Dhr. D. Boon Numero Dertien 16 9644 TV VEENDAM Datum : 17 november 2017 Documentnr. : 2017-100655 Dossiernummer : K4507 Behandeld door : P. Stevens Telefoonnummer : (050)316 4889 Emailadres : natuurbeschermingswet@provinciegroningen.nl Antwoord op : uw aanvraag vergunning Wet natuurbescherming Bijlage : 2 (voorschriften en overwegingen bij het besluit) Onderwerp : Besluit Wet natuurbescherming Geachte heer Boon, Hierbij zenden wij u het besluit op de aanvraag tot verlening van de vergunning Wet natuurbescherming voor uw melkveebedrijf aan de Numero Dertien 16, 9644 TV Veendam. Bij de ontvangstbevestiging hebben we aangegeven dat we de procedure zouden afhandelen volgens afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. In verband met de invoer van de Wet Natuurbescherming (Wnb) per 1 januari 2017 besluiten we hiervan af te zien en de procedure volgens de Wnb te volgen. Dit betekent dat u bij deze direct een definitieve vergunning ontvangt. Deze vergunning ligt 6 weken ter inzage met ingang van een dag na verzending. Het besluit kan worden geraadpleegd via de internetsite van de provincie Groningen (www.provinciegroningen.nl/actueel/bekendmakingen) en is tevens in te zien in het provinciehuis te Groningen. Belanghebbenden kunnen gedurende de inzagetermijn van 18 november 2017 tot en met 30 december 2017 op dit besluit schriftelijk bezwaar indienen bij Gedeputeerde Staten van Groningen, Postbus 610, 9700 AP Groningen. Hoogachtend, Gedeputeerde Staten van Groningen: Namens dezen: A.J. Hoogerwerf Hoofd van de afdeling Landelijke Gebied en Water Deze brief is elektronisch aangemaakt en daarom niet ondertekend. Martinikerkhof 12 Sint Jansstraat 4 Postbus 610 Telefoon www.provinciegroningen.nl 9712 JG Groningen 9712 JN Groningen 9700 AP Groningen 050 316 4911 info@provinciegroningen.nl De provincie Groningen werkt volgens normen die zijn vastgelegd in een handvest voor dienstverlening. Dit handvest vindt u op onze website of kunt u opvragen bij de afdeling Bestuur, Juridische Zaken & Communicatie: 050 3164160. BTW: NL0019.32.822.B01 / KvK: 1182023 / IBAN: NL84 ABNA 0446 0456 91 / BIC: ABNANL2A
GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN Groningen, 16 november 2017 Dossiernr. : K4507 Documentnr. : 2017-100658 Verzonden: 17 november 2017 Besluit Wet natuurbescherming Naar aanleiding van het verzoek van de heer D. Boon namens Firma Boon, ontvangen op 30 augustus 2016 bij de Provincie Drenthe en 2 januari 2017 bij de Provincie Groningen, via Agrifirm Exlan, besluiten wij I. gelet op de bepalingen van hoofdstuk 2, paragraaf 2.3 van de Wnb, hoofdstuk 2 van het Besluit natuurbescherming, hoofdstuk 2 van de Regeling natuurbescherming, hoofdstuk 2 van de Verordening natuurbescherming provincie Groningen en de Groninger beleidsregels in een vergunning te verlenen op grond van artikel 2.7, tweede lid, van de Wet natuurbescherming aan: de heer D. Boon namens Firma Boon Numero Dertien 16, 9644 TV Veendam voor de activiteit(en): het houden van melkvee op de locatie Numero Dertien 16, 9644 TV Veendam De vergunning is geldig voor onbepaalde tijd Wij verwijzen u naar de bijlage Overwegingen bij het Besluit voor nadere motivering. Verder besluiten wij: II de hiervoor benodigde ontwikkelingsruimte volgens bijlage 2 van dit besluit, toe te kennen in AERIUS- Register. III de volgende bijlagen deel uit te laten