Vervangt NEN 3617:1996 Nederlandse norm Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten. This document may only be used on a stand-alone PC. Use in a network is only permitted when a supplementary license agreement for us in a network with NEN has been concluded. NEN 3617 (nl) Sterkstroomkabels met XLPE-isolatie en PVCmantel, met bijzondere eigenschappen bij brand en met een nominale spanning van 0,6/1 kv Power cables with XLPE insulation and PVC sheath, with special fire performance and having a rated voltage of 0,6/1 kv ICS 29.060.20 januari 2003
NEN 3617 Nederlands Elektrotechnisch Comité (NEC) Normcommissie NEC 20 "Draad en kabel voor elektrische sterkstroominstallaties" Apart from exceptions provided by the law, nothing from this publication may be duplicated and/or published by means of photocopy, microfilm, storage in computer files or otherwise, which also applies to full or partial processing, without the written consent of the Netherlands Standardization Institute. The Netherlands Standardization Institute shall, with the exclusion of any other beneficiary, collect payments owed by third parties for duplication and/or act in and out of law, where this authority is not transferred or falls by right to the Reproduction Rights Foundation. Auteursrecht voorbehouden. Behoudens uitzondering door de wet gesteld mag zonder schriftelijke toestemming van het Nederlands Normalisatie-instituut niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van fotokopie, microfilm, opslag in computerbestanden of anderszins, hetgeen ook van toepassing is op gehele of gedeeltelijke bewerking. Het Nederlands Normalisatie-instituut is met uitsluiting van ieder ander gerechtigd de door derden verschuldigde vergoedingen voor verveelvoudiging te innen en/of daartoe in en buiten rechte op te treden, voor zover deze bevoegdheid niet is overgedragen c.q. rechtens toekomt aan de Stichting Reprorecht. Although the utmost care has been taken with this publication, errors and omissions cannot be entirely excluded. The Netherlands Standardization Institute and/or the members of the committees therefore accept no liability, not even for direct or indirect damage, occurring due to or in relation with the application of publications issued by the Netherlands Standardization Institute. Hoewel bij deze uitgave de uiterste zorg is nagestreefd, kunnen fouten en onvolledigheden niet geheel worden uitgesloten. Het Nederlands Normalisatie-instituut en/of de leden van de commissies aanvaarden derhalve geen enkele aansprakelijkheid, ook niet voor directe of indirecte schade, ontstaan door of verband houdend met toepassing van door het Nederlands Normalisatie-instituut gepubliceerde uitgaven. 2003 Nederlands Normalisatie-instituut Postbus 5059, 2600 GB Delft Telefoon (015) 2 690 390, Fax (015) 2 690 190
Inhoud blz. lnleiding 2 Sectie 1 Algemene bepalingen 5 1.1 Algemeen 5 1.1.1 Toepassingsgebied 5 1.1.2 Onderwerp 5 1.2 Definities 5 1.2.1 Definities met betrekking tot materialen voor isolatie en mantels 5 1.2.2 Definities met betrekking tot proeven 5 1.2.3 Nominale spanning 6 1.3 Aanduidingen 6 1.3.1 Fabrieksaanduidingen 6 1.3.2 Aanvullende aanduidingen 6 1.3.3 Duurzaamheid 6 1.3.4 Leesbaarheid 6 1.3.5 Harmonisatiemerk 7 1.3.6 Gebruik van de naam CENELEC 7 1.4 Aderaanduiding 7 1.4.1 Kleurencode 7 1.4.2 Kleurencombinatie groen/geel 7 1.4.3 Aderaanduiding door nummers 7 1.5 Algemene bepalingen voor de constructie van kabels 7 1.5.1 Geleiders 7 1.5.2 Isolatie 8 1.5.3 