KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN ROYAUME DE BELGIQUE SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR Koninklijk besluit inzake vaststelling, berekening en betaling van de federale basisdotatie voor de hulpverleningszones Arrêté royal portant la détermination, le calcul et le paiement de la dotation fédérale de base pour les zones de secours FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. PHILIPPE, Roi des Belges, À tous, présents et à venir, Salut. Gelet op de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid, artikel 69, derde lid gewijzigd door de wet van 21 december 2013 houdende diverse bepalingen Binnenlandse zaken en 221/1, 3; Gelet op het koninklijk besluit van 20 september 2012 houdende toekenning van een federale dotatie aan de prezones bedoeld in artikel 221/1 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid ; Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 26 november 2013; Vu la loi du 15 mai 2007 relative à la sécurité civile, l article 69, alinéa 3, modifié par la loi du 21 décembre 2013 portant dispositions diverses Intérieur et l article 221/1, 3 ; Vu l arrêté royal du 20 septembre 2012 portant l'octroi d'une dotation fédérale aux prézones visées à l'article 221/1 de la loi du 15 mai 2007 relative à la sécurité civile; Vu l avis de l Inspecteur des Finances, donné le 26 novembre 2013; Gelet op het akkoord van de Minister voor Begroting, gegeven op 8 januari 2014; Vu l accord du Ministre du Budget, donné le 8 janvier 2014; Gelet op de impactanalyse van de regelgeving, uitgevoerd overeenkomstig artikels 6 en 7 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging; Vu l analyse d impact de la réglementation réalisée conformément aux articles 6 et 7 de la loi du 15 décembre 2013 portant des dispositions diverses en matière de simplification administrative ; Gelet op het advies van de Raad van State nr. 55.174/2, gegeven op 24 februari 2014, met toepassing van artikel 84, 1, eerste lid, 2, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; Op de voordracht van de Minister van Binnenlandse Zaken, en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Vu l avis du Conseil d Etat n 55.174/2, donné le 24 février 2014, en application de l article 84, 1 er, alinéa 1 er, 2, des lois sur le Conseil d Etat, coordonnées le 12 janvier 1973; Sur la proposition de la Ministre de l Intérieur, et de l avis des Ministres qui en ont délibéré en Conseil, HEBBEN WIJ BESLOTEN EN BESLUITEN WIJ: NOUS AVONS ARRETE ET ARRETONS :
Hoofdstuk 1. Definities Chapitre 1er. Définitions Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit moet verstaan worden onder: Article 1er. Pour l application du présent arrêté, il faut entendre par : 1 zone: de hulpverleningszone zoals bedoeld in artikel 14 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid; 2 wet van 15 mei 2007: de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid; 1 zone : la zone de secours visée à l article 14 de la loi du 15 mai 2007 relative à la sécurité civile ; 2 loi du 15 mai 2007: la loi du 15 mai 2007 relative à la sécurité civile ; 3 residentiële bevolking: de natuurlijke personen die zijn ingeschreven in het bevolkingsregister van een gemeente; 3 population résidentielle : les personnes physiques inscrites au registre de la population d une commune ; 4 actieve bevolking: de natuurlijke personen die een beroepsactiviteit uitoefent op het grondgebied van een gemeente; 4 population active : les personnes physiques exerçant une activité professionnelle sur le territoire d une commune ; 5 kadastraal inkomen: het gemiddeld normaal netto-inkomen van één jaar zoals vermeld in artikel 471 van het wetboek van de inkomstenbelasting van 10 april 1992; 6 belastbaar inkomen: het belastbaar inkomen zoals bedoeld in artikel 6 van het wetboek van de inkomstenbelasting van 10 april 1992; 7 risico: het gewogen gemiddelde van de recurrente en punctuele risico s, waarbij: a) het recurrente risico is het vaak voorkomend risico dat beperkte schade tot gevolg heeft, onderverdeeld in 5 categorieën: 1) woningbrand; 2) buitenbrand; 3) ambulance-interventies; 