Besluit maatschappelijke ondersteuning Gemeente Wierden 2015



Vergelijkbare documenten
Besluit maatschappelijke ondersteuning Gemeente Achtkarspelen 2015

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxtel 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Hellendoorn 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldenzaal 2015

Hoofdstuk 1 - Begripsomschrijvingen

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Sint- Oedenrode 2015, versie 2 30 juni 2015

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Sint-Oedenrode 2015, versie 3

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxtel 2015, versie 2

Besluit maatschappelijke ondersteuning Gemeente Achtkarspelen 2015, versie 2

gelet op het bepaalde in artikel 24, tweede lid van de Verordening Maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldenzaal 2015;

geiet op het bepaalde in artikel18, tweede lid, van de Verordening uitvoering Jeugdwet gemeente Oldenzaal 2019; besluit:

Besluit jeugdhulp Gemeente Wierden 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning maatwerkvoorzieningen gemeente Roermond 2016

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE IJSSELSTEIN 2017

Hoofdstuk 1 - Begripsomschrijvingen

Besluit maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Roermond 2015

Nadere regel Wmo 2015 Gemeente Ede. Inhoud Inhoud 1. Hoofdstuk 1 - Inleiding 2. Hoofdstuk 2 - Persoonsgebonden budget (pgb) 2. Artikel 1.

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxmeer

Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Duiven 2012

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE MARUM 2016

Financieel Besluit maatschappelijk ondersteuning gemeente Grootegast 2015

Financieel Besluit Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Sint Anthonis 2014

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Staphorst 2016

Besluit nadere regels Wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Sint-Michielsgestel 2016

gelet op artikel van de Wet maatschappelijke ondersteuning en artikel 149 van de Gemeentewet;

Besluit maatschappelijke ondersteuning Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2017

Uitvoeringsbesluit maatschappelijke ondersteuning 2018

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxmeer

besluit maatschappelijke ondersteuning maatwerkvoorzieningen gemeente Roermond 2017.

besluiten vast te stellen het volgende BESLUIT MAATSCHAPPELIJK ONDERSTEUNING GEMEENTE MARUM 2015

Financieel Besluit maatschappelijk ondersteuning gemeente Grootegast 2015

Besluit maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Heeze-Leende 2016

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Berkelland 2010

Nadere regel Wmo Gemeente Ede

Besluit maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Echt-Susteren 2016

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Grootegast;

FINANCIEEL BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING Achtkarspelen 2012

Uitvoeringsbesluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Bergen op Zoom 2018

Financieel Besluit maatschappelijk ondersteuning Zuidhorn 2015 (gewijzigd)

Gemeente Zoetermeer. Wmo besluit Zoetermeer 2016

HOOFDSTUK 3 VOEREN VAN EEN GESTRUCTUREERD HUISHOUDEN

Besluit maatschappelijke ondersteuning citeertitel: Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 Scherpenzeel vastgesteld bij besluit van

gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Houten;

Hoofdstuk 1 - Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Financieel Besluit maatschappelijke ondersteuning Losser 2018

Beleidsregels eigen bijdrage Heemskerk oktober 2013

Artikel 3.6 Persoonsgebonden budget hulpmiddel en vervoersvoorziening... 5

BESLUIT WMO GEMEENTE WERKENDAM

Burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek;

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015

1 Algemene bepalingen

NADERE REGELS BEHORENDE BIJ DE VERORDENING WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE WIJDEMEREN 2013

CONCEPT (model)besluit BEHORENDE BIJ DE VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2013

Financieel besluit maatschappelijk ondersteuning gemeente Leek Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leek;

Financieel besluit maatschappelijk ondersteuning Leek september Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leek;

Prijzen voor te leveren diensten

Financieel besluit maatschappelijk ondersteuning gemeente Leek september. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leek;

Dit elektronisch gemeenteblad is een officiële uitgave van het college van de gemeente Reusel-De Mierden.

