Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Oud-Beijerland,

Vergelijkbare documenten
Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Strijen 2018

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE OUD-BEIJERLAND

Artikel 3.6 Persoonsgebonden budget hulpmiddel en vervoersvoorziening... 5

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE Strijen 2017, tweede versie (1ste wijziging)

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente <NAAM> 2015 concept. Artikel 3.6 Persoonsgebonden budget hulpmiddel en vervoersvoorziening...

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE IJSSELSTEIN 2017

Artikel 2.7 Persoonsgebonden budget hulpmiddelen en vervoersvoorzieningen... 5

Gemeente Leidschendam-Voorburg- Besluit maatschappelijke ondersteuning

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland;

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oisterwijk 2015

Gelet op de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldambt 2017; Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldambt 2018

Besluit maatschappelijke ondersteuning Hollands Kroon 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning Hollands Kroon 2015

HOOFDSTUK 3 RECHT EN VERPLICHTINGEN MAATWERKVOORZIENING ALS PERSOONSGE- BONDEN BUDGET

Gemeente Zoetermeer. Wmo besluit Zoetermeer 2016

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Voorschoten Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Voorschoten;

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2017

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland;

MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE NEDERWEERT Vastgesteld door burgemeester en wethouders in de vergadering van 9 december 2014.

GEMEENTEBLAD. gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Houten;

Financieel Besluit. sociaal domein. Gemeente Oude IJsselstreek

Financieel Besluit Sociaal Domein Gemeente Oude IJsselstreek Burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek;

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE LEUDAL December Besluit Wmo 2015 Leudal, Versie 4 december

FINANCIEEL BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE BERKELLAND 2015

Burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek;

Non-Professional. Artikel 2. Bedragen persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorziening Begeleiding Individueel

FINANCIEEL BESLUIT. maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude

gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Houten;

Besluit. maatschappelijke ondersteuning. Gemeente Oude IJsselstreek

gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Houten;

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den IJssel,

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Sint-Oedenrode 2015, versie 3

Besluit maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Roermond 2015

GEMEENTEBLAD. Nr januari Officiële uitgave van de gemeente Capelle aan den IJssel

b e s l u i t: Vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning Oegstgeest 2017

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Sint- Oedenrode 2015, versie 2 30 juni 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Urk

Wetstechnische informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2015 Nr

Besluit: Vast te stellen het navolgende Besluit voorzieningen Wmo gemeente Waterland 2013.

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oegstgeest houdende regels omtrent maatschappelijke ondersteuning Besluit

2. Besluit Besluit maatschappelijke ondersteuning Capelle aan den IJssel oktober 2018.

Besluit maatschappelijke ondersteuning Oegstgeest 2015

besluit maatschappelijke ondersteuning maatwerkvoorzieningen gemeente Roermond 2017.

Financieel besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2014 Kaag en Braassem

Besluit maatschappelijke ondersteuning maatwerkvoorzieningen gemeente Roermond 2016

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2014

Besluit maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2017 Nr

Besluit maatschappelijke ondersteuning Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2017

Besluit maatschappelijke ondersteuning Gemeente Korendijk

GEMEENTEBLAD. Nr

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2015

NADERE REGELS MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE IJSSELSTEIN 2018

Besluit maatschappelijke ondersteuning Oegstgeest 2016

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Nunspeet 2016

Gelet op artikel 5b, tweede en derde lid van de Verordening Jeugdhulp gemeente Berkelland 2015;

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Korendijk

Vastgestelde beleidsregels - Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 Zoeterwoude

Besluit maatschappelijke ondersteuning Barneveld juli 2008

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2015 GEMEENTE EPE

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Berkelland 2010

Pijnacker-Nootdorp - Nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Pijnacker-Nootdorp 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Heusden 2007

FINANCIEEL BESLUIT maatschappelijke ondersteuning 2015 Zoeterwoude

HOOFDSTUK 3 VOEREN VAN EEN GESTRUCTUREERD HUISHOUDEN

Hoofdstuk 2 Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget... 2 Artikel 2.1 Regels rond verstrekking en verantwoording... 2

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxtel 2015, versie 2

vast te stellen: FINANCIEEL BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING EN JEUGDHULP GEMEENTE BERKELLAND 2017

Besluit maatschappelijke ondersteuning citeertitel: Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 Scherpenzeel vastgesteld bij besluit van

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning Maasbree 2007

Hoofdstuk 1 Bedragen persoonsgebonden budget

Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Nieuwkoop 2013

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Doetinchem 2016

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Houten

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxtel 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning Enschede 2015

Hoofdstuk 1. Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget.