maken van dit besluit: 1. voorschriften; 2. overwegingen bij besluit; 3. AERIUS-Registerbijlage met kenmerk RTK1BSAHJXVe 4. technische tekening Ex.15.1253 d.d. 9 september 2017 zoals aangeleverd bij de aanvraag Tegen dit besluit kan bezwaar worden gemaakt door een belanghebbende. Het bezwaarschrift kan worden gericht aan Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen t.a.v. de Commissie Rechtsbescherming, Postbus 610, 9700 AP Groningen. Meer informatie over het indienen van een bezwaarschrift kunt u vinden op de internetsite van de provincie Groningen. Het besluit kan tevens worden geraadpleegd via deze internetsite en is in te zien in het provinciehuis te Groningen. Hoogachtend, 1
Gedeputeerde Staten van Groningen namens dezen: A.J. Hoogerwerf Hoofd van de afdeling Landelijk Gebied en Water Dit besluit is elektronisch aangemaakt en daarom niet ondertekend. Afschrift aan: Dhr. D. Boon (via de post) Agrifirm Exlan,dhr. Polinder lambert.polinder@exlan.nl en i.vandenberg@agrifirm.com De gemeente Veendam vergunningaanvraag@veendam.nl Provincie Drenthe Wnb@drenthe.nl 2
Voorschriften Aan deze vergunning is het volgende voorschrift verbonden: 1. De activiteit waarvoor ontwikkelingsruimte is toegedeeld dient binnen twee jaar, na het onherroepelijk worden van deze Wnb-vergunning volledig te zijn gerealiseerd dan wel te zijn verricht. 3
Overwegingen bij Besluit Gebiedsbescherming Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) Besluit van GEDEPUTEERDE STATEN VAN GRONINGEN op het verzoek van de heer D. Boon namens Firma Boon, Numero Dertien 16, 9644 TV Veendam hierna te noemen aanvrager, van 30 augustus 2016 bij de Provincie Drenthe en 2-1-2017 bij de Provincie Groningen, via Agrifirm Exlan, om een vergunning in het kader van de Wet natuurbescherming, hierna de Wnb. Aanvraag en procedureverloop De aanvraag voorziet in een uitbreiding/wijziging ten opzichte van het feitelijk gebruik, in de referentieperiode 1 januari 2012 tot en met 31 december 2014. Het betreft het houden van melkvee. Op 1 september 2017 is de nieuwe AERIUS 2016L geïmplementeerd. Hierdoor veranderen mogelijk de uitkomsten van de berekening en zodoende de in dit besluit genoemde waarden ten opzichte van de aanvraag. In dit besluit is de berekening van de nieuwste versie van AERIUS betrokken. Op grond van artikel 1.3 van de Wnb zijn wij bevoegd om op de aanvraag te beslissen, omdat de bedrijfslocatie van de aangevraagde activiteit binnen de provincie Groningen is gelegen. Op grond van artikel 1.3, derde lid Wnb sturen wij het besluit naar het college van gedeputeerde staten van de provincie Drenthe, waarbij wij het college verzoeken in te stemmen met het besluit. Indien niet binnen 4 weken is gereageerd, wordt automatisch ingestemd met dit besluit, in overeenstemming met het door alle provincies vastgestelde beleid. Voor de beoordeling van de aanvraag zijn de volgende stukken gebruikt: het aanvraagformulier, plattegrondtekeningen, AERIUS-verschilberekening, de machtiging, Besluit melkrundveehouderij milieubeheer d.d. 15 sept 2005 en CRV veesaldokaart 2013 voor het bepalen van de feitelijke situatie periode 2012-2014. Er zijn geen aanvullende gegevens gevraagd. De aanvraag is nog niet getoetst aan het soortendeel van de Wnb. Mogelijk is er ook nog een ontheffing nodig vanwege de verbodsbepalingen voor beschermde soorten uit de Wnb. Indien