34041/112/1/A/3. De deputatie van de Provincieraad,



Vergelijkbare documenten
34013/110/1/W/1. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad,

MLAV1/ /RP/si

MLAV1/ /MV/lydr.

MLAV1/ /MV/bd

Gelet op het M.B. d.d waarbij in beroep het besluit d.d van de Bestendige Deputatie wordt bevestigd;

36008/127/1/W/1. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad,

34041/112/1/A/2. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad,

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij decreten van het Vlaams Parlement.

Besluit van de Deputatie

Gelet op het feit dat op datum van 23 november 1992 de milieuvergunningsaanvraag ontvankelijk en volledig werd verklaard of geacht;

Besluit van de Bestendige Deputatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

HOUDENDE VERGUNNING AAN MATTHIJSSEN HERMAN VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING GELEGEN TE 2960 BRECHT, HOEKSTRAAT 26.

Dossiernummer 7C/32030/129/1/M/1

2/MLAV1/ /JB/AB Milieuvergunningen

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij decreten van het Vlaams Parlement.

Dossiernummer 7C/31005/80/3/M/3

MLVER/ /PAG/sdv

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

Besluit van de Deputatie

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE N.V. BP CHEMBEL MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2440 GEEL, AMOCOLAAN.

Besluit van de Deputatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

MLAV1/ /RP/bd

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

veranderen door uitbreiding met : - de lozing van huishoudelijk afvalwater in de openbare riolering (R 3.3.);

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij decreten van het Vlaams Parlement.

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Dossiernummer 7C/36019/48/2/M/8

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE NV PROVIRON INDUSTRIES MET BETREKKING TOT EEN INRICHTING, GELEGEN TE 2620 HEMIKSEM, G. GILLIOTSTRAAT 60.

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Besluit van de Bestendige Deputatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie

Dossiernummer 34022/4/1/M/4

MLAV1/ /RTH/vive

Besluit van de deputatie van de Provincieraad, houdende vergunning aan N.V. VOEDERS OSTYN voor het veranderen van een inrichting gelegen te ROESELARE.

VLAAMSE REGERING. De Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur,

Uittreksel uit de notulen van Omgevingscollege van 13 november 2018

college van burgemeester en schepenen Zitting van 14 augustus 2015

Dossiernummer 7C/37011/17/2/M/1

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij decreten van het Vlaams Parlement.

32030/129/1/A/1. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad,

Besluit van de Deputatie

31005/80/3/W/2. De deputatie van de Provincieraad,

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij decreten van het Vlaams Parlement.

37007/21/1/A/2. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad,

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij decreten van het Vlaams Parlement.

Gelet op het horen van de aanvrager door de Provinciale Milieuvergunningscommissie;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij decreten van het Vlaams Parlement.

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij decreten van het Vlaams Parlement.

Besluit van de Deputatie

Afdeling Sectie Perceelnummer IZEGEM 2 AFD (EMELGEM) D 961/L

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE BVBA VEVAR MET BETREKKING TOT EEN VARKENSBEDRIJF, GELEGEN IN 2321 HOOGSTRATEN (MEER), SLUISKENSWEG 10.

Besluit van de deputatie van de Provincieraad, houdende vergunning aan N.V. RECYC- OIL voor het veranderen van een inrichting gelegen te WIELSBEKE.

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE NV BP CHEMBEL MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2440 GEEL, AMOCOLAAN 2.

Besluit van de Deputatie

MLVER/ /RTH/AG/sdv

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

MLAV1/ /FL/DL

MLAV1/ /MV/pn.

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

o v in c i e Limburg De deputatie van de provincie Limburg 1/5

p r o v i n c i e Limburg

VLAAMSE GEMEENSCHAP AMV/ /1026

college van burgemeester en schepenen Zitting van 2 december 2016

36008/11/5/W/3. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad,

Liersesteenweg 268 te 2800 Mechelen. Eikestraat 1 en 1A te 2800 Mechelen Afdeling 12402, sectie B, percelen 302 K, 302 L en 302 M

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

Besluit van de Deputatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE NV BASF ANTWERPEN MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2040 ANTWERPEN, HAVEN 725, SCHELDELAAN 600.

BEKENDMAKING VAN HET OPENBAAR ONDERZOEK VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG KLASSE 1

college van burgemeester en schepenen Zitting van 13 januari 2017

Dossiernummer 34027/59/2/M/2

Vlaamse Regering.::sm~~= '~ = " " AMV/ /1009

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij decreten van het Vlaams Parlement.

AMV/ /1002. Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking

p r o v i n Ruimte De deputatie van de provincie Limburg

AMV/ /1000. Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking

34042/114/1/A/2. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad,

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals gewijzigd bij de decreten van 7 februari 1990 en 12 december 1990;

Besluit van de Deputatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

BEKENDMAKING MELDINGSAKTE

31022/22/1/A/6. De deputatie van de Provincieraad,

38025/88/1/A/4. De deputatie van de Provincieraad,

Besluit van de Deputatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

BEKENDMAKING MELDINGSAKTE

Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen

Besluit van de Deputatie

p r o v i n c i e Limburg

VLAAMSE GEMEENSCHAP AMV/ /1011

Transcriptie:

