18 november 2018; Immanuëlkerk; ds. Pim Brouwer; Piet George Klootwijk alle liederen uit het Nieuwe Liedboek, tenzij anders aangegeven De kaarsen worden aangestoken Moment van stilte voor persoonlijke bezinning Welkom Drempelgebed Bemoediging en groet Zingen: Lied 16: 1, 2 en 3 2. In de gemeente die U trouw betuigt, 't geheiligd volk, vind ik mijn welbehagen, maar 't boos geslacht, dat voor afgoden buigt, vermeerdert zelf zijn smarten en zijn plagen. Ik volg hen niet waar zij hun offers plengen en nimmer zal mijn mond hun naam uitbrengen. 3. Ik prijs de Heer; Hij heeft mijn hart verlicht, dat in de nacht zelfs blijft van Hem gewagen. Ik houd bestendig naar zijn aangezicht mijn ogen vol vertrouwen opgeslagen. Ik wankel niet, want aan mijn rechterzijde staat God, mijn Heer, die mij tot hiertoe leidde. Keerzang: Lied 16 b (1 keer voorzingen) Keerzang: Lied 16 b ( 3 x ) Kyriëgebed Glorialied: Lied 898: 1 en 2 1
Glorialied: Lied 898 2. Al onze macht is ijdelheid: wij gaan terstond verloren, wanneer de held niet voor ons strijdt, die God heeft uitverkoren. Zo Gij t nog niet wist: (vervolg 2) Jezus Christus is t, de Heer van t heelal, die overwinnen zal, God zelf staat ons terzijde. Zondagsgebed Moment met de kinderen Kinderlied: Handen heb je om te geven (EL 398) 1 e Schriftlezing: Exodus 30: 11 16 De HEER zei tegen Mozes: Als je onder de Israëlieten een telling houdt, moeten allen die geregistreerd worden de HEER losgeld betalen voor hun leven, om te voorkomen dat de telling hun noodlottig wordt. Ieder die meegeteld wordt moet een halve sjekel betalen, volgens het ijkgewicht van het heiligdom, twintig gera per sjekel; de heffing voor de HEER bedraagt de helft daarvan. Ieder die meegeteld wordt, iedereen van twintig jaar of ouder, moet deze heffing voor de HEER betalen. Rijken dragen als losprijs voor hun leven niet meer af dan een halve sjekel, armen niet minder. Het losgeld dat je van de Israëlieten in ontvangst neemt, moet gebruikt worden voor de dienst in de ontmoetingstent. De losprijs die de Israëlieten voor hun leven betalen, zal ervoor zorgen dat de HEER hen niet vergeet. 2
Zingen: Hemelhoog 510: 1, 4 en 5 2 e Schriftlezing: Marcus: 12: 38 13: 2 Tijdens zijn onderricht zei hij: Pas op voor de schriftgeleerden die zo graag in dure gewaden rondlopen en eerbiedig begroet willen worden op het marktplein, en een ereplaats willen in de synagogen en bij feestmaaltijden: ze verslinden de huizen van de weduwen en zeggen voor de schijn lange gebeden op. Over hen zal strenger worden geoordeeld dan over anderen! Hij ging tegenover de offerkist zitten en keek hoe de mensen er geld in wierpen. Veel rijken gooiden veel geld in de kist. Er kwam ook een arme weduwe, die er twee muntjes in gooide, ter waarde van niet meer dan een quadrans. Hij riep zijn leerlingen bij zich en zei tegen hen: Ik verzeker jullie: deze arme weduwe heeft meer in de offerkist gedaan dan alle anderen die er geld in hebben gegooid; want die hebben gegeven van hun overvloed, maar zij heeft van haar armoede alles gegeven wat ze had, haar hele levensonderhoud. Toen hij de tempel verliet, zei een van zijn leerlingen tegen hem: Meester, kijk eens, wat een enorme stenen en wat een imposante gebouwen! Jezus zei tegen hem: Die grote gebouwen die je nu ziet wees er maar zeker van dat geen enkele steen op de andere zal blijven; alles zal worden afgebroken. Zingen: Lied 912: 1 4 en 6 1. Neem mijn leven, laat het, Heer, toegewijd zijn aan uw eer. Maak mijn uren en mijn tijd tot uw lof en dienst bereid. 2. Neem mijn handen, maak ze sterk, trouw en vaardig tot uw werk. Maak dat ik mijn voeten zet op de wegen van uw wet. 3
Zingen: Lied 912 3. Neem mijn stem, opdat mijn lied U, mijn koning, hulde biedt. Maak, o Heer, mijn lippen rein, dat zij uw getuigen zijn. 6. Neem ook mijne liefde, Heer, k leg voor U haar schatten neer. Verkondiging Orgelspel Zingen: Hemelhoog 297 4. Neem mijn zilver en mijn goud, dat ik niets aan U onthoud. Maak mijn kracht en mijn verstand tot een werktuig in uw hand. Neem mijzelf en voor altijd ben ik aan U toegewijd. Zingen: Hemelhoog 297 In memoriam 4
Zingen: Daar ruist langs de wolken (EL 381) 1. Daar ruist langs de wolken een heerlijke Naam, die hemel en aarde verenigt te zaam. Geen naam is er zoeter en beter voor 't hart Hij balsemt de wonden en heelt alle smart. Kent gij, kent gij, die Naam nog niet? Die Naam draagt mijn Heiland, mijn lust en mijn lied! Dankgebed, voorbeden, stil gebed en gezongen Onze Vader (Lied 1006) Onze Vader in de hemel, U staat zorgzaam om ons heen. Geef dat alle mensen weten: zoals U is er maar één. Doe ons telkens weer geloven in een wereld zonder pijn, in uw rijk dat eens zal komen en dat soms te zien kan zijn. Help ons samen goed te leven en te doen wat U graag wilt. Geef ons elke dag te eten tot de honger is gestild. En vergeef ons wat we fout doen, net als wij niet blijven staan bij de fouten van een ander, maar weer samen verder gaan. Help ons om te zien wat goed is en wat slecht is, boos of naar. Geef dat wij het juiste kiezen, dat we goed zijn voor elkaar. Onze Vader, wij geloven, dat U onze wereld leidt. Met uw licht helpt U ons verder. Hier en nu en straks. Altijd. Amen. Amen. Mededelingen en collecten. Slotlied: Lied 412: 1 en 6 1. Wij loven U, o God, belijden U als Heer. Eeuwige Vader, U geeft heel de wereld eer. U zingen alle hemelen, serafs, machten, tronen, onafgebroken rijst hun lied op hoge tonen: Gij, driemaal heilig zijt Gij, God der legerscharen, wiens grootheid aarde en hemel heerlijk openbaren! 3. Eens buigt zich ook alles voor Jezus in 't stof, en d'engelen zingen voortdurend zijn lof. O mochten w'om Jezus verheerlijkt eens staan, dan hieven wij juichend de jubeltoon aan: Jezus, Jezus, uw Naam zij d'eer, want Gij zijt der mensen en engelen Heer! 6. Wij zegenen, o Heer, uw goedheid al den dag! Geef dat eeuw in eeuw uit, ons lied U loven mag, geef, dat wij bij uw komst onstraffelijk wezen mogen: ontferm, ontferm u, Heer, toon ons uw mededogen! Op U steunt onze hoop, o God van ons vertrouwen: zij worden nooit beschaamd, die op uw goedheid bouwen. Zending en Zegen 5