Opvulling 8 1.5.4 Binnenmantel 9 1.5.5 Metaallagen 9 1.5.6 Mantel of buitenmantel 9 1.6 Proeven aan complete kabels 9 1.6.1 Spanningsproeven 9 1.6.2 Buigproef 10 1.6.3 Buitenafmetingen en onrondheid 10 1.6.4 Brandvoortplanting 10 1.7 (vacant) 10 1.8 (vacant) 10 1.9 Richtlijnen voor het gebruik van kabels 10 Sectie 2 Kabels zonder metaallagen 13 2.1 Ongearmeerde kabels: Kabels met XLPE-isolatie en PVC-mantel 13 2.1.1 Type-aanduiding 13 2.1.2 Nominale spanning 13 2.1.3 Constructie 13 2.1.4 Proeven 13 Sectie 3 Kabels met metaallagen 19 3.1 Gearmeerde kabels: Kabels met XLPE-isolatie en PVC-mantel en voorzien van een armering-aardschermcombinatie 19 3.1.1 Type-aanduiding 19 3.1.2 Nominale spanning 19 3.1.3 Constructie 19 3.1.4 Proeven 20 3.2 Afgeschermde kabels: Dubbelafgeschermde kabels met XLPE-isolatie en PVC-mantel 26 3.2.1 Type-aanduiding 26 3.2.2 Nominale spanning 26 3.2.3 Constructie 26 3.2.4 Proeven 27 Bijlage A Richtlijnen voor het gebruik 29 1
Inleiding Op 17 september 1990 heeft de Raad van de Europese Gemeenschappen een richtlijn aangenomen betreffende de procedures voor het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en telecommunicatie. Deze richtlijn heeft sinds 6 april 1993 in Nederland rechtskracht op grond van het Besluit Aanbestedingen Nutssector (zie Staatsblad 1993 214). De richtlijn (90/531/EEG) bepaalt onder meer dat aanbestedende diensten bij het plaatsen van opdrachten boven bepaalde drempelbedragen in hun technische specificaties moeten verwijzen naar "Europese technische specificaties, indien deze bestaan". Toen de Europese richtlijn van kracht werd, bestonden er nog geen Europese technische specificaties voor kabels met een nominale spanning van 0,6/1 kv. Hierdoor had de eerder aangehaalde regel uit de richtlijn op dat gebied geen praktische betekenis. Om deze lacune op te heffen, is in de European Committee for Electrotechnical Standardization (CENELEC) besloten harmonisatiedocumenten voor de kabels in kwestie op te stellen. Het resultaat hiervan was dat in december 1993 de volgende harmonisatiedocumenten zijn goedgekeurd: HD 603 S1 voor distributiekabels; HD 604 S1 voor sterkstroomkabels met bijzondere eigenschappen bij brand voor gebruik in elektriciteitscentrales; HD 605 S1 waarin beproevingsmethoden staan die specifiek gericht zijn op de kabels volgens HD 603 S1 en HD 604 S1. Vervolgens is in maart 1997 de eerste aanvulling op HD 604 S1 verschenen als HD 604 S1/A1. De daaropvolgende aanvulling HD 604 S1/A2 is in oktober 2002 gepubliceerd. HD 604 S1 is een omvangrijk document geworden. De kabeltypen die in HD 604 S1 zijn opgenomen, omvatten de kabels die in de verschillende landen van Europa gangbaar zijn voor het aangegeven toepassingsgebied. Onder deze kabeltypen bevinden zich ook de typen die in Nederland gangbaar zijn. Het harmonisatiedocument is als volgt opgebouwd: Sectie 1: Algemene bepalingen; Sectie 3: Kabels met aderisolatie en mantel van polyvinylchloride (PVC); Sectie 4: Kabels met aderisolatie van vernet polyetheen (XLPE) of van etheenpropeenrubber (EPR) en een mantel van polyvinylchloride (PVC) of van gechloreerd rubber; Sectie 5: Kabels met halogeenvrije isolatie- en mantelmaterialen. Sectie 2 was oorspronkelijk gereserveerd voor beproevingsmethoden, maar bevat geen tekst omdat later de voorkeur eraan is gegeven de aanvullende beproevingsmethoden van HD 603 S1 en HD 604 S1 samen te brengen in een apart document HD 605 S1. In de secties 3, 4 en 5 komen de volgende kabeltypen voor: Sectie 3 