34041/112/1/A/3 Besluit van de deputatie van de Provincieraad, houdende vergunning aan N.V. MEDGENIX BENELUX voor het veranderen van een inrichting gelegen te WEVELGEM. De deputatie van de Provincieraad, Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals gewijzigd bij de decreten van 7 februari 1990, van 12 december 1990, van 21 december 1990, van 22 december 1993, van 21 december 1994, van 8 juli 1996, van 21 oktober 1997, van 11 mei 1999, van 18 mei 1999, van 9 maart 2001, van 21 december 2001, van 18 december 2002, van 16 januari 2004, van 6 februari 2004, van 26 maart 2004, van 22 april 2005, van 19 mei 2006, van 22 december 2006, van 9 november 2007 en van 7 december 2007; Gelet op het besluit d.d. 6 februari 1991 van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning; gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Executieve van 27 februari 1992, bij besluit van 28 oktober 1992, bij besluit van 27 april 1994, bij besluit van 1 juni 1995, bij besluit van 26 juni 1996, bij besluit van 22 oktober 1996, bij besluit van 12 januari 1999, bij besluit van 15 juni 1999, bij besluit van 29 september 2000, bij besluiten van 20 april 2001, besluit van 13 juli 2001, bij besluit van 7 september 2001, bij besluit van 5 oktober 2001 en bij besluit van 31 mei 2002, het besluit van 19 september 2003, het besluit van 28 november 2003, het besluit van 12 december 2003, het besluit van 9 januari 2004, het besluit van 6 februari 2004 het besluit van 5 december 2003, het besluit van 14 mei 2004, het besluit van 14 juli 2004, bij besluit van 23 april 2004, bij besluit van 4 februari 2005, bij besluit van 29 april 2005, bij besluit van 3 juni 2005, bij besluit van 15 september 2006, bij besluit van 22 september 2006, bij besluit van 8 december 2006, bij besluit van 9 februari 2007, bij besluit van 7 december 2007, bij besluit van 11 januari 2008, bij besluit van 14 december 2007, bij besluit van 7 maart 2008 en bij besluit van 9 mei 2008 en het decreet van 18 mei 1999; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II, Belgisch Staatsblad d.d. 31 juli 1995), gewijzigd bij besluit van 6 september 1995, bij besluit van 26 juni 1996, bij besluit van 3 juni 1997, bij besluiten van 17 december 1997, bij besluit van 24 maart 1998, bij besluit van 6 oktober 1998, bij besluit van 19 januari 1999, bij besluit van 15 juni 1999, bij besluit van 3 maart 2000, bij besluit van 17 maart 2000, bij besluit 17 juli 2000, bij besluit 13 oktober 2000, bij besluit 19 januari 2001, bij besluiten van 20 april 2001, bij besluit van 13 juli 2001, bij besluit van 18 januari 2002, bij besluit van 25 januari 2002, bij besluit van 31 mei 2002, bij besluiten van 14 maart 2003, bij besluit van 21 maart 2003, het besluit van 19 september 2003, het besluit van 28 november 2003, het besluit van 5 december 2003, het besluit van 12 december 2003, het besluit van 9 januari 2004, het besluit van 6 februari 2004, het besluit van 2 april 2004, het besluit van 26 maart 2004, het besluit van 23 april 2004, bij besluit van 14 mei 2004, bij besluit van 4 februari 2005, bij besluit van 7 januari 2005, bij besluit van 22 juli 2005, bij besluit van 27 januari 2006, bij besluit van 15 september 2006, bij de besluiten van 8 december 2006, bij besluit van 8 december 2006, bij besluit van 22 december 2006, bij besluit van 9 februari 2007, bij besluit van 7 december 2007, bij besluit van 14 december 2007, bij besluit van 21 maart 2008, bij besluit van 7 maart 2008 en bij besluit van 9 mei 2008; Gelet op het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, inzonderheid op artikel 8, en het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets; 1

Gelet op de volgende vergunning(en) en beslissingen die met betrekking tot de exploitatie van de hierna vermelde inrichting werden getroffen, en op de datum van de indiening van de hierna vermelde milieuvergunningsaanvraag van toepassing waren; Gelet op het besluit d.d. 01/09/2005 van de deputatie waarbij de vergunning verleend wordt voor het exploiteren van een farmaceutisch bedrijf voor een termijn van 20 jaar; Gelet op de milieuvergunningsaanvraag op 12/03/2008, ingediend door N.V. MEDGENIX BENELUX, gevestigd te Vliegveld 21 8560 Wevelgem, strekkende tot het bekomen van een milieuvergunning om een inrichting gelegen te Vliegveld 21 te Wevelgem, kadastraal bekend : Afdeling Sectie Perceelnummer WEVELGEM 2 AFD B 0875/P 12 met als voorwerp : een farmaceutisch bedrijf te wijzigen en uit te breiden Rubriek Omschrijving Kl. Advies Tijd. Coörd Audit Jv. X 3.3 Afvalwater en koelwater: het lozen van niet in rubriek 3.6 begrepen huishoudelijk afvalwater in de openbare riolen: (Totale eenheden: 0,5 kubieke meter per uur ) 3.4.2 Afval- en koelwater:lozen v niet in 3.6 begrepen bedrijfsafvalwater dat 1 of meer vd in bijl. 2C bij tit. I vh. Vlarem bedoel. gevaarl. stoffen bevat in concentr. > geldende milieukwal.normen vr. uiteind. ontvangende oppervlaktewater, met debiet > 20 m3/ (Totale eenheden: 33 kubieke meter per uur ) 12.3.2 Electriciteit: Accumulatoren, vaste inrichtingen voor het laden van accumulatoren door middel van toestellen met een geïnstalleerd vermogen van meer dan 10 kw (Totale eenheden: 3 kilo watt) 15.1.1 Garages, parkeerplaatsen en herstellingswerkplaatsen voor motorvoertuigen: Al dan niet overdekte ruimte, andere dan in rubriek 15.5 en rubriek 19.8, waarin gestald worden: 3 tot en met 25 autovoertuigen en/of aanhangwagens, andere dan personenwagens (Totale eenheden: 6 Stuks (aantal)) 3 0 N 1 A M R 0 A P J 3 0 N 3 0 N 2

