Toets flora en fauna Wevershof 12a te Nistelrode

Vergelijkbare documenten
Toets flora en fauna Kolping te Nijmegen

Toets flora en fauna President Verhofstadtstraat Groeskuilenstraat en Virmundtstraat te Gemert

Toets flora en fauna Molenstraat 59c te Gemert

Toets flora en fauna Herinrichting locatie Spreeuwenstraat 11 te Nijmegen

Toets flora en fauna Pandelaar 4 te Gemert

Toets flora en fauna Tempeliersweg 46 te Haaren

Toets flora en fauna Dorpsstraat 52 te Loosbroek

Toets flora en fauna Heuvel te Gemert

Toets flora en fauna. 1 Inleiding. 2 Wettelijk kader. Dreef 8 te Eersel

Toets flora en fauna Den Hoek 1 te Cromvoirt

Toets flora en fauna. 1 Inleiding. 2 Wettelijk kader. Heikampseweg 28 De Mortel

Toets flora en fauna. 1 Inleiding. 2 Wettelijk kader. Deel 54 Gemert

Toets flora en fauna Klantstraat 12 te Uden, Staro te Gemert, 13 december 2016, projectnummer

Toets flora en fauna. 1 Inleiding. 2 Wettelijk kader. Pastoor Attendorenstraat Gemert

Bureaustudie natuurwaarden Nijverheidstraat te Nederhemert

Toets flora en fauna Locatie Campagne, Medoclaan te Maastricht

Toets flora en fauna. 1 Inleiding. 2 Wettelijk kader. Terrein Fitland te Gemert

V&V. Toets flora en fauna Heilaardreef 21 te Breda. Bijlage 24 bij besluit 2016/0617-V1. 1 Inleiding. 2 Wettelijk kader

Toets flora en fauna Oude Tilburgsebaan te Dorst

Toets flora en fauna Oudestraat 8-10 Gemert

Toets flora en fauna Stal Frontera te Ammerzoden

Toets flora en fauna Orthen 53a te s-hertogenbosch

Toets flora en fauna Doonheide 34-34a te Gemert

Toets flora en fauna Lodderdijk 23 te Gemert

Update quickscan natuurwaarden Hoge Wei te Oosterhout

Actualisatie Toets flora en fauna Terrein Fitland te Gemert

MEMO. Vleermuizen Sportlaan 2 4 te Gemert

Toets flora en fauna Alde Biezenstraat te Gemert

Toetsing Flora- en faunawet voor de sloop van een kerk te Noardburgum.

Aanvullend natuuronderzoek locatie Nieuweweg / Parklaan te Hattem

: dhr. C. Brouwer / cob@idds.nl : Resultaten ecologisch onderzoek De Heyderweg 1 te Leiden

Quickscan flora en fauna. Julianastraat/Kruisstraat te Kerkdriel. Rapportnummer a.

NATUURTOETS LANGE WEMEN HENGELO VERVOLGONDERZOEK GEMEENTE HENGELO

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

Aanvulling quickscan flora en fauna Achthovenerweg 41 a/b te Leiderdorp

Quickscan Spechtstraat, aanleg park De Kraaij

Quickscan FF-wet voor ontwikkelingen aan Wedderstraat 18 te Vlagtwedde.

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Quickscan Flora- en faunawet voor een wijziging in het bestemmingsplan aan Hoofdweg 8-12 te Klijndijk.

Quickscan samenvatting natuurtoets Sint Nicolaasdijk 153, Kampen

Quickscan Twin Towers. Zuidas - project CRI

QUICKSCAN FLORA & FAUNA CATHARIJNESTEEG 10 BARNEVELD ADVISEUR HENK JANSEN VERSIE 1.0

Beverwijkerstraatweg 44 - Castricum

Quickscan flora en fauna. Deltaweg te Helmond

B i j l a g e 2 : E c o l o g i s c h o n d e r z o e k

Notitie Flora- en faunaonderzoek Apeldoorn

: QuickScan Flora & Fauna Meijelseweg 60a te Beringe, gemeente Peel en Maas

6 Flora- en fauna quickscan

Quickscan flora en fauna. Gekvoortsestraat 7 te Herveld Rapportnummer

Toetsing beschermde natuurwaarden project herinrichting Valkhofpark, Nijmegen

Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter

Saksen Weimar fase 5 en verder Ecologische check

Notitie flora en fauna

Notitie verkennend Flora- en faunaonderzoek Lettele

Samenvatting quickscan natuurtoets

Project Status Datum. Sloop en nieuwbouw locatie Emmaschool concept 14 januari Auteur Veldonderzoek Projectcode