4) dringende interventies; 5) niet-dringende interventies; b) het punctueel risico is het lokaliseerbaar en weinig voorkomend risico dat aanzienlijke schade tot gevolg heeft, onderverdeeld in 9 categorieën: 1) kinderdagverblijven en scholen; 2) vestigingen voor gezondheidszorg: ziekenhuizen, opvangcentra voor jongeren, rusthuizen, instellingen voor gezondheidszorg; 3) industrieën: industriële bedrijven met meer dan 50 werknemers; 4) Seveso 1-sites zoals bedoeld in het samenwerkingsakkoord van 21 juni 1999 tussen de Federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 5 revenu cadastral : le revenu moyen normal net d'une année visé à l article 471 du Code des impôts sur les revenus du 10 avril 1992 ; 6 revenu imposable : le revenu imposable visé à l article 6 du Code des impôts sur les revenus du 10 avril 1992 ; 7 risque : la moyenne pondérée des risques récurrents et ponctuels où : a) les risques récurrents sont ceux entraînant des dégâts limités et répartis en 5 catégories : 1) incendie habitations ; 2) incendie hors habitation ; 3) aide médicale urgente ; 4) interventions urgentes ; 5) interventions non urgentes ; b) les risques ponctuels sont les risques localisables et rares entraînant des dégâts considérables, et répartis en 9 catégories : 1) crèches et écoles ; 2) établissements de soins de santé : hôpitaux, centres d accueil pour jeunes, maisons de repos, institutions de soins de santé ; 3) industries : entreprises industrielles avec plus de 50 travailleurs ; 4) sites Seveso 1 : tels que visés dans l accord de coopération du 21 juin 1999 entre l Etat fédéral, la Région flamande, la Région wallonne et la Région de Bruxelles-Capitale concernant la maîtrise des dangers liés aux
betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn; 5) Seveso 2-sites en kerncentrales: zoals bedoeld in het samenwerkingsakkoord van 21 juni 1999 tussen de Federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn; 6) andere risico s: plaatsen waar veel mensen bijeenkomen, inzonderheid stadions, theaters, bioscopen, stations, luchthavens; 7) tunnels: spoorwegtunnels en verkeerstunnels met een lengte van meer dan 200 m; 8) leidingen: ondergrondse leidingen voor koolwaterstof; 9) hoge gebouwen: woongebouwen die minstens 12 verdiepingen hoog zijn; 8 raad: de raad van de zone als bedoeld in artikel 24 van de wet. accidents majeurs impliquant des substances dangereuses ; 5) sites Seveso 2 et centrales nucléaires tels que visés dans l accord de coopération du 21 juin 1999 entre l Etat fédéral, la Région flamande, la Région wallonne et la Région de Bruxelles-Capitale concernant la maîtrise des dangers liés aux accidents majeurs impliquant des substances dangereuses; 6) autres risques : lieux de rassemblement, tels que stades, théâtres, cinémas, gares, aéroports ; 7) tunnels : tunnels ferroviaires et routiers d une longueur de plus de 200m ; 8) conduites : conduites souterraines d hydrocarbures ; 9) bâtiments élevés : bâtiments d habitation élevés d au moins 12 étages ; 8 conseil : le conseil de zone visé à l article 24, de la loi. Hoofdstuk 2. Maximale basisdotatie Chapitre 2. Dotation de base maximale Art. 2. 1. Binnen de grenzen van de beschikbare kredieten, wordt aan de zone een basisdotatie toegekend. 2. Het bedrag van de maximale jaarlijkse basisdotatie voor elke zone wordt berekend aan de hand van de volgende formule: D = (g1. P1) + (g2. P2) + (g3.p3) + (g4.p4) +(g5.p5) + (g6.p6) Waarbij: D = het aandeel van de zone in de federale enveloppe P 1 = de verhouding tussen de residentiële bevolking van de zone en de residentiële bevolking van alle P 2 = de verhouding tussen de actieve bevolking van de zone en de actieve bevolking van alle P 3 = de verhouding tussen het kadastraal inkomen van de zone en het kadastraal inkomen van alle P 4 = de verhouding tussen het belastbaar inkomen van de zone en het belastbaar inkomen van alle P 5 = de verhouding tussen de aanwezige risico s op het grondgebied van de zone en de aanwezige risico s op het grondgebied van alle Art. 2. 