Daarmee was de schriftelijke behandeling van de klacht gereed.

Vergelijkbare documenten
Onafhankelijkheid. Belangenverstrengeling.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende overleg met opdrachtgever. Onjuiste informatie in verkoopbrochure.

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST

Koopovereenkomst met ongebruikelijke ontbindende voorwaarde. Geen schriftelijke bevestiging van verlenging financieringstermijn.

Optie en bod. Onderhandelen met meerdere gegadigden.

Daarmee was de schriftelijke behandeling van de klacht gereed.

Belangen niet-opdrachtgever. Mededelings- en onderzoeksplicht. Valse verklaring. Weigering verkoopbord. Geluidsoverlast.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Onvoldoende inspanning om geschil te voorkomen.

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST

Onterecht beroep op financieringsvoorbehoud. Acties van makelaarverkoper. Controle op storten waarborgsom.

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST. Informatie aan niet-opdrachtgever. Onjuiste woonoppervlakte.

Optie en bod. Bod onder tijdslimiet. Amsterdams biedsysteem. Onderhandelen met meerdere gegadigden. Uitspelen van gegadigden.

Daarmee was de schriftelijke behandeling van de klacht gereed.

Echtscheiding, perikelen bij. Onvoldoende overleg opdrachtgever. Ongepast optreden.

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM

Mededelings- en onderzoeksplicht. Erfdienstbaarheid van weg t.b.v. het naburige perceel.

Belangenverstrengeling. Aankoop door medewerker van verkopend makelaar. Onvoldoende belangenbehartiging.

Onafhankelijkheid. Belangenverstrengeling. Verkoop aan medewerker. Optie en bod.

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM DE LOOP VAN DE PROCEDURE

Informatie aan niet-opdrachtgever. Recht van erfpacht gesplitst van bloot eigendom.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Tijdelijke verhuur. Problemen bij oplevering vrij van huur.

Ontvankelijkheid. Verjaring. Onheuse bejegening. Schofferende behandeling.

Daarmee was de schriftelijke behandeling van de klacht gereed.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Woonoppervlakte. Trapgat.

Daarmee was de schriftelijke behandeling van de klacht gereed.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Echtscheiding, perikelen bij. Ongepast optreden.

Daarmee was de schriftelijke behandeling van de klacht gereed.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Onheuse bejegening.

18-50 RvT Amsterdam 203 ERECODE

Ontvankelijkheid. Verjaring. Ne bis in idem-beginsel. Taxatie. Onjuiste oppervlakte.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Bouwkundige- en onderhoudstoestand. Fundering.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging.

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Fotoreportage. Reclamebord. Communicatie.

Informatie aan niet opdrachtgever. Onjuiste woonoppervlakte. NEN 2580-norm.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging.

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Schadevergoeding.

12-53 RvT Utrecht RAAD VAN TOEZICHT TE UTRECHT VAN NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM

Daarmee was de schriftelijke behandeling van de klacht gereed.

Aankoop nieuwbouwappartement mislukt. Beweerdelijke toezegging makelaar-verkoper. De Raad van Toezicht Oost geeft uitspraak inzake de klacht van:

Raad van Toezicht Haarlem van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in onroerende goederen en vastgoeddeskundigen NVM

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM

Belangenbehartiging opdrachtgever. Perikelen bij echtscheiding. Onheuse bejegening/ongepast optreden.

De mondelinge behandeling van de klacht door de Raad heeft plaatsgevonden op 10 mei Hierop is klager in persoon verschenen, evenals beklaagde.

DE RAAD VAN TOEZICHT GRONINGEN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM

Informatie aan niet-opdrachtgever. Beëindiging huurovereenkomst. Terugbetaling waarborgsom.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Onjuiste info in verkoopbrochure. Woonoppervlakte. Bestemming onroerende zaak.

