Faillissementsverslag nummer 3 datum: 24 maart 2014 Gegevens onderneming : De Ammerse Smid B.V. (hierna: DAS) Faillissementsnummer : C/09/13/844F Datum uitspraak : 24 september 2013 Curator : mr. J.C. Dorrepaal Rechter-commissaris : mr. G.H.M. Smelt Activiteiten onderneming : De onderneming hield zich bezig met de vervaardiging van metalen constructiewerken en siersmeedwerk, de reparatie van interne transportmiddelen, het vervaardigen van interieur-en etagetrappen, alsmede overig klein constructiewerk. Omzetgegevens : 2012 4.876.344,00 (2011 4.960.439,00). Personeel gemiddeld aantal : 38 Verslagperiode : 25 december 2013 tot en met 24 maart 2014 Bestede uren in verslagperiode : 14 uur en 20 minuten (bijlage 1). Bestede uren in totaal : 132 uur en 5 minuten. 1. Inventarisatie 1.1 Directie en organisatie : Zie verslag nummer 1. 1.2 Winst en verlies : Zie verslag nummer 1. 1.3 Balanstotaal : Zie verslag nummer 1. 1.4 Lopende procedures : Er zijn geen lopende procedures. 1.5 Verzekeringen : De kantoor-/en bedrijfsinventaris is in december jl. verkocht en daarmede konden ook de laatste verzekeringen worden beëindigd. Van premierestitutie is geen sprake. 1.6 Huur : Na verkoop van de kantoor-/en bedrijfsinventaris werden de betreffende gehuurde bedrijfsruimten leeg en bezemschoon aan de verhuurders opgeleverd. 1.7 Oorzaak faillissement : Zie verslag nummer 1. 2. Personeel 2.1 Aantal ten tijde van faillissement : 38. 2.2 Aantal in jaar voor faillissement : 39. 2.3 Datum ontslagaanzegging : 26 september 2013. Werkzaamheden : De loonverplichtingen zijn overgenomen door het 1
UWV; de lonen werden voor het laatst door DAS uitbetaald over de maand augustus. Het UWV heeft haar vordering inmiddels bij mij ingediend. 3. Activa Onroerende zaken 3.1 Beschrijving : Zie verslag nummer 1. 3.2 Verkoopopbrengst : Niet van toepassing. 3.3 Hoogte hypotheek : Niet van toepassing. 3.4 Boedelbijdrage : Niet van toepassing. Werkzaamheden : Niet van toepassing. Bedrijfsmiddelen 3.5 Beschrijving : Zie verslag nummer 1. De overige kantoor-/en bedrijfsinventaris werd in december 2013 verkocht, zulks in opdracht van de huisbankier, de Rabobank. De verkoopopbrengst van de bodemzaken beloopt 97.576,00. Na aftrek van commissie en overige kosten resteert voor de boedel 82.462,52. De netto verkoopopbrengst van de kantoor-/en bedrijfsinventaris beloopt dus: a. wals (onderhandse verkoop in kader doorstart) 9.000,00; b. handgereedschappen (onderhandse verkoop in kader doorstart) 3.000,00; c. overige zaken (openbaar verkocht via Troostwijk) 82.462,52. De zaken sub a en c zijn bodemzaken; het bedrag van ( 9.000,00 + 82.462,52 =) 91.462,52 dient gereserveerd te worden ex artikel 57.3 Fw. Overigens dient nog een bedrag aan de Rabobank/pandhoudster te worden afgedragen van 5.079,90 terzake kosten van uitwinning. Daarmede komt het ex artikel 57.3 Fw. te reserveren bedrag op ( 91.462,52-5.079,90 is) 86.382,62. De verkoopopbrengst van de (openbaar via Troostwijk verkochte) niet-bodemzaken beloopt 28.801,60. Na aftrek van commissie en kosten resteert 25.706,07. Dit bedrag komt de bank toe. 3.6 Verkoopopbrengst : 86.382,62 (netto). 3.7 Boedelbijdrage : Conform separatistenregeling. 2
3.8 Bodemvoorrecht fiscus : Van toepassing. Werkzaamheden : Reservering verkoopopbrengst bodemzaken ad 86.382,62 ex artikel 57 lid 3 Fw. Voorraden / onderhanden werk 3.9 Beschrijving : Voorraden Er was sprake van een beperkte voorraad. De verkoopopbrengst maakt onderdeel uit van voormeld bedrag van 28.801,60. Onderhanden werk Zie verslag nummer 1. 3.10 Verkoopopbrengst : Voorraden: Maakt onderdeel uit van het bedrag van 28.801,60. Onderhanden werk: 25.000,00, exclusief BTW. 3.11 Boedelbijdrage : Niet van toepassing. Werkzaamheden : Afrekening de bank/troostwijk. Andere activa 3.12 Beschrijving : De bank is niet meer teruggekomen op haar aanspraken terzake de verkoopopbrengst van de intellectuele eigendomsrechten. Daarmede beschouw ik dit punt als afgewikkeld. 3.13 Verkoopopbrengst : 3.000,00, exclusief BTW (goodwill). Werkzaamheden : Beëindigd. 4. Debiteuren 4.1 Omvang debiteuren : In verslag nummer 1 gaf ik aan dat de debiteurenlijst een bedrag beliep van in totaal 521.673,71. Het betrof hier echter de debiteurenlijst, gevoegd bij de faillissementsaanvraag, en gedateerd 13 september 2013. De debiteurenlijst per 23 september 2013 beliep een bedrag van in totaal 101.327,86. Het verloop van de debiteurenstand, in de periode zo kort vóór datum faillissement, is thans onderwerp van nader onderzoek. 4.2 Opbrengst : De Rabobank, aan wie de vorderingen op de debiteuren zijn verpand, heeft de incasso zelf ter hand genomen. Daartoe heeft zij 3
