gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 maart 2007;



Vergelijkbare documenten
b e s l u i t : Nr: 06-63b De raad van de gemeente Barneveld; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nr ;

Verordening op de warenmarkt voor de gemeente Bedum 2006

Marktverordening Leeuwarderadeel 2006 Paragraaf 1 Algemene bepalingen

b e s l u i t : Nr: 12-9 De raad van de gemeente Barneveld; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nr. 12-9;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 mei 2007, nummer 104; b e s l u i t :

Artikel 3 Nadere regels Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

Gezien het voorstel inzake de vaststelling van de Marktverordening (Gem. blad Afd. A 2004, no. 116);

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

gelet op artikel 160, eerste lid, aanhef en onder h, van de Gemeentewet;

Verordening op de warenmarkten voor de gemeente Losser 2003

Verordening op de warenmarkt(en) gemeente Grootegast 2010

Artikel 3. Nadere regels Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen

Verordening op de warenmarkt(en) voor de gemeente Delfzijl 2008

1.0 INLEIDENDE BEPALINGEN

Verordening op de warenmarkt voor de gemeente Haren 2012

Marktverordening Papendrecht 2000

Marktverordening Westvoorne 2012

gelezen het voorstel van het college van 14 februari 2006, nummer 104; gelet op artikel 147, eerste lid, alsmede artikel 149 van de Gemeentewet;

Marktverordening gemeente Castricum 2005

Marktverordening Oosterhout 2003

Marktverordening Gulpen-Wittem 2007

Marktverordening gemeente Valkenswaard 2007

gelezen het voorstel van het college van 4 november 2010, volgnr ; gelet op artikel 147, eerste lid, alsmede artikel 149 van de Gemeentewet;

overwegende dat het wenselijk is regels te stellen voor een ordelijk verloop van de markt;

gelet op artikel 160, eerste lid sub h, Gemeentewet, artikel 3 van de Marktverordening gemeente Heumen 2010, de Algemene wet bestuursrecht;

Marktverordening gemeente Terneuzen 2011

ONTWERP. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 maart 2005, bijlage nr.: ;

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

GEMEENTEBLAD. Nr Marktverordening gemeente Goirle Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Vergadering d.d. : 22 november Agendapunt : 6.2. Registratienummer : Onderwerp : Marktverordening 2011

BESLUIT: vast te stellen de volgende Nadere regels voor de warenmarkt in de gemeente Middelburg.

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Overwegende dat het wenselijk is regels te stellen voor een ordelijk verloop van de gemeentelijke warenmarkten;

De belangrijkste wijzigingen zijn het afschaffen van de wacht- en de anciënniteitlijst.

Verordening op de warenmarkten voor de gemeente Dordrecht 2004

MARKTREGLEMENT 2012 BEHORENDE BIJ MARKTVERORDENING GEMEENTE HELLENDOORN 2012

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berg en Dal;

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berg en Dal;

Voorstel besluit Ter vervanging van de bestaande marktverordening een nieuwe marktverordening vast te stellen.

MARKTVERORDENING GEMEENTE DORDRECHT

Verordening op de warenmarkt(en) voor de gemeente Schiedam 2007 (gewijzigd exemplaar)

Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente DORDRECHT; overwegende

Markt- en standplaatsverordening Westvoorne 2012

In behandeling genomen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 5 november 2013

c. standplaats: de ruimte die voor de duur van een markt is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 november 2007; STZ 07/24389; raadsstuk ;

Marktverordening Gooise Meren 2017

gelet op artikel 160 eerste lid sub h van de Gemeentewet, artikel 3 van de Marktverordening Waalwijk 2009 en de Algemene wet bestuursrecht;

Marktverordening 2013

RAADSBESLUIT. Datum en nummer 11 december 2014, nummer. De raad van de gemeente Papendrecht; gelezen het voorstel van het college van 4 november 2014,

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 november 2001, nr. 45/16;

Vaststellen Verordening op de Weekmarkt in Waterland. Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

MARKTVERORDENING GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK

gelet op artikel 160, eerste lid sub h, Gemeentewet, artikel 3 van de Marktverordening gemeente Hilversum 2011, de Algemene wet bestuursrecht;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 december 2013, met overneming van de daarin vermelde motieven;

