Voorstel Vast te stellen de Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Groesbeek 2015



Vergelijkbare documenten
Verordening individuele studietoeslag Participatiewet Urk 2015

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet Gemeente Leidschendam-Voorburg 2015

gelet op artikel 108, tweede lid jo. artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet,

VERORDENING INDIVIDUELE STUDIETOESLAG GEMEENTEN HOOGEZAND-SAPPEMEER, SLOCHTEREN EN MENTERWOLDE

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d met BBV nummer ;

op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 september 2014; b e s l u i t :

"VERORDENING INDIVIDUELE STUDIETOESLAG 2015".

Raadsbesluit Jaar 2015/09/24/06. Besluit:

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Lingewaard 2015

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Lingewaard 2015

vast te stellen de Verordening individuele studietoeslag gemeente Nederweert 2015

B E S L U I T: vast te stellen de verordening individuele studietoeslag Westvoorne.

gelet op artikel 108, tweede lid jo. artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, Verordening individuele studietoeslag gemeente Heerenveen 2015

*Z F6* Verordening individuele studietoeslag gemeente Goeree-Overflakkee

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;

Recht op individuele studietoeslag

vast te stellen de Verordening individuele studietoeslag gemeente Haarlem.

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet Gemeente.

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d met BBV nummer ;

Modelverordening individuele studietoeslag Participatiewet versie 2

Verordening individuele studietoeslag

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Castricum 2015

Volgnummer : 52 Kenmerk : sector samenleving Onderwerp : Verordening individuele studietoeslag Participatiewet 2015

Verordening individuele studietoeslag gemeente Nederweert 2015

VERORDENING INDIVIDUELE STUDIETOESLAG TWENTERAND

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Houten

gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel c, en derde lid, van de Participatiewet;

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Ede (Gelderland)

Verordening individuele studietoeslag Krimpen aan den IJssel 2015

Gemeente Sint Anthonis

gelet op artikel 8 eerste lid onderdeel c van de Participatiewet en artikel 7 lid 1 van de gemeenschappelijke regeling 2010 ISD Noordoost;

Verordening individuele studietoeslag Zevenaar 2018

Toelichting Verordening individuele studietoeslag gemeente Heerenveen

Verordening. Individuele Studietoeslag Scherpenzeel 2015

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 28 oktober 2014

Verordening individuele studietoeslag 2015 GR Ferm Werk

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Wijk bij Duurstede (Utrecht)

Verordening individuele studietoeslag

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

Verordening individuele studietoeslag gemeente Doetinchem 2015

Verordening individuele studietoeslag gemeente Stein

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Aa en Hunze, d.d , nummer.;

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet 2015 gemeente Midden-Drenthe 1

VERORDENING INDIVIDUELE STUDIETOESLAG PARTICIPATIEWET GEMEENTE ASSEN 2015

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Algemene toelichting bij Verordening individuele studietoeslag Participatiewet Heemstede 2015

Verordening individuele studietoeslag gemeente Stein 2015

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Venray 2017

gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel c van de Participatiewet;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 16 september 2014 No. B ;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van ;

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet Dienst SoZaWe Nw. Fryslân

Verordening individuele studietoeslag 2016

Bekendmaking Verordening individuele studietoeslag gemeente Druten 2015 en Beleidsregels individuele studietoeslag gemeente Druten 2015

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Buren

Verordening. individuele studietoeslag. gemeente Borsele 2015

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Renkum 2015

Verordening individuele studietoeslag. Gemeente Kerkrade

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet 2015

Gezien van voorstel van burgemeester en wethouders van 28 oktober 2014 met overneming van de daarin vermelde motieven;

Verordening individuele studietoeslag 2015

GEMEENTEBLAD

Verordening individuele studietoeslag gemeente Peel en Maas ( )

besluit vast te stellen de Verordening individuele studietoeslag Participatiewet Beuningen 2015.

overwegende dat het college ten behoeve van de personen uit de doelgroep loonkostensubsidie kan verstrekken aan de werkgever van deze doelgroep;

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Noardwest Fryslân

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van o, met overneming van de daarin vermelde motieven;

Officiële naam regeling Verordening Individuele Studietoeslag Participatiewet Breda 2015

Verordening individuele studietoeslag Gemeente Gennep gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 16 september 2014;

Zundertse Regelgeving Wetstechnische informatie

Algemene toelichting Verordening individuele studietoeslag Participatiewet Vlissingen 2015

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet BMWE 2015

Verordening individuele studietoeslag ISWI.