dit het geval is, dient aanvrager deze ook bij GEDEPUTEERDE STATEN VAN GRONINGEN aan te vragen. Wettelijk kader - Wet natuurbescherming Artikel 2.7, tweede lid Wnb heeft betrekking op de vergunningplicht in verband met Natura 2000-gebieden (habitat- en vogelrichtlijngebieden). Op grond van artikel 2.7, tweede lid Wnb is het verboden zonder vergunning van Gedeputeerde Staten, projecten of andere handelingen uit te voeren die, gelet op de instandhoudingsdoelstellingen, de kwaliteit van de natuurlijke habitats en de habitats van soorten in een Natura 2000-gebied kunnen verslechteren of een significant verstorend effect kunnen hebben op de soorten waarvoor het gebied is aangewezen. Programma Aanpak Stikstof Dit programma is een instrument om Natura 2000-doelstellingen te realiseren en tegelijk ruimte te scheppen voor bestaande en nieuwe economische ontwikkelingen. De aanpak voorziet er in dat telkens voor een periode van zes jaar een programma wordt vastgesteld, dat concrete maatregelen bevat om de stikstofdepositie terug te dringen, negatieve effecten van stikstof te voorkomen en waar nodig natuurherstel te realiseren. Het vastgestelde PAS 2015-2021 bevat daartoe landelijke brongerichte maatregelen waarmee de emissie van stikstof wordt gereduceerd en worden gebiedsspecifieke natuurherstelmaatregelen getroffen waarmee de veerkracht van de Natura 2000-gebieden wordt verbeterd. Op 14 april 2015 hebben wij ingestemd met de PAS 2015-2021. Het PAS 2015-2021 is passend beoordeeld. In deze passende beoordeling is getoetst of uitvoering van het programma geen risico vormt voor de instandhoudingsdoelstellingen van individuele Natura 2000- gebieden, opgenomen binnen de PAS. De passende beoordeling bestaat uit een generiek deel (bronmaatregelen, monitoring, etc.) en uit gebiedsanalyses, die de ecologische onderbouwing vormen dat met het programma de stikstofgevoelige Natura 2000-doelstellingen (op termijn) gerealiseerd kunnen worden 4
én er ontwikkelingsruimte beschikbaar is voor economische ontwikkelingen. In de gebiedsanalyses is verzekerd dat door de uitvoering van een gebalanceerd en robuust pakket aan herstelmaatregelen, er in de 1e programma periode geen verslechtering optreedt van alle stikgevoelige habitattypen en habitats van soorten. Bij deze beoordeling is uitgegaan van de achtergrondwaarde van 2014. In deze achtergrondwaarde zijn alle voor de aanvang van het programma feitelijke emissies verdisconteerd, zoals blijkt uit de grootschalige concentratie en depositiekaarten Nederland (GCN en GDN).Deze emissies hebben al voor de aanvang van het programma plaatsgevonden en hebben als uitgangspunt gediend voor de passende beoordeling. De conclusie van de passende beoordeling van het PAS 2015-2021 is dat kan worden uitgesloten dat de natuurlijke kenmerken van de in het programma opgenomen Natura 2000- gebieden worden aangetast. Groningse Beleidsregels Gedeputeerde Staten van Groningen hebben bij besluit van 14 april 2015 voor het toedelen van de vrij beschikbare ontwikkelingsruimte (segment 2) aan projecten en andere handelingen beleidsregels vastgesteld. Provincies hebben een gezamenlijke set van beleidsregels vastgesteld voor de verdeling van de vrij beschikbare ontwikkelingsruimte. Deze hebben tot doel om de toedeling van ontwikkelingsruimte eenvoudig en eerlijk uit te voeren. Verder voorkomen deze regels dat