1er. Dans les limites des crédits disponibles, une dotation de base est octroyée à la zone. 2. Le montant de la dotation de base annuelle maximale pour chaque zone est calculé au moyen de la formule suivante : D = (g1. P1) + (g2. P2) + (g3.p3) + (g4.p4) +(g5.p5) + (g6.p6) Où : D= la part de la zone dans l enveloppe fédérale; P 1 = la proportion de la population résidentielle de la zone sur la population résidentielle de toutes les zones ; P 2 = la proportion de la population active de la zone sur la population active de toutes les P 3 = la proportion du revenu cadastral de la zone sur le revenu cadastral de toutes les P 4 = la proportion du revenu imposable de la zone sur le revenu imposable de toutes les P 5 = la proportion des risques présents sur le territoire de la zone sur les risques présents sur le territoire de toutes les P 6 = la proportion de la superficie de la zone sur
P 6 = de verhouding tussen de oppervlakte van de zone en de oppervlakte van alle zones. la superficie de toutes les zones. Art. 3. In de formule bedoeld in artikel 2 wordt het volgende gewicht toegekend aan de criteria: 1 Residentiële bevolking (g1) 70% 2 Actieve bevolking (g2) 15% 3 Kadastraal Inkomen (g3) -5% 4 Belastbaar Inkomen (g4) -5% 5 Risico s (g5) 10% 6 Oppervlakte (g6) 15% Art. 4. De maximale basisdotatie, uitgedrukt in een percentage van de beschikbare federale middelen, wordt, in toepassing van de bepalingen van de artikelen 2 en 3, per zone opgelijst in de bijlage. Hoofdstuk 3. - Uitbetalingsmodaliteiten Art. 3. Dans la formule visée à l article 2, la pondération suivante est attribuée aux critères : 1 Population résidentielle (g1) 70% 2 Population active (g2) 15% 3 Revenu cadastral (g3) -5% 4 Revenu imposable (g4) -5% 5 Risques (g5) 10% 6 Superficie (g6) 15% Art. 4. Le montant de la dotation de base maximale, exprimé comme un pourcentage des moyens fédéraux disponibles, est détaillé par zone dans l annexe, conformément aux dispositions des articles 2 et 3. Chapitre 3. Modalités de paiement Art. 5. De betaling van de federale basisdotatie aan de zone gebeurt in één schijf. Art. 5. Le paiement de la dotation fédérale de base à la zone a lieu en une tranche. Hoofdstuk 4. Overgangs- en inwerkingtredingsbepalingen Chapitre 4. Dispositions transitoires et d entrée en vigueur Art. 6. Gedurende de periode waarin zowel prezones zoals bedoeld in artikel 221/1 van de wet als zones bestaan, moet de formule bedoeld in artikel 2 als volgt toegepast worden: D = (g1. P1) + (g2. P2) + (g3.p3) + (g4.p4) +(g5.p5) + (g6.p6) Waarbij: D = het aandeel van de zone in de federale enveloppe P 1 = de verhouding tussen de residentiële bevolking van de zone en de residentiële bevolking van alle prezones en P 2 = de verhouding tussen de actieve bevolking van de zone en de actieve bevolking van alle prezones en P 3 = de verhouding tussen het kadastraal inkomen van de zone en het kadastraal inkomen van alle prezones en P 4 = de verhouding tussen het belastbaar inkomen van de zone en het belastbaar inkomen van alle prezones en P 5 = de verhouding tussen de aanwezige risico s op het grondgebied van de zone en de aanwezige risico s op het grondgebied van alle prezones en P 6 = de verhouding tussen de oppervlakte van de zone en de oppervlakte van alle prezones Art. 6. Pendant la période où il existera tant des prézones visées à l article 221/1 de la loi et des zones, la formule visée à l article 2 est appliquée comme suit D = (g1. P1) + (g2. P2) + (g3.p3) + (g4.p4) +(g5.p5) + (g6.p6) Où : D= la part de la zone dans l enveloppe fédérale; P 1 = la proportion de la population résidentielle de la zone sur la population résidentielle de toutes les prézones et zones ; P 2 = la proportion de la population active de la zone sur la population active de toutes les prézones et P 3 = la proportion du revenu cadastral de la zone sur le revenu cadastral de toutes les prézones et P 4 = la proportion du revenu imposable de la zone sur le revenu imposable de toutes les prézones et P 5 = la proportion des risques présents sur le territoire de la zone sur les risques présents sur le territoire de toutes les prézones et P 6 = la proportion de la superficie de la zone sur la superficie de toutes les prézones et zones.
