GEBRUIKS- EN INSTALLATIE-INSTRUCTIES



Vergelijkbare documenten
INHOUD INSTALLATIE-AANWIJZINGEN. Voor de installateur MXZ-2A40VA MXZ-2A52VA. Bevat HFC R410A

1. VOOR HET INSTALLEREN

INSTALLATIEHANDLEIDING

INSTALLATIEHANDLEIDING

Installatie handleiding

MONTAGE HANDLEIDING ROLLUIK

AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE

Veiligheid afwasautomaat 4. Vereisten installatie 5. Instructies installatie 7

Montage-instructie. Rolluik RV40 - RV41

Gebruikershandleiding. Split airconditioning wandmodel GWH09UB-K3DNA4F/O GWH12UB-K3DNA4F/O GWH18UB-K3DNA4F/O

Airco Electra kabel Afstandsbediening

MONTAGEHANDLEIDING. 2-wegskleppenkit voor warmtepompconvector EKVKHPC

- GWHD(56S)NM3CO. Voor. RoHS Conform. Lees voor het in bedrijf stellen eerst deze gebruiksaanwijzing aandachtig door.

2.Verwijder de verpakking en transport tape van de binnen-unit. Gebruik geen agressieve schoonmaakmiddelen om taperesten te verwijderen.

HSClimate. Airconditioning Eenvoudig Commercieel / PAC Units Kanaalmodellen 2015 AIRCONDITIONER COLLECTIE KOELEN EN COMFORT

Montage-instructie. Screens. V599 Ritz V599R Ritz V599 Ritz XL

MaxiCool Montagetips

MONTAGEHANDLEIDING. Kit met 2-wegafsluiter/kit met 3-wegafsluiter voor ventilatorconvectoren EKMV2C09B7 EKMV3C09B7

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies

Opmerkingen. Installatievoorbereiding. De vaatwasmachine aanzetten

AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE

1. LET VOOR DE VEILIGHEID OP DE VOL- GENDE PUNTEN 2. BEPALEN VAN DE INSTALLATIEPLAATS. MS-GD80VB MSH-GD80VB Series INSTALLATIE-AANWIJZINGEN

MONTAGEHANDLEIDING. Kit met digitale manometer BHGP26A1

modulair vrf 2-pijps of 3-pijps fsxnse (standaard) en fsxnpe (hoogefficiënt) modulair vrf eigenschappen en voordelen set free

BES External Signaling Device

Montagehandleiding: Rolluiken

Montage-instructie Rolluik

INHOUD. CE Verklaring van Overeenstemming 8. 2

MONTAGEHANDLEIDING. Sierpaneel BYCQ140D7W1 BYCQ140D7W1W

Algemene veiligheidsmaatregelen Nederlands

Montagehandleiding voor wasbak Oblong en Cuboid Type: wandmontage voor een holle wand

Algemene veiligheidsmaatregelen Nederlands

MINI-WASMACHINE. Cat. Nr.: BEDIENINGSHANDLEIDING

Algemene veiligheidsmaatregelen Nederlands

TM-WBP HANDLEIDING. TM-WBP_manual_nl_v2.doc

GEBRUIKSAANWIJZING EIGENSCHAPPEN VOOR HET GEBRUIK

ilmo 50 WT Ref B

OPERATION MANUAL. SYSTEM Inverter Air Conditioners FXAQ15PAV1 FXAQ20PAV1 FXAQ25PAV1 FXAQ32PAV1 FXAQ40PAV1 FXAQ50PAV1 FXAQ63PAV1

Montage-instructie. Rolpoort. RV55 - RV77 - Vision Door

Facilitair BV. Pulpmatic Vermaler. Installatie handleiding. QRS Facilitair Randmeer JW Oss. T: E:

Montage-instructie Rolluik

GEBRUIKSAANWIJZING (NL)

Bestnr Toerentalregelaar voor ventilator

Gebruikershandleiding

ELEKTRO-EINBAUMODUL (Cerankochplatte)

Gebruiks- en onderhoudsaanwijzing- NL

HP Power Distribution Rack

Lumination TM LED-verlichting (BL-serie Optie ononderbroken bedrading)

CEEPEE 15 K / G / M. Montagevoorschrift condenswaterpomp

Montage-instructie. Ritzscreen V599R V599 XL

Gebruikershandleiding Free Match

RAP3. Leidingspanning Vac 230 Motorvoeding Vdc 24 Max. stroomafname A 6 Max. opgenomen vermogen VA 180 Nominale koppel danm 26 Openingstijd sec. 2.