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Houten

gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Houten;

Besluit maatschappelijke ondersteuning Hollands Kroon 2015

GEMEENTEBLAD. Nr Financieel besluit Wmo 2017, gemeente Utrecht. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Nadere regels Verordening Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Heemskerk 2015

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland;

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Wormerland 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning Hollands Kroon 2015

Besluit: Vast te stellen het navolgende Besluit voorzieningen Wmo gemeente Waterland 2013.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland;

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Hoogeveen 2010

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING MAASSLUIS VLAARDINGEN SCHIEDAM 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente <NAAM> 2015 concept. Artikel 3.6 Persoonsgebonden budget hulpmiddel en vervoersvoorziening...

HOOFDSTUK 3 RECHT EN VERPLICHTINGEN MAATWERKVOORZIENING ALS PERSOONSGE- BONDEN BUDGET

Besluit maatschappelijke ondersteuning Renkum Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Renkum;

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Doetinchem 2016

B e s l u i t e n: Burgemeester en wethouders van Purmerend, Gelet op Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Purmerend 2011,

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015

a. op grond van aanwijzingen het ernstige vermoeden bestaat dat de aanvrager problemen zal hebben bij het omgaan met een persoonsgebonden budget;

Bijlage tabel wijzigingen verordening, nadere regels en beleidsregels

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2017

Wijziging van de Verordening Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 gemeente Noord-Beveland

GEMEENTEBLAD. Nr januari Officiële uitgave van de gemeente Capelle aan den IJssel

Besluit vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning Doetinchem 2015

GEMEENTEBLAD. gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Houten;

Toelichting Besluit Nadere Regelen Maatschappelijke Ondersteuning 2009

a) verordening de van toepassing zijnde Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Kerkrade.

Gelet op de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldambt 2017; Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldambt 2018

vast te stellen de Verordening tot wijziging van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Roosendaal 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2015 Nr

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Delfzijl Hoofdstuk 1. Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget

FINANCIEEL BESLUIT. maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dronten,

Besluit maatschappelijke ondersteuning Hoogeveen 2015

Model Raadsbesluit wijziging Verordening maatschappelijke ondersteuning 2015

Artikel 2.7 Persoonsgebonden budget hulpmiddelen en vervoersvoorzieningen... 5

Beleidsregels eigen bijdrage Wmo 2014

Transcriptie:

Besluit maatschappelijke ondersteuning Gemeente Wierden 2015 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 2 artikel 1. Begripsbepalingen 2 HOOFDSTUK 2. VORM MAATWERKVOORZIENING 2 artikel 2. Vorm 2 HOOFDSTUK 3. NATURAVERSTREKKING 2 artikel 3. Keuzevrijheid aanbieders 2 HOOFDSTUK 4. PERSOONSGEBONDEN BUDGET 2 artikel 4. Voorwaarden persoonsgebonden budget 2 artikel 5. Weigeringsgronden persoonsgebonden budget 2 artikel 6. Hoogte persoonsgebonden budget 3 artikel 7. Verplichtingen persoonsgebonden budget 3 artikel 8. Uitvoering persoonsgebonden budget 3 HOOFDSTUK 5. BIJDRAGE IN DE KOSTEN 4 artikel 9. Omvang in de kosten 4 HOOFDSTUK 6. MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 4 artikel 10. Maatwerkvoorzieningen en resultaatgebieden 4 artikel 11. Huishoudelijke ondersteuning (HO) 4 artikel 12. Maatwerkvoorziening Ondersteuning Zelfstandig Leven 4 artikel 13. Maatwerkvoorziening Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 4 artikel 14. Kortdurend verblijf 4 artikel 15. Beschermd wonen en opvang 5 HOOFDSTUK 7. INFORMATIEPLICHT EN CONTROLE 5 artikel 16. Informatieplicht 5 artikel 17. Controle 5 HOOFDSTUK 8. SLOTBEPALINGEN 5 artikel 18. Overgangsrecht 5 artikel 19. Inwerkingtreding en citeertitel 5 Bijlage Bijdrage Wmo 2015 6 1

HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN artikel 1. Begripsbepalingen 1. In dit besluit wordt verstaan onder: a. budgethouder: de cliënt aan wie een pgb is toegekend. b. huisgenoot: iedere persoon met hetzelfde hoofdverblijf als de belanghebbende. c. verordening: Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Wierden 2015; 2. Alle begrippen die in dit besluit worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de wet, het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, de Algemene wet bestuursrecht en de verordening. HOOFDSTUK 2. VORM MAATWERKVOORZIENING artikel 2. Vorm 1. Een maatwerkvoorziening kan worden verstrekt in natura of als pgb. 2. Naturaverstrekking is het uitgangspunt, een pgb kan alleen worden verstrekt op verzoek van de cliënt. HOOFDSTUK 3. NATURAVERSTREKKING artikel 3. Keuzevrijheid aanbieders Indien het college meerdere aanbieders heeft gecontracteerd voor het leveren van een bepaalde voorziening in natura wordt de belanghebbende de mogelijkheid geboden om hieruit een aanbieder te kiezen. HOOFDSTUK 4. PERSOONSGEBONDEN BUDGET artikel 4. Voorwaarden persoonsgebonden budget 1. Het college toetst, alvorens een persoonsgebonden budget toe te kennen of aan de volgende voorwaarden is voldaan: a. de cliënt is naar het oordeel van het college op eigen kracht voldoende in staat de aan een persoonsgebonden budget verbonden taken op verantwoorde wijze uit te voeren. Is de cliënt niet zelf in voldoende mate in staat tot een redelijke waardering van zijn belangen, dan kan iemand uit zijn sociale netwerk of zijn vertegenwoordiger hem daarin bijstaan, met dien verstande dat de vertegenwoordiger in het beheer niet ook de hulpverlener mag zijn; b. de cliënt geeft gemotiveerd aan dat hij de maatwerkvoorziening als pgb geleverd wenst te krijgen; c. naar het oordeel van het college in het concrete geval is gewaarborgd dat de diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen en andere maatregelen die tot de maatwerkvoorziening behoren, veilig, doeltreffend en cliëntgericht worden verstrekt en het college weegt mee of ze in redelijkheid geschikt zijn voor het doel waarvoor het persoonsgebonden budget wordt verstrekt. 2. Is niet aan de in het eerste lid genoemde voorwaarden voldaan, dan komt de cliënt niet in aanmerking voor een pgb. artikel 5. Weigeringsgronden persoonsgebonden budget 1. Het college weigert een persoonsgebonden budget te verstrekken voor zover de kosten hiervan hoger zijn dan de kosten van de maatwerkvoorziening in natura. 2. Het college weigert een persoonsgebonden budget te verstrekken indien het college eerder een beslissing heeft herzien of ingetrokken, omdat: a. de cliënt onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beslissing zou hebben geleid; b. de cliënt niet heeft voldaan aan de aan de maatwerkvoorziening of het persoonsgebonden budget verbonden voorwaarden; c. de cliënt de maatwerkvoorziening of het persoonsgebonden budget niet of voor een ander doel heeft gebruikt. 3. Voor uitbesteding van het PGB-beheer aan bijvoorbeeld PerSaldo of bemiddelingsbureaus wordt geen vergoeding verstrekt. 2

