17 december 2017 PBoonstra 17.00 uur orgel: Harry Kroeske schriftlezing: Jaap Wolters Votum Zegengroet GK psalm 40: 2 en 7 = LB 40:2, 7 Lezen: Psalm 121 GK psalm 121 = LB 121 Tekst: Zondag 9 en 10. Preek LvdK 429: 1, 2 en 3. GK gezang 179b Collecte GK gezang 160: 1 en 2. Zegen.
17 december 2017 PBoonstra 17.00 uur orgel: Harry Kroeske schriftlezing: Jaap Wolters Votum Zegengroet GK psalm 40: 2 en 7 = LB 40:2, 7 2 Zalig de man die op den HEER vertrouwt, geen acht slaat op de eigenwaan van die hun eigen wegen gaan, maar die de leugen uit zijn leven houdt. Mijn God, ik wil U roemen en al uw daden noemen, niets is aan U gelijk. Wil ik ze tellen, HEER, ik zie er telkens meer, 't gaat boven mijn bereik. 7 Laat wie uw heil beminnen hier en nu in U verheugd zijn, U ter eer uitroepen: groot is onze HEER! Laat wie U zoeken jubelen in U! Al leef ik in ellende, de Here zal het wenden, de Heer ziet naar mij om. Gij die mijn helper zijt, mijn God die mij bevrijdt, o toef niet langer, kom! Lezen: Psalm 121 1 Een pelgrimslied. Ik sla mijn ogen op naar de bergen, van waar komt mijn hulp? 2 Mijn hulp komt van de HEER die hemel en aarde gemaakt heeft. 3 Hij zal je voet niet laten wankelen, hij zal niet sluimeren, je wachter. 4 Nee, hij sluimert niet, hij slaapt niet, de wachter van Israël. 5 De HEER is je wachter, de HEER is de schaduw aan je rechterhand:
6 overdag kan de zon je niet steken, bij nacht de maan je niet schaden. 7 De HEER behoedt je voor alle kwaad, hij waakt over je leven, 8 de HEER houdt de wacht over je gaan en je komen van nu tot in eeuwigheid. GK psalm 121 = LB 121 1 Ik sla mijn ogen op en zie de hoge bergen aan, waar komt mijn hulp vandaan? Mijn hulp is van mijn HERE, die dit alles heeft geschapen. Mijn herder zal niet slapen. 2 Uw wankle voeten zet Hij vast, als gij geen uitkomst ziet: uw wachter sluimert niet! Zijn oog wordt door geen slaap verrast, Hij wil, als steeds voor dezen, Israëls wachter wezen. 3 De HEER brengt al uw heil tot stand, des daags en in de nacht houdt Hij voor u de wacht. Uw schaduw aan uw rechterhand: de zon zal U niet schaden, de maan doet niets ten kwade. 4 De HEER zal u steeds gadeslaan, Hij maakt het kwade goed, Hij is het die u hoedt. Hij zal uw komen en uw gaan, wat u mag wedervaren, in eeuwigheid bewaren.
Tekst: Zondag 9 en 10. GOD DE VADER EN ONZE SCHEPPING Zondag 9 Vraag 26: Wat gelooft u, wanneer u zegt: Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper van de hemel en de aarde? Antwoord: Dat de eeuwige Vader van onze Here Jezus Christus, die hemel en aarde, met al wat erin is, uit niets geschapen heeft en ze nog door zijn eeuwige raad en voorzienigheid in stand houdt en regeert, om zijn Zoon Jezus Christus mijn God en mijn Vader is. Daarom vertrouw ik zo op Hem, dat ik er niet aan twijfel, of Hij zal mij voorzien van alles wat ik voor lichaam en ziel nodig heb, en ook elk kwaad, dat Hij mij in dit moeitevol leven toedeelt, voor mij doen meewerken ten goede. Want Hij kan dit doen als een almachtig God en wil het ook doen als een trouw Vader. Zondag 10 Vraag 27: Wat verstaat u onder Gods voorzienigheid? Antwoord: De almachtige en tegenwoordige kracht van God, waardoor Hij hemel en aarde, met alle schepselen, als met zijn hand in stand houdt en zó regeert, dat loof en gras, regen en droogte, vruchtbare en onvruchtbare jaren, eten en drinken, gezondheid en ziekte, rijkdom en armoede en alle dingen, niet bij toeval, maar uit zijn vaderhand ons ten deel vallen. Vraag 28: Waarom is het voor ons belangrijk te weten dat God alles geschapen heeft en nog door zijn voorzienigheid in stand houdt? Antwoord: Om in alle tegenspoed geduldig, in voorspoed dankbaar te zijn en voor de toekomst dit vaste vertrouwen te hebben in onze trouwe God en Vader, dat geen schepsel ons van zijn liefde scheiden zal. Want alle schepselen zijn zo in zijn hand, dat zij zich tegen zijn wil niet roeren of bewegen kunnen. Preek LvdK 429: 1, 2 en 3. 1 Wie maar de goede God laat zorgen en op Hem hoopt in 't bangst gevaar, is bij Hem veilig en geborgen, die redt Hij godlijk, wonderbaar: wie op de hoge God vertrouwt, heeft zeker op geen zand gebouwd.
2 Blijf dan eerbiedig God verbeiden en zwijg de Heer ootmoedig stil; Hij zal ons naar zijn raad geleiden, 't is goed en heilig wat Hij wil. God die ons uitverkoren heeft, kent alle zorg die in ons leeft. 3 Treed vrolijk voort op 's Heren wegen, neem zijn gebod getrouw in acht. 't Wordt eind'lijk alles u ten zegen, wanneer gij daarop biddend wacht. En wie gelovig op Hem ziet, weet zeker, Hij verlaat ons niet. GK gezang 179b Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper van de hemel en de aarde. En in Jezus Christus, zijn eniggeboren Zoon, onze Here; die ontvangen is van de Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria; die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd, gestorven en begraven, neergedaald in de hel; op de derde dag opgestaan uit de doden; opgevaren naar de hemel en zit aan de rechterhand van God, de almachtige Vader; vandaar zal Hij komen om te oordelen de levenden en de doden. Ik geloof in de Heilige Geest. Ik geloof een heilige, algemene, christelijke kerk, de gemeenschap der heiligen; vergeving van de zonden; opstanding van het vlees; en een eeuwig leven. Amen. Collecte
GK gezang 160: 1 en 2. 1 Groot is uw trouw, o Heer, mijn God en Vader. Er is geen schaduw van omkeer bij U. Ben ik ontrouw, Gij blijft immer dezelfde die Gij steeds waart; dat bewijst Gij ook nu. refrein Groot is uw trouw, o Heer, groot is uw trouw, o Heer, iedere morgen aan mij weer betoond. Al wat ik nodig had, hebt Gij gegeven, groot is uw trouw, o Heer, aan mij betoond. 2 Gij geeft ons vrede, vergeving van zonden, en uw nabijheid, die sterkt en die leidt: kracht voor vandaag, blijde hoop voor de toekomst. Gij geeft het leven tot in eeuwigheid. Zegen. refrein Groot is uw trouw, o Heer, groot is uw trouw, o Heer, iedere morgen aan mij weer betoond. Al wat ik nodig had, hebt Gij gegeven, groot is uw trouw, o Heer, aan mij betoond.