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Heusden-v2

Hoofdstuk 1. Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget.

Hoofdstuk 1 Bedragen persoonsgebonden budget

Besluit nadere regels Wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Sint-Michielsgestel 2016

Besluit maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden

Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Nieuwkoop 2013

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Hoogeveen 2010

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Delft 2016

Financieel besluit Maatschappelijke Ondersteuning en Jeugdhulp 2019 gemeente Amersfoort HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

B e s l u i t e n: Burgemeester en wethouders van Purmerend, Gelet op Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Purmerend 2011,

Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2014 Wassenaar

Hoofdstuk 1 Bedragen persoonsgebonden budget

Gemeente Nijkerk - Regeling maatschappelijke ondersteuning Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijkerk;

Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Renkum 2012

Financieel besluit Maatschappelijke Ondersteuning en Jeugdhulp 2017

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Overbetuwe 2010 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

DE BEDRAGEN IN DIT BESLUIT GELDEN PER Besluit maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden

Besluit maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Echt-Susteren 2016

Transcriptie:

GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Oud-Beijerland Nr. 234562 29 december 2017 Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oud-Beijerland houdende regels omtrent maatschappelijke ondersteuning Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2018 Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Oud-Beijerland, Gelet op de artikelen: 5.1 derde lid onder c, 5.3 tweede lid, 5.4 vijfde en zesde lid, 5.5 vierde lid, 5.6 vijfde en zesde lid, 8.3 eerste lid, 8.4 vijfde lid, 11.3 tweede lid en 15.2 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2018; Besluit: Vast te stellen het navolgende Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2018 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen 1. In dit Besluit wordt verstaan onder: a. Besluit: het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2018; b. Verordening: de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2018. 2. Alle begrippen, die in dit Besluit worden gebruikt en niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Wet, de Verordening en de Algemene Wet bestuursrecht (Awb). Hoofdstuk 2 Bijzondere bepalingen Artikel 2.1 Afschrijvingsperioden Onverminderd de toepassing van artikel 8.4 vierde lid onder f van de Verordening worden voor voorzieningen de volgende afschrijvingsperioden gehanteerd: Woningaanpassingen: - keuken 20 jaar; - badkamer 25 jaar. Artikel 2.2 Toepassing primaat verhuizing Het bedrag waarboven toepassing van het primaat van de verhuizing, zoals bedoeld in artikel 8.3 eerste lid van de Verordening kan worden toegepast bedraagt 2.450,20. Hoofdstuk 3 Persoonsgebonden budget Artikel 3.1 Recht op Persoonsgebonden budget Onverminderd de voorwaarden en/of weigeringsgronden van artikel 2.3.6 van de wet bestaat geen recht op een Persoonsgebonden budget indien en zolang een risico bestaat dat beslag kan worden gelegd op het Persoonsgebonden budget. Artikel 3.2 Persoonsgebonden budget woningaanpassing 1. Bij de verlening van een Persoonsgebonden budget voor het realiseren van een woningaanpassing dient binnen zes maanden na het besluit met de werkzaamheden te worden aangevangen. 2. In afwijking van artikel 5.1 derde lid onder c van de Verordening dient het Persoonsgebonden budget voor woningaanpassingen binnen vijftien maanden na toekenning te zijn aangewend voor de bekostiging van het resultaat waarvoor de verlening heeft plaatsgevonden. 3. Voor de verstrekking van een Persoonsgebonden budget voor een woningaanpassing geldt dat de cliënt: a. met de werkzaamheden waarop de maatwerkvoorziening betrekking heeft, niet mag beginnen voordat het College positief heeft beslist op de aanvraag; b. het College desgevraagd op één of meer door het College te bepalen tijdstippen toegang tot de woning of het gedeelte van de woning biedt waar de aanpassing wordt aangebracht; 1