artikel 6. Hoogte persoonsgebonden budget 1. De bedragen voor een persoonsgebonden budget voor huishoudelijke ondersteuning zijn: a. voor huishoudelijke ondersteuning: het wettelijk minimumloon voor een persoon van 23 jaar of ouder met een maximum van 165,00 per cliënt per vier weken (inclusief BTW); b. als tevens regievoering over het huishouden nodig is: het wettelijk minimumloon voor een persoon van 23 jaar of ouder met een maximum van 245,00 per cliënt per vier weken (inclusief BTW). 2. Het bedrag voor a. Ondersteuning Zelfstandig Leven is: 1 Zelfstandig leven 1: het wettelijk minimumloon voor een persoon van 23 jaar of ouder met een maximum van 42,76 per uur. 2 Zelfstandig leven 2: het wettelijk minimumloon voor een persoon van 23 jaar of ouder met een maximum van 47,07 per uur 3 Zelfstandig leven 3: het wettelijk minimumloon voor een persoon van 23 jaar of ouder met een maximum van 72,05 per uur. b. Ondersteuning Maatschappelijke Deelname is: 1 Maatschappelijke deelname 1: het wettelijk minimumloon voor een persoon van 23 jaar of ouder met een maximum van 41,16 per dagdeel. 2 Maatschappelijke deelname 2: het wettelijk minimumloon voor een persoon van 23 jaar of ouder met een maximum van 45,65 per dagdeel. 3 Maatschappelijke deelname 3: het wettelijk minimumloon voor een persoon van 23 jaar of ouder met een maximum van 59,01 per dagdeel. c. Kortdurend verblijf is: het wettelijk minimumloon voor een persoon van 23 jaar of ouder met een maximum van 60,19 per etmaal. d. Vervoer rolstoel is: maximaal het tarief per OV zone van de Regiotaxi Twente. e. Vervoer overig is: maximaal het tarief per OV zone van de Regiotaxi Twente. 3. Bij overige voorzieningen is het persoonsgebonden budget gelijk aan de tegenwaarde van een gelijkwaardige voorziening in natura, zoals deze door de gemeente kan worden aangeschaft bij een (gecontracteerde) leverancier, tenzij de in de verordening of hierna een specifieke bepaling over de hoogte is opgenomen. 4. Het persoonsgebonden budget bevat geen vrij besteedbaar deel. artikel 7. Verplichtingen persoonsgebonden budget Bij de verlening van een persoonsgebonden budget worden aan de budgethouder de volgende verplichtingen opgelegd: 1. de budgethouder gebruikt het persoonsgebonden budget uitsluitend voor betaling van de voorziening en de daarmee noodzakelijk verbonden kosten; 2. de budgethouder besteedt het persoonsgebonden budget uitsluitend aan een kwalitatief verantwoorde en adequate voorziening conform het Programma van Eisen; 3. de budgethouder zorgt voor een goede en controleerbare vastlegging van ontvangsten, uitgaven en verplichtingen en houdt deze gedurende 7 jaar beschikbaar vanaf de ingangsdatum van de toekenning van het persoonsgebonden budget; 4. de budgethouder geeft de op grond van het persoonsgebonden budget aangeschafte voorziening terug aan de gemeente als de voorziening niet meer volgens de opgelegde voorwaarden wordt gebruikt. artikel 8. Uitvoering persoonsgebonden budget 1. De SVB zal namens het college het persoonsgebonden budget uitbetalen aan de persoon of instantie die de maatschappelijke ondersteuning heeft verricht, na declaratie door de cliënt bij de SVB. 2. De budgethouder verantwoordt de besteding van het persoonsgebonden budget. In de beschikking wordt vermeld wat de budgethouder, voor zover van toepassing, aan het college verstrekt, zoals: a. de factuur van de aangeschafte voorziening; b. een betalingsbewijs van de aangeschafte voorziening; c. een overzicht van de salarisadministratie; d. een kopie van de arbeidsovereenkomst; e. overige bescheiden die het college voor de verantwoording noodzakelijk acht. 3