Wandmontagekit. Voor gebruik met de vrijstaande serie kachels van Elise. Installatie-Instructies en Onderhoud. Voor gebruik in NL (Nederland)

Montage-instructie. Ritzscreen V540 V599 V599R V599 L V599 XL

Montage-instructie. Screens. V599R Ritz V599 Ritz XL

Gumax Terrasverwarmer

MONTAGETIPS BIJ KAYSUN AIRCONDITIONING

Installatie & Onderhoudsinstructies

Dealerhandleiding. WEG MTB Trekking. Stads-toer/ comfort-fiets. Schakelversteller METREA SL-U5000

Installatiehandleiding

Eigenschappen. Afstandsbediening en buitenunit. Auto Change over. Micro Plasma Ion. Stiller dan in een leeszaal

Montagehandleiding voor wasbak Oblong en Cuboid Type: wandmontage voor een metselwerk- of betonmuur

TM-WB HANDLEIDING. TM-WB_manual_nl_v1

Montagehandleiding voor Squarish Type: wandmontage voor een holle wand

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING

1. VOOR HET INSTALLEREN

Installatiegids. AC12i AC18i ACQ12i ACQ18i. Airconditioner

Installatiehandleiding

PDM-8-MB POM (VOEDING OVER MODBUS) Montage & gebruiksvoorschriften

Montage / Gebruikers- handleiding Rolluiken

Garantie- en servicevoorwaarden Focus touch P10

Montage-instructie. Rolluik. RV40 - RV41 ecoline - RV49 Safe

Quick Guide Artel Mono Block schema 1

Draaibare en kantelbare muurbeugel APM-70 INSTALLATIE HANDLEIDING 35 KG

LAADZUIL ELEKTRISCHE MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC laadzuil met plug and play systeem

INSTALLATION MANUAL. R410A Split Series. Models ARKS35CVMB ARXG25CVMB ARKS25CVMB ARXG35CVMB. Installation manual R410A Split series

Gebruikershandleiding Air Trade Centre. ASG/ASOG ASGI/ASOGI

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE

Montage-instructie. Screens V585 V595

Montagehandleiding Knikarmschermen Onlinezonneschermen.nl

Smoke Alarm FERION 4000 O

Montagehandleiding Screens screenstotaalshop.nl 1. Instructie plaatsen screen. 1.1 Aftekenen montage gaten

Quality Heating elektrische vloerverwarmingsfolie

DIGITALE STROOMTANG - KEW SNAP MODEL 2017/2027RMS voor het meten van wisselstroom. Klauwen. Klauwopener. Bereikkeuzeschakelaar. Veiligheidsarmband

ICU - Tube Installatiehandleiding

MONTAGEHANDLEIDING. :metselwerk of beton

Home Control Bewegingsdetector Eerste stappen

GEBRUIKSAANWIJZING 1/8 LUCHTGORDIJN ECONOMIC B

Handleiding. #MAKEITHAPPEN Bewaar deze handleiding als naslag. Handleiding_Douchesets_HaDou-1_v1. Opbouw handdouchesets

ACR-500 AM/FM-wekkerradio

Montage-instructie. Rolpoort RV55 - RV77

GEBRUIKSAANWIJZING (NL)

AC-TRSP-2.7/3.5 SPLIT AIRCONDITIONER INSTALLATIEHANDLEIDING

Installation guide 3-fase railsystems

INSTALLATIE INSTRUCTIES Alleen geschikt als permanente installatie, onderdelen genoemd in de handleiding kunnen niet buiten gemonteerd worden.

Handleiding. Voor Luxe RGB accent pakketten

Lumination LED-lamp. GE Lighting Solutions. Installatiehandleiding. Hangende LED-eenheid (serie EP14) Kenmerken

OPERATION MANUAL. Air Conditioners FXAQ20PV1 FXAQ25PV1 FXAQ32PV1 FXAQ40PV1 FXAQ50PV1 FXAQ63PV1. MODELS Wall-mounted type. English. Deutsch.