Opstellen van koopakte. Ontbindende voorwaarde. Ongepast optreden.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Onvoldoende overleg met opdrachtgever.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Verstrekken persoonsgegevens aan derden.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Mededelings- en onderzoeksplicht. Overdrachtsbelasting. Art. 13 wet op belastingen van rechtsverkeer.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Contractsbepalingen. Boeteclausule. Verschuldigdheid courtage na succesvol beroep op ontbindende voorwaarde.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Ongepast optreden. Optie en bod.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Woonoppervlakte. NEN 2580-norm.

Onjuiste taxatiewaarde. Boedeltaxatie. Belangenverstrengeling.

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM

Informatie aan niet-opdrachtgever. Schending van gerechtvaardigde verwachtingen.

B MAKELAARDIJ B.V., kantoorhoudende te G, beklaagde,

DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

Stichting Tuchtrechtspraak NVM

DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

Optie en Bod. Onduidelijke biedingsprocedure. Onderhandelen met meerdere gegadigden.

Beheer. Schriftelijke vastlegging van de opdracht. Bevoegdheid tot indienen van bezwaarschriften tegen WOZ-beschikkingen.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Tegenstrijdige opdrachten.

Daarmee was de schriftelijke behandeling van de klacht gereed.

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST

Taxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Waardestijging na verbouwing.

De Raad van Toezicht Utrecht van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in Onroerende Goederen NVM geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

Opname in koopakte van afkoop leasecontract c.v.. Koopovereenkomst ontbonden en nieuwe overeenkomst gesloten met andere regeling over c.v..

Daarmee was de schriftelijke behandeling van de klacht gereed.

Optie en Bod. Afbreken onderhandelingen. Contact opnemen met opdrachtgever van collega.

De Centrale Raad van Toezicht geeft de volgende uitspraak in de zaak van: de heer F. H. aangesloten NVM-Makelaar, kantoorhoudende te H, beklaagde.

Waardebepaling tegen de zin van een van de twee opdrachtgevers gemeld.

Geschatte waarde veel hoger dan andere taxaties. Klacht te vroeg ingediend. Nog geen uitvoering rechterlijk vonnis.

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM

12-50 RvT Arnhem. Taxatie. Taxatie zonder bezichtiging.

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST

Gebondenheid aan mondelinge koopovereenkomst. Makelaar houdt koopovereenkomst onder zich.

Oncollegiaal gedrag. Als adviseur van koopster geen contact opgenomen met makelaarverkoper.

De Raad van Toezicht Breda geeft de volgende uitspraak in de zaak van: mevrouw F., wonende te [adres], klaagster, tegen

De heer M.E. W., wonende te A, hierna te noemen: klager tegen De besloten vennootschap M MAKELAARDIJ B.V., gevestigd te B, NVM-lid,

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST

Optie en bod. Afwijken van het biedsysteem. Biedsysteem A.

de heer S. en mevrouw V., wonende [adres], klagers, tegen:

Informatie niet-opdrachtgever. Mededelings- en onderzoeksplicht. Perceelsoppervlakte.

op de klacht van:mevrouw A. C., wonende te Huizen, hierna te noemen: klager

CR 12/2415 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

Taxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Bouwkundige toestand getaxeerd object.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Financiële gegoedheid wederpartij, onderzoek naar.

Onvoldoende belangenbehartiging. Fouten in koopakte. Erkenning door makelaar. De Raad van Toezicht Zuid geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

de heer B., te O., klager,

13-15 RvT Amsterdam 04/12 DE LOOP VAN DE PROCEDURE

Als makelaar-verkoper vergoeding van koper bedongen. Registratie van andere koopsom dan de werkelijke.

De Centrale Raad van Toezicht geeft de volgende uitspraak in de zaak van: B MAKELAARDIJ, lid van de vereniging, gevestigd en kantoorhoudende te M,

Perikelen rond minderjarige koper. Koopakte niet tijdig verzonden. Verzoek tot uitstel transport. Onbekendheid met feit dat pand leeg zou komen.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Beheer. Terugbetaling waarborgsom.