Inrichtingsplan weekmarkt 2017

1. De Marktverordening 2014 gemeente s-hertogenbosch als volgt vast te stellen:

MARKTREGLEMENT GEMEENTE MEDEMBLIK 2012

Marktverordening 2016

Jaar: 2006 Nummer: 76 Besluit: Gemeenteraad 7 november 2006 Gemeenteblad. MARKTVERORDENING 2006 Raadsbesluit 7 november 2006, bijlage 132

c. en de afmetingen van de standplaatsen; voor zover van toepassing, de plaatsen of gebieden die bij voorrang zijn bestemd voor een

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrechtse heuvelrug;

Marktreglement gemeente Utrechtse Heuvelrug 2014

Reglement weekmarkt. Reglement weekmarkt. Paragraaf 1 De markt in de kern Hardinxveld-Giessendam

Marktreglement 2010, nadere regels voor de warenmarkt in de gemeente Deurne op basis van artikel 4 van de Marktverordening gemeente Deurne 2010

Artikel 2, Toepassingsgebied Deze verordening is van toepassing op alle door Burgemeester en wethouders ingestelde algemene warenmarkten.

Gelet op artikelen 149 en 229, eerste lid, aanhef en onder b, van de Gemeentewet;

Marktverordening 2014 gemeente s-hertogenbosch

Zundertse Regelgeving Wetstechnische informatie

Besluit nadere regels 2013 Nadere regels op grond van artikel 5 van de Marktverordening gemeente Hengelo 2006.

CVDR. Nr. CVDR56243_1. Verordening op de markt

: Intrekking van de Marktverordening 2001 en vaststellen van de Marktverordening 2003

Nadere regels voor de warenmarkt in de gemeente Leusden

17bb5622. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 30 mei 2017

vast te stellen de volgende 'Marktverordening Gemeente Vlagtwedde 2016'.

Gelet op het bepaalde in artikel 3 van de Marktverordening gemeente Heerde 2012;

Nadere regels op grond van artikel 4 Marktverordening Nijmegen 2007

Standplaatsen- en Ventverordening van de gemeente Gulpen-Wittem januari 2003

GEMEENTEBLAD. Nr Marktverordening Den Haag december Officiële uitgave van gemeente 's-gravenhage.

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

gelet op artikel 160, eerste lid sub h, Gemeentewet en artikel 3 van de Marktverordening van de gemeente Oss 2017;

Marktverordening Lelystad 1980

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Emmen;

Nadere regels voor de warenmarkt in de gemeente Enkhuizen

ALGEMENE TOELICHTING MARKTREGLEMENT

Collegevergadering : 28 april 2015 Agendapunt : 13. Portefeuillehouder : J.B. Boer Meer informatie bij : J.E. Lubben Telefoon :

G E M E E N T E B E S T U U R v a n V A A L S

Verordening op de markt(en) voor de gemeente Bergen 2009

e. indien van toepassing, de plaatsen of gebieden die bij voorrang zijn bestemd voor houders van

GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2001 Nr. 25

Bijlagen: 1. Marktverordening

Inrichtingsplan voor de donderdag- en zaterdagmarkt te Zaandam

Marktverordening Gemeente Vlagtwedde 2011

CVDR. Nr. CVDR279340_1. Marktverordening 2013 gemeente Amstelveen HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

gelezen het raadsbesluit van 15 december 2009, nr , inzake Aanpassing van een aantal verordeningen in verband met de Lex silencio positivo;

Beleidsregels standplaatsvergunningen

Artikel 1. Begripsomschrijving Voor de begripsomschrijvingen wordt verwezen naar artikel 5.38 van de Algemene Plaatselijke Verordening

gelet op artikel 147, eerste lid, alsmede artikel 149 van de Gemeentewet;

Transcriptie:

De raad van de gemeente Krimpen aan den IJssel; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 maart 2007; gelet op artikel 147, eerste lid, alsmede artikel 149 van de Gemeentewet; gezien het advies van de Commissie Marktzaken; gezien het advies van de Centrale Vereniging voor de Ambulante Handel; overwegende dat het wenselijk is regels te stellen voor een ordelijk verloop van de markt; besluit vast te stellen de volgende verordening: Verordening op de warenmarkt voor de gemeente Krimpen aan den IJssel. Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. markt: de door het college ingestelde warenmarkt; b. standplaats: de ruimte die voor de duur van de markt is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel; c. vaste standplaats: de standplaats die voor onbepaalde tijd ter beschikking is gesteld aan een vergunninghouder; d. dagplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld aan een vergunninghouder, omdat deze niet als vaste standplaats is toegewezen dan wel ingenomen; e. standwerken: de activiteit waarbij de vergunninghouder publiek om zich heen verzamelt en dat publiek door een aansprekende uiteenzetting probeert over te halen tot de aankoop van een artikel. f. standwerkersplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld om te standwerken; g. vergunninghouder: degene aan wie door het college vergunning is verleend voor het innemen van een standplaats; h. wachtlijst: de lijst van gegadigden voor een vaste standplaats; i. anciënniteitslijst: de lijst van vergunninghouders van een vaste standplaats; j. marktmeester: de persoon die als zodanig is aangewezen door het college.