enkele aanvragers in één keer de beschikbare ontwikkelingsruimte verbruiken. Bovendien moeten ze voorkomen dat er ongelijkheid ontstaat tussen provincies. Aanvragen worden verder getoetst aan de volgende beleidsregels: 1. Per PAS-programmaperiode wordt bij een toestemmingsbesluit aan een activiteit niet meer dan 3 mol stikstof per hectare per jaar aan ontwikkelingsruimte toegedeeld. Voor landbouw, industrie, infrastructuur of voor het gebruik van gemotoriseerd voertuigen voor wedstrijden geldt deze waarde in cumulatie met eerdere gemelde of vergunde activiteiten voor hetzelfde bedrijf binnen één PASprogrammaperiode. 2. Het project of de andere handeling waarvoor ontwikkelingsruimte is toegedeeld dient binnen twee jaar, na het onherroepelijk worden van het toestemmingsbesluit waarbij de ontwikkelingsruimte is toegedeeld, te zijn gerealiseerd onderscheidenlijk verricht. Na twee jaar kunnen Gedeputeerde Staten het door hen hiervoor vastgestelde toestemmingsbesluit (al dan niet gedeeltelijk) intrekken of wijzigen of, indien het om een omgevingsvergunning gaat, burgemeester en wethouders verzoeken het toestemmingsbesluit (al dan niet gedeeltelijk) in te trekken of wijzigen. 3. Voor de toedeling van ontwikkelingsruimte geldt de volgorde van ontvangst van een volledige en ontvankelijke aanvraag. Bij binnenkomst via de post geldt het tijdstip van 12.00 uur. Voor dit bedrijf is niet eerder een vergunning danwel een verklaring van geen bedenkingen (hierna vvgb) op grond van de Wnb verleend dan wel een melding op grond van de PAS gedaan. Bepalen vergunningplicht Uit de bij de aanvraag ingediende AERIUS-berekening van de beoogde situatie volgt dat er gebieden zijn waar de depositie boven de grenswaarde ligt. In de AERIUS Register-bijlage bij dit besluit zijn alle gebieden vermeld met een depositie boven de 0,05 mol/ha/jaar. De door de activiteit beoogde depositie is vergunningplichtig voor de volgende Natura 2000-gebieden: Lieftinghsbroek Drentsche Aa-gebied Drouwenerzand Ook de overige gebieden zijn meegenomen in de overwegingen die hebben geleid tot dit besluit. Zie daarvoor de AERIUS-Registerbijlage (bijlage 2). Vaststellen van de feitelijk door de bestaande activiteit veroorzaakte stikstofdepositie Artikel 2.4, vijfde en zevende lid van de Regeling Natuurbescherming vormt de grondslag voor de bepaling van de feitelijk veroorzaakte stikstofdepositie. Dit betreft de stikstofdepositie die in de periode van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2014 ten hoogste werd veroorzaakt als gevolg van hetgeen daadwerkelijk plaatsvond binnen de kaders van een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel e of i van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht of een vergunning of melding krachtens de Wet milieubeheer of Hinderwet. 5
Op basis van de PAS wordt voor de referentiesituatie uitgegaan van de bestaande activiteit met de hoogst veroorzaakte stikstofdepositie, passend binnen de melding Besluit melkrundveehouderij milieubeheer d.d. 15 sept 2005. De feitelijke situatie van het bedrijf waarop de aanvraag van toepassing is, is aangetoond via de CRV veesaldokaart 2013. De ammoniakemissie van de feitelijk gehouden dieraantallen is hoger dan voor de vergunde dieraantallen in het Besluit melkrundveehouderij milieubeheer d.d. 15 september 2005. De werkelijke aantallen dieren passend binnen de