Kabels met aderisolatie en mantel van polyvinylchloride (PVC) 3-A Kabels met concentrische geleiders van koper of aluminium; 3-B Kabels met geleiders van koper of aluminium met of zonder metalen armering of scherm; 3-C Kabels met ronde geleiders van koper met of zonder metalen scherm; 3-D Kabels met ronde of sectorvormige geleiders van koper of aluminium en een concentrische geleider; 3-E Kabels met geleiders van koper of aluminium en een armering van ronddraad of vlakdraad; 3-F Kabels met aanvullende of gewijzigde eisen inzake de zuurstofindex van de materialen. Sectie 4 Kabels met aderisolatie van vernet polyetheen (XLPE) of van etheenpropeenrubber (EPR) en een mantel van polyvinylchloride (PVC) of van gechloreerd rubber 4-A Kabels met massieve of samengeslagen geleiders van koper of aluminium; 4-B Kabels met geleiders van koper of aluminium en een bandarmering; 4-C Kabels met ronde geleiders van koper zonder metalen scherm of armering; 4-D Ongearmeerde, gearmeerde en dubbelafgeschermde kabels met geleiders van koper of aluminium; 4-E Kabels met geleiders van koper of aluminium en een armering van ronddraad of vlakdraad; 4-F Kabels met aanvullende of gewijzigde eisen inzake de zuurstofindex van de materialen. Sectie 5 Kabels met halogeenvrije isolatie- en mantelmaterialen 5-A Kabels met geleiders van koper of aluminium met of zonder metalen scherm; 5-B Ongearmeerde kabels met geleiders van koper; 5-C Ongearmeerde, gearmeerde en dubbelafgeschermde kabels met geleiders van koper of aluminium; 5-D Kabels met geleiders van koper of aluminium en een metalen scherm; 5-E Kabels met geleiders van koper of aluminium en een draadarmering; 5-F Kabels met massieve of samengeslagen geleiders van koper of aluminium; 5-G Kabels met geleiders van koper en met of zonder concentrische geleider van koper; 5-H Kabels met geleiders van koper, met of zonder concentrische geleider van koper, met of zonder armering; 2
5-I Kabels met een tot vier aders met geleiders van koper of aluminium; 5-J Kabels met aanvullende of gewijzigde eisen inzake de zuurstofindex van de materialen. Door te verwijzen naar de specificatie van deze kabeltypen in HD 604 S1 of daarmee overeenkomende nationale normen, voldoet men aan de regel uit de aanbestedingsrichtlijn. Met de publicatie van NEN 3617:1996 en van NEN 3618:1996 werd formeel aan het gehele harmonisatiedocument de status van Nederlandse norm verleend. Toch werden, met het oog op het gebruik dat in de praktijk van de normen zal worden gemaakt, niet alle kabeltypen uit HD 604 S1 overgenomen. De kabeltypen waarvan de omschrijvingen wel in NEN 3617:1996 en in NEN 3618:1996 waren opgenomen, zijn de typen die door het Nederlands Elektrotechnisch Comité in HD 604 S1 zijn ingebracht. Voor de overige kabeltypen kan het harmonisatiedocument worden geraadpleegd, dat tegen vergoeding bij het Nederlands Normalisatieinstituut verkrijgbaar is. De publicatie van HD 604 S1/A1 had geen gevolgen voor NEN 3617:1996 omdat de wijzigingen in feite verbeteringen inhielden die op voorhand al in NEN 3617:1996 waren verwerkt. Met de publicatie van deze versie van NEN 3617 is de norm in overeenstemming met HD 604 S1/A2 gebracht. Om de toegankelijkheid van deze norm en van NEN 3618 te vergroten, zijn de overgenomen tekstgedeelten, d.w.z. sectie 1 en de hoofdstukken 4-D en 5-C, in het Nederlands vertaald. Om praktische redenen zijn de overgenomen tekstgedeelten in de vorm van twee aparte normen gepubliceerd. Daarbij zijn sectie 1 en hoofdstuk 4-D