2 Artikel 2 Inrichting van de markt; branche-indeling 1. Het college bepaalt ten aanzien van de markt: a. het aantal standplaatsen; b. de afmetingen van de standplaatsen; c. de opstelling en indeling van de markt; d. welke standplaatsen worden toegewezen als vaste standplaats en als standwerkersplaats. 2. Het college kan voor de markt vaststellen: e. een lijst met artikelengroepen of branches; f. een maximum aantal standplaatsen per branche. Artikel 3 Nadere regels Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening. Artikel 4 Voorschriften en beperkingen 1. Het college kan voorschriften en beperkingen verbinden aan een krachtens deze verordening verleende vergunning of ontheffing, ter bescherming van de belangen in verband waarmee de vergunning of ontheffing is vereist. 2. Degene aan wie krachtens deze verordening een vergunning of ontheffing is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen in acht te nemen. Paragraaf 2 Vergunningen Artikel 5 Standplaatsvergunning Het is verboden een standplaats op een markt in te nemen zonder vergunning van het college. Artikel 6 Vereisten Voor toewijzing van een standplaats komt uitsluitend in aanmerking een handelingsbekwaam natuurlijk persoon die schriftelijk een aanvraag voor een vergunning heeft ingediend bij het college en die daarbij tevens aantoont dat hij persoonlijk voldoet aan alle publiekrechtelijke verplichtingen op het gebied van bedrijfsuitoefening en bedrijfsorganisatie.

3 Artikel 7 Inhoud vaste standplaatsvergunning 1. Een vaste standplaatsvergunning vermeldt in ieder geval: a. de naam en voornamen, de geboortedatum en -plaats, het adres en de woonplaats van de vergunninghouder; b. een duidelijke omschrijving van de toegewezen vaste standplaats met vermelding van het nummer en de afmetingen daarvan; c. de kraam of andere verkoopmaterialen die de vergunninghouder bij het innemen van de standplaats mag gebruiken; d. het soort artikelen dat de vergunninghouder mag verhandelen of de branche waartoe de vergunninghouder behoort; e. de datum waarop aan de vergunninghouder voor het eerst vergunning is verleend en zijn volgnummer op de anciënniteitslijst; 2. Aan de vergunning wordt een middel ter identificatie gehecht. Artikel 8 Inschrijving op de anciënniteitslijst Vergunninghouders van vaste standplaatsen worden ingeschreven op een doorlopend genummerde lijst met vermelding van en in volgorde van de datum waarop aan hen voor het eerst een vaste standplaats is toegewezen. Bij deze inschrijving wordt tevens vermeld de soort artikelen die de vergunninghouder mag verhandelen of de branche waartoe hij behoort. Artikel 9 Inschrijving op de wachtlijst 1. Het college schrijft de aanvrager op zijn verzoek in op de wachtlijst, indien hij voldoet aan de in artikel 6 gestelde vereisten, maar aan hem geen vaste standplaats kan worden toegewezen. 2. Het college vermeldt bij de inschrijving in ieder geval: a. de naam en voornamen, de geboortedatum en -plaats, het adres en de woonplaats van de aanvrager; b. de datum waarop de aanvraag door hem is ontvangen; c. de soort artikelen die de aanvrager wil verhandelen of de branche waartoe hij behoort; d. de kraam of andere verkoopmaterialen die de aanvrager wil gebruiken. 3. Het college verstrekt de aanvrager een schriftelijk bewijs van inschrijving. 4. De inschrijving op de wachtlijst blijft gehandhaafd, indien deze door de ingeschrevene jaarlijks voor 1 januari schriftelijk wordt verlengd. Artikel 10 Doorhalen van inschrijving op wachtlijst De inschrijving op de wachtlijst wordt doorgehaald: a. indien de ingeschrevene zijn inschrijving niet jaarlijks voor 1 januari heeft verlengd; b. op schriftelijk verzoek van de ingeschrevene; c. bij overlijden van de ingeschrevene;