Quickscan Natuurwaarden. Vrouwboomweg te Horst. Rapportnummer

Aanvullend natuuronderzoek voormalig Zoutdepot Breukelen

Quickscan Natuurwaarden. Bredasebaan 8 te Bladel Rapportnummer

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg

Quickscan samenvatting Flora- en faunawet Van Zuylenlaan 9, Hoevelaken

Toetsing beschermde natuurwaarden project Synthon

Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt

Quickscan flora en fauna aanpassen bestemmingsplan sportaccommodatie Bavoortseweg 27 Leusden

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

Quick-scan Inrichting Van Wijk Valkenswaard

Quickscan Natuurwaarden. Komweg te Gemert. Rapportnummer c.

Quickscan FF-wet voor sloop van zorgcentrum De Molenhof te Havelte.

Verkennend natuuronderzoek locatie Loostraat 55a/57 Huissen

Buro Maerlant. Veldhoven Zandoerleseweg. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g

Quickscan Flora- en Faunawet. t.b.v. sloop Opstallen. Oude Maasstraat 18 gemeente Uden

Buro Maerlant. Gemert Heuvel 21. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g

Notitie quickscan Flora en fauna

Resultaten soortenonderzoek

Quickscan flora en fauna. De Wind 7 te Gemert. Rapportnummer

Quickscan samenvatting Stephensonstraat Harderwijk

Verkennend natuuronderzoek Parklaan / Nieuweweg te Hattem

Quickscan natuur Mauritslaan Werkhoven

Quick scan natuurtoets KuiperCompagnons d.d. 30 november Soortenbescherming

Quickscan flora en fauna. Rijksweg 111B Te Rijen. Rapportnummer

Ecologische Quickscan Beethoven 2de fase

Toetsing Flora- en faunawet voor de sloop van opstallen aan de Meerboomweg Zuid 11a in Hollandscheveld

Notitie Flora en faunawet bestemmingsplan Centrum Best; Locatie ten noorden van begraafplaats

Sloop van schuren aan de Slootgaardweg 6 in Waarland

Quickscan natuuronderzoek en aanvullende rapportage verbouwing monumentaalpand Lammerinkweg 102 Enschede

Quickscan Natuurwaarden. Onze Lieve Vrouwstraat te Handel Rapportnummer

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

Quickscan flora en fauna. Hoogstraat / t Dorp te Heesch

Faunaconsult. Flora- en fauna-inspectie locatie Kerkplein 8 te Mesch door: ir. Hans Hovens, Faunaconsult in opdracht van: L.

Buro Maerlant. Rotterdam Marinestraat. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g

Quickscan samenvatting Flora- en faunawet bomen Hoofdweg, Harderwijk

Flora- en faunascan voor de bouw van een woning aan de Bolenbergweg te Belfeld

Quickscan Flora- en faunawet ten behoeve van de bouw van een ambulancepost te Quatrebras.

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet.

Buro Maerlant. Groesbeek Cranenburgsestraat. Aanvullende notitie in het kader van de Flora- en faunawet

Quickscan flora en fauna. Teisterbandstraat 33 te Kerkdriel Rapportnummer

Verkennend natuuronderzoek locatie tennisvereniging Beukersweide te Wierden

Quickscan Natuurwaarden.

Project Status Datum. Rood voor Rood Duivendansweg 10 definitief 24 maart Auteur Veldonderzoek Projectcode

Transcriptie:

Toets flora en fauna Wevershof 12a te Nistelrode Datum : 27 januari 2015 Projectnummer : 15-0022 Opdrachtgever : Geling Advies BV Postbus 12 5845 ZG Sint Anthonis 1 Inleiding 1.1 Aanleiding In verband met de voorgenomen herontwikkeling van het pand op de locaties Wevershof 12a te Nistelrode is het noodzakelijk een toetsing aan de Flora- en faunawet uit te voeren. De voorgenomen herontwikkeling betreft de verbouwing van het pand tot acht studiowoningen. Ten behoeve van de planologische procedure is het nodig te onderzoeken of er beschermde planten en/of dieren op de locatie aanwezig zijn en op welke wijze de werkzaamheden hierop effect hebben. 1.2 Doel Doel van het onderliggende onderzoek is te bepalen of de wijzigingen binnen het plangebied mogelijk leiden tot overtreding van de Flora- en faunawet. Het in deze rapportage beschreven onderzoek heeft tot doel het vaststellen van de (mogelijke) aanwezigheid van beschermde soorten die zijn opgenomen in de tabellen van beschermde flora en fauna in het kader van de Flora- en faunawet. Op basis van dit onderzoek kan worden vastgesteld welke maatregelen getroffen en vervolgstappen genomen dienen te worden om te voorkomen dat in strijd met de Flora- en faunawet wordt gehandeld. 2 Wettelijk kader In Nederland is de bescherming van natuurwaarden in twee wetten geregeld. Soortbescherming is geregeld in de Flora- en faunawet. Gebiedsbescherming is vastgelegd in de Natuurbeschermingswet 1998 en in het beleid voor de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Deze toets flora en fauna is gericht op soortbescherming. Vanwege de ligging van het plangebied en de lokale aard van de voorgenomen plannen is gebiedsbescherming niet van toepassing. De Natuurbeschermingswet en het beleid voor de EHS worden daarom buiten beschouwing gelaten. 2.1 Flora- en faunawet De Flora- en faunawet beschermt soorten, niet individuele planten of dieren, om te voorkomen dat het voortbestaan van de soort in gevaar komt. Doelstelling van de Flora- en faunawet is de bescherming en het behoud van in het wild levende plant- en diersoorten. Het uitgangspunt van de wet is het Nee, tenzij principe. Dit betekent dat geen schade mag worden gedaan aan beschermde dieren of planten, tenzij dit uitdrukkelijk is toegestaan.

In de Flora- en faunawet geldt een verbod op activiteiten met een schadelijk effect op beschermde soorten. De bescherming van soorten is geregeld middels een aantal verbodsbepalingen. In dit geval zijn vooral artikel 8 tot en met 12 van belang. Artikel 8: Het is verboden beschermde planten te plukken, te verzamelen, af te snijden, uit te steken, te vernielen, te beschadigen, te ontwortelen of op enigerlei andere wijze van hun groeiplaats te verwijderen. Artikel 9: Het is verboden beschermde dieren te doden, te verwonden, te vangen, te bemachtigen of met het oog daarop op te sporen. Artikel 10: Het is verboden beschermde dieren opzettelijk te verontrusten. Artikel 11: Het is verboden nesten, holen of andere voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van beschermde dieren te beschadigen, te vernielen, uit te halen, weg te nemen of te verstoren. Artikel 12: Het is verboden eieren van beschermde dieren te zoeken, te rapen, uit het nest te nemen, te beschadigen of te vernielen. De Flora- en faunawet beschermt alle inheemse zoogdieren (op de huismuis, de bruine rat en de zwarte rat na), vogels, reptielen en amfibieën. Bij de vissen, ongewervelde dieren en planten zijn alleen die soorten beschermd die als zodanig in de wet zijn aangewezen. Alle beschermde soorten, met uitzondering van de vogels, staan in de tabellen 1, 2 en 3 van de Flora- en faunawet. Tabel 1: Algemene soorten Dit betreft soorten waarvoor in het geval van bestendig beheer en onderhoud, bestendig gebruik of ruimtelijke ontwikkelingen een algehele vrijstelling geldt van de verbodsbepalingen artikel 8 tot en met 12 van de Flora- en faunawet. Tabel 2: Overige soorten Dit betreft zeldzame en veelal bedreigde soorten. Voor deze soorten wordt in het geval van bestendig beheer en onderhoud, bestendig gebruik of ruimtelijke ontwikkelingen een vrijstelling verleend voor de verbodsbepalingen artikel 8 tot en met 12 van de Flora- en faunawet, mits de activiteiten uitgevoerd worden op basis van een door de minister van Economische Zaken (EZ) goedgekeurde gedragscode. Wanneer geen gedragscode wordt gevolgd, is bij werkzaamheden in het kader van ruimtelijke ontwikkelingen een ontheffing nodig. Tabel 3: Strikt beschermde soorten Onder deze tabel vallen onder andere de soorten die beschermd zijn volgens de Europese Habitatrichtlijn. Voor activiteiten in het kader van ruimtelijke ontwikkelingen geldt voor deze soorten geen vrijstelling, hiervoor moet dus een ontheffing aangevraagd worden. Vogels en hun nesten mogen tijdens het broeden niet worden verstoord. Daarnaast bestaat er een lijst van het ministerie van EZ waarop de vogels zijn opgenomen waarvan het nest jaarrond beschermd is. Voor alle in het wild levende planten en dieren, ook niet beschermde soorten, kent de Flora- en faunawet een zorgplicht. Deze zorgplicht (artikel 2 Flora- en faunawet) houdt in dat planten en dieren niet onnodig vernield/gedood of verstoord mogen worden. Dit betekent dat handelingen (of het nalaten hiervan) waarvan men weet, of redelijkerwijs kan vermoeden, dat ze nadelig zijn voor planten en/of dieren, niet mogen worden uitgevoerd. De zorgplicht is altijd van toepassing, ongeacht vrijstelling of ontheffing. 2 van 8