Cluster : samenleving Nummer : 10 Portefeuillehouder : Linda van der Deen Datum vergadering : 12 mei 2015

Onderwerp : Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 6 januari 2015.

gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2014;

Toelichting. Algemeen. Verbeteren positie arbeidsmarkt arbeidsgehandicapten

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet ISD Bollenstreek 2015 BESLUIT

GEMEENTEBLAD. gelet op de artikelen 149 en 156 van de Gemeentewet en artikel 8, eerste lid, onderdeel c, van de Participatiewet;

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet ISD Bollenstreek 2017 BESLUIT

Verordening individuele studietoeslag gemeente Midden- Delfland 2015

Gemeente Kerkraãe. Ontwerpbesluit raadsvergadering d.d De raad van de gemeente Kerkrade;

Verordening individuele studietoeslag Regionale Sociale Dienst Hoeksche Waard 2015

Vastgestelde verordening - Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Zoeterwoude 2015

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet Het Hogeland 2019

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d..., nummer:.. ;

Verordening individuele studietoeslag gemeente Midden-Delfland 2016

Sector : I Nr. : 07/15 Onderwerp : Verordening Individuele Studietoeslag Participatiewet

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet 4.2 Maastricht-Heuvelland 2015

op voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 13 november 2014, no.za /DV , afdeling Samenleving;

Verordening individuele inkomens- en studietoeslag gemeente De Wolden 2015

Verordening individuele studietoeslag gemeente Westland 2015

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 oktober 2014;

Verordening individuele studietoeslag gemeente Westland 2017

RAADSVOORSTEL. Rv. nr.: B en W-besluit d.d.: B en W-besluit nr.:

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 3 november 2014, vast te stellen de Verordening individuele studietoeslag Participatiewet

VERORDENING INDIVIDUELE STUDIETOESLAG PARTICIPATIEWET 2015 GEMEENTE VELSEN

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 26 mei 2015, nummer ;

Transcriptie:

Raadsvoorstel Griffiersnummer: B41 Onderwerp: Verordening individuele studietoeslag Datum B&W-vergadering: 26 mei 2015 Datum raadsvergadering: 25 juni 2015 Datum carrousel: nvt Portefeuillehouder: J.G.M. Thijssen Ambtenaar: M. Hagen e-mailadres: m.hagen@groesbeek.nl Zaaknummer: Z-15-21054 Documentnummer: VB/Raad/15/00021 Aan de gemeenteraad, Voorstel Vast te stellen de Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Groesbeek 2015 1. Inleiding Per 1 januari 2015 is de Participatiewet in werking getreden. In artikel 78z van de Participatiewet is vastgelegd dat de gemeenteraad binnen zes maanden, dus vóór 1 juli 2015 na inwerkingtreding van de Participatiewet, de verordeningen moet vaststellen die op grond van de Participatiewet vastgesteld moeten worden. Verschillende Participatiewet-verordeningen zijn al vastgesteld in de raadsvergadering van 8 januari 2015, of binnen het Werkbedrijf. Bovengenoemde verordening moeten nog worden vastgesteld, evenals de Afstemmingsverordening (Maatregelenverordening) Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Groesbeek 2015, die in een separaat raadsvoorstel ook in deze vergadering ter vaststelling aan u wordt voorgelegd. De verordening heeft zes weken ter inzage gelegen, van 9 april tot en 20 mei 2015. Er zijn geen zienswijzen binnengekomen. De verordening kan, ongewijzigd ten opzichte van de conceptversie, worden vastgesteld door de gemeenteraad. 2. Beoogd effect Met de verordening wordt een studietoeslag geboden aan inwoners met een arbeidsbeperking die studeren en daarnaast niet in staat zijn om het minimumloon te verdienen. Met deze inkomensondersteuning wordt deze groep gestimuleerd om naar school te gaan of een studie te volgen en een diploma te halen waardoor hun positie op de arbeidsmarkt wordt versterkt. 3. Argumenten Algemeen In artikel 8 van de Participatiewet is vastgelegd dat de gemeenteraad bij verordening regels moet vaststellen over het verlenen van een individuele studietoeslag. De regels moeten in ieder

