Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 19 juni 13.30-16.30 uur



Vergelijkbare documenten
Met behulp van deze gegevens kan worden berekend welke maximale totale behoefte aan elektrische energie in Nederland er voor 2050 wordt voorspeld.

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 19 juni uur

Met behulp van deze gegevens kan worden berekend welke maximale totale behoefte aan elektrische energie in Nederland er voor 2050 wordt voorspeld.

Vraag Antwoord Scores

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. tijdvak 1 vrijdag 19 mei uur

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 donderdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen HAVO. wiskunde B1,2. tijdvak 2 woensdag 18 juni Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO wiskunde B. tijdvak 1 vrijdag 17 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 14 mei uur

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 1 donderdag 19 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B1,2. tijdvak 1 dinsdag 20 mei uur

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 woensdag 20 mei uur

Examen HAVO. wiskunde B 1,2

Examen HAVO. Wiskunde B1,2

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 24 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. Wiskunde B (oude stijl)

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO en VHBO. Wiskunde B

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 1 maandag 23 mei 13:30-16:00 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Correctievoorschrift HAVO 2013

De twee schepen komen niet precies op hetzelfde moment in S aan.

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 dinsdag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B1,2

Eindexamen wiskunde B havo I

Examen HAVO. tijdvak 1 dinsdag 19 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

wiskunde B havo 2015-II

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2001-I

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 23 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. Wiskunde B (oude stijl)

Examen HAVO. wiskunde B1,2. tijdvak 1 woensdag 30 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 1 dinsdag 19 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B1,2

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Dinsdag 22 juni uur

Examen HAVO wiskunde B. tijdvak 1 donderdag 24 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO en VHBO. Wiskunde B

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 1 dinsdag 18 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

wiskunde B bezem havo 2017-I

Examen HAVO en VHBO. Wiskunde B

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2003-II

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 22 juni uur

Examen VWO. wiskunde B1,2. tijdvak 2 woensdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Vraag Antwoord Scores

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 22 juni uur

Examen VWO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen HAVO. Wiskunde B (oude stijl)

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 maandag 15 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B1. tijdvak 2 woensdag 24 juni uur

Examen VWO. wiskunde B1,2

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 donderdag 24 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B1,2

Examen VWO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 20 mei uur

Examen HAVO. Wiskunde B1,2

Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 22 juni uur

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 woensdag 18 mei uur

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

wiskunde B havo 2016-I

Eindexamen wiskunde B havo 2001-I (oude stijl)

Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 22 juni uur

Examen HAVO. wiskunde B1. tijdvak 2 woensdag 18 juni Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 woensdag 14 mei uur

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 dinsdag 15 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B1. tijdvak 2 woensdag 18 juni uur

Examen VWO. Wiskunde B Profi

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 16 mei uur

Examen HAVO. Wiskunde B (oude stijl)

Examen VWO. wiskunde B1

Eindexamen wiskunde B havo II

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 woensdag 22 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VBO-MAVO-D Wiskunde

wiskunde CSE GL en TL

wiskunde B pilot havo 2015-II

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 20 juni uur

oppervlakte grondvlak hoogte oppervlakte grondvlak hoogte

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 1 donderdag 9 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

leeftijd kwelder (in jaren)

Examen VWO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 vrijdag 17 mei uur

Examen VWO. wiskunde B1,2. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 20 mei uur

8.1 Inhoud prisma en cilinder [1]

In een zware tornado worden maximale windsnelheden van ongeveer 280 km/u bereikt.

Examen HAVO. wiskunde B1,2

Eindexamen wiskunde B havo I (oude stijl)

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2002-I

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 18 juni uur. Achter dit examen is een erratum opgenomen.

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 1 vrijdag 19 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B1. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur

Transcriptie:

Examen HVO 2013 tijdvak 2 woensdag 19 juni 13.30-16.30 uur wiskunde B Dit examen bestaat uit 19 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 77 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten met een goed antwoord behaald kunnen worden. ls bij een vraag een verklaring, uitleg of berekening vereist is, worden aan het antwoord meestal geen punten toegekend als deze verklaring, uitleg of berekening ontbreekt. Geef niet meer antwoorden (redenen, voorbeelden e.d.) dan er worden gevraagd. ls er bijvoorbeeld twee redenen worden gevraagd en je geeft meer dan twee redenen, dan worden alleen de eerste twee in de beoordeling meegeteld. H-1025-a-13-2-o