16.3.1.2 Gassen: Koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren en airconditioning-installaties, met totale geïnstalleerde drijfkracht van: meer dan 200 kw (Uitz.: installaties onder rubriek 15.5 en 19.8, zijn niet ingedeeld in rubriek 16.3) (Totale eenheden: 18,5 kilo watt) 16.7.2 Gassen: Opslagplaatsen voor samengeperste, vloeibaar gemaakte of in oplossing gehouden gassen, in verplaatsbare recipiënten, met uitzondering van deze bedoeld in rubriek 48, met een gezamenlijk inhoudsvermogen van: meer dan 1.000 l tot en met 10.000 l (Totale eenheden: 800 liter) 22.1.3 Kosmetische stoffen (parfums, crèmes, poeders en analoge producten): inrichtingen voor het bereiden of conditioneren van kosmetische stoffen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van: meer dan 200 kw (Totale eenheden: 220 kilo watt) 59.17.1 Act. die gebruikmaken van org. oplosmiddelen: Vervaardiging van geneesmiddelen: De chemische synth., ferment.,extr., formulering en afw. van geneesmid. en de vervaard. van halffabr.met een jaarlijks oplosmiddelverbruik van meer dan 50 ton (Totale eenheden: -55 Ton) 2 0 N 2 0 N 1 A R 0 B P 1 0 Rubriek Product Hoeveelheid 3.3 huishoudelijk afvalwater 0,5 kubieke meter per uur 3.4.2 bedrijfsafvalwater 33 kubieke meter per uur 12.3.2 batterijladers 3 kilo watt 15.1.1 voertuigen en/of aanhangwagens 6 Stuks (aantal) 16.3.1.2 koel- en luchtcompressoren 18,5 kilo watt 16.7.2 gassen 800 liter 22.1.3 kosmetische stoffen 220 kilo watt 59.17.1 productie geneesmiddelen -55 Ton 3

Zodat deze voortaan zou omvatten: Een farmaceutisch bedrijf met - het lozen van huishoudelijk afvalwater in de openbare riolering met een max. debiet van 1 m³/u 15 m³/dag 3.000 m³/jaar - het lozen van bedrijfsafvalwater met gevaarlijke stoffen met een max. debiet van 35 m³/u 110 m³/dag 12.000 m³/jaar - 1 transfo van 630 kva - 10 acculaders totaal 30,19 kw - Industriële bereiding van farmaceutische stoffen, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 478,73 kw - conditionering en/of verpakking van farmaceutische stoffen, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 15,2 kw - opslag van 200 ton farmaceutische stoffen - stallen van 10 heftrucks - diverse compressoren, airco s, koelgroepen van in totaal 206,4 kw (3 luchtcompressoren totaal 37 kw + 2 airco s totaal 2 kw + 2 koelgroepen totaal 167,4 kw): samen 206,4 kw - opslag van 1.540 l gas in verplaatsbare recipiënten - opslag van 87 kg (zeer) giftige en ontplofbare stoffen - opslag van 67.275 kg oxiderende, schadelijke, corrosieve en irriterende stoffen - opslag van 14.634 l P1-producten in 1 tank van 5.000 l (ethanol) en diverse verplaatsbare recipiënten (9.634 l) - opslag van 6.641 l P2-producten - opslag van 20.365 l P3-producten in 1 tank van 5.000 l en diverse verplaatsbare recipiënten (15.365 l) - opslag van 400 l P4-producten - opslag van 4.333 kg milieugevaarlijke stoffen - opslag van 66 kg gevaarlijke producten t.b.v. het labo - inrichtingen voor de industriële bereiding van cosmetische stoffen, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 270 kw - opslag van 200 ton cosmetische stoffen - opslag van 67 ton kunststofverpakkingsmateriaal - 1 labo dat gevaarlijke stoffen loost van maximaal 1 kg/maand - opslag van 193 ton papier en karton - 1 stoomketel met waterinhoud 500 l en thermisch vermogen 314 kw + 1 verwarmingsketel met waterinhoud 290 l en thermisch vermogen 166 kw (totaal thermisch vermogen 480 kw) Gelet op het feit dat op datum van 25/03/2008 de milieuvergunningsaanvraag ontvankelijk en volledig werd verklaard; Gelet op de stukken, waarbij wordt geattesteerd dat de milieuvergunningsaanvraag de vereiste publiciteit verkreeg, conform artikel 17 van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning; Gelet op het proces-verbaal houdende de tijdens het openbaar onderzoek ingediende schriftelijke en mondelinge bezwaren en opmerkingen dd.7/05/2008 waaruit blijkt dat geen schriftelijke en mondelingen bezwaren en opmerkingen werden ingediend; Gelet op het gunstig advies dd. 14/05/2008 van het College van Burgemeester en Schepenen; Gelet op het horen van de aanvrager door de Provinciale Milieuvergunningscommissie; 4