ALVORENS DE KOOKPLAAT TE GEBRUIKEN Blz. 19. ADVIEZEN VOOR MILIEUBESCHERMING Blz. 19. WAARSCHUWINGEN EN ALGEMENE WENKEN Blz. 19

TM-1200 FP HANDLEIDING

Transcriptie:

GEBRUIKS- EN INSTALLATIE-INSTRUCTIES TYPE AMW2 Dank u voor het kopen van deze airconditioner. Lees deze gebruiks- en installatie-instructies zorgvuldig door voordat u dit apparaat gaat installeren en gebruiken en bewaar deze handleiding voor later gebruik.

Buitenunit: AMW3-24U4SKC AMW4-28U4SKC AMW4-28U2SAC AMW4-28U4SAC AMW4-36U4SAC AMW4-36U2SAC AMW3-24U4SAD1 AMW4-28U4SAD1 AMW4-36U4SAD1 INHOUD Om veiligheidsredenen moet het volgende altijd in acht worden genomen...02 Installatieschema & accessoires...04 Selecteren van de plaats van installatie...05 Installatie buitenunit...05 Aansluitingen binnen-/buitenunits afronden en testen...10 Stroomdiagram koelmiddel...13 01

1. OM VEILIGHEIDSREDENEN MOET HET VOLGENDE ALTIJD IN ACHT WORDEN GENOMEN Zorg ervoor dat elektrische aansluiting van de airconditioner op een aparte groep is aangesloten waarop geen andere apparaten zijn aangesloten. Lees dit hoofdstuk zorgvuldig door, voordat u de airconditioner gaat installeren. Zorg ervoor dat u de aangegeven waarschuwingen opvolgt, omdat deze belangrijke zaken met betrekking tot veiligheid bevatten. De aanwijzingen en hun betekenis is als volgt: WAARSCHUWING: Kan overlijden, ernstig letsel, enz. tot gevolg hebben. VOORZICHTIG: Kan onder bepaalde omstandigheden en bij verkeerde bediening ernstig letsel tot gevolg hebben. Bewaar na het lezen deze handleiding samen met het INSTRUCTIEBOEK op een handige plaats in de buurt van het apparaat. WAARSCHUWING Installeer de unit niet zelf (klant). Een ondeugdelijke installatie kan letsel veroorzaken door brand, elektrische schokken, het omvallen van de unit of waterlekkage. Raadpleeg de dealer waarvan de unit gekocht is of een gespecialiseerde installateur. Installeer de unit zorgvuldig op een plaats die het totale gewicht van de unit kan dragen. Als de unit wordt geïnstalleerd op een onvoldoende draagkrachtige plaats, kan deze vallen en letsel veroorzaken. Gebruik de voorgeschreven bedrading om de binnen- en buitenunits veilig op elkaar aan te sluiten en bevestig de bedrading stevig op het aansluitblok van de verschillende delen, zodat er geen spanning op de buitenzijde van het apparaat komt te staan. Een ondeugdelijke aansluiting of bevestiging kan brand veroorzaken. Breng geen tussenliggende verbindingen aan in de voedingskabel of de aansluitkabel en sluit niet te veel units aan op één groep. Dit kan brand of elektrische schokken veroorzaken door defecte aansluitingen of isolatie, overschrijding van het toelaatbare vermogen, enz. Controleer goed dat er geen koelgas lekt nadat de installatie gereed is. Als er binnen koelgas lekt en dit in contact komt met vuur van een ventilatorverwarmer, een ruimteverwarmer, oven, e.d. komen er schadelijke stoffen vrij. Voer de installatie veilig uit overeenkomstig deze installatiehandleiding. Een ondeugdelijke installatie kan persoonlijk letsel veroorzaken door brand, elektrische schokken, het omvallen van de unit of waterlekkage. Voer de elektrische installatie uit volgens deze installatiehandleiding en zorg ervoor een aparte groep te gebruiken. Als de capaciteit van de stroomkring onvoldoende is of het elektrische werk is ondeugdelijk uitgevoerd, dan kan dit brand of elektrische schokken tot gevolg hebben. 02