c. desgevraagd aan het College inzage verstrekt in de bescheiden en tekeningen die betrekking hebben op de woningaanpassing; d. desgevraagd aan het College de gelegenheid wordt geboden tot het controleren van de gerealiseerde woningaanpassing. 4. Onmiddellijk na de voltooiing van de aanpassingswerkzaamheden, doch uiterlijk binnen vijftien maanden na het besluit tot toekenning, verklaart de cliënt schriftelijk aan het College dat de bedoelde werkzaamheden zijn voltooid. 5. De gereed melding, bedoeld in het vorige lid, is voorzien van een verklaring waaruit blijkt dat bij het treffen van de maatwerkvoorziening is voldaan aan de voorwaarden waaronder het Persoonsgebonden budget is toegekend. 6. De cliënt, aan wie een Persoonsgebonden budget is verstrekt voor het realiseren van een woningaanpassing aan de eigen woning, is verplicht zorg te dragen voor een opstalverzekering die in voldoende mate de te verzekeren waarde van de woning dan wel de getroffen woningaanpassing dekt voor het risico van schade. Artikel 3.3 Persoonsgebonden budget hulpmiddel en vervoersvoorziening 1. Bij de verstrekking van een Persoonsgebonden budget voor een hulpmiddel kunnen de volgende eisen gelden: a. de cliënt dient een maatwerkvoorziening van goede kwaliteit aan te schaffen, volgens de door het College daaraan gestelde eisen; b. de cliënt dient een onderhoudscontract af te sluiten met een leverancier, waarin tenminste zijn opgenomen de kosten van reparaties (inclusief onderdelen, voorrijkosten en arbeidsloon), 24-uurs-service, recht op gebruik van leenvoorziening, jaarlijks onderhoud en keuring; c. de cliënt dient bij aanschaf van een vervoersvoorziening een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten. 2. De cliënt dient het College desgevraagd in de gelegenheid te stellen de met het Persoonsgebonden budget aangeschafte maatwerkvoorziening te bezichtigen en te laten beoordelen. Artikel 3.4 Budgetperioden hulpmiddelen Onverminderd de toepassing van artikel 5.6 lid 5 van de Verordening worden voor hulpmiddelen de volgende budgetperioden gehanteerd: tilliften: 10 jaar; hulpmiddelen voor kinderen: 5 jaar; overige hulpmiddelen: 7 jaar. Artikel 3.5 Persoonsgebonden budget diensten 1. Onder diensten als bedoeld in dit artikel worden verstaan: Huishoudelijke Ondersteuning, begeleiding, dagbesteding, kortdurend verblijf alsmede het noodzakelijk vervoer van en naar de locatie waar deze diensten worden geboden. 2. Uit het Persoonsgebonden budget mogen de reiskosten worden betaald van de persoon aan wie het Persoonsgebonden budget wordt uitbetaald in verband met het bieden van de geïndiceerde maatwerkvoorziening, niet zijnde vervoer naar en van de locatie, met een maximum van 40 kilometer per dag. De hoogte is gebaseerd op het maximaal belastingvrije bedrag ( 0,19). Artikel 3.6 Vrij besteedbaar bedrag begeleiding Van het Persoonsgebonden budget kan 1,5% tot een maximum van 1.250,00 per jaar buiten de verantwoording worden gelaten van de overeenkomst als bedoeld in artikel 5.2 van de Verordening. HOOFDSTUK 4 TARIEVEN MAATWERKVOORZIENINGEN Artikel 4.1 Huishoudelijke Ondersteuning Het tarief, zoals bedoeld in artikel 5.5 lid 3 van de Verordening, bedraagt 25,33 per uur, waarbij voor cliënten met een indicatie schoon en leefbaar huis het tarief voor de aanbieder is vastgesteld op 202,64 per vier weken. Artikel 4.2 Dagbesteding, begeleiding, kortdurend verblijf en vervoer De tarieven, zoals bedoeld in artikel 5.4 lid 6 van de Verordening bedragen voor dagbesteding, begeleiding, kortdurend verblijf en vervoer bedragen: - categorie 1: individueel 39,54 per uur; groep 39,54 per dagdeel; 2