Gelet op het gunstig advies dd. 29/05/2008 van de afdeling van het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie, bevoegd voor milieuvergunningen; Gelet op het stilzwijgend gunstig advies van het Agentschap R-O Vlaanderen; Gelet op het gunstig advies dd. 16/04/2008 van de afdeling van de Vlaamse Milieumaatschappij, bevoegd voor het lozen van afvalwater en de emissie van afvalgasen in de atmosfeer; Gelet op het gunstig advies dd. 13/06/2008 van de Provinciale Milieuvergunningscommissie Gelet op de ligging van de inrichting in een gebied voor milieubelastende industrie van het gewestplan Kortrijk (d.d. 04/11/1977) waarvoor volgende voorschriften van toepassing zijn : 2. De industriegebieden : 2.0. Deze zijn bestemd voor de vestiging van industriële of ambachtelijke bedrijven. Ze omvatten een bufferzone. Voor zover zulks in verband met de veiligheid en de goede werking van het bedrijf noodzakelijk is, kunnen ze mede de huisvesting van het bewakingspersoneel omvatten. Tevens worden in deze gebieden complementaire dienstverlenende bedrijven ten behoeve van de andere industriële bedrijven toegelaten, namelijk : bankagentschappen, benzinestations, transportbedrijven, collectieve restaurants, opslagplaatsen van goederen bestemd voor nationale of internationale verkoop. 2.1. Voor de industriegebieden kunnen de volgende nadere aanwijzigingen worden gegeven : 2.1.2. de gebieden voor milieubelastende industrieën. Deze zijn bestemd voor bedrijven die om economische of sociale redenen moeten worden afgezonderd; Overwegende dat (motivering vanuit oogpunt van de stedenbouwkundige en ruimtelijke aspecten) gesteld kan worden dat de verandering van de inrichting, die het voorwerp van de voormelde milieuvergunningsaanvraag uitmaakt, verenigbaar is met voormelde ruimtelijke en stedenbouwkundige voorschriften; Het bedrijf is gespecialiseerd in productie, afvulling en verpakking van poeders, vloeistoffen (siropen, shampoos) en halfvast vormen als geneesmiddel en nietgeneesmiddel. Het bedrijf wenst de productie uit te breiden. Hiertoe worden bijkomende machines geplaatst of vervangen en is een grotere opslag van stikstof nodig voor de productie. Er komt een personeelsuitbreiding en enkele productielijnen zouden in 3- ploegenstelsel werken. Gepaard gaande met deze uitbreiding zal er meer bedrijfs- en huishoudelijk afvalwater geloosd worden. geluid Het opgestelde vermogen bestaat voornamelijk uit mengmachines, voorraadtanks en afvulmachines. Alle activiteiten vinden uitsluitend binnen de bedrijfsgebouwen plaats. Er wordt gewerkt met gesloten poorten in een tweeploegenstelsel (van 5 u tot 21 u). In de toekomst zou er worden overgestapt naar een drieploegenstelsel waarbij 24u op 24u wordt gewerkt. Het bedrijf vraagt hiertoe een afwijking op artikels 5.15.0.6 1 en 5.16.1.2 8 van Vlarem II. Met betrekking tot de werkuren is ook artikel 5.13.0.5 4 van toepassing op het bedrijf, conform de bestaande milieuvergunning. 5

De grote uitbreiding qua vermogen van 50 naar 270 kw in de cosmetische afdeling betreft in hoofdzaak een nieuwe mengafdeling met een mengtank die tot viermaal meer inhoud kan bevatten als de andere mengmachines. De compressoren staan in een aparte ruimte binnen het bedrijfsgebouw. Er werd een nieuwe compressor aangekocht ter vervanging van de 2 oude compressoren. Enkel bij een grote afname vanwege de productie kan het voorkomen dat alle compressoren werken. De oude compressoren blijven bijgevolg dienst doen als backup. Via het vergunningenbesluit van de deputatie dd. 01/09/2005 werd reeds een eerste afwijking toegestaan zodat er kon worden gewerkt in een tweeploegenstelsel. Deze werkomstandigheden hebben niet tot geluidsklachten geleid voor zover bekend. Er is geen reden om bepaalde werkzaamheden s nachts te beperken zolang de geluidsvoorwaarden van Vlarem II gerespecteerd worden. Het werken in een drieploegenstelsel in afwijking op artikels 5.13.0.5 4, 5.15.0.6 1 en 5.16.1.2 8, kan bijgevolg worden toegestaan. bodem De heftrucks en acculaders worden binnen de bedrijfsgebouwen gestald op een verharde ondoordringbare betonnen vloer. Er is geen bijkomend risico vormen voor bodem- en grondwaterverontreiniging. opslagplaatsen De opslag van stikstofgas stijgt van 100 l tot 900 l omwille van de uitbreiding in de productie. Dit gas wordt samen met koolstofdioxide gebruikt om oxidatie van de bereidingen in de mengtank te vermijden. De gasopslag bevindt zich momenteel buiten in een afgesloten garage zonder voldoende verluchting. De opslag is niet conform Vlarem II. De exploitant verklaart onverwijld de nodige maatregelen te nemen teneinde de opslag conform Vlarem II uit te voeren. Hiertoe zou de opslag aan de andere zijde van het gebouw komen in een gecompartimenteerde kooi met verschillende zones. Er kan worden voldaan aan de afstandsregels. lozing Er wordt enkel leidingwater gebruikt en dit voor zowel productiedoeleinden als voor sanitaire installaties. Voor de productiedoeleinden wordt leidingwater gezuiverd in een osmose-installatie. Het water wordt ingezet in het reinigingsproces van de verschillende tanks, het productieproces voor de aanmaak van verschillende geneesmiddelen en nietgeneesmiddelen, het stoomproces van de stookinstallatie en tijdens het regenereren van de osmose-installatie. Het verbruik bedraagt ongeveer 7.000 m³/jaar maar wordt geraamd op 15.000 m³/jaar in de toekomst door de uitbreiding van de cosmeticaafdeling. Het hemelwater afkomstig van de daken wordt afzonderlijk geloosd in de Neerbeek gelegen aan de achterkant van het bedrijf (oppervlaktewater). Het huishoudelijk afvalwater is afkomstig van sanitair (toilet, lavabo, keuken) en wordt via een septische put geloosd in de openbare riolering (zuiveringszone A sinds 2004). Door de uitbreiding van het bedrijf zal het aantal tewerkgestelde personen ongeveer 30 % toenemen (van 68 naar 100). Er wordt bijgevolg een uitbreiding van de lozingsdebieten gevraagd van 2.000 naar 3.000 m³/jaar, rekening houdend met een hoeveelheid afvalwater van 30 m³/persoon/jaar. 6