3 Plangebied en werkzaamheden Het plangebied bestaat uit het pand met adres Wevershof 12a te Nistelrode. Het pand ligt in de bebouwde kom. Rond het pand staan enkele struiken en ligt een gazon. Het dak van het pand is bedekt met dakpannen. In figuur 1 is de ligging van het plangebied binnen Nistelrode weergegeven. In figuur 2 wordt ingezoomd op het pand en de directe omgeving. Op de volgende pagina staan enkele foto s van het plangebied. De voorgenomen plannen bestaan uit het herontwikkelen van het pand tot een woonbestemming. In het pand komen acht studiowoningen. Om dit te kunnen realiseren zal het dak vernieuwd worden. Het bestaande dak zal vervangen worden door een nieuw dak dat meer volume heeft. Aan de onderbouw vinden aanpassingen in de gevel plaats, maar deze wordt niet tot de grond toe afgebroken. Figuur 1. Ligging plangebied binnen Nistelrode (bron: Google Earth) 3 van 8

Figuur 2. Plangebied (rood omlijnd) en directe omgeving (bron: Google Earth) Foto 1. Plangebied; te herontwikkelen pand Foto 2. Open stootvoegen in de gevel 4 van 8

Foto 3. Struiken rond het pand 4 Natuurwaarden In het kader van deze toets flora en fauna heeft een bronnenonderzoek plaatsgevonden. Aan de hand van bekende verspreidingsgegevens uit onder andere verspreidingsatlassen is bepaald welke beschermde soorten in de omgeving van het plangebied voorkomen. Daarnaast heeft een veldbezoek plaatsgevonden. Tijdens het veldbezoek zijn alle op de locatie aanwezige biotopen opgenomen. De aanwezigheid van deze biotopen vormt de basis voor de mogelijkheid tot het voorkomen van beschermde soorten. Naast de biotopen zijn directe en indirecte aanwijzingen opgenomen die duiden op het voorkomen van beschermde soorten. De aanwezige biotopen zijn vergeleken met de habitateisen van beschermde plant- en diersoorten. Op basis van expert judgement is beoordeeld welke van deze soorten in het plangebied kunnen voorkomen. Het veldbezoek heeft plaatsgevonden op 26 januari 2015 in de middag. De weersomstandigheden waren als volgt: bewolkt, droog, weinig wind en circa 7 o C. 4.1 Flora Tijdens het veldbezoek zijn geen beschermde plantensoorten aangetroffen. In het plangebied en de directe omgeving zijn alleen algemene plantensoorten en tuinplanten aangetroffen. Vanwege de kenmerken en het gebruik van het plangebied kan het voorkomen van beschermde plantensoorten redelijkerwijs worden uitgesloten. 4.2 Amfibieën Gezien de kenmerken van het plangebied en de ligging binnen de bebouwde kom is het voorkomen van beschermde amfibieën uit FFtabel 2 en 3 redelijkerwijs uit te sluiten. Mogelijk wordt het plangebied en de directe omgeving wel als landhabitat gebruikt door enkele individuen van de algemene soort gewone pad (FFtabel 1). De voorgenomen ontwikkeling kan negatief effect hebben op de mogelijk voorkomende beschermde soorten amfibieën van FFtabel 1. Voor de soorten van FFtabel 1 geldt een algehele vrijstelling van de verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet. Er hoeven zodoende voor de soorten amfibieën van FFtabel 1 geen mitigerende maatregelen te worden getroffen. 5 van 8