4 d. wanneer aan de ingeschrevene een vergunning voor een vaste standplaats is verleend, tenzij hij deze op grond van bijzondere omstandigheden niet aanvaardt; e. indien niet meer aan de vereisten van artikel 6 wordt voldaan. Artikel 11 Volgorde toewijzing vaste standplaatsen Indien voor de toewijzing van een beschikbare vaste standplaats meer aanvragers in aanmerking komen, wordt de standplaats achtereenvolgens toegewezen aan: a. de vergunninghouder van een vaste standplaats die aan het college schriftelijk de wens te kennen heeft gegeven van standplaats te willen veranderen, in volgorde van plaatsing op de anciënniteitslijst; b. degene die zich op de wachtlijst heeft laten inschrijven, in volgorde van inschrijving op deze lijst. Artikel 12 Overschrijving vaste standplaatsvergunning 1. In geval van overlijden, blijvende arbeidsongeschiktheid of (gedeeltelijke) beeindiging van de detailhandelsactiviteiten van de vergunninghouder kan de vaste standplaatsvergunning worden overgeschreven op de achterblijvende echtgenoot, de geregistreerde partner of een andere achterblijvende persoon met wie hij duurzaam samenwoonde. 2. Indien de vergunning niet kan worden overgeschreven op grond van het eerste lid, kan een kind van de vergunninghouder de vergunning voor de vaste standplaats krijgen indien hij ten minste drie jaar in loondienst van het marktbedrijf van de vergunninghouder heeft gewerkt of gedurende eenzelfde periode als mede-eigenaar in dit bedrijf heeft gefunctioneerd en zich heeft laten inschrijven op de wachtlijst. 3. Een aanvraag tot overschrijving wordt ingediend binnen twee maanden na het overlijden van de vergunninghouder of nadat de blijvende arbeidsongeschiktheid is vastgesteld. 4. Het college is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken van het bepaalde in dit artikel. Artikel 13 Intrekking vaste standplaatsvergunning 1. Het college trekt een vaste standplaatsvergunning in: a. op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder; b. bij overlijden van de vergunninghouder, tenzij op grond van artikel 12 de vergunning wordt overgeschreven. 2. Het college kan een vaste standplaatsvergunning intrekken: c. indien ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvolledige gegevens zijn verstrekt; d. indien de vergunninghouder niet meer voldoet aan de in artikel 6 genoemde vereisten. 3. Indien degene op wie een vergunning ingevolge artikel 12 is overgeschreven, reeds vergunning heeft voor een andere vaste standplaats op dezelfde markt, wordt laatstgenoemde vergunning ingetrokken.

5 Artikel 14 Toewijzing dagplaats 1. Toewijzing van een dagplaats geschiedt door afgifte van een vergunning door het college op het moment dat de standplaats niet als vaste standplaats wordt ingenomen. 2. De dagplaats wordt toegewezen overeenkomstig de plaats op de wachtlijst van de gegadigden die zich daarvoor op de dag zelf vóór 08.00 uur aanmelden bij de marktmeester. Artikel 15 Toewijzing standwerkersplaats 1. Het college wijst een standwerkersplaats toe door middel van loting. 2. Het is een ingeschrevene op de wachtlijst niet toegestaan deel te nemen aan de loting voor een standwerkersplaats zolang deze inschrijving niet definitief is vervallen. 3. Indien een standwerker zich wil doen bijstaan, meldt hij dit vooraf aan de marktmeester onder vermelding van de naam van degene die hem zal bijstaan. Degene die hem zal bijstaan, mag niet op eigen naam deelnemen aan de loting. Paragraaf 3 Bepalingen over het gebruik van de standplaats Artikel 16 Persoonlijk innemen standplaats; bijstand 1. De vergunninghouder neemt de standplaats die hem is toegewezen persoonlijk in. Hij mag de standplaats niet aan een ander afstaan of in gebruik geven. 2. De vergunninghouder mag zich op de standplaats doen bijstaan. 3. De vergunninghouder en degene die hem bijstaat mogen zich niet schuldig maken aan wangedrag of bedrog. Artikel 17 Nadere regels standplaats 1. De vergunninghouder dient: a. ervoor te zorgen dat zijn standplaats steeds een goed verzorgd aanzien biedt; b. tijdens de markt zelf zijn afval, verpakkingsmaterialen en dergelijke in te zamelen; c. voordat hij het marktterrein verlaat zijn standplaats en de onmiddellijke omgeving daarvan schoon achter te laten en het afval in de daarvoor bestemde afvalbakken te deponeren. 2. De vergunninghouder aan wie vergunning is verleend geringe eet- en drinkwaren voor consumptie gereed te maken en te verkopen, dient aan de voorzijde van zijn standplaats voldoende afvalbakken te plaatsen. De standplaats dient bezemschoon te worden achtergelaten. 3. Het is de standplaatshouder zonder ontheffing van het college verboden op zijn standplaats a. gebruik te maken van andere dan elektrische verlichting;