- categorie 2: individueel 58,12 per uur; groep 58,12 per dagdeel; - categorie 3 individueel 84,46 per uur; groep 84,46 per uur; - logeren 190,63 per etmaal; - regulier vervoer 7,75 per dag; - Rolstoelvervoer 20,67 per dag. Artikel 4.3 Hulpmiddelen De tarieven, zoals bedoeld in artikel 5.6 lid 6 van de Verordening bedragen per vier weken, exclusief BTW: Categorie 1: Handbewogen- en duwrolstoelen volwassenen: 1a Incidenteel gebruik/transportdoeleinden 1b Rolstoel (semi)permanent/adl 1c Rolstoel langdurig permanent actief/vast 1d Verblijfsrolstoel Categorie 2: Buggy s, wandelwagens, handbewogen- en duwrolstoelen kinderen 2a Buggy/handrolstoel incidenteel 2b Rolstoel (semi)permanent/adl 2c Verblijfrolstoel/wandelwagen Categorie 3: Elektrische aandrijvingen op handrolstoelen kinderen en volwassenen Categorie 4: Handbike kinderen en volwassenen 4a Handbike zonder hulpaandrijving 4b Handbike met elektrische hulpaandrijving Categorie 5: Elektrische rolstoelen volwassenen 5a Elektrische rolstoel eenvoudig 5b Elektrische rolstoel uitgebreid Categorie 6: Elektrische rolstoelen kinderen Categorie 7: Scootmobielen kinderen en volwassenen 7a Scootmobiel eenvoudig 7b Scootmobiel standaard 7c Scootmobiel extra geveerd 7d Scootmobiel bijzondere uitvoering Categorie 8: Fietsen volwassenen 8a Fiets mechanisch/bijzondere uitv. 8b Fiets elektrisch/bijzondere uitv. Categorie 9: Fietsen kinderen 9a Fiets mechanisch aangedreven 9b Fiets elektrische (hulp)aandrijving Categorie 10: Zitunit kinderen Categorie 11: Douche/bad/toilet (transfer)voorzieningen volwassenen en kinderen 11a Douche/Bad/Toilet minimaal 11b Douche/Bad/Toilet complex Categorie 12: Tilliften volwassenen en kinderen Categorie 13: Koopprijzen 13a Pakpaal 13b Opstahulpmiddel 13c Toiletverhoger/-beugels 13d Badplank 13e Douchekruk 13f Douche- of Toiletstoel 13g Douche- en Toiletstoel 6,00 20,00 35,00 15,00 69,00 33,00 74,00 140,00 170,00 260,00 38,00 45,00 70,00 95,00 28,00 60,00 18,00 50,00 42,00 21,00 70,00 55,00 174,97 349,97 110,00 45,00 75,00 175,00 190,00 HOOFDSTUK 5 TEGEMOETKOMING MEERKOSTEN Artikel 5.1 Meerkosten en aanvraag 1. Het College kan op aanvraag aan de persoon als bedoeld in artikel 11.1 eerste lid van de Verordening een tegemoetkoming in de meerkosten verlenen voor: 3