Bevestig de afdekkap van de elektra van de binnenunit en het onderhoudspaneel van de buitenunit zorgvuldig. Als de afdekkap van de elektra van de binnenunit en/of het onderhoudspaneel van de buitenunit niet zorgvuldig is bevestigd, kan dit door stof, water, e.d. brand of elektrische schokken tot gevolg hebben. Zorg ervoor dat tijdens het installeren van de elektronische besturingskaart binnen of de bedrading, de stroom is uitgeschakeld. Dit kan een elektrische schok tot gevolg hebben. Het toestel moet worden geïnstalleerd volgens de nationale voorschriften voor bedrading. Zorg ervoor dat bij installatie of verplaatsing van de unit er geen andere stoffen dan het voorgeschreven koelmiddel (R401A) in het koelcircuit terecht komen. De aanwezigheid van ongewenste stoffen zoals lucht, kunnen een abnormale drukstijging of explosie veroorzaken. VOORZICHTIG Zorg voor aarding. Sluit de aarddraad niet aan op een gasleiding, waterleiding, bliksemafleider of aarddraad van telefoon. Een foutieve aarding kan een elektrische schok tot gevolg hebben. Installeer de unit niet op een plaats waar lekkage van ontvlambare gassen kan voorkomen. Als er gas lekt en zich ophoopt in de ruimte rond de unit, kan dit een explosie veroorzaken. Draai de wartelmoeren met een momentsleutel vast, zoals in deze handleiding aangegeven. Als deze te strak worden aangedraaid, kan de wartelmoer na verloop van tijd breken en hierdoor lekkage van koelmiddel optreden. Installeer een aardlekbeveiliging afhankelijk van de plaats van installatie (vochtige plaats). Als er geen aardlekbeveiliging wordt geïnstalleerd, kan dit een elektrische schok veroorzaken. Controleer goed dat er geen koelgas lekt nadat de installatie gereed is. Als er binnen koelgas lekt en dit in contact komt met vuur van een ventilatorverwarmer, een ruimteverwarmer, oven, e.d. komen er schadelijke stoffen vrij. Voer de installatie van afvoeren en leidingwerk veilig uit overeenkomstig deze installatiehandleiding. Als er een defect is in de afvoeren of het leidingwerk kan er water uit de unit lekken waardoor de huisraad nat wordt en beschadigt. 03

2. INSTALLATIESCHEMA & ACCESSOIRES AFVOERLEIDING VOOR BUITENUNIT Breng de afvoerleiding aan voor het aansluiten van de binnen- en buitenunit. (Het is lastig om de afvoermof te installeren als de binnenunit gemonteerd is.) Sluit de afvoerslang aan (verkrijgbaar bij een bouwmarkt, binnendiameter 15 mm) zoals in de afbeelding aangegeven. B: Binnenunit A: Installatieplaat C: Rozet Kit LET OP: Gebruik in een koude omgeving de afvoerbocht niet. Deze kan bevriezen waardoor de ventilator stopt. Afvoerbocht Afvoerslang Meer dan 100 mm Leiding Leidingtape Bevestigingsstrip voor leidingen Bevestigingsschroef Meer dan 100 mm, meer dan 200 mm als er belemmeringen aan beide zijden zijn. In de regel meer dan 500 mm als er geen belemmeringen zijn aan achterzijde, beide zijkanten en aan de bovenzijde. Meer dan 350 mm Afvoerslang 04