6 b. elektriciteit te betrekken van een ander dan degene die door het college voor het leveren daarvan is aangewezen of om hierin zelf te voorzien. 4. Het is de vergunninghouder verboden verwarmingstoestellen en/of bak- en kookinstallaties te gebruiken. Het college kan ontheffing verlenen van dit verbod, onder door hem te stellen voorschriften. 5. Het is verboden tijdens de markt op het marktterrein gebruik te maken van luidsprekers, versterkers en andere middelen ter versterking van het geluid. Het aanwezig hebben van radio s, cd-spelers en overige geluidsapparatuur op de standplaats, voor een ander doel dan verkoop ervan, is evenmin toegestaan. Het college kan ontheffing verlenen van dit verbod, onder door hem te stellen voorschriften. Artikel 18 Aantal keren innemen vaste standplaats De vergunninghouder van een vaste standplaats neemt ten minste eenmaal per twee weken en tienmaal per dertien weken zijn standplaats op de markt in, dit met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 19 en 20. Artikel 19 Afwezigheid wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden 1. De vergunninghouder van een vaste standplaats die wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden verhinderd is zijn vaste standplaats in te nemen, deelt dit schriftelijk mee aan het college. Bij vakantie geeft de vergunninghouder aan hoe lang zijn afwezigheid duurt. 2. De schriftelijke mededeling wordt tijdig voor de desbetreffende marktdag gedaan. Plotselinge verhindering wordt mondeling of telefonisch aan de marktmeester gemeld, gevolgd door een schriftelijke bevestiging daarvan aan het college. Artikel 20 Ontheffing en vervanging 1. In geval van ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden kan het college op aanvraag van de vergunninghouder van een vaste standplaats hem tijdelijk ontheffing verlenen van de verplichting om ten minste eenmaal per twee weken en tienmaal per dertien weken de standplaats op de markt in te nemen. 2. Het college kan op aanvraag van de vergunninghouder hem vergunning verlenen zich op zijn standplaats te laten vervangen door een met name genoemde persoon. Artikel 21 Legitimatie en identiteit vergunninghouder 1. Degene die een standplaats op de markt inneemt of wenst in te nemen, dient op eerste aanvraag van de marktmeester aan te tonen dat hij de vergunninghouder is. 2. De vergunninghouder dient bij zijn standplaats duidelijk zichtbaar zijn naam en eventuele bedrijfsnaam aan te geven.

7 Artikel 22 Tijdstip innemen standplaats/aan- en afvoer goederen 1. Het is verboden voor vergunninghouders op het marktterrein meer dan anderhalf uur voor aanvang en meer dan anderhalf uur na afloop van de markt met een voertuig, goederen of anderszins ruimte in te nemen of goederen aan of af te voeren. 2. De vergunninghouder is verplicht zijn standplaats tot de sluitingstijd van de markt te blijven innemen. Het college kan hiervan ontheffing verlenen. 3. Indien de vergunninghouder zijn vaste standplaats niet uiterlijk om 08.00 uur heeft ingenomen, wordt de desbetreffende standplaats voor die dag als dagplaats aangemerkt, tenzij de marktmeester de standplaats op tijdig verzoek van de vergunninghouder voor hem beschikbaar houdt. Paragraaf 4 Straf-, overgangs- en slotbepalingen Artikel 23 Strafbepaling Overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze verordening wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of hechtenis van ten hoogste drie maanden en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak. Artikel 24 Intrekking en schorsing vaste standplaatsvergunning Onverminderd artikel 13 kan het college een vergunning voor een vaste standplaats, al dan niet voorwaardelijk, intrekken dan wel telkens voor ten hoogste vier achtereenvolgende marktdagen schorsen, indien de vergunninghouder of een persoon die hem bijstaat: 1. het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt; 2. zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog; of 3. niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet, dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet. Artikel 25 Uitsluiting dagplaatshouder of standwerker Het college kan een vergunninghouder van een dagplaats of een standwerkersplaats van de toewijzing van een dagplaats of een standwerkersplaats uitsluiten voor ten hoogste vier marktdagen, indien deze: 1. het bepaalde bij of krachtens deze verordening overtreedt; 2. zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog; 3. niet als standwerker actief is op een hem toegewezen standwerkersplaats; 4. niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet, dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet.