geval betrekking hebben op de hoogte en de frequentie van de betaling van de individuele studietoeslag. Een nieuwe verordening Voorheen was er onder de Wajong een studieregeling opgenomen voor jongeren met een arbeidsbeperking 1. Deze studieregeling is niet langer toegankelijk voor jongeren met een arbeidsbeperking. Gemeenten krijgen nu de mogelijkheid om individuele studietoeslag te verstrekken aan de groep die voorheen onder de reikwijdte van de studieregeling van de Wajong vielen. Gemeenten kunnen ervoor kiezen om geen individuele studietoeslag uit te keren, het betreft hier een kan-bepaling. Als een gemeente ervoor kiest om dat niet te doen, moet dat wel worden vastgelegd in een verordening. Het uitgangspunt van de gemeente Groesbeek is echter dat iedereen naar vermogen meedoet en dat iedereen hier de kans toe krijgt. Dit is ook vastgelegd in de Sociaal Maatschappelijk visie en het Programma Groesbeek 2015-2018. Op basis van dit uitgangspunt is de keuze gemaakt om in deze kwetsbare doelgroep te investeren en zo hun kansen op de arbeidsmarkt te vergroten. Dit is ook conform de strekking van de Participatiewet. In 2014 is in de regio onderzoek gedaan naar onder meer de omvang van de groep jongeren met een Wajong-uitkering 2. Het percentage Wajongers, afgezet tegen de populatie inwoners 15 tot en met 64 jaar, is in de gemeente Groesbeek het hoogst van de regio (bijna 4%). Dit zou onder meer te maken hebben met de aanwezigheid van Werkenrode. Op basis van de instroom van jongeren met een Wajong-uitkering in 2012 is een inschatting te maken van de ontwikkeling van de doelgroep van de individuele studietoeslag. Daarbij gaan we uit van een duur van vier jaar waarbinnen studenten hun opleiding afronden. De verwachting voor de gemeente Groesbeek is dat er in 2015 ongeveer 33 Wajongers zullen instromen. 35% van de Wajongers volgt een studie/opleiding en komt in aanmerking voor studiefinanciering en 70% van die groep verdient minder dan het minimumloon. Dat zijn in de gemeente Groesbeek hooguit 8 inwoners in 2015. Zij zouden een beroep kunnen doen op deze regeling. Op basis van het beschikbare budget van 10.000,- is het voorstel om de hoogte voor de toeslag vast te stellen op 1.200,- per persoon per jaar. 4. Kanttekening n.v.t. 5. Financiële onderbouwing Om de individuele studietoeslag mogelijk te maken heeft het Rijk extra middelen toegevoegd via de algemene uitkering. In de bedragen is een compensatie begrepen voor uitvoeringskosten. De toevoeging voor de gemeente Groesbeek bedraagt 10.000, - voor 2015, 30.000, - voor 2016, 50.000, - in 2017 en vanaf 2018 structureel 60.000. Uitgaande van een studietoeslag van 1200, - per jaar en een geleidelijke toename van de groep rechthebbenden van ongeveer 8 in 2015 naar ongeveer 45 in 2018 komt de gemeente op structurele basis uit met de beschik- 1 Onder de Wajong was sprake van een studieregeling, onder de Participatiewet wordt gesproken over een individuele studietoeslag. 2 Wajong & Werk, onderzoek naar wie de Wajongers zijn en wat werkt, Drs. Selle L. van der Woude Pagina 2 van 11