3. KIEZEN VAN DE PLAATS VAN INSTALLATIE BUITENUNIT Waar deze niet wordt blootgesteld aan sterke wind. Waar de luchtstroom goed is en weinig stof bevat. Waar deze niet wordt blootgesteld aan regen en direct zonlicht. Waar de buren geen hinder ondervinden door geluid bij werking of hete lucht. Waar een stevige wand of ondersteuning aanwezig is om versterking van geluid en trillingen te voorkomen. Waar er geen gevaar is op de lekkage van brandbaar gas. Waar deze tenminste 3 m verwijderd is van een antenne voor radio of TV. Voor het beïnvloede apparaat kan een versterker nodig zijn. Installeer de unit horizontaal. Installeer de unit niet op een plaats waar sneeuwval of opgewaaide sneeuw invloed kunnen hebben. In gebieden met zware sneeuwval moet een luifel, een sokkel en/of enkele keerschotten worden geïnstalleerd. 4. INSTALLATIE BUITENUNIT VOORZICHTIG Vermijd de volgende plaatsen voor installatie waar zich problemen met de airconditioner kunnen voordoen. Waar er veel machineolie aanwezig is. Zoute plekken zoals langs de zeekant. Waar zwavelgassen voorkomen zoals een heetwaterbron. Waar er hoog-frequente of draadloze apparatuur aanwezig is. LET OP: Als de airconditioner bij lage buitentemperaturen moet werken, zorg dan dat de hieronder beschreven aanwijzingen worden opgevolgd. Installeer de buitenunit nooit op een plaats waar de kant van de luchtinlaat/uitlaat direct aan de wind wordt blootgesteld. Installeer de buitenunit met de luchtinlaatzijde naar de muur gericht om blootstelling aan de wind te voorkomen. Het is aanbevolen om een keerschot te installeren voor de luchtuitlaatzijde van de buitenunit om blootstelling aan de wind te voorkomen. 05

4-1 BENODIGDE VRIJE RUIMTE ROND DE BUITENUNIT (in mm) BELEMMERINGEN Als er zich belemmeringen rond de buitenunit bevinden, moeten de afstanden van deze belemmeringen tot de buitenunit zijn zoals in de afbeeldingen hieronder is aangegeven. (1) Belemmering over de bovenzijde. 500 of meer 100 of meer (2) Belemmeringen in drie richtingen (bovenzijde is open). 200 of meer (3) Alleen aan de voorzijde (uitblaas) een belemmering. In dit geval moeten de achterzijde, beide zijkanten en de bovenzijde open zijn. (4) Alleen aan de voor- en achterzijde een belemmering. De unit kan worden gebruikt met een geleider voor de uitgeblazen lucht (beide zijkanten en de bovenzijde zijn open). 100 of meer 500 of meer 500 of meer 100 of meer 350 of meer Geleider voor uitgeblazen lucht (5) Ruimte voor onderhoud Houd de ruimte voor onderhoud aan zoals aangegeven in de afbeelding hieronder. Ruimte voor onderhoud 100 of meer 500 of meer 100 of meer 500 of meer 350 of meer 06

Bij installatie van de unit in een aan vier zijden gesloten ruimte zoals een balkon, moet zoals aangegeven een afstand van meer dan 200 mm achter de unit worden aangehouden. Als er onvoldoende luchtstroming of de mogelijkheid van kortsluiting van lucht is, moet een geleider voor uitgeblazen lucht worden geïnstalleerd en voldoende ruimte worden gehouden achter de luchtinlaat. LET OP: Installeer nooit meerdere buitenunits zijdelings geplaatst naast elkaar. Meer dan 100 mm Raamkozijn Meer dan 100 mm Meer dan 100 mm Meer dan 200 mm Meer dan 350 mm Gebruik in een koude omgeving de afvoeraansluiting niet. Deze kan bevriezen waardoor de ventilator stopt. 4.4 AANSLUITING BEDRADING EN VOEDINGSKABEL VAN BUITENUNITS WAARSCHUWING Zorg ervoor dat de voedingskabel naar de airconditioner voldoet aan de specificaties in de tabel hieronder en de "technische normen voor elektrische installaties". Zorg ervoor dat voor de airconditioner een aparte groep wordt gebruikt. Maak de aansluiting op een stroomschakelaar met een contactopening van 3 mm of meer en zet deze uit om de hoofdvoeding te onderbreken. Als de stroomschakelaar uitgezet is, moeten alle fasen zijn onderbroken. Ingangscapaciteit hoofdschakelaar / zekering: 20 A Minder dan 1.200 mm van de voorgevel Specificatie voedingskabel 3-aderige kabel 2,5 mm 2, overeenkomstig de norm 245 IEC 57 4-2 INSTALLATIE VAN DE UNIT Zet bij de installatie de poten van de unit vast met bouten. Zorg ervoor dat de unit stevig geïnstalleerd wordt, zodat deze niet omvalt door een aardbeving of windstoten. 4-3 MONTAGE VAN DE AFVOERAANSLUITING Voer het leidingwerk van de afvoer zo uit dat vanaf één plaats wordt afgevoerd. Specificatie bedrading aansluiting binnen en buiten WAARSCHUWING 4-aderige kabel 0,75 mm 2, overeenkomstig de norm 245 IEC 57 Monteer een aardlekbeveiliging in overeenstemming met uw installatie. Als er geen beveiliging is gemonteerd is er een risico op elektrische schokken. 07