milieuvergunde situatie d.d. 15 september 2005 is aangehouden als referentie situatie in de bijgevoegde Aerius-berekening. Tabel 1 feitelijke dieraantallen passend in de milieuvergunde situatie, Numero Dertien 16, 9644 TV Veendam Diersoort Rav-categorie Aantal (stalnr) NH 3-emissiefactor 1 emissie Totaal NH 3- kg/jr Melkkoeien ouder dan 2 jaar, overig huisvestingssysteem Vrouwelijk jongvee tot 2 jaar, overig huisvestingssysteem Vrouwelijk jongvee tot 2 jaar, overig huisvestingssysteem A1.100 77 (stal A) 13,00 1001,00 A3.100 35 (stal B) 4,40 154,00 A3.100 10 (stal C) 4,40 44,00 Totaal 1199,00 Beoogde situatie in aanvraag De aangevraagde situatie vergunning Wnb komt overeen met de hiernavolgende tabel 2 en situatie 2 van de AERIUS-Registerbijlage. Tabel 2 beoogde, Numero Dertien 16, 9644 TV Veendam Diersoort Rav-categorie Aantal (stalnr) NH 3-emissiefactor 2 Totaal NH 3- emissie kg/jr Melkkoeien ouder dan 2 jaar, overig huisvestingssysteem Vrouwelijk jongvee tot 2 jaar, overig huisvestingssysteem Vrouwelijk jongvee tot 2 jaar, overig huisvestingssysteem A1.100 116 (stal A) 13,00 1508,00 A3.100 50 (stal B) 4,40 220,00 A3.100 20 (stal C) 4,40 88,00 Totaal 1816,00 1 Er is in tabel 1 en 2 gerekend met de emissiefactoren van de Regeling ammoniak en veehouderij 6
Vaststellen overige effecten Gezien de afstand van circa 11 kilometer tot het dichtstbijzijnde Natura 2000-gebied Drouwernerzand, zijn er naast de effecten van stikstof geen andere effecten op Natura 2000-gebieden. Ook uit de berekening van AERIUS 2016L blijkt dat er geen effecten zijn op stikstofgevoelige leefgebieden. Effecten op Natura 2000-gebieden in Duitsland De gewenste bedrijfsontwikkeling heeft ook invloed op Natura 2000-gebieden in Duitsland. Voor de beoordeling van de toename sluiten wij aan bij de Duitse beoordelingssystematiek, zoals deze is opgenomen in het Programma Aanpak Stikstof. De Duitse overheid oordeelt dat er geen sprake is van een negatief effect als de toename van stikstofdepositie lager is dan 3,5 mol N/ha/jaar. De toename in de aangevraagde situatie veroorzaakt op geen enkel habitat op Duits grondgebied een stikstofdepositie die deze grenswaarde overschrijdt (zie AERIUS-Registerbijlage). Nadere toetsing van effecten op Natura 2000- gebieden op Duits grondgebied is hierdoor niet nodig. Conclusie Op grond van de hiervoor aangegeven beoordeling, concluderen wij dat de aangevraagde activiteit: gelet op de instandhoudingsdoelstellingen, niet kan leiden tot verslechtering van de kwaliteit van de natuurlijke habitats en habitats van soorten in Natura 2000-gebieden en geen significant verstorend effect kan hebben op de soorten waarvoor deze gebieden zijn aangewezen; gelet op de afstand tot Natura 2000-gebieden, er geen sprake is van overige effecten, anders dan stikstof; geen negatief effect heeft op Duitse Natura 2000-gebieden; geen negatief effect op stikstofgevoelige leefgebieden. Op basis van onze beoordeling, zijn er geen belemmeringen om de gevraagde Wnb-vergunning te verlenen. Eindconclusie De aanvraag past binnen de Groningse beleidsregels en is derhalve aangeboden aan AERIUS Register. Uit de AERIUS-Registerbijlage blijkt dat er voldoende ontwikkelingsruimte beschikbaar is om de aangevraagde situatie te verlenen. Er is voor de onderliggende aanvraag ontwikkelingsruimte vastgelegd in AERIUS Register. De vergunning kan worden verleend. Bijlagen AERIUS Register-bijlage (kenmerk: RTK1BSAHJXVe Tekening Ex.15.1253 d.d. 9 september 2017 7