en zones. Art. 7. Dit besluit krijgt uitwerking op 1 januari 2014. Art. 7. Le présent arrêté produit ses effets le 1 er janvier 2014. Art. 8. Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit. Art. 8. Notre Ministre de l Intérieur est chargé de l exécution du présent arrêté. Gegeven te, Donné à, le Van Koningswege: De Minister van Binnenlandse Zaken, Par le Roi : La Ministre de l'intérieur, Joëlle MILQUET
BIJLAGE MAXIMUMPERCENTAGE PER ZONE Provincie Zone Maximumpercentage federale basisdotatie Waals Brabant Hulpverleningszone Waals-Brabant 3,51 % Henegouwen Henegouwen West 3,48 % Henegouwen Oost 4,51 % Henegouwen Centrum 5,57 % Luik Hulpverleningszone 1 0,72 % Hulpverleningszone 2 5,02% Hulpverleningszone 3 1,09% Hulpverleningszone 4 2,25 % Hulpverleningszone 5 0,75 % Hulpverleningszone 6 1,13 % Luxemburg Hulpverleningszone Luxemburg 4,98 % Namen Hulpverleningszone NAGE 2,80 % Hulpverleningszone Zuid 2,62% Hulpverleningszone Noord-west 0,92% Antwerpen Hulpverleningszone 1 5,68 % Hulpverleningszone 2 3,56 % Hulpverleningszone 3 3,55 % Hulpverleningszone 4 1,89 % Hulpverleningszone 5 2,47 % Limburg Hulpverleningszone Noord 1,77 % Hulpverleningszone Oost 2,93 % Hulpverleningszone Zuidwest 3,69 % Oost-Vlaanderen Hulpverleningszone Centrum 5,06 % Hulpverleningszone Meetjesland 1,22 % Hulpverleningszone Oost 1,54 % Hulpverleningszone Vlaamse Ardennen 1,58 % Waasland 1,98 %
Zuid-Oost 2,43 % Vlaams Brabant Hulpverleningszone Oost 4,67% Hulpverleningszone West 4,98% West-Vlaanderen Hulpverleningszone 1 4,22 % Hulpverleningszone 2 2,13 % Hulpverleningszone 3 2,82 % Hulpverleningszone 4 2,48 % Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van inzake vaststelling, berekening en betaling van de federale basisdotatie voor de hulpverleningszones Van Koningswege, De Minister van Binnenlandse Zaken, J. MILQUET
ANNEXE POURCENTAGE MAXIMAL PAR ZONE Province Zone Pourcentage maximal dotation fédérale de base Brabant wallon Zone de secours du Brabant wallon 3,51 % Hainaut Hainaut-Ouest 3,48 % Hainaut-Est 4,51 % Hainaut-Centre 5,57 % Liège Zone de secours 1 0,72 % Zone de secours 2 5,02% Zone de secours 3 1,09% Zone de secours 4 2,25 % Zone de secours 5 0,75 % Zone de secours 6 1,13 % Luxembourg Zone de secours de Luxembourg 4,98 % Namen Zone de secours NAGE 2,80 % Zone de secours Sud 2,62% Zone de secours Nord-Ouest 0,92% Anvers Zone de secours 1 5,68 % Zone de secours 2 3,56 % Zone de secours 3 3,55 % Zone de secours 4 1,89 % Zone de secours 5 2,47 % Limbourg Zone de secours Nord 1,77 % Zone de secours Est 2,93 % Zone de secours Sud-Ouest 3,69 % Flandre orientale Zone de secours Centrum 5,06 % Zone de secours Meetjesland 1,22 % Zone de secours Oost 1,54 % Zone de secours Vlaamse Ardennen 1,58 % Zone de secours Waasland 1,98 % Zone de secours Zuid-Oost 2,43 % Zone de secours Est 4,67%
Brabant flamand Zone de secours Ouest 4,98% Flandre occidentale Zone de secours 1 4,22 % Zone de secours 2 2,13 % Zone de secours 3 2,82 % Zone de secours 4 2,48 % Vu pour être annexé à Notre arrêté du. portant la détermination, le calcul et le paiement de la dotation fédérale de base pour les zones de secours Par le Roi, Le Ministre de l Intérieur, J. MILQUET