De Raad van Toezicht Zwolle geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

Transcriptie:

13-56 RvT Amsterdam Belangenbehartiging opdrachtgever. Regelen van financiering. Ontbindende voorwaarde. Klaagster heeft aan beklaagde een verkoopopdracht verstrekt. Voor de woning was lange tijd geen enkele belangstelling. Uiteindelijk werd toch een koper gevonden. In de koopovereenkomst werd een ontbindende voorwaarde voor de financiering opgenomen. Nadat de termijn voor het inroepen van de financieringsvoorwaarde driemaal was verlengd heeft de koper alsnog een beroep op de voorwaarde gedaan en is de koopovereenkomst ontbonden. Klaagster stelt dat beklaagde op verschillende punten bij de uitvoering van de opdracht is tekortgeschoten. De Raad stelt vast dat het hier, wat betreft de financiering, om een ongebruikelijke en risicovolle transactie ging. Beklaagde heeft klaagster er op gewezen dat zij zaken deed met een onzekere partij. Dat beklaagde tuchtrechtelijk laakbaar heeft gehandeld is niet komen vast te staan. 08/12 DE LOOP VAN DE PROCEDURE De Raad van Toezicht van de Makelaarsvereniging Amsterdam, afdeling van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in onroerende goederen en vastgoeddeskundigen N.V.M. (hierna: de Vereniging), heeft kennis genomen van de klacht van mevrouw H. (hierna te noemen: klaagster), gericht tegen de heer B. (hierna te noemen: beklaagde), lid van de Vereniging. De klacht is door klaagster ingediend bij brief van 15 maart 2012 met bijlagen. Beklaagde heeft op de klacht gereageerd bij brief van 14 december 2012 met bijlagen. Het standpunt van klaagster is nader toegelicht door mevrouw mr. B., verbonden aan ARAG, bij brief van 3 januari 2013 met bijlagen, waarna beklaagde nog heeft gereageerd bij brief van 5 februari 2013 met bijlagen. Daarmee was de schriftelijke behandeling van de klacht gereed. Ter zitting van de Raad, gehouden op 15 mei 2013, is klaagster in persoon verschenen. Zij werd bij die gelegenheid bijgestaan door mevrouw mr. B. voornoemd. Ook beklaagde is in persoon verschenen in gezelschap van de heer W., verbonden aan BAVAM. DE FEITEN Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting is voor de Raad het navolgende komen vast te staan.

- Klaagster is executeur-testamentair van haar vader, die in het jaar 2005 is overleden. Tot de nalatenschap van haar vader behoort de woning aan de [adres]. - In 2006 heeft klaagster namens de erven de woning via [makelaarskantoor X] te P. te koop aangeboden voor een vraagprijs van 549.000,--. In januari 2007 is de vraagprijs verlaagd naar 519.000,--, zulks wegens gebrek aan belangstelling voor het object. Om dezelfde reden is de vraagprijs in januari 2008 nogmaals verlaagd, te weten naar 498.000,--. - In mei 2008 heeft beklaagde de woningportefeuille, waaronder de litigieuze woning, overgenomen van [makelaarskantoor X]. Ondanks allerlei door beklaagde ontplooide verkoopacties bleek er geen belangstelling voor de woning te zijn. - De eerste bezichtiging van de woning door potentiële gegadigden, te weten het echtpaar L., vond plaats in de zomer van 2010. Deze bezichtiging heeft aanvankelijk niet geleid tot gesprekken over een mogelijke aankoop van de woning door dit echtpaar, doch in maart 2011 meldde het echtpaar zich opnieuw bij beklaagde voor een tweede bezichtiging. In de periode tussen de eerste en tweede bezichtiging van de woning door het echtpaar L. hebben zich bij beklaagde geen andere belangstellenden gemeld. - Uit de tweede bezichtiging door het echtpaar is een onderhandeling voortgevloeid die heeft geleid tot een koopoverkomst tussen klaagster en mevrouw L. betreffende de woning, zulks voor een koopsom van 450.000,- - kosten koper. Voor de financiering van de woning zou de koopster geen gebruik maken van een reguliere hypotheek, doch van een eenmalige pensioenuitkering die het echtpaar L. verwachtte te ontvangen vanuit Nieuw Zeeland. In de met de koopster gesloten koopovereen-komst is onder artikel 16 opgenomen dat koopster tot 16 juni 2011 de koop kon ontbinden, indien zij de benodigde aankoopgelden vanuit bedoelde uitkering niet uiterlijk op die datum zou hebben ontvangen. - Begin juni 2011 heeft koopster beklaagde verzocht de termijn terzake van de bovenbedoelde ontbindende voorwaarde met drie maanden te verlengen. Beklaagde heeft dit verzoek met klaagster overlegd en haar geadviseerd in te stemmen met een verlenging tot 1 oktober 2011. Beklaagde heeft er daarbij op gewezen dat koopster de koopovereenkomst zou kunnen ontbinden, indien klaagster niet met de verzochte verlenging van de termijn akkoord zou gaan, in welk geval klaagster en haar mede-erfgenamen met lege handen zouden blijven staan, aangezien zich in de tussentijd nog steeds geen andere belangstellenden voor de woning hadden gemeld.