samengevoegd tot deze norm voor kabels met XLPEisolatie en PVC-mantel, terwijl sectie 1 en hoofdstuk 5-C zijn samengevoegd tot NEN 3618 voor halogeenvrije kabels. Wat de indeling betreft, is zo veel mogelijk de indeling van HD 604 S1 gevolgd. Het voordeel hiervan is dat de vergelijkbaarheid met het harmonisatiedocument zo veel mogelijk is behouden. De indeling wijkt daardoor af van de indeling die standaard voor Nederlandse normen wordt aangehouden. Een verschil tussen HD 604 S1 enerzijds en deze norm en NEN 3618 anderzijds is dat HD 604 S1 zich beperkt tot kabels voor elektriciteitscentrales. Dit komt tot uitdrukking in de titel van HD 604 S1 en deels ook in de tekst die over het toepassingsgebied gaat. Deze beperking is, voor zover het de titel betreft, niet overgenomen omdat de kabels die in deze norm en in NEN 3618 worden beschreven, in overeenstemming met NEN 1010, ook mogen worden gebruikt in: woonhuizen, bejaardencentra en hotels; winkels en kantoorgebouwen; openbare gebouwen; ziekenhuizen en verpleegtehuizen; werkplaatsen en fabrieken; land- en tuinbouwbedrijven en veehouderijen; geprefabriceerde gebouwen; op het net aangesloten woonwagens, woonschepen en kampeerwagens; opstellingen van tijdelijke aard, zoals in tentoonstellingsruimten, op jaarbeurzen, bouwwerken, kermissen en aan boord van schepen in aanbouw of in herstelling; recreatieterreinen en jachthavens. De Engelse term "rated voltage" is vertaald met "nominale spanning", in tegenstelling tot de normen voor middenspannings- en hoogspanningskunststofkabels, NEN 3620 resp. NEN 3630, waarin dezelfde term is vertaald met "toegekende spanning". De vertaling met "toegekende spanning" sluit aan op NEN-EN-IEC 60050-151 "Internationale elektrotechnische woordenlijst Hoofdstuk 151: Elektrische en magnetische toestellen". De reden dat voor laagspanningskabels van de regel wordt afgeweken, is dat bij laagspanningskabels niet aan de hand van de spanning of de veldsterkte wordt gedimensioneerd. Bij kabels voor hogere spanningen wordt dit wel gedaan. In deze norm wordt verwezen naar andere Nederlandse normen. De titels van deze normen zijn hierna opgesomd. Bij gedateerde verwijzingen zijn latere wijzigingen of herzieningen van een van deze publicaties slechts van toepassing op deze norm, indien ze door wijziging of herziening daarin zijn verwerkt. Bij ongedateerde verwijzingen is de laatste druk van de publicatie waarnaar is verwezen van toepassing. NEN 1010 NEN 2446 NEN 3618:2002 NEN 3619:2002 NEN 3621:2000 NEN 3622:2001 Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties Aanduiding van geïsoleerde en blanke elektrische leidingen door kleuren Halogeenvrije sterkstroomkabels met bijzondere eigenschappen bij brand en met een nominale spanning van 0,6/1 kv Sterkstroomkabels Aanvullende beproevingsmethoden Leidingen met aderisolatie van PVC en een nominale spanning tot en met 450/750 V Leidingen met aderisolatie van rubber en een nominale spanning tot en met 450/750 V 3
NEN-EN 50265-1:1999 NEN-EN 50265-2-1:1999 Elektrische leidingen Gemeenschappelijke beproevingsmethoden voor het gedrag bij brand Weerstand tegen verticale brandvoortplanting bij een enkele geïsoleerde geleider of enkele leiding Deel 1: Toestel Elektrische leidingen Gemeenschappelijke beproevingsmethoden voor het gedrag bij brand Weerstand tegen verticale brandvoortplanting bij een enkele geïsoleerde geleider of enkele leiding Deel 2-1: Procedures 1 kw-vlam met gas/luchtmengsel NEN-EN 50266-1:2001 Elektrische leidingen Gangbare