4.3 Vogels Algemeen voorkomende vogelsoorten kunnen broedgelegenheid vinden in de struiken rond het pand. De tuinen en het gazon in de directe omgeving van het plangebied vormen voor deze soorten geschikt foerageergebied. Tijdens het veldbezoek zijn enkele algemene vogelsoorten waargenomen, waaronder merel en ekster. Er zal met de voorgenomen ontwikkeling broedgelegenheid verdwijnen. Het foerageergebied in de directe omgeving blijft bestaan. In de directe omgeving van het plangebied blijft broedgelegenheid behouden, zodat er ten aanzien van deze functie geen negatieve effecten te verwachten zijn. Gedurende het broedseizoen zijn vogels strikt beschermd. Wanneer de struiken rond het pand worden verwijderd als vogels aan het broeden zijn, zal dit tot verstoring leiden. Door de struiken buiten het broedseizoen te rooien kunnen negatieve effecten op broedende vogels worden voorkomen. Het broedseizoen loopt globaal van half maart tot en met half juli. In de directe omgeving van het plangebied zijn tijdens het veldonderzoek enkele huismussen gehoord. Er zijn geen visuele waarnemingen van huismussen gedaan. Mogelijk hebben huismussen een nestplek op het dak van het te verbouwen pand. Dit kon echter niet worden vastgesteld. De nesten van huismussen zijn jaarrond beschermd. Indien nesten van huismussen aanwezig zijn, zal de verandering van het dak leiden tot vernietiging hiervan. Nader onderzoek is nodig om vast te stellen of er op het dak van het pand daadwerkelijk nestenplekken van huismus aanwezig zijn. Dit nader onderzoek dient te worden uitgevoerd in de periode april tot en met juni. Het pand biedt geen mogelijkheden voor nestplekken van gierzwaluwen. Deze vogels kunnen bijvoorbeeld nestelen in openingen onder de dakgoten of op plekken van uitgebroken stenen. Gierzwaluwen kiezen hun nestplekken op een hoogte van minimaal drie meter boven de grond. Uit het veldbezoek is gebleken dat het pand in het plangebied vanwege de beperkte goothoogte hiervoor geen mogelijkheden biedt. Het voorkomen van nestplekken van gierzwaluw binnen het plangebied kan zodoende worden uitgesloten. 4.4 Zoogdieren De onverharde delen binnen het plangebied kunnen functioneren als (onderdeel van het) leefgebied van algemeen voorkomende grondgebonden zoogdieren van FFtabel 1, zoals mol, egel en algemene muizensoorten. De voorgenomen ontwikkeling kan negatieve effecten tot gevolg hebben voor deze soorten. Voor de soorten van FFtabel 1 geldt een algehele vrijstelling van de verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet. Er hoeven zodoende voor deze soorten zoogdieren geen mitigerende maatregelen te worden getroffen. Tijdens het veldbezoek zijn geen (sporen van) vaste rust- en verblijfplaatsen van zwaarder beschermde soorten grondgebonden zoogdieren aangetroffen. Gezien de kenmerken en het gebruik van het plangebied en de directe omgeving en de ligging binnen de bebouwde kom kan het voorkomen van grondgebonden zoogdieren uit FFtabel 2 en 3 redelijkerwijs worden uitgesloten. Uit de Atlas van de Nederlandse vleermuizen (Limpens et al.1997) en Korsten en Regelink (2010) blijkt dat de soorten gewone dwergvleermuis, ruige dwergvleermuis, rosse vleermuis, laatvlieger, watervleermuis, meervleermuis, franjestaart, baardvleermuis, Brandts vleermuis en gewone grootoorvleermuis (alle FFtabel 3) voorkomen in de wijdere omgeving van het plangebied. Uit het veldbezoek blijkt dat het zeer waarschijnlijk is dat er vliegactiviteit van vleermuizen zal zijn in de directe omgeving van het plangebied. De tuinen en bomen in de directe omgeving zijn geschikt als foerageergebied voor vleermuizen. De directe omgeving van het plangebied blijft geschikt als foerageergebied. Ten aanzien van deze functie zijn zodoende geen negatieve effecten te verwachten. Het te verbouwen pand biedt mogelijkheden voor verblijfplaatsen van vleermuizen. De vleermuizen hebben toegang tot de spouwmuur via open stootvoegen (zie foto 2), kieren bij daklijsten/boeiboorden 6 van 8