4-5 SCHEMA ELEKTRISCHE BEDRADING BINNENUNIT A BINNENUNIT B LET OP: Bedradingsschema voor multi-split en elke gewone binnenunit. GE/GR BR BL ZW GE/GR BR BL ZW BINNENUNIT 0 0 BR BL ZW GE/GR GE/GR BR BL ZW GE/GR BR BL ZW aansluitpaneel voeding 1 (L ) 2(N ) 3 ( ) 1 (L ) 2(N ) 3 ( ) aansluitblok paneel A aansluitblok paneel B GE/GR BR BL ZW GE/GR BUITENUNIT Multi-Split buitenunit Naar de voeding 08

WAARSCHUWING Zorg ervoor dat de installatie voldoet aan de "technische normen voor elektrische installaties", volg deze handleiding en gebruik een aparte groep voor de elektrische installatie. Als er te weinig capaciteit is voor de groep of een tekortkoming in de installatie, is er een risico op elektrische schokken. Er kan overspanning optreden, ook voor de gelijkstroom-onderdelen. Zorg ervoor het juiste type overspanningsbeveiliging te kiezen. aansluitpaneel voeding Voedingskabel 1(L) 2(N) 3 Naar binnenunit A 1(L) 2(N) 4(SI)1(L) 2(N) 4(SI) Naar binnenunit B 1. Verwijder de schroef van de afdekkap van het aansluitblok. 2. Sluit de bedrading en voedingskabel aan op het aansluitblok. 3. Breng de afdekkap weer zorgvuldig aan. Kabelklem WAARSCHUWING Zorg ervoor dat de afdekkap van het ventiel in de buitenunit zorgvuldig is bevestigd, anders kan het door stof of water brand of elektrische schokken tot gevolg hebben. Gebruik voor de aansluiting van binnen- en buitenunit bedrading die voldoet aan de normen en bevestig deze zorgvuldig op het aansluitblok, zodat er geen kracht wordt uitgeoefend op het aansluitblok en het betreffende apparaat. Ondeugdelijke aansluiting of bevestiging van de bedrading kan brand tot gevolg hebben. Zorg ervoor dat de afdekkap van het aansluitblok op binnen- en buitenunit zijn bevestigd. Als deze niet juist is bevestigd, is er een risico op brand of elektrische schokken door het binnendringen van stof of water. Zorg ervoor dat de voedingskabel geschikt is voor een stroomsterkte van 20 A of meer, anders kan dit brand veroorzaken. 09 aansluitblok paneel A aansluitblok paneel B