- Klaagster heeft ingestemd met de door koopster gewenste verlenging van de termijn tot 1 oktober 2011. Wel verzocht zij beklaagde haar in het kader van haar verantwoordingsplicht tegenover haar mede-erfgenamen schriftelijk te bevestigen hoe de gang van zaken rond de verkoop aan mevrouw L. was geweest en waarom de door deze gewenste verlenging van de financieringstermijn was toegestaan. - Bij e-mail van 18 juni 2011 heeft beklaagde aan klaagster bericht voor zover van belang :..Om de zaak nog even duidelijkheid weer te geven. De woning is verkocht aan koper, onder de voorwaarde dat zij het geld beschikbaar krijgen uit Nieuw Zeeland. Tot 16 juni j.l. hadden zij daar de tijd voor, maar omdat het geld nog niet binnen was op dat moment, is er een verlenging met 3 maanden voor die termijn aangevraagd en toegestaan. De koopakte is ook op die manier opgesteld. Zie daarvoor artikel 16. Daarin is die voorwaarde van kopers opgenomen. Zij hebben dus het recht de koopovereenkomst te ontbinden als zij uiteindelijk het geld niet vrij zouden krijgen. Wij hebben het recht een verdere verlenging niet toe te staan, maar dan zal de kans groot zijn dat kopers alsdan gaan ontbinden, immers zonder geld kunnen zij niet afnemen. Wij kunnen geen beroep doen op een boete o.i.d. als kopers zich aan de termijn houden die wij toestaan. Dat kan pas als zij de nu gevraagde termijn laten verlopen zonder van zich te laten horen. Of we dan succes hebben met het innen van de 10% is in dat soort gevallen de vraag. Hoewel in de akte opgenomen en door beide partijen getekend betekent het in de praktijk dat de rechter er nogal van afwijkt. Het risico dat kopers geld uit Nieuw Zeeland moeten krijgen hebben we in overleg met elkaar genomen, wetende dat deze kopers de enige in de markt zijn (geweest) voor de woning. Zoals toegezegd houden wij contact met deze mensen om van de voortgang op de hoogte te blijven. Ik twijfel eerlijk gezegd niet aan hun goede bedoelingen, maar het zou wel prettig zijn als we wat meer inzicht in die voortgang hadden.. - Eind augustus 2011 heeft er e-mailcorrespondentie plaats-gevonden tussen beklaagde en koopster, die had aangegeven dat zij nog altijd geen gelden vanuit Nieuw Zeeland had ontvangen. Beklaagde heeft die correspondentie