baar gestelde rijksmiddelen. De gemeente Groesbeek heeft voor 2015 en verder geen bedrag als uitgaaf begroot voor de individuele studietoeslag, maar wel de extra middelen via de algemene uitkering. Voor 2015 dienen de kosten ten behoeve van de individuele studietoeslag daarom te worden gedekt vanuit de post onvoorzien. Een bedrag van 10.000,- is daarom bijgeraamd in de voorjaarsnota 2015. 6. Communicatie Na vaststelling van de verordeningen worden deze bekendgemaakt op www.officielebekendmakingen.nl, in een digitaal gemeenteblad voor 1 juli 2015. Inwoners kunnen de verordeningen vinden op www. overheid.nl. De doelgroep wordt geïnformeerd over deze regeling via de huis-aan- huisbladen en de gemeentesite. 7. Aanpak/uitvoering De verordening is een juridische basis voor besluiten van het college m.b.t de Individuele studietoeslag. Burgemeester en wethouders van Gemeente Groesbeek De secretaris, J.W. Looijen De burgemeester, H.W.C.G. Keereweer Bijlagen digitaal ter inzage Bijlagen ter inzage fractiekamer Bijlage ter inzage griffier Pagina 3 van 11

De raad van de gemeente Gemeente Groesbeek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Gemeente Groesbeek op 26 mei 2015, overwegende dat: de raad, op grond van artikel 8, lid 1, sub c van de Participatiewet, regels moet vaststellen met betrekking tot het verlenen van een individuele studietoeslag, b e s l u i t : Raadsbesluit Vast te stellen onderstaande Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Groesbeek 2015 Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Gemeente Groesbeek op 25 juni 2015. De raadsgriffier, De voorzitter, J.A.M. van Workum H.W.C.G. Keereweer Pagina 4 van 11

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Groesbeek 2015 Geconsolideerde tekst van de regeling Artikel 1. Begrippen In deze verordening wordt verstaan onder: a) studiejaar: de jaarlijkse periode van 1 september tot en met 31 augustus, zoals gedefinieerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) b) belanghebbende: persoon die aanspraak doet op individuele studietoeslag. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet. Artikel 2. Indienen verzoek Een verzoek als bedoeld in artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet, wordt ingediend middels een door het college vastgesteld formulier. De aanspraak op een individuele studietoeslag ontstaat niet eerder dan de dag van aanvraag. Artikel 3. Rechthebbenden Een belanghebbende die behoort tot de doelgroep voor ondersteuning bij de arbeidsinschakeling (artikel 7, lid 1, onderdeel a van de Participatiewet) kan een aanvraag indienen voor een individuele studietoeslag. Om hiervoor in aanmerking te komen is het vereist dat de belanghebbende op de datum van aanvraag aan de volgende voorwaarden voldoet: Belanghebbende: a. is 18 jaar of ouder; b. heeft recht op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000 of heeft recht op een tegemoetkoming op grond van hoofdstuk 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten; c. heeft geen in aanmerking te nemen vermogen als bedoeld in artikel 34 van de Participatiewet; d. is een persoon van wie is vastgesteld dat hij wegens een arbeidshandicap met voltijdse arbeid niet in staat is tot het verdienen van het wettelijk minimumloon, maar wel mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft; e. kan de studie vanwege de arbeidsbelemmering (nog) niet combineren met arbeidsparticipatie; f. ontvangt geen inkomsten anders dan studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000. g. kan geen beroep doen op een voorliggende voorziening. Artikel 4. Aanspraak individuele studietoeslag Een persoon kan slechts eenmaal in een studiejaar in aanmerking komen voor een individuele studietoeslag. Artikel 5. Hoogte individuele studietoeslag 1. Een individuele studietoeslag bedraagt maximaal 1.200,- per studiejaar. 2. Het bedrag genoemd in het eerste lid wordt jaarlijks geïndexeerd conform de ontwikkelingen van de consumentenprijsindex volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek. De bedragen worden naar boven afgerond op hele euro s. Artikel 6. Betaling individuele studietoeslag Pagina 5 van 11