8 Artikel 26 Onmiddellijke verwijdering Onverminderd het bepaalde in artikel 125 van de Gemeentewet kan het college een vergunninghouder gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen indien hij: 1. het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt; 2. zich op de markt schuldig maakt aan wangedrag of bedrog; 3. niet als standwerker actief is op een hem toegewezen standwerkersplaats. Artikel 27 Toezichthouders Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de marktmeester en de bij besluit van het college aangewezen personen. Artikel 28 Intrekking oude regeling De Verordening op de warenmarkt voor de gemeente Krimpen aan den IJssel, vastgesteld op 25 mei 2000, wordt ingetrokken. Artikel 29 Overgangsbepalingen 1. Besluiten van het college die genomen zijn krachtens de Verordening op de warenmarkt voor de gemeente Krimpen aan den IJssel, vastgesteld op 25 mei 2000, gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening. 2. De bestaande anciënniteits- en wachtlijsten worden geacht anciënniteits- en wachtlijsten in de zin van deze verordening te zijn. 3. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de Verordening op de warenmarkt voor de gemeente Krimpen aan den IJssel, vastgesteld op 25 mei 2000, is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet definitief op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast. Artikel 30 Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na het verstrijken van een termijn van zes weken na de afkondiging. Artikel 31 Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald als: Marktverordening van de gemeente Krimpen aan den IJssel. Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Krimpen aan den IJssel in zijn openbare vergadering van 5 april 2007. De griffier, De voorzitter,

9 Toelichting bij de Marktverordening De Marktverordening wijkt op enkele punten af van het model van de VNG. Terzake is overleg gevoerd met de Commissie Marktzaken en de Centrale Vereniging voor de Ambulante Handel (CVAH) en deze hebben met de wijzigingen ingestemd. Het betreft onderstaande artikelen: Artikel 7 Inhoud vaste standplaatsvergunning De bepalingen met betrekking tot afval, elektriciteit, geluidsapparatuur en kook-, bak- en verwarmingsapparatuur (lid 1 sub f., g. h. en i) zijn hier weggelaten. Dit is geregeld in het toegevoegde artikel 19 in paragraaf 3 waarin bepalingen over het gebruik van de standplaats zijn opgenomen, waardoor een en ander overzichtelijker is. Artikel 12 Overschrijving vaste standplaatsvergunning Op advies van de Centrale Vereniging voor de Ambulante Handel (CVAH) is lid 1 uitgebreid met: (gedeeltelijke) beëindiging van de detailhandelsactiviteiten. De CVAH is van mening dat de vaste standplaatshouder de mogelijkheid moet hebben om ook bij (gedeeltelijke) bedrijfsbeëindiging over te gaan tot overschrijving van zijn marktvergunning. Dit was niet opgenomen in de huidige verordening. Ook is op advies van de CVAH in lid 2 opgenomen de overschrijving van de vaste plaats in plaats van een plaats op een kind van de vergunninghouder. Achtergrond van deze wijziging is het verhogen van de investeringsbereidheid door de kooplieden (professionalisering) en waardoor mede de continuïteit op de markten wordt verhoogd. De onderneming kan namelijk op dezelfde standplaats voortgezet worden. In de praktijk werkt dit al zo op de Krimpense markt. Er is namelijk heel weinig verloop en indien er een standplaats vrijkomt, dan wordt er door de overige kooplieden geen aanspraak op deze plaats gemaakt. Dit is omdat er in principe geen slechte plaatsen op de markt zijn. Dit ligt anders in grote gemeenten waar je wel zgn. goede en slechtere locaties hebt. De tekst luidt nu: Indien de vergunning niet kan worden overgeschreven op grond van het eerste lid (overschrijving op achterblijvende echtgenoot of geregistreerd partner), kan een kind van de vergunninghouder de vergunning voor de vaste standplaats krijgen indien hij ten minste drie jaar in loondienst van het marktbedrijf van de vergunninghouder heeft gewerkt of gedurende eenzelfde periode als mede-eigenaar in dit bedrijf heeft gefunctioneerd of zich heeft laten inschrijven op de wachtlijst. Artikel 17 Nadere regels standplaats In dit artikel zijn bepalingen inzake afval, elektriciteit, geluidsapparatuur en kook-, bak- en verwarmingsapparatuur opgenomen.