Windenergie Er wordt steeds meer gebruikgemaakt van windenergie. Hoewel de bijdrage van windenergie nu nog klein is, kan windenergie in de toekomst een grote bijdrage aan onze elektriciteitsvoorziening gaan leveren. Men voorspelt dat in het jaar 2050 in Nederland 60 000 gigawattuur (GWh) aan windenergie opgewekt zal worden. Dat zal dan 40% tot 50% van de totale behoefte aan elektrische energie in Nederland zijn. Met behulp van deze gegevens kan worden berekend welke maximale totale behoefte aan elektrische energie in Nederland er voor 2050 wordt voorspeld. 3p 1 Bereken deze voorspelde maximale totale behoefte. In de figuur is voor de periode 1993-2011 de ontwikkeling van het wereldwijd door windmolens geleverde vermogen in megawatt (MW) weergegeven. In deze periode is dit vermogen (bij benadering) exponentieel gegroeid. figuur 300000 Wereldwijd door windmolens geleverd vermogen in MW 200000 100000 0 1995 2000 2005 2010 In 1993 was het wereldwijd door windmolens geleverde vermogen 2900 MW. In 2011 was dit 239 000 MW. 4p 2 Bereken in één decimaal nauwkeurig het jaarlijkse groeipercentage van het wereldwijd door windmolens geleverde vermogen dat uit de gegevens volgt. Na 2011 wordt er een jaarlijkse groei van 22% van het wereldwijd door windmolens geleverde vermogen verwacht. 4p 3 Bereken in welk jaar dit vermogen zal zijn verdubbeld ten opzichte van het jaar 2011. H-1025-a-13-2-o 2 / 12 lees verder

fgeknotte piramide Gegeven is de piramide T.BCD. Het grondvlak BCD van deze piramide is een vierkant met zijde 6. De top T ligt recht boven D. De hoogte van de piramide is dus gelijk aan de lengte van DT. Deze is 8. De piramide wordt afgeknot op hoogte 4. Hierdoor ontstaat de afgeknotte piramide BCD.EFGH. Zie onderstaande figuur. figuur T 4 H G E 4 F D C 6 B 6 3p 4 Teken het bovenaanzicht van de afgeknotte piramide BCD.EFGH. Zet de letters bij de hoekpunten. 6p 5 Bereken de totale oppervlakte van de afgeknotte piramide BCD.EFGH. H-1025-a-13-2-o 3 / 12 lees verder

Debiet Via een rechthoekige goot loost een fabriek figuur 1 koelwater op een rivier. De hoeveelheid koelwater die per seconde een dwarsdoorsnede van een goot passeert, wordt het debiet van de goot genoemd. In figuur 1 is dit uitgebeeld. Het debiet van de goot van de fabriek is te berekenen met de formule: 5 3 Q 0,73 2 3 P Hierbij geldt: Q is het debiet in m 3 per seconde; is de oppervlakte van de rechthoekige dwarsdoorsnede van het water in m 2 ; P is de totale lengte van de randen van de dwarsdoorsnede die onder water liggen in m. In figuur 1 zijn deze randen dikgedrukt aangegeven. De rechthoekige goot waarmee de fabriek het koelwater loost, is 3,0 meter breed en 1,0 meter hoog. In figuur 2 is de dwarsdoorsnede van deze goot getekend bij een maximaal debiet. figuur 2 Q 1,0 3,0 De fabriek loost 5000 m 3 koelwater per uur. 5p 6 Bereken het maximale debiet en leid daaruit af of de goot tijdens deze lozing zal overstromen. H-1025-a-13-2-o 4 / 12 lees verder

De waterhoogte in de goot noemen we h, met h in m. Zie figuur 3. figuur 3 1,0 h 3,0 Bij normale lozing stroomt er continu 1,0 m 3 koelwater per seconde door de goot. 5p 7 Bereken in dit geval de waterhoogte in de goot. Geef je antwoord in centimeter nauwkeurig. H-1025-a-13-2-o 5 / 12 lees verder

Cosinus met lijnen De functie f is gegeven door f ( x) x cosx en de lijn k is gegeven door y x 1. In figuur 1 zijn de grafiek van f en de lijn k getekend op het interval 0,14. figuur 1 y 10 5 k f 0 5 10 x De grafiek van f en de lijn k hebben op het interval 0,14 twee gemeenschappelijke punten. 3p 8 Bereken exact de coördinaten van deze punten. H-1025-a-13-2-o 6 / 12 lees verder

In de gemeenschappelijke punten van de grafiek van f en de lijn k raakt de lijn k aan de grafiek van f. In figuur 2 zijn weergegeven de grafiek van f, de lijn k en de lijn l die is gegeven door y x 1. figuur 2 y 10 5 l k f 0 5 10 x De grafiek van f en de lijn l hebben op het interval 0,14 drie gemeenschappelijke punten en in deze gemeenschappelijke punten raakt de lijn l aan de grafiek van f. 4p 9 Toon dit met behulp van exacte berekeningen en differentiëren aan. In figuur 3 zijn weergegeven de grafiek van f, de lijn k die is gegeven door y x 1 en de lijn m die is gegeven door y x 4. figuur 3 y 10 m 5 f k 0 5 10 x De functie g is gegeven door gx ( ) x 11 a cosx. 2 Voor een bepaalde positieve waarde van a raken de lijnen k en m beide aan de grafiek van g. 3p 10 Onderzoek voor welke positieve waarde van a dit het geval is. H-1025-a-13-2-o 7 / 12 lees verder

