natura met onderstaande aanbieders de volgende uurtarieven overeengekomen: 1. Thuiszorg Service Nederland 23,08; 2. Zorgkompas 23,08; 3. Markenheem 25,64; 3. De onder lid 1 en lid 2 van dit artikel genoemde uurtarieven kunnen jaarlijks wijzigen. Artikel 4.3 Tarieven persoonsgebonden budget voor huishoudelijke hulp en thuisondersteuning De uurtarieven voor het persoonsgebonden budget voor huishoudelijke hulp en thuisondersteuning bedragen ingevolge het bepaalde in de artikelen 4.1, lid 1 en 4.2, lid 1 juncto artikel 4.2, lid 2 16,65 respectievelijk 20,77. Hoofdstuk 5 Overige woonvoorzieningen Artikel 5.1 Hoogte van de financiële tegemoetkoming 1. De financiële tegemoetkoming minus het eigen aandeel of het persoonsgebonden budget minus de eigen bijdrage voor woonvoorzieningen wordt vastgesteld als tegenwaarde van het bedrag zoals vermeld in de door het college geaccepteerde offerte. 2. Het in artikel 7.9 van de Verordening genoemde afschrijvingsschema luidt als volgt: afschrijving in zeven jaar. - In het eerste jaar is 100 procent van de kosten van de verstrekte voorziening verschuldigd; - In het tweede jaar is 85 procent van de kosten van de verstrekte voorziening verschuldigd; - In het derde jaar is 70 procent van de kosten van de verstrekte voorziening verschuldigd; - In het vierde jaar is 55 procent van de kosten van de verstrekte voorziening verschuldigd; - In het vijfde jaar is 40 procent van de kosten van de verstrekte voorziening verschuldigd; - In het zesde jaar is 25 procent van de kosten van de verstrekte voorziening verschuldigd; - In het zevende jaar is 10 procent van de kosten van de verstrekte voorziening verschuldigd. In alle gevallen minus het percentage dat voor rekening van de eigenaar van de woonruimte is gekomen. 4

4. De tegemoetkoming voor verhuis- en herinrichtingskosten als genoemd in artikel 7.3 lid 1 onder j bedraagt maximaal 2.789,--. 5. Het bedrag dat als maximum wordt verstrekt bij het bezoekbaar maken als genoemd in artikel 7.5, leden 2 tot en met 5 van de Verordening bedraagt 5.000,--. Hoofdstuk 6 Lokale vervoersvoorzieningen Artikel 6.1 Persoonsgebonden budget voor vervoersvoorzieningen Het persoonsgebonden budget voor vervoersvoorzieningen wordt vastgesteld op basis van de tegenwaarde van de goedkoopst adequate voorziening, indien nodig verhoogd met een bedrag voor onderhoud en reparatie, gebaseerd op het gemiddelde bedrag voor onderhoud en reparatie over het jaar voorafgaand aan het laatste volle kalenderjaar voor de toekenning van de voorziening. Artikel 6.2 Financiële tegemoetkoming kosten van vervoer 1. De maximale hoogte van de financiële tegemoetkoming voor het gebruik van de eigen auto of taxi bedraagt maximaal 1.055,-- per jaar; 2. De hoogte van de financiële tegemoetkoming voor vervoer, voor de bewoners van een AWBZinstelling, bedraagt maximaal de helft van de vergoeding zoals genoemd in artikel 6.2 lid 1. Hoofdstuk 7 Slotbepaling Artikel 7.1 Citeertitel en inwerkingtreding 1. Dit artikel wordt aangehaald als Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Doetinchem 2014; 2. Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2014; 3. Bij de inwerkingtreding van het in lid 1 genoemde besluit vervalt het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Doetinchem 2013 met dien verstande dat aanvragen ingediend voor de in het tweede lid genoemde datum worden afgehandeld met inachtneming van het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Doetinchem 2013. Aldus vastgesteld te Doetinchem op.. 2013 burgemeester en wethouders voornoemd, secretaris, burgemeester, 5