1. Een individuele studietoeslag wordt verdeeld in twee gedeelten van elk 600,- over het studiejaar uitbetaald. 2. Voor de betaling van de tweede termijn wordt na 6 maanden beoordeeld of de aanvrager nog tot de doelgroep behoort. Artikel 7. Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien onverkorte toepassing daarvan zou leiden tot onredelijkheid of onbillijkheid. Artikel 8. Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2015. Artikel 9. Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Groesbeek 2015. Pagina 6 van 11

Algemene toelichting Verordening individuele studietoeslag gemeente Groesbeek 2015 De Invoeringswet Participatiewet introduceert een studieregeling in de Participatiewet: de individuele studietoeslag. Hiermee krijgt het college de mogelijkheid mensen, van wie is vastgesteld dat ze niet in staat zijn het minimumloon te verdienen, een individuele studietoeslag te verstrekken als ze studeren. Het afronden van een studie versterkt de positie op de arbeidsmarkt. Een diploma is een bewijs tegenover werkgevers dat iemand gemotiveerd is en veel in zijn mars heeft. Mensen met een arbeidshandicap hebben volgens de regering een extra steuntje in de rug nodig als het gaat om studeren. Voor hen is de drempel om te lenen een stuk hoger, omdat de kans op een baan later lager is. Een studieregeling stimuleert mensen om toch de stap te zetten om naar school te gaan of een studie te gaan volgen. Ook biedt het een financiële compensatie voor het feit dat het voor deze groep vaak moeilijk is om de studie te combineren met een bijbaan (TK 2013-2014, 33 161, nr. 125, p. 2). De individuele studietoeslag moet worden aangemerkt als een vorm van bijzondere bijstand (artikel 5, onderdeel d, van de Participatiewet). De individuele studietoeslag is niet gerelateerd aan bepaalde kosten. Het is een inkomensondersteunende maatregel voor mensen van wie is vastgesteld dat ze niet in staat zijn het minimumloon te verdienen. Verordeningsplicht De Invoeringswet Participatiewet legt de gemeenteraad de verplichting op in een verordening regels vast te stellen over het verlenen van een individuele studietoeslag. Deze verordeningsopdracht is neergelegd in artikel 8, eerste lid, onderdeel c, van de Participatiewet. De regels moeten in ieder geval betrekking hebben op de hoogte en de frequentie van de betaling van de individuele studietoeslag (artikel 8, derde lid, van de Participatiewet). Discretionaire bevoegdheid Het verlenen van een individuele studietoeslag is een discretionaire bevoegdheid van het college. Dit betekent dat het college aan personen die voldoen aan de voorwaarden van artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet, een individuele studietoeslag kan toekennen, maar hiertoe niet is gehouden. Het college kan in beleidsregels aangeven of bepaalde groepen niet in aanmerking komen voor een studietoeslag. Het college kan in plaats daarvan - en in aanvulling op artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet - in beleidsregels aangeven wie, wanneer en op grond van welke nadere voorwaarden recht heeft op een individuele studietoeslag. Voorwaarden individuele studietoeslag Een persoon die behoort tot de doelgroep voor ondersteuning bij de arbeidsinschakeling als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet kan een aanvraag indienen voor een individuele studietoeslag. Artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet spreekt overigens zowel over verzoek als aanvraag. Het college kan op een dergelijk verzoek gelet op de individuele omstandigheden van een persoon - een individuele studietoeslag verlenen. Hiervoor is vereist dat deze persoon op de datum van de aanvraag: 18 jaar of ouder is; Pagina 7 van 11