ingeschakeld Mirus International B.V. Desgevraagd deelde Mirus mij mede dat er tot nu toe slechts een bedrag is betaald van ruim 14.000,00. In mijn volgend verslag kom ik hierop terug. 4.3 Boedelbijdrage : Niet van toepassing. Werkzaamheden : Volgen incasso debiteuren door huisbankier. 5. Bank / zekerheden 5.1 Vorderingen van bank(en) : 1.888.579,48 (zie verslag nummer 1). 5.2 Leasecontracten : Zie verslag nummer 2. 5.3 Beschrijving zekerheden : Zie verslag nummer 1. 5.4 Separatistenpositie : Van toepassing. 5.5 Boedelbijdragen : Conform separatistenregeling. 5.6 Eigendomsvoorbehoud : Afgewikkeld (zie verslag nummer 1). 5.7 Reclamerechten : Niet van toepassing. 5.8 Retentierechten : Niet van toepassing. Werkzaamheden : Zie volgend verslag. 6. Doorstart / voortzetten Voortzetten 6.1 Exploitatie / zekerheden : Zie verslag nummer 1. 6.2 Financiële verslaglegging : Zie verslag nummer 1. Werkzaamheden : Beëindigd. Doorstart 6.3 Beschrijving : Zie verslag nummer 1. 6.4 Verantwoording : Zie verslag nummer 1. 6.5 Opbrengst : Zie verslag nummer 1. 6.6 Boedelbijdrage : Zie verslag nummer 1. 6.7 Werkzaamheden : Beëindigd. 7. Rechtmatigheid 7.1 Boekhoudplicht : Het eerste onderzoek van de administratie (de zogenaamde quick-scan) is afgerond. Vooralsnog is de conclusie dat niet aan de boekhoudplicht is voldaan. Naast de vaststelling dat er niet is voldaan aan de boekhoudplicht is er ook een aantal vragen gerezen met betrekking tot het onderhanden werk in de periode vóór datum faillissement, de ontwikkeling van de debiteurenportefeuille kort vóór datum 4
faillissement, alsook de kosten verbonden aan het inschakelen van een adviseur kort vóór datum faillissement. Hier zal nader onderzoek naar gedaan worden. 7.2 Depot jaarrekeningen : De jaarrekeningen zijn tijdig gedeponeerd. 7.3 Goedk. Verkl. Accountant : Afgewikkeld (zie verslag nummer 2). 7.4 Stortingsverpl. aandelen : Afgewikkeld (zie verslag nummer 2). 7.5 Onbehoorlijk bestuur : Gezien de conclusie dat niet is voldaan aan de boekhoudplicht is er sprake van onbehoorlijk bestuur ex artikel 2:248 BW. In mijn volgend verslag kom ik hier op terug. 7.6 Paulianeus handelen : Vooralsnog is mij van paulianeus handelen niet gebleken. Werkzaamheden : Het bestuur dient aansprakelijk te worden gesteld ex artikel 2:248 BW. 8. Crediteuren 8.1 Boedelvorderingen : 157.785,84 8.2 Pref. vord. van de fiscus : 578.648,80 8.3 Pref. vord. van het UWV : 162.425,64 8.4 Andere pref. crediteuren : 180.311,96. 8.5 Aantal concurrente crediteuren : 139. 8.6 Bedrag concurrente crediteuren : 3.621.523,45 8.7 Verwachte wijze van afwikkeling : Zie volgend verslag. Werkzaamheden : Zie volgend verslag. 9. Overig 9.1 Termijn afwikkeling faillissement : Nu er sprake is van een ondeugdelijke administratie dient aansprakelijkstelling ex artikel 2:248 BW plaats te vinden. In verband daarmede laat een termijn voor afwikkeling van het faillissement zich thans moeilijk vaststellen. 9.2 Plan van aanpak : Zie onder punt 9.4. 9.3 Indiening volgend verslag : 24 september 2014. 9.4 Werkzaamheden : De volgende werkzaamheden dienen nog te worden verricht: - volgen incasso debiteuren door huisbankier (pt. 4.1); - nader onderzoek naar positie onderhanden werk, positie debiteuren en kosten adviseur (pt. 7.1); - aansprakelijkstelling ex artikel 2:248 BW (pt. 7.5); - reservering 86.382,62 ex artikel 57.3 Fw. 5
(pt. 3.5). Tussentijds financieel verslag : Bijlage 2 Alphen aan den Rijn, 24 maart 2014 mr. J.C. Dorrepaal, curator Dit verslag met de daarbij horende bijlagen betreft een openbaar verslag als bedoeld in artikel 73a Fw. Met het verslag beoogt de curator belanghebbenden zo zorgvuldig mogelijk te informeren over de voortgang in het faillissement. De curator staat echter niet in voor de volledigheid of de juistheid van de in het verslag opgenomen informatie. Niet uitgesloten is dat de curator nog niet alle informatie ter beschikking heeft dan wel dat bepaalde informatie in dit stadium nog niet openbaar gemaakt kan worden. Aan dit verslag kunnen dan ook geen rechten worden ontleend. 6