Dit document is een bijlage bij het toestemmingsbesluit als bedoeld in artikel 2.7 eerste lid, van het Besluit natuurbescherming. Bijlage, Vergunningaanvraag Kenmerken Samenvatting emissies Depositieresultaten Gedetailleerde emissiegegevens Verdere toelichting over deze PDF kunt u vinden in een bijbehorende leeswijzer. Deze leeswijzer en overige documentatie is te raadplegen via: www.aerius.nl en pas.natura2000.nl. pagina 1/11
Contact Rechtspersoon Inrichtingslocatie Numero Dertien 16, 9644 TV Veendam Activiteit Omschrijving AERIUS kenmerk Bevoegd gezag RTK1BSAHJXVe Provincie Groningen Datum berekening Rekenjaar 16 november 2017, 07:12 2016 Sector Deelsector Landbouw Stalemissies Totale emissie Situatie 1 Situatie 2 Verschil NOx - - - NH3 1.199,00 kg/j 1.816,00 kg/j 617,00 kg/j Resultaten Hectare met hoogste verschil (mol/ha/j) Natuurgebied Verschil Lieftinghsbroek + 0,05 Toelichting Verschilberekening pagina 2/11
Locatie Feitelijk gebruik Emissie Feitelijk gebruik Bron Sector Emissie NH3 Emissie NOx Stal A Landbouw Stalemissies 1.001,00 kg/j - Stal B Landbouw Stalemissies 154,00 kg/j - Stal C Landbouw Stalemissies 44,00 kg/j - pagina 3/11
Locatie Beoogde situatie Emissie Beoogde situatie Bron Sector Emissie NH3 Emissie NOx Stal A Landbouw Stalemissies 1.508,00 kg/j - Stal B Landbouw Stalemissies 220,00 kg/j - Stal C Landbouw Stalemissies 88,00 kg/j - pagina 4/11
Resultaten PASgebieden (mol/ha/j) Natuurgebied Hectare met hoogste verschil Situatie 1 Situatie 2 Verschil * Lieftinghsbroek 0,10 0,15 + 0,05 beschikbaar? Drouwenerzand 0,09 0,14 + 0,05 Drentsche Aa-gebied 0,08 0,12 + 0,04 beschikbaar Geen ontwikkelingsruimte beschikbaar * Als de hoogste depositietoename plaatsvindt op een hexagoon waar géén sprake is van een (naderende) stikstofoverbelasting, dan is de hoogste toename op een hexagoon met wel een (naderende) stikstofoverbelasting tussen haakjes aangegeven. pagina 5/11
Resultaten per habitattype (mol/ha/j) Lieftinghsbroek Habitattype Hectare met hoogste verschil Situatie 1 Situatie 2 Verschil * beschikbaar? H9120 Beuken-eikenbossen met hulst 0,10 0,15 + 0,05 H9160A Eiken-haagbeukenbossen (hogere zandgronden) 0,10 0,15 + 0,05 H6410 Blauwgraslanden 0,09 0,14 + 0,05 H91D0 Hoogveenbossen 0,09 0,14 + 0,05 Drouwenerzand Habitattype Hectare met hoogste verschil Situatie 1 Situatie 2 Verschil * beschikbaar? H2310 Stuifzandheiden met struikhei 0,09 0,14 + 0,05 H2330 Zandverstuivingen 0,09 0,14 + 0,05 H5130 Jeneverbesstruwelen 0,09 0,13 + 0,04 ZGH2330 Zandverstuivingen 0,06 0,09 + 0,03 H2320 Binnenlandse kraaiheibegroeiingen >0,05 0,08 + 0,03 H6230vka Heischrale graslanden, vochtig kalkarm 0,04 0,07 + 0,02 pagina 6/11
Drentsche Aa-gebied Habitattype Hectare met hoogste verschil Situatie 1 Situatie 2 Verschil * beschikbaar? H9120 Beuken-eikenbossen met hulst 0,08 0,12 + 0,04 H9190 Oude eikenbossen 0,08 0,12 + 0,04 ZGH4030 Droge heiden 0,08 0,12 + 0,04 H7110B Actieve hoogvenen (heideveentjes) 0,07 0,11 + 0,04 H2310 Stuifzandheiden met struikhei 0,07 0,11 + 0,04 H2320 Binnenlandse kraaiheibegroeiingen 0,07 0,11 + 0,04 H4030 Droge heiden 0,07 0,11 + 0,04 H91E0C Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen) 0,07 0,10 + 0,03 H91D0 Hoogveenbossen 0,06 0,10 + 0,03 ZGH2310 Stuifzandheiden met struikhei 0,06 0,09 + 0,03 H4010A Vochtige heiden (hogere zandgronden) 0,06 0,09 + 0,03 H7140A Overgangs- en trilvenen (trilvenen) 0,06 0,09 + 0,03 H6410 Blauwgraslanden 0,05 0,07 + 0,02 H6230vka Heischrale graslanden, vochtig kalkarm 0,04 0,07 + 0,02 ZGH3160 Zure vennen 0,04 0,06 + 0,02 H9160A Eiken-haagbeukenbossen (hogere zandgronden) 0,04 0,06 + 0,02 pagina 7/11