recht heeft op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000 of recht heeft op een tegemoetkoming op grond van hoofdstuk 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten; geen in aanmerking te nemen vermogen als bedoeld in artikel 34 van de Participatiewet heeft; en een persoon is van wie is vastgesteld dat hij niet in staat is tot het verdienen van het wettelijk minimumloon, doch wel mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft. Dat een persoon recht moet hebben op studiefinanciering of een WTOS-tegemoetkoming, betekent niet dat deze persoon ook daadwerkelijk studiefinanciering of een tegemoetkoming moet ontvangen. Het recht op studiefinanciering bestaat, afhankelijk van iemands gekozen opleiding, leeftijd en inkomen. Of van dit recht gebruik gemaakt wordt is niet in de Participatiewet geregeld en is geen vereiste voor het ontvangen van een individuele studietoeslag op grond van de Participatiewet. Voor het recht op een individuele studietoeslag is het dan ook voldoende dat een persoon recht heeft op studiefinanciering of een tegemoetkoming. De persoon zal - als aanvrager van de toeslag - aannemelijk moeten maken dat hij recht op studiefinanciering of een tegemoetkoming heeft, bijvoorbeeld door een beschikking van DUO of door een bewijs van inschrijving bij een bepaalde opleiding te overleggen. De artikelen 12, 43, 49 en 52 van de Participatiewet zijn niet van toepassing bij verlening van de individuele studietoeslag (artikel 36b, tweede lid, van de Participatiewet). De aanvraag moet worden ingediend bij het college. Een individuele studietoeslag kan niet als lening worden verstrekt als een persoon met de studietoeslag schulden wil aflossen. Artikel 49 van de Participatiewet is namelijk niet van toepassing op de individuele studietoeslag (artikel 36b, tweede lid, van de Participatiewet). Ook artikel 52 van de Participatiewet is niet van toepassing op de individuele studietoeslag (artikel 36b, tweede lid, van de Participatiewet). Dit maakt dat de individuele studietoeslag niet kan worden verstrekt in de vorm van een voorschot Artikelsgewijze toelichting Verordening individuele studietoeslag gemeente Groesbeek 2015 Artikel 1 Begrippen Spreekt voor zich. Artikel 2. indienen verzoek Een verzoek om een individuele studietoeslag kan worden ingediend door personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet. Dit betreft personen die het college ondersteunt bij arbeidsinschakeling. Het college kan aan deze personen, op een daartoe strekkend verzoek, een individuele studietoeslag verlenen (artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet). Een persoon dient op datum van de aanvraag aan de voorwaarden te voldoen zoals genoemd in artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet. Onder aanvraag wordt verstaan: een verzoek van een persoon, een besluit te nemen (artikel 1:3, derde lid, van de Awb). Een aanvraag dient in beginsel schriftelijk te worden ingediend (artikel 4:1 van de Awb). Om onduidelijkheid te voorkomen omtrent de wijze waarop het verzoek als bedoeld in artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet moet worden ingediend, bepaalt artikel 2 van deze veror- Pagina 8 van 11