a. de verhuis- en herinrichtingskosten die het gevolg zijn van een verhuizing als bedoeld in artikel 8.3 van de Verordening; b. de kosten in verband met de aanschaf van een geschikte sportrolstoel welke dient ter ondersteuning van de zelfredzaamheid en participatie; c. de kosten in verband met het zich verplaatsen in de leefomgeving met een eigen auto, een rolstoeltaxi of individueel taxivervoer als bedoeld in hoofdstuk 9 van de Verordening welke dienen ter ondersteuning van de zelfredzaamheid en participatie. Artikel 5.2 Hoogte tegemoetkoming meerkosten 1. De hoogte van de tegemoetkoming voor de verhuis- en herinrichtingskosten is een vast bedrag voor de kosten van stoffering en verven/behangen van de nieuwe woning. De hoogte van de tegemoetkoming is afhankelijk van de gezinsgrootte. De tegemoetkoming voor inrichtingskosten bedraagt voor een: a. eenpersoonshuishouden 2.450,20; b. tweepersoonshuishouden 2.450,20; c. driepersoonshuishouden 3.420,07; d. huishouden van vier of meer personen 4.389,94; 2. De hoogte van de tegemoetkoming voor de verhuiskosten bedraagt maximaal 1.020,92 en wordt vastgesteld op basis van de werkelijke kosten. 3. De tegemoetkoming van maximaal één maand dubbele woonlasten, zijnde de werkelijke kosten van de woonruimte met de laagste lasten. 4. De hoogte van de tegemoetkoming voor: a. het gebruik van een (eigen) auto bedraagt maximaal een kilometervergoeding van 0,29 onder aftrek van de reguliere kosten voor openbaar vervoer ter hoogte van 0,15 per km; b. het gebruik van een rolstoeltaxi of individuele taxi bedraagt maximaal het bijbehorende reguliere tarief per kilometer, tijdtarief en het van toepassing zijnde reguliere voorrijdtarief per rit onder aftrek van de reguliere kosten voor openbaar vervoer ter hoogte van 0,15 per km; c. de aanschaf van een sportrolstoel bedraagt maximaal 2.767,20 voor een periode van minimaal drie jaar. 5. Het College stemt de hoogte van de tegemoetkoming in het vierde lid onder a of b af op de samenvallende vervoersbehoefte van de echtgenoten of daarmee gelijkgestelden. 6. Vallen de vervoersbehoeften als bedoeld in het vorige lid in belangrijke mate samen, dan verstrekt het College slechts een keer het bedrag genoemd in het vierde lid onder a of b. 7. Het College kan in individuele gevallen afwijken van de (uitkomst van) bedragen genoemd in het vierde lid onder a of b indien de vervoersbehoefte als bedoeld in artikel 5.1 onder c van dit Besluit daartoe aanleiding geeft gelet op de zelfredzaamheid en participatie. Artikel 5.3 Uitbetaling tegemoetkoming meerkosten 1. De tegemoetkoming als bedoeld in artikel 5.2 eerste en derde lid van dit Besluit wordt uitbetaald nadat het College heeft vastgesteld dat de persoon aan wie de tegemoetkoming is toegekend is verhuisd naar de voor hem meest geschikte beschikbare woning. 2. De tegemoetkoming als bedoeld in artikel 5.2 tweede lid van dit Besluit wordt uitbetaald nadat het College heeft vastgesteld dat de persoon aan wie de tegemoetkoming is toegekend is verhuisd naar de voor hem meest geschikte beschikbare woning op basis van nota s of een door het college goedgekeurde offerte. 3. De tegemoetkoming als bedoeld in artikel 5.2 vierde lid onder a van dit Besluit wordt uitbetaald nadat het College de aanvraag om de tegemoetkoming heeft toegekend. 4. De tegemoetkomingen als bedoeld in artikel 5.2 vierde lid onder b van dit Besluit worden uitbetaald op basis van declaratie of op basis van nota s. 5. De tegemoetkoming als bedoeld in artikel 5.2 vierde lid onder c van dit Besluit worden uitbetaald op basis van een door het College goedgekeurde offerte of op basis van een nota. HOOFDSTUK 6 SLOTBEPALINGEN Artikel 6.1 Indexering 1. Op grond van artikel 15.2 van de Verordening kunnen jaarlijks per 1 januari de bedragen in dit Besluit verhoogd of verlaagd worden conform de ontwikkelingen van de prijsindex volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek. 2. Voor zover gebruik gemaakt wordt van de mogelijkheid als bedoeld in het eerste lid wordt uitgegaan van de consumentenprijsindex, alle huishoudens over de periode oktober van het voorvorige jaar tot en met september van het vorige jaar. 4

Artikel 6.2 Citeertitel en inwerkingtreding 1. Dit Besluit wordt aangehaald als Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2018. 2. Dit Besluit treedt in werking op 1 januari 2018, onder gelijktijdige intrekking van het Besluit maatschappelijke ondersteuning Gemeente Oud-Beijerland 2017, tweede versie. Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van Oud-Beijerland d.d. 19 december 2017 de secretaris, R.S.M. Heintjes de burgemeester, J.H.M. Hermans-Vloedbeld 5