en loodslabben. Daarnaast is het mogelijk dat achter de zonwering vleermuizen verblijven. Verblijfplaatsen van vleermuizen zijn strikt beschermd. Indien verblijfplaatsen aanwezig zijn, zal de voorgenomen verbouwing van het pand leiden tot verstoring of vernietiging hiervan. Nader onderzoek moet uitwijzen of er in het pand daadwerkelijk verblijfplaatsen van vleermuizen aanwezig zijn. Dit nader onderzoek dient middels meerdere onderzoeksronden te worden uitgevoerd in de periode half mei tot en met eind september. In het plangebied en de directe omgeving daarvan ontbreken structuren die kunnen functioneren als vliegroute voor vleermuizen. Het voorkomen van belangrijke vliegroutes van vleermuizen kan zodoende worden uitgesloten. 4.5 Overige soortgroepen Bevindingen van het veldbezoek tonen aan dat in het plangebied en de directe omgeving daarvan geschikte biotopen ontbreken voor beschermde soorten reptielen, dagvlinders, libellen, vissen, mieren en kevers. Het voorkomen van beschermde soorten uit deze soortgroepen kan daarom worden uitgesloten. 5 Conclusie In het plangebied komen mogelijk beschermde soorten voor die vermeld staan in de tabellen van de Flora- en faunawet. Tabel 1 op de volgende pagina geeft een samenvatting van de conclusies. Het plangebied en de directe omgeving worden mogelijk gebruikt als (onderdeel van het) leefgebied door algemeen voorkomende soorten amfibieën en grondgebonden zoogdieren die zijn opgenomen in FFtabel 1. De voorgenomen ontwikkeling heeft mogelijk negatieve effecten op deze soorten. Voor de soorten van FFtabel 1 geldt een algehele vrijstelling van de verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet. Er hoeven zodoende voor deze soorten geen mitigerende maatregelen te worden getroffen. De struiken rond het te verbouwen pand vormen broedgelegenheid voor algemeen voorkomende vogelsoorten. Voor deze vogels is de directe omgeving van het plangebied geschikt als foerageergebied. De voorgenomen ontwikkeling heeft geen negatieve effecten tot gevolg ten aanzien van broed- en foerageergebied. Door de struiken buiten het broedseizoen te rooien worden negatieve effecten ten aanzien van broedende vogels voorkomen. Het broedseizoen loopt globaal van half maart tot en met half juli. Mogelijk zijn op het dak van het pand nesten van huismussen aanwezig. Nestplekken van huismussen zijn jaarrond beschermd. Nader onderzoek dient uit te wijzen of er daadwerkelijk nestplekken van huismussen aanwezig zijn op het dak van het pand. De mogelijk in het plangebied en de directe omgeving daarvan voorkomende vleermuizen zijn strikt beschermd. Vleermuizen kunnen de directe omgeving van het plangebied gebruiken om te foerageren. De voorgenomen ontwikkeling zal geen negatieve effecten tot gevolg hebben ten aanzien van foeragerende vleermuizen. Het te verbouwen pand biedt mogelijkheden voor verblijfplaatsen van vleermuizen. Verblijfplaatsen van deze dieren zijn strikt beschermd. Nader onderzoek is nodig om vast te stellen of verblijfplaatsen van vleermuizen daadwerkelijk aanwezig zijn. Op basis van de resultaten van het nader onderzoek kan worden bepaald of er negatieve effecten optreden en welke vervolgstappen nodig zijn. 7 van 8