3. Het college kan nagaan of het verstrekte persoonsgebonden budget besteed is aan het doel waarvoor het verstrekt is. De budgethouder is verplicht de daarvoor in lid 2 genoemde stukken op verzoek aan het college te verstrekken. HOOFDSTUK 5. BIJDRAGE IN DE KOSTEN artikel 9. Omvang in de kosten 1. De omvang van de in de kosten wordt vastgesteld conform de systematiek en bedragen van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015. 2. In afwijking van het vorige lid gelden voor de in de bijlage genoemde voorzieningen, de daarbij opgestelde maximale n. HOOFDSTUK 6. MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING artikel 10. Maatwerkvoorzieningen en resultaatgebieden De maatschappelijke ondersteuning bestaat uit de volgende maatwerkvoorzieningen c.q. de volgende resultaatgebieden: a. maatwerkvoorziening huishoudelijke ondersteuning; b. wonen in een geschikt huis en het zich kunnen verplaatsen in en om de woning; c. zich lokaal kunnen verplaatsen per vervoermiddel; d. hebben van contacten en deelname aan recreatieve, maatschappelijke en religieuze activiteiten; e. maatwerkvoorziening Ondersteuning Zelfstandig Leven; f. maatwerkvoorziening Ondersteuning Maatschappelijke Deelname; g. kortdurend verblijf; h. beschermd wonen; i. opvang. artikel 11. Huishoudelijke ondersteuning 1. De maatwerkvoorziening huishoudelijke ondersteuning bestaat uit: a. Huishoudelijke ondersteuning; b. pluspakket huishoudelijke ondersteuning; 2. De maatwerkvoorziening huishoudelijke ondersteuning omvat de ondersteuning die nodig is om te komen tot de volgende resultaten: a. het kunnen beschikken over een leefbaar huishouden; b. het kunnen beschikken over de benodigde dagelijkse maaltijden; c. het kunnen zorgen voor minderjarige kinderen (onderdeel pluspakket huishoudelijke ondersteuning); d. voeren van regie op het huishouden (onderdeel pluspakket huishoudelijke ondersteuning). 3. De feitelijke invulling van de huishoudelijke ondersteuning wordt door de zorgaanbieder in overleg met de cliënt vastgesteld. artikel 12. Maatwerkvoorziening Ondersteuning Zelfstandig Leven 1. Deze maatwerkvoorziening ziet op de voormalige AWBZ-functie 'begeleiding individueel'. 2. De maatwerkvoorziening bestaat uit drie niveaus: Ondersteuning Zelfstandig Leven 1, Ondersteuning Zelfstandig Leven 2 en Ondersteuning Zelfstandig Leven 3. artikel 13. Maatwerkvoorziening Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 1. Deze maatwerkvoorziening ziet op de voormalige AWBZ-functie 'begeleiding groep'. 2. De maatwerkvoorziening bestaat uit drie niveaus: Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 1, Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 2 en Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 3. artikel 14. Kortdurend verblijf 1. Kortdurend verblijf is een logeersituatie in verschillende varianten om de thuissituatie te ontlasten. 2. Kortdurend verblijf wordt ingezet als deelproduct. 4

artikel 15. Beschermd wonen en opvang 1. Indien uit het onderzoek als bedoeld in artikel 2.3.2. van de wet blijkt dat de ingezetene opvang of beschermd wonen nodig heeft, wordt deze situatie gemeld bij de Centrale Toegang tot Opvang en Beschermd Wonen Twente. Vanuit de Centrale Toegang wordt, samen met de gemeente van herkomst en de melder de noodzaak beoordeeld. Indien een voorziening in de vorm van opvang of beschermd wonen noodzakelijk is, wordt bij voorkeur een plaats in de gemeente van herkomst gerealiseerd. 2. In spoedeisende gevallen dient de gemeente waar iemand een aanvraag indient onverwijld een tijdelijke voorziening te verstrekken in afwachting van de uitkomst van het onderzoek. HOOFDSTUK 7. INFORMATIEPLICHT EN CONTROLE artikel 16. Informatieplicht De cliënt brengt het college binnen 7 dagen op de hoogte van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij aanleiding kunnen zijn tot heroverweging de beslissing tot toekenning van de maatwerkvoorziening in natura of het pgb. artikel 17. Controle Controle vindt plaats conform het intern controleplan. HOOFDSTUK 8. SLOTBEPALINGEN artikel 18. Overgangsrecht Ten aanzien van aanvragen waarop artikel 25 lid 3 van de verordening en ten aanzien van bezwaarschriften waarop artikel 25 lid 5 van de verordening van toepassing is, blijft het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Wierden 2014a van kracht. artikel 19. Inwerkingtreding en citeertitel 1. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2015 onder gelijktijdige intrekking van het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Wierden 2014a. 2. Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Wierden 2015. 5