beproevingsmethoden voor het gedrag bij brand Beproeving van de verticale brandvoortplanting bij verticaal geplaatste gebundelde leidingen Deel 1: Beproevingsinrichting NEN-EN 50266-2-4:2001 Elektrische leidingen Gangbare beproevingsmethoden voor het gedrag bij brand Beproeving van de verticale brandvoortplanting bij verticaal geplaatste gebundelde leidingen Deel 2-4: Procedures Categorie C NEN-EN 50334 NEN 10096-1:1988 NEN 10228 NEN 10287:reeks NEN 10811-1-1:1996 A1:2001 NEN 10811-1-2:1996 A2:2001 NEN 10811-1-3:1996 A1:2001 NEN 10811-1-4:1996 A2:2001 NEN-EN-IEC 60811-2-1:1999 A1:2001 NEN 10811-3-1:1996 A1:1996 A2:2001 NEN 10811-3-2:1996 NEN 10811-4-1:1996 Elektrische leidingen Aanduiding van de aders door bedrukking Hoogfrequentiekabels Deel 1: Algemene eisen en meetmethoden Geïsoleerde elektrische leidingen Geleiderdoorsneden Kabels voor sterkstroom Berekening van de toelaatbare stroom Elektrische en optische leidingen Isolatie- en mantelmaterialen Gangbare beproevingsmethoden Deel 1-1: Algemene toepassing Dikten en buitenafmetingen Mechanische eigenschappen Elektrische leidingen Isolatie- en mantelmaterialen Gemeenschappelijke beproevingsmethoden Deel 1: Algemene toepassing Sectie 2: Thermische veroudering Elektrische en optische leidingen Isolatie- en mantelmaterialen Gangbare beproevingsmethoden Deel 1-3: Algemene toepassing Dichtheid Waterabsorptie Krimp Elektrische en optische leidingen Isolatie- en mantelmaterialen Gangbare beproevingsmethoden Deel 1-4: Algemene toepassing Proeven bij lage temperatuur Elektrische en optische leidingen Isolatie- en mantelmaterialen Gangbare beproevingsmethoden Deel 2-1: Methoden voor elastomeren Bestandheid tegen ozon, rekproef bij hoge temperatuur en bestandheid tegen minerale olie Elektrische en optische leidingen Isolatie- en mantelmaterialen Gangbare beproevingsmethoden Deel 3: Methoden voor PVC Sectie 1: Doordrukproef bij hoge temperatuur Weerstand tegen barsten Elektrische leidingen Isolatie- en mantelmaterialen Gemeenschappelijke beproevingsmethoden Deel 3: Methoden voor PVC Sectie 2: Massaverlies Thermische stabiliteit Elektrische leidingen Isolatie- en mantelmaterialen Gemeenschappelijke beproevingsmethoden Deel 4: Methoden voor polyetheen en polypropeen Sectie 1: Omgevingsspanningscorrosie Thermische veroudering Smeltindex Gehalte aan roet en/of minerale vulstoffen in PE 4
SECTIE 1 ALGEMENE BEPALINGEN 1.1 Algemeen 1.1.1 Toepassingsgebied Deze norm is van toepassing op kabels met massieve, samengeslagen of buigzame geleiders voor vaste aanleg met een nominale spanning U 0 /U van 0,6/1 kv en geeft de eisen en de afmetingen voor een- en meeraderige, moeilijk brandbare kabels met XLPE-isolatie en een PVC-mantel. De maximale temperatuur bij continu bedrijf van de geleider is 90 C. De maximale temperatuur bij kortsluiting is 250 C gedurende maximaal 5 s. De kabels zijn hoofdzakelijk bestemd voor gebruik in elektriciteitscentrales en onderstations 1). Voor alle kabels gelden bijzondere eisen met betrekking tot het gedrag bij brand of bijzondere eisen voor kerncentrales, met uitzondering van kabels voor gebruik in en rond het insluitsysteem van de reactor. Stuurstroomkabels tot en met 61 aders met een geleiderdoorsnede van ten minste 1 mm 2 zijn opgenomen binnen de reeks van sterkstroomkabels. Deze norm bevat de volgende kabeltypen: a) een- en meeraderige ongearmeerde kabels (met inbegrip van meeraderige stuurstroomkabels); b) een- en meeraderige gearmeerde kabels (met inbegrip van meeraderige stuurstroomkabels); c) een- en meeraderige dubbelafgeschermde kabels. De beproevingsmethoden zijn opgenomen in NEN 3619, NEN 3621, NEN 3622, NEN-EN 50265-1, NEN-EN 50265-2-1, NEN-EN 50266-1, NEN-EN 50266-2-4, NEN 10096-1, NEN 10228, NEN 10811-1-1, NEN 10811-1-2, NEN 10811-1-3, NEN 10811-1-4, NEN-EN-IEC 60811-2-1, NEN 10811-3-1, NEN 10811-3-2 en NEN 10811-4-1. De afzonderlijke kabeltypen zijn opgenomen in de secties 2 en 3. 