Het bedrijfsafvalwater is afkomstig van de reiniging van machines. De eerste spoelwaters zijn het meest vervuilend. Om de vuilvracht in het geloosd afvalwater te beperken wordt dit water opgevangen in containers van 1.100 l en afgevoerd naar een erkende verwerker. De kleinere reeds vergunde mengers hebben een vlakke bodem. Het product verlaat de menger door overdruk. De nieuwe menger met viervoudige capaciteit t.o.v. de andere mengers heeft een trechtervormige bodem alsook een pompmechanisme onderaan de menger om het product uit de menger te zuigen. Deze aangepaste constructie leidt tot minder achterblijvend product en minder vervuilde spoelwaters. Er wordt aangevraagd het lozingsdebiet uit te breiden van 6000 m³/j tot 12.000 m³/jaar. Deze uitbreiding wordt verantwoord door de uitbreiding die gepland is in de productie. Rekening houdend met eventuele pieken in het uur- en dagdebiet wordt op de uur- en dagdebieten een grotere marge genomen t.o.v. de uitbreiding van het jaardebiet. Het bedrijfsafvalwater dient te voldoen aan de sectorale lozingsvoorwaarden voor lozing in riolering (bijlage 5.3.2.12 a) van Vlarem II). Uit de resultaten van een driedaagse meetcampagne in 2007 blijkt dat het bedrijf hieraan voldoet. De exploitant vraagt geen wijzigingen op de bijzondere lozingsnormen voor de zware metalen en fosfor. Uit de nieuwe resultaten uit de meetcampagne van 2007 blijkt dat de hoogste analyseresulaten voor zink en fosfor respectievelijk ongeveer 3 x en 7 x lager liggen dan de meetresultaten op basis waarvan de bijzondere lozingsnormen in 2005 werden toegekend (zie tabel: meetconcentraties 2003-2004). Dit kan volgens de exploitant verklaard worden door productieschommelingen. Veel eindproducten zijn seizoensgebonden (bv. antimugproducten, hoestsiropen, vitaminepreparaten ) zodat het bedrijfsafvalwater tijdens een volledig jaar grote verschillen kan kennen. Zink zit als grondstof maar in enkele zalven. De aanwezigheid van zink in het afvalwater is bijgevolg sterk afhankelijk van de productie op dat moment. Fosfor zit enerzijds in de zeepoplossingen die gebruikt worden voor het reinigen van de tanks en anderzijds ook in zeepproducten die worden geproduceerd. De aanwezigheid van fosfor kan bijgevolg eveneens erg schommelen naargelang er al of niet fosforhoudende zeepproducten worden geproduceerd. Er kan akkoord worden gegaan met het behouden van de bijzondere lozingsnormen voor koper, nikkel, zink en fosfor zoals toegestaan in de beslissing van de deputatie dd. 01/09/2005. Deze lozingsnormen worden voor de duidelijkheid opgenomen in de bijzondere voorwaarde. emissies Alle ruimtes waarin zich potentiële stofmakers bevinden, worden afgezogen. De afgezogen lucht wordt over een filterinstallatie met voor- en eindfiltratie gestuurd. Het uitgefilterde stof wordt afgevoerd naar een erkende verwerker. De afgezogen lucht wordt na filtering, geloosd in de atmosfeer. Ethanol wordt opgeslagen in afgesloten recipiënten en wordt via een gesloten leidingstelsel naar de tanks gebracht. De lucht in het lokaal waar ethanol opgeslagen wordt, wordt constant afgezogen waardoor het lokaal zich in een onderdruk bevindt en er zich geen ethanoldampen kunnen opstapelen. Ook in de bereidingstanks waar ethanol gebruikt wordt, wordt de lucht afgezogen. 7