Habitattype Hectare met hoogste verschil Situatie 1 Situatie 2 Verschil * beschikbaar? H7150 Pioniervegetaties met snavelbiezen 0,03 >0,05 + 0,02 beschikbaar Geen ontwikkelingsruimte beschikbaar * Als de hoogste depositietoename plaatsvindt op een hexagoon waar géén sprake is van een (naderende) stikstofoverbelasting, dan is de hoogste toename op een hexagoon met wel een (naderende) stikstofoverbelasting tussen haakjes aangegeven. pagina 8/11
Emissie (per bron) Feitelijk gebruik Naam Stal A Locatie (X,Y) 257608, 563741 Uitstoothoogte 12,1 m Warmteinhoud 0,000 MW NH3 1.001,00 kg/j Dier RAV code Omschrijving Aantal dieren Stof Emissiefactor (kg/dier/j) Emissie A 1.100 overige huisvestingssystemen (Rundvee; melk- en kalfkoeien ouder dan 2 jaar) (Overig) 77 NH3 13,000 1.001,00 kg/j Naam Stal B Locatie (X,Y) 257609, 563781 Uitstoothoogte 6,5 m Warmteinhoud 0,000 MW NH3 154,00 kg/j Dier RAV code Omschrijving Aantal dieren Stof Emissiefactor (kg/dier/j) Emissie A 3.100 overige huisvestingssystemen (Rundvee; vrouwelijk jongvee tot 2 jaar) (Overig) 35 NH3 4,400 154,00 kg/j Naam Stal C Locatie (X,Y) 257633, 563783 Uitstoothoogte 5,3 m Warmteinhoud 0,000 MW NH3 44,00 kg/j Dier RAV code Omschrijving Aantal dieren Stof Emissiefactor (kg/dier/j) Emissie A 3.100 overige huisvestingssystemen (Rundvee; vrouwelijk jongvee tot 2 jaar) (Overig) 10 NH3 4,400 44,00 kg/j pagina 9/11
Emissie (per bron) Beoogde situatie Naam Stal A Locatie (X,Y) 257608, 563741 Uitstoothoogte 12,1 m Warmteinhoud 0,000 MW NH3 1.508,00 kg/j Dier RAV code Omschrijving Aantal dieren Stof Emissiefactor (kg/dier/j) Emissie A 1.100 overige huisvestingssystemen (Rundvee; melk- en kalfkoeien ouder dan 2 jaar) (Overig) 116 NH3 13,000 1.508,00 kg/j Naam Stal B Locatie (X,Y) 257609, 563781 Uitstoothoogte 6,5 m Warmteinhoud 0,000 MW NH3 220,00 kg/j Dier RAV code Omschrijving Aantal dieren Stof Emissiefactor (kg/dier/j) Emissie A 3.100 overige huisvestingssystemen (Rundvee; vrouwelijk jongvee tot 2 jaar) (Overig) 50 NH3 4,400 220,00 kg/j Naam Stal C Locatie (X,Y) 257633, 563783 Uitstoothoogte 5,3 m Warmteinhoud 0,000 MW NH3 88,00 kg/j Dier RAV code Omschrijving Aantal dieren Stof Emissiefactor (kg/dier/j) Emissie A 3.100 overige huisvestingssystemen (Rundvee; vrouwelijk jongvee tot 2 jaar) (Overig) 20 NH3 4,400 88,00 kg/j pagina 10/11
Disclaimer Rekenbasis De initiatiefnemer is zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit van de projectinvoer en de aanvraag wordt getoetst door het bevoegd gezag. De eigenaar van AERIUS aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de inhoud van de door de gebruiker aangeboden informatie. AERIUS is een geregistreerd handelsmerk in Europa. Alle rechten die niet expliciet worden verleend, zijn voorbehouden. Deze berekening is tot stand gekomen op basis van: AERIUS Database versie 2016L_20171003_1682e2550c versie 2016L_20170828_c3f058f00f Voor meer informatie over de gebruikte methodiek en data zie: https://www.aerius.nl/nl/factsheets/uitleg pagina 11/11
116