Tabel 1. Samenvatting conclusie Soort(groep) Bescherming Functie plangebied Mogelijk effect Ontheffing Maatregelen Amfibieën FFtabel 1 Landhabitat Ja Nee, algehele - vrijstelling Grondgebonden FFtabel 1 Leefgebied Ja Nee, algehele - zoogdieren vrijstelling Vogels (niet jaarrond Vogels Broedgebied Ja Nee, mits maatregelen Struiken rooien buiten broedseizoen beschermd) worden gevolgd Huismussen (jaarrond Vogels Broedgebied Ja Mogelijk Nader onderzoek april t/m juni beschermd) Vleermuizen FFtabel 3 Foerageergebied Nee Nee - Vleermuizen FFtabel 3 Verblijfplaats Ja Mogelijk Nader onderzoek mei t/m sept. Literatuur Bos F., M. Bosveld, D. Groenendijk, C. van Swaay, I. Wynhoff, De Vlinderstichting, 2006. De dagvlinders van Nederland, verspreiding en bescherming (Lepidoptera: Hesperioidea, Papilionoidea). Nederlandse Fauna 7. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij & European Invertebrate Survey - Nederland, Leiden. Creemers R.C.M. & J.J.C.W. van Delft (RAVON) (redactie). 2009. De amfibieën en reptielen van Nederland, Nederlandse Fauna 9. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, European Invertebrate Survey Nederland, Leiden. Korsten, E. en Regelink J.R. Herkennen van potentiële vleermuiswaarden: in het kader van quickscans en andere ecologisch vooronderzoek. Zoogdiervereniging- rapport 2010.44. Zoogdiervereniging, Nijmegen. Limpens, H., K. Mostert, W. Bongers, 1997. Atlas van de Nederlandse vleermuizen, onderzoek naar verspreiding en ecologie. KNNV Uitgeverij, Utrecht. Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Brochure: Buiten aan het werk? Houd tijdig rekening met beschermde dieren en planten, 22 februari 2005. Nederlandse Vereniging voor Libellenstudie, 2002. De Nederlandse libellen (Odonata). Nederlandse Fauna 4. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij & European Invertebrate Survey - Nederland, Leiden. www.vlindernet.nl www.waarneming.nl www.telmee.nl www.zoogdiervereniging.nl www.libellennet.nl www.eis-nederland.nl www.ravon.nl 8 van 8

AANVULLING QUICKSCAN FLORA & FAUNA WEVERSHOF 12A, NISTELRODE

Quickscan flora & fauna Projectnummer: EP.15.2022 Versie: ontwerp Datum: 24 maart 2015 Opdrachtnemer Exlan Pater van den Elsenlaan 27 Postbus 200 5466 SB Veghel 5460 BC Veghel Locatie Wevershof 12a, Nistelrode Opdrachtgever Geling Advies Wijtvlietlaan 1 De Rips T: 0493-597500 Contactpersoon Anton van Zeeland T: 088 488 2929 F: 088 488 2102 E: anton.van.zeeland@exlan.nl Uitvoerders A. van Zeeland T. van Baast Collegiale check AZ ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN. NIETS UIT DEZE UITGAVE MAG WORDEN VERVEELVOUDIGD DOOR MIDDEL VAN DRUK, FOTOKOPIE, MICROFILM, GELUIDSBAND, ELEKTRONISCH OF OP WELKE ANDERE WIJZE DAN OOK, EN EVENMIN IN EEN GEAUTOMATISEERD GEGEVENSBESTAND WORDEN OPGESLAGEN, ZONDER VOORAFGAANDE SCHRIFTELIJKE TOESTEMMING VAN AGRIFIRM EXLAN. Aanvulling QuickScan flora & fauna Wevershof 12a te Nistelrode 2

Aanvulling QuickScan flora & fauna INLEIDING 4 HOOFDSTUK 1 5 ONDERZOEKSRESULTATEN 5 HOOFDSTUK 2 6 CONCLUSIE 6 Aanvulling QuickScan flora & fauna Wevershof 12a te Nistelrode 3