bij e-mail van 1 september 2011 doorgezonden aan klaagster en daarin vermeld voor zover van belang -: Als ik er wat zakelijker naar kijk dan ga ik je adviseren de termijn op 16 september a.s. niet meer te verlengen, maar de koopovereenkomst om te zetten/te wijzigen naar een koopovereenkomst waarin de huidige koop blijft vastgelegd en wij daaraan toevoegen dat we met de verkoop van de [adres] actief verder gaan en als zich een andere kandidaat aandient, de huidige kopers 48 uur de tijd krijgen om of de koop zonder verdere voorwaarden te effectueren of de koop te ontbinden. - Naar aanleiding van laatstgenoemde e-mail hebben er in september 2011 telefonische contacten tussen klaagster en beklaagde plaatsgevonden. De termijn waarbinnen koopster een beroep kon doen op het in de koopovereenkomst opgenomen financieringsvoorbehoud is verlengd tot en met 31 december 2011. - Op 9 november 2011 ontving beklaagde een e-mailbericht van de heer P., verbonden aan A. Advocaten en Notarissen, waarin deze namens klaagster beklaagde verzocht diens visie te geven over de verkoop van de woning. Op dezelfde datum heeft beklaagde de heer P. per-email geïnformeerd over het verloop van de verkoop. In laatstbedoelde e-mail heeft beklaagde kort samengevat aangegeven: * dat hij klaagster bij het aangaan van de koopovereenkomst met mevrouw L. en ook nadien er op heeft gewezen dat zij met een onzekere partij te maken hadden, gelet op de mededeling van koopster omtrent de Zilvervloot. * dat koopster bij het ondertekenen van de koopakte een papier van een verzekeringsmaatschappij uit Nieuw-Zeeland heeft laten zien waarin stond dat koopster recht heeft op een bedrag van circa 7 tot 9 miljoen euro, van welk papier beklaagde geen kopie had gemaakt; * dat koopster de eerste verlenging van de termijn voor het inroepen van het financieringsvoorbehoud per aangetekend schrijven had verzocht en de tweede verlenging per e-mail; * dat hij beklaagde veelvuldig overleg met klaagster had gevoerd en dat zij beiden het er over eens waren dat het ontbinden van de koopovereenkomst met mevrouw L. de kleine kans wegneemt op het misschien nog wel succesvol worden van de overeenkomst; * dat de correspondentie met de koopster over het wijzigen van de koopovereenkomst nog gaande was; * dat hij koopster om meer informatie had verzocht omtrent de haalbaarheid van de (verzekerings)uitkering; * dat ontbinden hem, beklaagde, geen optie leek, evenals het claimen van een waarborgsom.

- Eveneens bij e-mail van 9 november 2011 heeft voornoemde heer P. aan beklaagde laten weten dat hij klaagster zou berichten om in te stemmen met de handelwijze van beklaagde. Voorts liet de heer P. weten dat de met de huidige koopster te maken afspraak op papier moest worden gezet. Hij verzocht beklaagde hiervoor zorg te dragen. - Op 5 december 2011 heeft er een telefoongesprek tussen klaagster en beklaagde plaatsgevonden. Klaagster verwijst naar dit telefoongesprek in haar e-mail aan beklaagde van 6 december 2012. In die e-mail stelt klaagster dat koopster nog steeds niets van zich heeft laten horen. Zij vraagt zich af waarom koopster niet gewoon een hypotheek bij de bank neemt teneinde de koop te effectueren. Klaagster verzoekt beklaagde dit laatste aan koopster voor te stellen. - Bij e-mail van 15 december 2011 heeft klaagster bij beklaagde geïnformeerd naar de stand van de onderhandelingen met koopster. - Op 11 januari 2012 heeft een bespreking plaatsgevonden ten kantore van de heer P. van A. Advocaten en Notarissen. Bij dit gesprek waren aanwezig een notaris, de heer en mevrouw L., klaagster en beklaagde. Tijdens deze bespreking heeft klaagster ingestemd met een verlenging van de termijn waarbinnen koopster een beroep op het financieringsvoorbehoud kon doen tot 15 februari 2012. - Bij e-mail van 15 januari 2012, gericht aan beklaagde, heeft koopster de met klaagster gesloten koopovereenkomst ontbonden. Deze e-mail is op 17 januari door beklaagde doorgestuurd aan klaagster. - Bij e-mail van 19 januari 2012, gericht aan mevrouw L., heeft voornoemde heer P. namens klaagster de koopovereenkomst ontbonden. DE KLACHT De klacht van klaagster bevat drie onderdelen en houdt in kort samengevat en voor zover van belang - dat beklaagde niet heeft gehandeld zoals een goed makelaar betaamt doordat hij: a. klaagster er niet op heeft gewezen dat zij met mevrouw L. een wankele koopovereenkomst met een ongebruikelijke constructie waar het de financiering van de koopsom door koopster betrof aanging, als gevolg waarvan klaagster weinig rechten aan die koopovereenkomst kon ontlenen;