dening dat het verzoek moet worden gedaan middels een door het college vastgesteld formulier. Een verzoek wordt dan gezien als een aanvraag zoals bedoeld in afdeling 4.1.1 van de Awb. Het gaat dan om een schriftelijke aanvraag (artikel 4:1 van de Awb) die wordt ondertekend door de aanvrager en ten minste de naam en het adres van de aanvrager bevat, de dagtekening en een aanduiding van de beschikking die wordt gevraagd (artikel 4:2, eerste lid, van de Awb). De aanvrager verschaft ook de gegevens en bescheiden die voor de beslissing op de aanvraag nodig zijn en waarover hij redelijkerwijs de beschikking kan krijgen (artikel 4:2, tweede lid, van de Awb). Een mondeling verzoek kan hiermee dus niet worden aangemerkt als een verzoek om individuele studietoeslag zoals bedoeld in artikel 36b van de Participatiewet. Artikel 3. Rechthebbenden Artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet regelt in welke gevallen het college op verzoek van een persoon, gelet op diens individuele omstandigheden, een individuele studietoeslag kan verlenen. Dit is het geval indien een persoon op de datum van de aanvraag: 18 jaar of ouder is; recht heeft op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000 of recht heeft op een tegemoetkoming op grond van hoofdstuk 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten; geen in aanmerking te nemen vermogen als bedoeld in artikel 34 van de Participatiewet heeft; en een persoon is van wie is vastgesteld dat hij niet in staat is tot het verdienen van het wettelijk minimumloon, maar wel mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft. Met betrekking tot het laatst genoemde criterium beoordeelt het college aan de hand van beschikbare gegevens van het Uitvoeringsinstituut Werkgeversverzekeringen (UWV), eventuele eerdere medische keuringen en informatie vanuit het netwerk, zoals bijvoorbeeld school, of een persoon hieraan voldoet. Indien dit onvoldoende uitsluitsel geeft, wordt advies van een arbeidsdeskundige ingewonnen. Artikel 4. Aanspraak individuele studietoeslag Een persoon kan eenmaal per jaar in aanmerking komen voor een individuele toeslag. Doorgaans kan een persoon echter halfjaarlijks starten met een opleiding. Voor de beoordeling of een belanghebbende in aanmerking komt voor een individuele studietoeslag wordt de situatie op de datum van de aanvraag beoordeeld (artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet). Om deze reden is geregeld dat de betaling aan een belanghebbende in twee delen plaatsvindt, waarbij na 6 maanden beoordeeld wordt of belanghebbende nog voldoet aan de voorwaarden van de doelgroep (artikel 3 van deze verordening). Studeert een persoon na die zes maanden nog steeds en voldoet hij aan de voorwaarden van artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet, dan krijgt belanghebbende het tweede deel van het jaarbedrag uitbetaald. Met de periode van 6 maanden wordt aangesloten bij de halfjaarlijkse inschrijf- en startmomenten die doorgaans gelden voor opleidingen. Dit kan bijvoorbeeld doeltreffend zijn omdat een persoon op het moment van aanvraag moet voldoen aan de uit artikel 36b van de Participatiewet voortvloeiende voorwaarden voor aanspraak te maken op een individuele studietoeslag. Stel dat een persoon in de studietoeslag in één keer ontvangt, dan wordt deze toeslag toegekend voor een periode van twaalf maanden waarbinnen de mogelijkheid bestaat dat deze persoon al lang geen studie meer Pagina 9 van 11