veiligheid De productieruimte van het bedrijf is gecompartimenteerd waardoor een eventuele brand in de productieruimte zich slechts moeilijk zal kunnen verspreiden. Er is slechts 1 productieproces per lokaal aanwezig. Er zijn verschillende handblustoestellen, mobiele blustoestellen, brandhaspels en hydranten aanwezig, verspreid over het bedrijf (poeder-, CO 2 - en schuimblussers). Er is een interne brandweerploeg die jaarlijks wordt opgeleid door de brandweer van Kortrijk. Jaarlijks vindt een brandoefening plaats en er is een noodprocedure. Sinds 2007 beschikt het bedrijf over een brandmeldingssysteem verbonden met de Belgacomcentrale. Watertoets De inrichting bevindt zich niet in (mogelijk) overstromingsgevoelig gebied en is gesitueerd in het Leiebekken. De betrokken percelen stromen af naar de Neerbeek. De aanvraag vindt plaats binnen bestaande vergunde gebouwen. Er wordt dan ook geen bijkomende impact verwacht op de waterhuishouding, zodat kan geconcludeerd worden dat huidige aanvraag geen bijkomend schadelijk effect zal veroorzaken. Overwegende dat de aanvrager heeft gevraagd om gehoord te worden door de Provinciale Milieuvergunningscommissie maar zich heeft verontschuldigd; Overwegende dat de exploitatie van het toelaatbare deel van de inrichting verenigbaar moet gemaakt worden met de omgeving, zowel wat betreft de risico s voor de externe veiligheid als wat betreft de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur en op de mens buiten de inrichting; Dat het daarom noodzakelijk is vergunningsvoorwaarden op te leggen die technisch haalbaar zijn en voldoen aan de vereiste van best beschikbare schone technologie zonder overmatig hoge kosten; dat de technische criteria en de van toepassing zijnde normen vanuit dit uitgangspunt gehanteerd worden; dat deze voorwaarden kunnen worden geconcretiseerd als omschreven in bijlage; Overwegende dat gesteld kan worden dat de risico s voor de externe veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur en op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde verandering, mits naleving van de in onderhavig besluit opgelegde milieuvergunningsvoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen worden beperkt; Overwegende dat er bijgevolg aanleiding toe bestaat de gevraagde vergunning volledig toe te staan; Gelet op het verslag van de heer Gedeputeerde Bart Naeyaert, gegeven in zitting van heden; 8

BESLUIT Artikel 1 Aan N.V. MEDGENIX BENELUX, gevestigd te Vliegveld 21 8560 Wevelgem wordt onder de voorwaarden bepaald in onderhavig besluit vergunning verleend, om een inrichting gelegen te Vliegveld 21 te Wevelgem, kadastraal bekend : Afdeling Sectie Perceelnummer WEVELGEM 2 AFD B 0875/P 12 met als voorwerp : een farmaceutisch bedrijf te wijzigen en uit te breiden Rubriek Omschrijving Kl. Advies Tijd. Coörd Audit Jv. X 3.3 Afvalwater en koelwater: het lozen van niet in rubriek 3.6 begrepen huishoudelijk afvalwater in de openbare riolen: (Totale eenheden: 0,5 kubieke meter per uur ) 3.4.2 Afval- en koelwater:lozen v niet in 3.6 begrepen bedrijfsafvalwater dat 1 of meer vd in bijl. 2C bij tit. I vh. Vlarem bedoel. gevaarl. stoffen bevat in concentr. > geldende milieukwal.normen vr. uiteind. ontvangende oppervlaktewater, met debiet > 20 m3/ (Totale eenheden: 33 kubieke meter per uur ) 12.3.2 Electriciteit: Accumulatoren, vaste inrichtingen voor het laden van accumulatoren door middel van toestellen met een geïnstalleerd vermogen van meer dan 10 kw (Totale eenheden: 3 kilo watt) 15.1.1 Garages, parkeerplaatsen en herstellingswerkplaatsen voor motorvoertuigen: Al dan niet overdekte ruimte, andere dan in rubriek 15.5 en rubriek 19.8, waarin gestald worden: 3 tot en met 25 autovoertuigen en/of aanhangwagens, andere dan personenwagens (Totale eenheden: 6 Stuks (aantal)) 3 0 N 1 A M R 0 A P J 3 0 N 3 0 N 9

16.3.1.2 Gassen: Koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren en airconditioning-installaties, met totale geïnstalleerde drijfkracht van: meer dan 200 kw (Uitz.: installaties onder rubriek 15.5 en 19.8, zijn niet ingedeeld in rubriek 16.3) (Totale eenheden: 18,5 kilo watt) 16.7.2 Gassen: Opslagplaatsen voor samengeperste, vloeibaar gemaakte of in oplossing gehouden gassen, in verplaatsbare recipiënten, met uitzondering van deze bedoeld in rubriek 48, met een gezamenlijk inhoudsvermogen van: meer dan 1.000 l tot en met 10.000 l (Totale eenheden: 800 liter) 22.1.3 Kosmetische stoffen (parfums, crèmes, poeders en analoge producten): inrichtingen voor het bereiden of conditioneren van kosmetische stoffen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van: meer dan 200 kw (Totale eenheden: 220 kilo watt) 59.17.1 Act. die gebruikmaken van org. oplosmiddelen: Vervaardiging van geneesmiddelen: De chemische synth., ferment.,extr., formulering en afw. van geneesmid. en de vervaard. van halffabr.met een jaarlijks oplosmiddelverbruik van meer dan 50 ton (Totale eenheden: -55 Ton) 2 0 N 2 0 N 1 A R 0 B P 1 0 Rubriek Product Hoeveelheid 3.3 huishoudelijk afvalwater 0,5 kubieke meter per uur 3.4.2 bedrijfsafvalwater 33 kubieke meter per uur 12.3.2 batterijladers 3 kilo watt 15.1.1 voertuigen en/of aanhangwagens 6 Stuks (aantal) 16.3.1.2 koel- en luchtcompressoren 18,5 kilo watt 16.7.2 gassen 800 liter 22.1.3 kosmetische stoffen 220 kilo watt 59.17.1 productie geneesmiddelen -55 Ton 10