b. zonder medeweten en instemming van klaagster aan koopster een verlenging van de termijn waarbinnen koopster een beroep kon doen op de ontbindende voorwaarde terzake van de financiering tot en met 31 december 2011 heeft toegestaan; c. klaagster er niet op heeft gewezen dat zij koopster in gebreke had kunnen stellen waardoor klaagster de overeengekomen boete van 45.000,-- bij koopster had kunnen incasseren. Klaagster is van mening dat beklaagde tekort is geschoten in de op hem als makelaar rustende verplichting. HET VERWEER Klachtonderdeel a Beklaagde heeft gesteld dat hij tijdens de verkooponderhandelingen met mevrouw L. alsook bij het aangaan van de koopovereenkomst met deze partij, klaagster er op heeft gewezen dat het overtuigend bewijs ontbrak dat koopster de benodigde gelden voor het voldoen van de koopsom daadwerkelijk zou ontvangen. Het was klaagster derhalve bekend dat zij zaken deed met een onzekere partij, aldus beklaagde. Hij wijst er op dat hij een en ander ook heeft vastgelegd in de e-mail die hij op 18 juni 2011 aan klaagster zond. Klachtonderdeel b Beklaagde stelt dat hij de met koopster in augustus 2011 gevoerde e-mailcorrespondentie waarin deze verzocht om een tweede verlenging van de termijn waarbinnen zij een beroep op het financierings-voorbehoud kon doen, op 1 september 2011 aan klaagster heeft doorgezonden. In de eerste helft van september 2011 is er nog telefonisch contact geweest tussen klaagster en beklaagde, waarbij is gesproken over de door koopster verzochte verlenging van de termijn tot en met 31 december 2011. Beklaagde wijst er op dat hij koopster de gewenste termijnverlenging nooit zou hebben toegestaan, indien klaagster dit niet zou hebben gewild. Volgens beklaagde was die tweede verlenging juist bedoeld om de druk op koopster op te voeren. Dit laatste blijkt naar het oordeel van beklaagde ook uit de tussen hem en klaagster in december 2011 gevoerde e-mailcorrespondentie. Klachtonderdeel c Beklaagde heeft klaagster niet geadviseerd om de koopster in gebreke te stellen, aangezien met klaagster en de heer P. is afgesproken dat vóór eind december 2011 de datum waarop de tweede verlengingstermijn afliep een