BIJLAGE BEDRAGEN MET PRIJSPEIL 2014 NOG AANPASSEN AAN PRIJSPEIL 2015 Bijdrage Wmo 2015 Huishoudelijke ondersteuning Huishoudelijke ondersteuning () Huishoudelijke ondersteuning (pgb) Bijdrage Berekeningsgrondslag Periodes Bijdrage per periode Ja de werkelijke Gedurende de (resultaatgefinancierde) kosten Ja de werkelijke kosten tot een Gedurende de maximum van het bedrag voor Ondersteuning Zelfstandig Leven Bijdrage Berekeningsgrondslag Periodes Kostprijs per periode OZL niveau 1 () Ja de werkelijke kosten Gedurende de OZL niveau 1 (pgb) Ja de werkelijke kosten tot een Gedurende de maximum van het bedrag voor OZL niveau 2 () Ja de werkelijke kosten Gedurende de OZL niveau 2 (pgb) Ja de werkelijke kosten tot een Gedurende de maximum van het bedrag voor OZL niveau 3 () Ja de werkelijke kosten Gedurende de OZL niveau 3 (pgb) Ja de werkelijke kosten tot een Gedurende de maximum van het bedrag voor 6

Ondersteuning Maatschappelijke Deelname Bijdrage Berekeningsgrondslag Periodes Kostprijs per periode OMD niveau 1 () Ja de werkelijke kosten Gedurende de OMD niveau 1 (pgb) Ja de werkelijke kosten tot een Gedurende de maximum van het bedrag voor OMD niveau 2 () Ja de werkelijke kosten Gedurende de OMD niveau 2 (pgb) Ja de werkelijke kosten tot een Gedurende de maximum van het bedrag voor OMD niveau 3 () Ja de werkelijke kosten Gedurende de OMD niveau 3 (pgb) Ja de werkelijke kosten tot een Gedurende de maximum van het bedrag voor Kortdurend Verblijf Bijdrage Berekeningsgrondslag Periodes Kostprijs per periode Kortdurend verblijf () Ja De werkelijke kosten Gedurende de Kortdurend verblijf (pgb) Ja De werkelijke kosten tot een Gedurende de maximum van het bedrag voor Vervoer (bij OZL / OMD) Bijdrage Berekeningsgrondslag Periodes Kostprijs per periode Vervoer rolstoel () Ja De werkelijke kosten Gedurende de Vervoer rolstoel (pgb) Ja De werkelijke kosten tot een Gedurende de maximum van het bedrag voor Vervoer overig () Ja De werkelijke kosten Gedurende de Vervoer overig (pgb) Ja De werkelijke kosten tot een maximum van het bedrag voor Gedurende de 7

Beschermd wonen en Opvang Bijdrage Berekeningsgrondslag Periodes Kostprijs per periode Beschermd wonen Ja De werkelijke kosten Gedurende de Opvang Ja De werkelijke kosten tot een Gedurende de maximum van het bedrag voor Rolstoelen/ Bijdrage Berekeningsgrondslag Periodes Bijdrage sportvoorzieningen per periode Rolstoelen Nee -- -- Geen mogelijk Sportvoorziening Nee -- -- Vervoersvoorzieningen Bijdrage Berekeningsgrondslag Periodes Bijdrage per periode Auto-aanpassing Ja Kostprijs autoaanpassing + te 5 jaar verwachten vergoeding voor (65 periodes) (meer)kosten verzekering en belasting (na)aanpassing op Ja Kostprijs 2 jaar aangepaste auto Scootmobiel Ja Kosten van aanschaf, onderhoud en verzekering tot een bepaald maximum bedrag per maand (na)aanpassing op scootermobiel (driewiel)fietsrolstoelfiets, handbike etc (na)aanpassing op (driewiel)fietsrolstoelfiets, handbike etc (26 periodes) 5 jaar (65 periodes) Ja Kostprijs 2 jaar (26 periodes) Ja Kosten van aanschaf en 5 jaar onderhoud tot een bepaald (65 periodes) maximum bedrag per maand Ja Kostprijs 2 jaar (26 periodes) Komt naast de van het bestaande middel. 46,50 3.022,50 Bij iedere verstrekking start een nieuwe periode van n Komt naast de van het bestaande middel. 23,00 1.495,00 Bij iedere verstrekking start een nieuwe periode van n Komt naast de van het bestaande middel. Vervoerspas regiotaxi Nee -- -- Gebruikers is 8