Aanvulling QuickScan flora & fauna Aanleiding In verband met de voorgenomen herontwikkeling van het pand op de locatie Wevershof 12a te Nistelrode achtte het bevoegde gezag het noodzakelijk om een toetsing aan de Flora- en faunawet uit te voeren. De voorgenomen herontwikkeling betreft de verbouwing van het pand tot acht studiowoningen. Ten behoeve van de planologische procedure is door Staro advies onderzoek gedaan of er beschermde planten en/of dieren op de locatie aanwezig zijn en op elke wijze de werkzaamheden hierop effect hebben. Naar aanleiding van deze eerdere toets flora en fauna voor het perceel aan de Wevershof 12a te Nistelrode is een aanvullend veldonderzoek uitgevoerd door Exlan Projects. Dat onderzoek concludeerde dat er zich mogelijk nesten van huismussen zouden kunnen bevinden op het dak van het pand en dat nader onderzoek (in het broedseizoen) dient uit te wijzen of er daadwerkelijk nestplekken van huismussen aanwezig zijn op het dak van het pand. Een tweede conclusie luidde dat het te verbouwen pand mogelijkheden biedt als verblijfplaats voor vleermuizen. Nader onderzoek, in meerdere etappes gedurende de periode half mei / eind september, naar verblijfplaatsen voor de vleermuis werd eveneens aanbevolen. Voorliggende aanvulling op de quickscan bevat verslaggeving van een nadere inspectie op 18 maart jongstleden. Het plangebied is grondig geïnspecteerd op de aanwezigheid van huismussen en de waarschijnlijkheid dat er vleermuizen voorkomen. De resultaten kunnen dienst doen bij de onderbouwing van de ontheffingsaanvraag ex artikel 75 van de Flora- en faunawet. Aanvulling QuickScan flora & fauna Wevershof 12a te Nistelrode 4

Hoofdstuk 2 veldonderzoek Op woensdag 18 maart 2015 is tussen 16:30 en 17:30 de locatie ter plaatse geïnventariseerd op huismussen en vleermuizen. Op het moment van inventarisatie was de temperatuur ca. 12 C, was het licht- tot onbewolkt en was het windstil. Huismussen Bij de nadere inspectie op 18 maart 2015 is het plangebied nader bestudeerd op (sporen van) huismussen en vleermuizen. Tijdens de waarneming is geen enkele huismus aangetroffen. Bovendien is het dak voorzien van vogelschroot. Vogelschroot voorkomt dat vogels onder de pannen gaan nestelen. Vogelschroot word onder op het dakbeschot gemonteerd (zie de figuur hieronder). Afbeelding 1: montage vogelschroot Na aanleiding van de nadere inspectie is het uitgesloten dat in dit gebouw huismussen nestelen. Half maart zijn huismussen al lange tijd bezig om de territoria vast te stellen. Bij een eventuele waarneming later in het kalenderjaar zullen derhalve geen huismussen en/of nesten worden aangetroffen. Vleermuizen Door de aanwezigheid van open stootvoegen zou het gebouw een eventuele verblijfplaats kunnen zijn voor onder andere dwergvleermuizen. Het gebouw is daarom nader onderzocht op (sporen van) vleermuizen. Er zitten geen kieren in het dak of boeiboorden. Wel zijn er in totaal elf open stootvoegen met een ingang aan de bovenzijde aangetroffen. De voegen vertonen geen bevuiling of slijtage die veroorzaakt kunnen zijn door vleermuizen. De open stootvoegen zijn aan de krappe kant, slechts 1 centimeter breed. De voorkeur van de dwergvleermuis, de kleinste vleermuis van Nederland, om te nestelen zijn openingen van minimaal 1,7 2,0 cm breed noodzakelijk. Daarnaast verdient een horizontale opening de voorkeur. Een open stootvoeg is slechts 1 cm breed. Daardoor is de kans dat zich in de gevel vleermuizen voorkomen minimaal. Daarnaast blijft de gevel waarin zich de open stootvoegen bevinden onaangetast met de verbouwing. Vervolgonderzoek is dan ook geheel overbodig. Aanvulling QuickScan flora & fauna Wevershof 12a te Nistelrode 5

Hoofdstuk 3 en aanbevelingen Het beeld dat uit het veldonderzoek naar voren is gekomen vormt voldoende basis om gefundeerd uitspraken te doen over de gevolgen van de voorgenomen werkzaamheden voor huismussen en vleermuizen. Er zijn geen huismussen en vleermuizen aangetroffen. Ook zijn er geen sporen of resten van deze soorten aangetroffen. Op grond van dit aanvullende veldonderzoek kan worden uitgesloten dat de bestudeerde beschermde flora en fauna in het plangebied verblijven. Derhalve zal de ingreep geen negatief effect hebben op deze soorten en hun omgeving. Nader veldonderzoek, later in het broedseizoen, om vast te stellen of er op het dak van het pand daadwerkelijk nestenplekken van de huismus aanwezig zijn, is niet noodzakelijk. Nader onderzoek naar vleermuizen, verspreid over meerdere onderzoekronden in de periode half mei tot en met eind september, is eveneens niet noodzakelijk. Aanvulling QuickScan flora & fauna Wevershof 12a te Nistelrode 6