Zuinig inpakken In deze opgave wordt een balkvormige doos in een rechthoekig vel papier ingepakt. De hoogte van de doos noemen we h, de breedte b en de lengte l. Zie foto 1. lle maten zijn in centimeter. Er geldt h b l. Het papier wordt eerst strak in de lengterichting om de doos gevouwen. Het papier is zo lang dat twee randen ervan precies tegen elkaar aan komen. Zie foto 2. De lengte van het papier in centimeter is dus 2l 2h. Vervolgens wordt het papier aan de voor- en achterkant strak tegen de doos aan gevouwen. Het papier is zo breed dat de randen van het papier precies tegen elkaar aan komen. Zie foto 3. De breedte van het papier in centimeter is dus b h. foto 1 foto 2 foto 3 H-1025-a-13-2-o 8 / 12 lees verder

De oppervlakte van het papier in cm 2 noemen we O. 3p 11 Druk O uit in b, l en h. Werk de haakjes weg. We vragen ons af hoe groot de maximale inhoud van een balkvormige doos is als we deze op de beschreven manier in een stuk cadeaupapier van 120 cm bij 50 cm verpakken. ls de doos op deze manier wordt ingepakt, geldt: 2l 2h 120 en b h 50. Met behulp van bovenstaande gegevens is de inhoud I in cm 3 uit te drukken in de breedte b. Er geldt: I b( b 10)(50 b ) 5p 12 Toon dit aan. Er is een waarde van b waarvoor I maximaal is. 6p 13 Bereken met behulp van differentiëren de maximale inhoud van een balkvormige doos die met dit stuk papier ingepakt kan worden. Geef je antwoord in cm 3 nauwkeurig. H-1025-a-13-2-o 9 / 12 lees verder

Kegels en kubus Gegeven is de kubus BCD.EFGH met figuur 1 ribbe 1. In deze kubus passen kegels H waarvan de grondcirkel in het grondvlak van de kubus ligt en waarvan de top in het bovenvlak van de kubus ligt. Van deze E kegels heeft de kegel waarvan de grondcirkel raakt aan de zijden van vierkant BCD de grootste inhoud. Zie figuur 1. D 3p 14 Bereken exact de inhoud van de kegel met de grootste inhoud die in de kubus BCD.EFGH past. M T B F G C Er zijn ook kegels die precies om de kubus BCD.EFGH met ribbe 1 passen. Hiermee bedoelen we dat geldt: het grondvlak BCD van de kubus ligt in het grondvlak van de kegel; de hoekpunten E, F, G en H van het bovenvlak van de kubus liggen op de kegelmantel; het middelpunt M van de grondcirkel van de kegel ligt recht onder de top T van de kegel. Zie bijvoorbeeld de figuren 2 en 3. figuur 2 figuur 3 T T P E H N F S D M B Q G C R P E H N F S D M B Q G C R H-1025-a-13-2-o 10 / 12 lees verder

In figuur 4 is een verticale doorsnede door, C en T getekend. Het punt N is het snijpunt van MT met het bovenvlak van de kubus. De afstand van de top T van de kegel tot het bovenvlak van de kubus noemen we x. figuur 4 T E x N G 1 P M C R De lengte van de straal PM van de grondcirkel van de kegel kan uitgedrukt worden in x. Er geldt: PM 1 x 1 2 2 x 4p 15 Leid deze formule af met behulp van gelijkvormigheid van driehoeken. Voor de inhoud I van de kegel geldt: 1 1 2 I 6 π ( x 3 3 x x ) Er bestaan twee kegels met inhoud 4 π die precies om kubus BCD.EFGH 3 passen. 4p 16 Bereken de hoogten van deze twee kegels. Rond (indien nodig) je antwoord af op één decimaal. 5p 17 Bereken met behulp van differentiëren de kleinst mogelijke inhoud van een kegel die precies om kubus BCD.EFGH past. Let op: de laatste vragen van dit examen staan op de volgende pagina. H-1025-a-13-2-o 11 / 12 lees verder

Wortel met raaklijn De functie f is gegeven door f( x) 3 2x 6. De grafiek van f snijdt de x-as in het punt (1 1, 0). Verder zijn gegeven de punten B ( 3,0) en 2 C ( 3, 3). Zie onderstaande figuur. figuur y f B O x C De helling van de grafiek van f in punt is 1 3. 3p 18 Toon dit langs algebraïsche weg aan. De raaklijn in aan de grafiek van f snijdt de lijn BC in het punt S. 4p 19 Toon aan dat S het midden van BC is. einde H-1025-a-13-2-o 12 / 12 lees verder