5. AANSLUITINGEN BINNEN-/BUITENUNITS AFWERKEN EN TESTEN 5.1 FLARE-VERBINDING Beperking Leidinglengte per binnenunit Totale leidinglengte voor multi-systeem Hoogteverschil (Bi ~ Bu) Hoogteverschil (Bi ~ Bi) Type 20 m* 40 m 10 m 7,5 m Aanpassing koelmiddel: Als de totale leidinglengte meer dan 15 m is, moet er koelmiddel (R410A) worden toegevoegd (de buitenunit is gevuld met koelmiddel voor een totale leidinglengte van maximaal 15 m). LEIDINGLENGTE EN HOOGTEVERSCHIL Leiding lengte Toe te voegen koelmiddel LEIDINGAFMETING Als u gebruik maakt van handelsvoorraad koperen leiding moet voor de specificaties de volgende tabel worden aangehouden. Diameter voor buitenunit Wanddikte Isolatiedikte UNIT A UNIT B Vl. leiding Gasleiding Vl. leiding Gasleiding Max. 15 m Boven 15 m 15 g/m 1 (lengte koelleidingen -15 m) Ø 6,35 mm Ø 9,52 mm Ø 6,35 mm Ø 9,52 mm Geen extra vulling nodig Extra vulling nodig 0,8 mm 0,8 mm 0,8 mm 0,8 mm *Houd de leidinglengte zo kort mogelijk. Bij grotere leidinglengten kan de capaciteit van de binnenunit verminderen. 8 mm 8 mm 8 mm 8 mm VOORZICHTIG Gebruik isolatiemateriaal van de voorgeschreven dikte. Te grote dikte kan een onjuiste installatie veroorzaken en te weinig dikte kan condensatie veroorzaken. 5.1 OPTROMPEN De belangrijkste oorzaak van gaslekkage is een fout in het optrompen. Voer het optrompen juist uit volgens de volgende procedure. 1. Leiding afsnijden Snijd de koperen leiding op de juiste manier af met de pijpsnijder. 2. Verwijderen bramen Verwijder zorgvuldig alle bramen van het snijvlak van de leiding. Houd het uiteinde van de koperen leiding naar beneden om te voorkomen dat bramen in de leiding vallen. 3. Steek de moer op de leiding Neem de wartelmoeren die aan de binnen- en buitenunits zijn bevestigd en steek ze op de leiding, nadat alle bramen zijn verwijderd. (Na het optrompen is dit niet meer mogelijk.) De wartelmoer voor een R410A-leiding kan verschillen van een R22-leiding, afhankelijk van de diameter van de leiding. 4. Optrompen Voer het optrompen uit met gereedschap zoals hieronder aangegeven. Buitendiameter Flare-gereedschap voor R410A klem-type A (mm) Normaal flare-gereedschap Klem-type Vleugelmoertype Ø 6,35 mm 0 tot 0,5 1,0 tot 1,5 1,5 tot 2,0 Ø 9,52 mm 0 tot 0,5 1,0 tot 1,5 1,5 tot 2,0 Ø 12,7 mm 0 tot 0,5 1,0 tot 1,5 2,0 tot 2,5 Ø 15,88 mm 0 tot 0,5 1,0 tot 1,5 -- 10

Houd de koperen leiding stevig vast in de mal met afmetingen zoals hierboven aangegeven. 5. Controle Vergelijk het optrompen met de afbeelding hieronder. Als de optromping niet goed gemaakt is, snijd dan het opgetrompte deel eraf en voer het opnieuw uit. Bramen Flare-gereedschap Goed o 90 Koperen leiding Ruimer Klem-type Pijpsnijder Niet goed Schuin Ongelijk Vleugelmoer-type Bramen Wartelmoer Koperen leiding Binnenzijde glanzend zonder krassen Rondom glad Juk Mal Mal Koperen leiding Wartelmoer Koperen leiding 5-3 LEIDINGAANSLUITING LET OP: Draai de wartelmoer met een momentsleutel vast, zoals in de tabel hieronder aangegeven. Als deze te strak wordt aangedraaid, kan de wartelmoer na verloop van tijd breken en hierdoor lekkage van koelmiddel optreden. 1. Aansluiting binnenunit Sluit zowel de vloeistofleiding als de gasleiding aan op de binnenunit. - Breng een beetje koelolie aan op het oppervlak van de leiding dat ingeschoven wordt. - Breng voor de aansluiting het midden van beide leidingen op één lijn en schuif ze in elkaar, draai dan de eerste 3-4 slagen van de wartelmoer met de hand aan. - Gebruik voor de bevestiging van de aansluiting op de binnenunit de tabel hieronder als norm en draai de wartelmoer vast met 2 sleutels. Te strak vastdraaien beschadigt het opgetrompte deel. Leiding Aandraaimoment diameter N m Kgf cm Ø 6,35 mm 13,7 tot 17,7 140 tot 180 Ø 9,52 mm 34,3 tot 41,2 350 tot 420 Ø 12,7 mm 49,0 tot 56,4 500 tot 575 Ø 15,88 mm 73,5 tot 78,4 750 tot 800 2. Aansluiting buitenunit Sluit de leiding aan op het verbindingsdeel van de afsluiter op dezelfde manier als bij de binnenunit. Gebruik voor de bevestiging hetzelfde aandraaimoment als voor de binnenunit en draai de wartelmoer vast met momentsleutel of steeksleutel. 11