volgt. Immers, alleen op moment van aanvraag moet een persoon voldoen aan de voorwaarden van artikel 36b van de Participatiewet. Hierom is besloten om halverwege het jaar te onderzoeken of een tweede betaling plaats kan vinden. In artikel 6 is deze werkwijze nader vastgelegd. Artikel 5. Hoogte individuele studietoeslag In artikel 5 van deze verordening is de hoogte van de individuele studietoeslag geregeld. Hierbij wordt de studietoeslag per persoon die voldoet aan de voorwaarden toegekend. De hoogte van de studietoeslag is niet wettelijk voorgeschreven. Gemeenten gaan hiermee zeer verschillend om. Een individuele studietoeslag kan worden gerelateerd aan die component van de studietoeslag die de student geacht wordt zelf bij te verdienen of te lenen bij DUO, zoals uiteengezet in paragraaf 3.1 van de Wet Studiefinanciering 2000. Dit is immers dat deel van de studiefinanciering dat de student zelf dient in te brengen door te werken of te lenen en vormt dat deel van de studiefinanciering dat een drempel kan vormen voor arbeidsgehandicapten om te gaan studeren. Om studenten met een arbeidshandicap niet te bevoordelen ten opzichte van studenten zonder arbeidshandicap, wordt er voor gekozen de individuele studietoeslag te stellen op een lager bedrag. Het is immers ook voor studenten zonder arbeidshandicap niet altijd mogelijk om zelf bij te verdienen, omdat zij al hun tijd en aandacht nodig hebben om de studie succesvol te doorlopen. Deze studenten dienen ook te lenen. De Rijksbijdrage staat toe om alle studenten, die naar verwachting aanspraak zullen maken op individuele studietoeslag, een toeslag ter hoogte van 100,- per maand te vergoeden. Met de verlening van een studietoeslag van hiermee dus 1.200,- per jaar meent de gemeente de drempel om te studeren voor arbeidsgehandicapten aanzienlijk te verlagen. Nota bene: op grond van artikel 7 is er een mogelijkheid om in een individueel geval af te wijken van deze norm. Daarnaast kan in een individueel geval aanvullend bijzondere bijstand worden verstrekt, wanneer de kosten noodzakelijk blijken te zijn en de omstandigheden bijzonder. Dit betreft altijd een individuele beoordeling, waarbij maatwerk de norm is. Is sprake van gehuwden die allebei afzonderlijk voldoen aan de voorwaarden voor een individuele studietoeslag, dan komen zij afzonderlijk in aanmerking voor een individuele studietoeslag. Om te voorkomen dat er jaarlijks een aanpassing moet komen van de verordening is in het artikel ook indexering opgenomen. Artikel 6. Betaling individuele studietoeslag Een individuele studietoeslag wordt na besluit voor een geheel jaar toegekend en wordt in twee delen uitbetaald. De tweede uitbetaling vindt in principe plaats, na kort onderzoek naar het recht op de toeslag, na zes maanden. Belanghebbende hoeft in principe slechts aan te tonen dat hij nog een studie volgt, en uiteindelijk daarmee nog aan de voorwaarden in artikel 3 voldoet, om ook de tweede uitbetaling te ontvangen. Op deze wijze wordt er dus niet gekozen voor een periodieke maandelijkse uitbetaling van de individuele studietoeslag. Er zou dan namelijk sprake zijn van een periodieke verstrekking van bijzondere bijstand. Bij periodieke betaling van deze studietoeslag dienen gemeenten rekening Pagina 10 van 11

te houden met de fiscale gevolgen. Volgens de Rekenregels en handleiding loonheffingen over bijstandsuitkeringen 2014 is periodieke bijzondere bijstand die niet bestedingsgebonden is maar inkomensaanvullend namelijk een belaste verstrekking. Eenmalige bijzondere bijstand is een onbelaste verstrekking. Dit heeft derhalve bijvoorbeeld geen gevolgen voor andere toeslagen. Een belanghebbende kan dit bedrag vervolgens naar eigen inzicht inzetten om zo gestimuleerd te worden om toch de stap te zetten om naar school te gaan of een studie te gaan volgen. Het is immers aannemelijk dat een student in de praktijk juist bij aanvang van een studie of opleiding vaak extra kosten moet maken, waar anders iedere maand in het uitgavenpatroon rekening mee moet worden gehouden. Door deze toeslag wordt deze drempel (de doelgroep heeft door het ontbreken van een bijbaan immers minder ruimte om hier maandelijks rekening mee te houden) naar het oordeel van het college verlaagd. Tot slot beperkt dit de administratieve last van zowel de belanghebbende als de gemeente. Artikel 7. Hardheidsclausule Spreekt voor zich. Artikel 8. Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 juli 2015. Vanaf die datum is in artikel 8, eerste lid, onderdeel c, van de Participatiewet de verordeningsopdracht voor de gemeenteraad neergelegd om regels in de verordening vast te stellen over het verlenen van een individuele studietoeslag. Artikel 9. Citeertitel In dit artikel is de citeertitel van deze verordening neergelegd. Pagina 11 van 11