Zodat deze voortaan zou omvatten: Een farmaceutisch bedrijf met - het lozen van huishoudelijk afvalwater in de openbare riolering met een max. debiet van 1 m³/u 15 m³/dag 3.000 m³/jaar - het lozen van bedrijfsafvalwater met gevaarlijke stoffen met een max. debiet van 35 m³/u 110 m³/dag 12.000 m³/jaar - 1 transfo van 630 kva - 10 acculaders totaal 30,19 kw - Industriële bereiding van farmaceutische stoffen, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 478,73 kw - conditionering en/of verpakking van farmaceutische stoffen, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 15,2 kw - opslag van 200 ton farmaceutische stoffen - stallen van 10 heftrucks - diverse compressoren, airco s, koelgroepen van in totaal 206,4 kw (3 luchtcompressoren totaal 37 kw + 2 airco s totaal 2 kw + 2 koelgroepen totaal 167,4 kw): samen 206,4 kw - opslag van 1.540 l gas in verplaatsbare recipiënten - opslag van 87 kg (zeer) giftige en ontplofbare stoffen - opslag van 67.275 kg oxiderende, schadelijke, corrosieve en irriterende stoffen - opslag van 14.634 l P1-producten in 1 tank van 5.000 l (ethanol) en diverse verplaatsbare recipiënten (9.634 l) - opslag van 6.641 l P2-producten - opslag van 20.365 l P3-producten in 1 tank van 5.000 l en diverse verplaatsbare recipiënten (15.365 l) - opslag van 400 l P4-producten - opslag van 4.333 kg milieugevaarlijke stoffen - opslag van 66 kg gevaarlijke producten t.b.v. het labo - inrichtingen voor de industriële bereiding van cosmetische stoffen, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 270 kw - opslag van 200 ton cosmetische stoffen - opslag van 67 ton kunststofverpakkingsmateriaal - 1 labo dat gevaarlijke stoffen loost van maximaal 1 kg/maand - opslag van 193 ton papier en karton - 1 stoomketel met waterinhoud 500 l en thermisch vermogen 314 kw + 1 verwarmingsketel met waterinhoud 290 l en thermisch vermogen 166 kw (totaal thermisch vermogen 480 kw) Artikel 2 1. De in artikel 1 bedoelde vergunde inrichting dient in gebruik genomen binnen een termijn van 200 kalenderdagen te rekenen vanaf de datum bepaald in artikel 3,1. 2. In de mate dat voor de inrichting die het voorwerp uitmaakt van de in artikel 1 bedoelde vergunning, krachtens het decreet betreffende de ruimtelijke ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1996, een bouwvergunning nodig is, wordt onderhavige milieuvergunning geschorst, zolang de bouwvergunning niet is verleend. In afwijking van het bepaalde 1 wordt de aanvangsdatum van de milieuvergunning in dat geval verdaagd tot de dag dat deze bouwvergunning definitief is verworven. 3. Wordt de in 2 bedoelde bouwvergunning geweigerd, dan vervalt de in artikel 1 bedoelde milieuvergunning van rechtswege op de dag van de weigering van de bouwvergunning in laatste aanleg. 11

Artikel 3 De in artikel 1 bedoelde vergunning wordt verleend voor een termijn 1. die aanvangt op 23/07/2008 behoudens wanneer : a) onderhavige milieuvergunning is geschorst omdat de bouwvergunning, vereist krachtens artikel 42 van het decreet betreffende de ruimtelijke ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1996, op datum van onderhavige milieuvergunning niet definitief is verleend; de exploitant dient de datum waarop de bouwvergunning werd verleend bij ter post aangetekend schrijven mee te delen aan de overheid die de milieuvergunning heeft verleend; b) onderhavige milieuvergunning overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, 3 van rechtswege vervalt; in dat geval is geen enkele vergunningstermijn toegestaan; 2. die eindigt op 01/09/2025, samenvallend met de einddatum van de basisvergunning d.d. 01/09/2005, verleend door de deputatie, behoudens wanneer : - de inrichting overeenkomstig het bepaalde in sub 1. a), later werd in gebruik genomen; in dat geval wordt de einddatum van onderhavige vergunning met een termijn overeenstemmend met deze latere in gebruikname naar later verschoven, behalve wanneer de einddatum samenvalt met de eerder verleende lopende vergunning(en). Artikel 4 De in artikel 1 bedoelde vergunning is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende voorwaarden : De algemene en sectorale voorwaarden voor nieuwe/bestaande inrichtingen van titel II van het Vlarem. Ter informatie volgt hierna een niet-limitatieve opsomming van toepasselijke algemene en sectorale bepalingen uit titel II van het Vlarem (waarvan, in voorkomend geval, enkel de aangeduide artikelen van toepassing zijn) : V01: Algemene milieuvoorwaarden - algemeen: Hoofdstuk 4.1 en bijlage 4.1.8 V02: Algemene milieuvoorwaarden - geluid: Hoofdstuk 4.5 en bijlagen 2.2.1, 2.2.2, 4.5.1, 4.5.2, 4.5.3, 4.5.4, 4.5.5 en 4.5.6 V03: Algemene milieuvoorwaarden - oppervlaktewater: Hoofdstuk 4.2 en bijlagen 4.2.5.1, 4.2.5.2 en 4.2.5.4 V04: Algemene milieuvoorwaarden - grond- en bodemwater: Hoofdstuk 4.3 en bijlage 4.2.5.1 V05: Algemene milieuvoorwaarden - lucht: Hoofdstuk 4.4. en bijlagen 4.4.1, 4.4.2, 4.4.3, 4.4.4 en 4.4.5 V26: Lozing van bedrijfsafvalwaters: Afdeling 5.3.2 en bijlagen 5.3.2, punt 12 a) V35: Elektriciteit: Hoofdstuk 5.12 V37: Garages, parkeerplaatsen en herstellingswerkplaatsen voor motorvoertuigen: Hoofdstuk 5.15 V38: Gassen - algemeen: Afdeling 5.16.1 V40: Gassen - koelinrichtingen - compressoren: Afdeling 5.16.3 12