ISOLEREN EN TAPEN Leg over de verbindingen van de leidingen een afdekking. Isoleer alle leidingen inclusief de ventielen aan de zijde van de buitenunit. Gebruik leidingtape voor het tapen vanaf de plaats waar de leidingen in de buitenunit binnenkomen. - Bevestig het einde van de tape met zelfklevend tape. - Als de leidingen boven een plafond, een kast of een ruimte met hoge temperatuur en vochtigheid moeten lopen, moet aanvullende isolatie worden aangebracht om condens te vermijden. 5-4 ONTLUCHTINGSPROCEDURE LEKKAGETEST 1. Ontluchtingsprocedure (1) Sluit de koelleidingen (zowel vloeistofleiding als gasleiding) aan tussen de binnen- en de buitenunit. (2) Verwijder de afdekkap van de service-aansluiting op de afsluiter in de gasleiding aan de zijde van de buitenunit. (De afsluiter werkt niet in de staat waarin deze uit de fabriek komt [geheel gesloten met afdekkap].) (3) Sluit de manometerset en de vacuümpomp aan op de serviceaansluiting op de afsluiter in de gasleiding aan de zijde van de buitenunit. (4) Zet de vacuümpomp aan. Vacumeer gedurende meer dan 15 minuten. (5 Controleer het vacuüm met de manometer en sluit vervolgens het ventiel en stop de vacuümpomp. (6 Laat het zo één tot twee minuten staan. Controleer dat de wijzer van de manometer in dezelfde positie blijft staan. Bevestig dat de manometer een druk aangeeft van -0,101 MPa of -760 mhg. (7 Verwijder de manometerset van de service-aansluiting van de afsluiter. (8 Zet nadat alle koelleidingen zijn aangesloten en vacuüm gezogen, alle afsluiters aan beide zijden van de gasleiding en de vloeistofleiding volledig open. (9 Bij een leidinglengte van maximaal 15 m hoeft niet te worden bijgevuld. Bij leidinglengten van meer dan 15 m moet de voorgeschreven hoeveelheid koelmiddel worden bijgevuld. (10 Bevestig de afdekkap weer op de service-aansluiting in de oorspronkelijke toestand. (11) Draai de kap vast. (12) Lekkagetest. LET OP: Elke set leidingen moet afzonderlijk worden ontlucht. -0,101 MPa (-760 mmhg) Hendel laag Kijkglas Adapter om terugstroming tegen te gaan. Samengestelde drukmeter (voor R410A) Drukmeter (voor R410A) Manometerset (voor R410A) Hendel hoog Vulslang (Of een vacuümpomp met een functie tegen terugstroming) 12

6. STROOMDIAGRAM KOELMIDDEL BINNENUNIT BUITENUNIT UNIT A UNIT B 4-WEGKLEP WARMTEWISSELAAR-A BINNEN WARMTEWISSELAAR-B BINNEN ACCUMULATOR COMPRESSOR WARMTEWISSELAAR BUITEN UNIT B UNIT A EEV B EEV A FILTER Koelcircuit Verwarmingscircuit 13

VERPAKKINGSLIJST Buitenunit No. NAAM AANTAL 1. 2. 3. Buitenunit Afvoerbocht* Handleiding HET SYMBOOL * GEEFT EEN ONDERDEEL AAN DAT AFZONDERLIJK MOET WORDEN GEKOCHT. 1 1 1 Juiste verwijdering van dit product. Deze aanduiding geeft aan dat dit product niet ongecontroleerd mag worden verwijderd waardoor schade aan het milieu of gezondheid ontstaat. Recycle het op een verantwoordelijke manier en bevorder het duurzame hergebruik van materialen. Lever het gebruikte apparaat in door gebruik te maken van de retour- en inzamelingssystemen of neem contact op met de dealer waar het product is gekocht. Zij kunnen dit product op een milieuvriendelijke manier recyclen. HSClimate Solutions B.V. Exclusief Hisense Importeur Benelux HS Climate Solutions B.V. Carneool 400 3316 KC Dordrecht t. 088-4355450 f. 088-4355451 e. info@hs-cs.nl w. www.hs-cs.nl KvK nr. 60753986 IBAN nr. NL92ABNA0443804362 BTW nr. NL854044954B01 Het ontwerp en de specificaties kunnen zonder nadere aankondiging worden gewijzigd. Afbeeldingen en schema's zijn uitsluitend ter informatie en kunnen zonder nadere aankondiging worden gewijzigd. Versienummer 20150101-NL