Woonvoorzieningen Bijdrage Berekeningsgrondslag Periodes Bijdrage per periode Roerende woonvoorzieningen Nee -- -- tot 250,00 inclusief BTW Traplift (bruikleen) Ja Kostprijs aanschaf inclusief vooraf 5 jaar betaald onderhoud (65 periodes) Douche- en toiletvoorziening Ja Kosten van aanschaf en 5 jaar (roerend onderhoud tot een bepaald (65 periodes) > 250,00 incl. BTW) maximum bedrag per maand Tilvoorziening (roerend > 250,00 incl. BTW) (na)aanpassing bestaande roerende woonvoorziening Woningaanpassing Tot 2.500,- Woningaanpassing Van 2.500,- tot 10.000,- Ja Kosten van aanschaf en onderhoud tot een bepaald maximum bedrag per maand 5 jaar (65 periodes) Ja Kostprijs 2 jaar (26 periodes) Ja Kostprijs 3 jaar (39 periodes) Ja Kostprijs 5 jaar (65 periodes) Bij iedere verstrekking start een nieuwe periode van n 8,50 552,50 Bij iedere verstrekking start een nieuwe periode van n 36,50 2.372,50 Bij iedere verstrekking start een nieuwe periode van n Komt naast de van het bestaande middel. Woningaanpassing Ja Kostprijs 10 jaar (130 boven 10.000,- periodes) Verhuiskostenvergoeding Nee -- -- De verhuizing is goedkoper dan de aanpassing de bestaande woning. De is reeds verdisconteerd. Verhuiskostenvergoeding voor beschikbaar stellen van een aangepaste woning Nee -- -- Begunstigde is geen cliënt. Bedrag is bedoeld om kosten (minus te verwachten ) te besparen. Algemeen Bijdrage Berekeningsgrondslag Periodes Kostprijs per periode Voorzieningen aan en ten behoeve van personen tot 18 jaar Nee -- -- 9

TOELICHTING Uitgangspunt voor de berekening van een: o Scootmobiel o (driewiel)fiets-rolstoelfiets, handbike etc. o Douche- en toiletvoorziening o Tilvoorziening is het goedkoopste middel in het kernassortiment bij de hulpmiddelenleverancier, vermeerderd met de periodieke kosten van onderhoud en eventuele verzekeringspremie: Voor iedere nieuwe aanvraag vanaf 1 januari 2015 geldt nieuw recht. Bijdragen Wmo cumuleren. Cliënt betaalt nooit meer dan de maximum die het CAK berekent a.d.h.v. het inkomen. Voor roerende woonvoorzieningen tot 250,- incl. BTW geldt geen (worden in eigendom verstrekt). Bijdrage wordt opgelegd ingaande de eerste verstrekking van het middel (zowel nieuw als her-verstrekking). Bij tussentijdse totale vervanging eindigt de lopende -periode en start een nieuwe -periode. Individuele aanpassingen bij de eerste verstrekking van het middel worden niet gerekend voor de. Bij een na-aanpassing wordt de kostprijs als extra opgelegd. De wordt berekend over de goedkoopste voorziening in de betreffende categorie uit het kernassortiment alsmede over het gemiddelde onderhoud (en eventuele verzekering) in de betreffende categorie. Voor het uitstaande bestand gaat ingaande 1 januari 2015 een gelden volgens het overzicht. De n voor woonvoorzieningen, vervoersvoorzieningen in natura en autoaanpassingen worden beëindigd bij overlijden en verhuizing naar een woonadres in een andere gemeente. De n voor voorzieningen die kunnen worden ingenomen en her verstrekt (roerende woonvoorzieningen en vervoersvoorzieningen in natura) worden beëindigd bij het op eigen initiatief inleveren van de voorziening. 10