V44: Gassen - opslagplaatsen in verplaatsbare recipiënten: Afdeling 5.16.5 en bijlage 5.16.1, bijlage 5.16.2 Bijzondere voorwaarde - In afwijking van artikel 5.13.0.5 4, 5.15.0.6 1 en 5.16.1.2 8 mag de exploitant in een drieploegenstelsel werken mits naleving van de bepalingen van hoofdstuk 4.5 van Vlarem II. - Volgende lozingsvoorwaarden zijn van toepassing voor het bedrijfsafvalwater o Zink 2 mg/l o Koper 0,50 mg/l o Nikkel 0,50 mg/l o Fosfor 10 mg/l Dit doet niets af van de strikte naleving van de volgende voorwaarden: Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II, Belgisch Staatsblad dd. 31 juli 1995), gewijzigd bij besluit van 6 september 1995, bij besluit van 26 juni 1996, bij besluit van 3 juni 1997, bij besluiten van 17 december 1997, bij besluit van 24 maart 1998, bij besluit van 6 oktober 1998, bij besluit van 19 januari 1999, bij besluit van 15 juni 1999, bij besluit van 3 maart 2000, bij besluit van 17 maart 2000, bij besluit van 17 juli 2000, bij besluit van 13 oktober 2000, bij besluit van 19 januari 2001 bij besluiten van 20 april 2001, bij besluit van 13 juli 2001, bij besluit van 18 januari 2002, bij besluit van 25 januari 2002, bij besluit van 31 mei 2002, bij besluiten van 14 maart 2003, bij besluit van 21 maart 2003, het besluit van 19 september 2003, het besluit van 28 november 2003, het besluit van 5 december 2003, het besluit van 12 december 2003, het besluit van 9 januari 2004, het besluit van 6 februari 2004, het besluit van 2 april 2004, bij besluit van 26 maart 2004 en bij besluit van 23 april 2004, bij besluit van 14 mei 2004, bij besluit van 4 februari 2005, bij besluit van 7 januari 2005, bij besluit van 22 juli 2005, bij besluit van 27 januari 2006, bij besluit van 15 september 2006, bij de besluiten van 8 december 2006,, bij besluit van 8 december 2006, bij besluit van 22 december 2006, bij besluit van 9 februari 2007, bij besluit van 7 december 2007, bij besluit van 14 december 2007, bij besluit van 21 maart 2008, bij besluit van 7 maart 2008 en bij besluit van 9 mei 2008. In het geval van verandering (uitbreiding) van een lopende vergunning gelden voor de tot op heden nog niet vergunde inrichtingen in principe steeds de voorwaarden voor nieuwe inrichtingen van titel II van het Vlarem (met uitzondering van de inplantingsregels indien vergroting minder dan 100 % bedraagt), en dit voor zover de sectorale voorwaarden geen afwijkende regeling bevatten. De in de vroegere vergunningen reeds opgelegde voorwaarden blijven eveneens van kracht. Artikel 5 Onderhavige vergunning doet geen afbreuk aan de rechten van derden. Artikel 6 1. Voor elke verandering van de vergunde inrichting gelden de bepalingen van hoofdstuk III bis van titel I van het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning. 2. Elke overname van de inrichting door een andere exploitant dient voor de datum van inwerkingtreding van de overname gemeld aan de vergunning verleende overheid, overeenkomstig de bepalingen van artikel 42 van het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning. 13

Een hernieuwing van de vergunning moet worden aangevraagd overeenkomstig de bepalingen van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning uiterlijk tussen de 18 de en de 12 de maand voor het verstrijken van de vergunningstermijn van de lopende vergunning. Brugge, de 23/07/2008 Waren aanwezig: de HH. Paul BREYNE, Gouverneur-voorzitter; de Heer Jan DURNEZ, de heer Patrick VAN GHELUWE, de heer Dirk DE FAUW, mevrouw Marleen TITECA- DECRAENE, de heer Gunter PERTRY, de heer Bart NAEYAERT, leden; de Heer Hilaire OST, Provinciegriffier De provinciegriffier, De provinciegouverneur-voorzitter, Hilaire Ost Paul Breyne AANDACHT! Ingevolge de koppeling van de bouw- aan de milieuvergunning vervalt de krachtens het decreet betreffende de ruimtelijke ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1996, verleende bouwvergunning in geval onderhavige milieuvergunning in beroep zou worden geweigerd, op de dag van de definitieve weigering van de milieuvergunning. Tegen onderhavige beslissing kan beroep worden aangetekend bij de Vlaamse Regering, overeenkomstig de bepalingen van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning. Dit beroep dient binnen de 30 kalenderdagen na verzending (voor de exploitant en de betrokken adviesinstanties en besturen) of aanplakking (derden) bij ter post aangetekend schrijven ingediend, gericht aan de Vlaamse Minister bevoegd voor het leefmilieu, op het adres van de Afdeling Milieuvergunningen van het departement Leefmilieu, Natuur en Energie (Graaf de Ferrarisgebouw (4de + 6de verdieping), Koning Albert II-laan 20 bus 8 te 1000 BRUSSEL) of van het Kabinet van de Vlaamse Minister. Tot staving van de ontvankelijkheid dient bij het beroepschrift een voor eensluidend verklaard afschrift van het attest van verzending resp. van aanplakking en een bewijs van betaling van de verschuldigde dossiertaks gevoegd te worden. 14