gesprek met koopster zou worden aangegaan om te bezien of koopster meer inzicht kon geven in haar financiële situatie en of een volgende verlenging kon worden toegestaan. Als gevolg van de volle agenda s van alle betrokkenen heeft het bewuste gesprek met koopster eerst op 11 januari 2012 kunnen plaatsvinden, en wel ten kantore van de heer P. Bij die gelegenheid is door klaagster aangegeven dat zij van koopster een compensatie wilde ontvangen voor de door haar en haar mede-erfgenamen doorbetaalde kosten van gas en licht voor de betreffende woning, doch hiervan wilde koopster niets weten. Wel toonde koopster aan de notaris een stuk betreffende de door haar te ontvangen pensioenuitkering, waarmee zij de koopsom wilde financieren. Tijdens dat gesprek heeft klaagster besloten de koopovereenkomst te verlengen tot 15 februari 2012. Beklaagde is van mening dat het niet zinvol was klaagster te adviseren om voorafgaande aan het gesprek met koopster deze in gebreke te stellen, aangezien dit gesprek mede door klaagster zelf is geïnitieerd alsook omdat de kans om de koopovereenkomst definitief te effectueren door een ingebrekestelling van de koopster teniet zou worden gedaan. DE BEOORDELING Voor het antwoord op de vraag of beklaagde tuchtrechtelijk laakbaar heeft gehandeld overweegt de Raad als volgt. Klachtonderdeel a Vast staat dat klaagster naar aanleiding van het eerste verzoek van koopster om de termijn waarbinnen deze een beroep kon doen op de ontbindende voorwaarde terzake van de financiering te verlengen overleg heeft gevoerd met beklaagde en dat zij bij die gelegenheid aan beklaagde heeft verzocht voor haar op papier te zetten hoe tot dan toe de gang van zaken rond de verkoop was geweest en om welke reden hij haar geadviseerd had in te stemmen met de verlenging van de termijn. Uit de e-mail die beklaagde op 18 juni 2011 aan klaagster zond blijkt duidelijk dat alhier sprake was van een ongebruikelijke transactie althans waar het de financiering van de koopsom door koopster betrof en dat er sprake was van een risico of de koopster daadwerkelijk het geld voor de koopsom zou kunnen fourneren. In de bewuste e-mail valt ook te lezen dat klaagster - na overleg daarover met beklaagde, waarbij aan de orde is gekomen dat mevrouw L. tot dan toe de enige belangstellende voor de woning was - toch heeft besloten de koopovereenkomst met mevrouw L. aan te gaan. Derhalve kan niet gesteld worden dat beklaagde klaagster er niet op heeft gewezen dat zij zaken deed met een onzekere partij. Dit klachtonderdeel is ongegrond.

Klachtonderdelen b en c Deze klachtonderdelen lenen zich voor een gezamenlijke behandeling. Nu er geen schriftelijke vastlegging is van hetgeen klaagster en beklaagde na het verzenden van de e-mail door beklaagde van 1 september 2011 telefonisch met elkaar hebben besproken, alsook omdat de lezingen die beide partijen daarvan geven uiteenlopen, kan niet worden vastgesteld of klaagster in september 2011 haar toestemming heeft gegeven tot het ten tweede male verlengen van de termijn waarbinnen de koopster een beroep kon doen op de ontbindende voorwaarde terzake van de financiering. Uit de overgelegde correspondentie die in november 2011 is gevoerd tussen beklaagde en de heer P. blijkt echter dat klaagster alsnog de bewuste verlenging heeft geaccordeerd en dat uit die verlenging ook het mede door klaagster geïnitieerde gesprek met koopster op 11 januari 2012 ten kantore van de heer P. is voorgekomen. De insteek van dat gesprek is geweest om te bezien of de met mevrouw L. gesloten koopovereenkomst alsnog geëffectueerd kon worden. In dat kader lag het derhalve niet voor de hand dat beklaagde klaagster zou adviseren om koopster voorafgaande aan dat gesprek in gebreke te stellen. Ook deze klachtonderdelen zijn ongegrond. Aldus gewezen door de Raad van Toezicht van de Makelaars-vereniging Amsterdam, afdeling van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in onroerende goederen en vastgoeddeskundigen N.V.M., mr. J.P. van Harseler, J.B. Boerman, P.H. Roos, en mr. W. van Otterloo, in aanwezigheid van mevrouw mr. J.M. Bakx-van den Anker, op 15 mei 2013, ondertekend op 10 juli 2013. mr. J.P. van Harseler, Voorzitter mr. J.M. Bakx-van den Anker, secretaris Ingevolge het bepaalde in artikel 39 van het Reglement Tuchtrechtspraak N.V.M. kan de partij, die zich met deze beslissing niet kan verenigen binnen 8 weken na dagtekening van de brief waarbij hem / haar het afschrift van deze uitspraak is gezonden, in beroep komen bij de Centrale Raad van Toezicht, N.V.M. Bureau, Postbus 2222, 3430 DC Nieuwegein.