1.1.2 Onderwerp Deze norm omschrijft: kabels die bij een juiste toepassing veilig en betrouwbaar zijn met betrekking tot de technische eisen van het systeem waarvan zij deel uitmaken; eigenschappen en fabricage-eisen die direct of indirect van invloed zijn op de veiligheid; methoden om de overeenstemming met deze eisen te controleren. 1.2 Definities 1.2.1 Definities met betrekking tot materialen voor isolatie en mantels 1.2.1.1 Materialen voor isolatie en mantels De materialen voor isolatie en mantels opgenomen in deze norm, zijn hierna aangegeven samen met hun afkortingen. 1.2.1.1.1 Vernet polyetheen (XLPE) Een materiaal ontstaan uit thermoplastische polyetheen na vernetting door middel van bestralings- of chemische methoden. 1.2.1.1.2 Thermoplastische polyvinylchloride Combinaties van doelmatig gekozen, gedoseerde en verwerkte materialen waarvan het hoofdbestanddeel polyvinylchloride is, dan wel een van de copolymeren daarvan of een mengsel van beide. 1.2.1.2 Soort mengsel De categorie waarin een mengsel op grond van de eigenschappen is ondergebracht, wordt bepaald door speciale proeven. De soortaanduiding behoeft geen rechtstreeks verband te houden met de samenstelling van het mengsel. 1.2.2 Definities met betrekking tot proeven OPMERKING Proeven aangeduid als steekproef (S) of routineproef (R) kunnen worden geëist als onderdeel van een typekeuringssysteem. 1.2.2.1 Typeproeven (symbool T) Proeven die worden uitgevoerd voordat een kabeltype volgens deze norm op een algemeen commerciële basis wordt geleverd, om vast te stellen of dit kabeltype over voldoende eigenschappen voor het beoogde gebruik beschikt. De proeven zijn zo dat, wanneer deze eenmaal zijn uitgevoerd, deze niet behoeven te worden herhaald, tenzij er veranderingen in het materiaal, het ontwerp of de fabricagemethode zijn 1) In de inleiding is aanvullende informatie opgenomen over het gebruik van de kabels. 5
aangebracht waardoor de eigenschappen van de kabel in het gebruik mogelijkerwijs kunnen worden beïnvloed. 1.2.2.2 Steekproeven (symbool S) Proeven die worden uitgevoerd aan monsters van de voltooide kabel of aan materiaal genomen van de voltooide kabel om aan te tonen dat de kabel aan de ontwerpeisen voldoet. 1.2.2.3 Routineproeven (symbool R) Proeven die aan alle voltooide fabricagelengten worden uitgevoerd. 1.2.2.4 Beproeving na installatie Beproeving bedoeld om de deugdelijkheid aan te tonen van de geïnstalleerde kabel en toebehoren. 1.2.3 Nominale spanning De nominale spanning van een kabel is de spanning waarvoor de kabel is ontworpen en die dient om de uitgangspunten voor de elektrische beproeving vast te leggen. De nominale spanning wordt gegeven door een combinatie van de volgende waarden U 0 /U (U m ), uitgedrukt in kv: U 0 is de effectieve waarde van de spanning tussen elke ader en aarde (metaallaag van de kabel of de omringende omgeving); U 0 = 0,6 kv U is de effectieve waarde van de spanning tussen twee willekeurige fase-aders van een meeraderige kabel of van een systeem van eenaderige kabels; U = 1 kv U m is de maximale effectieve waarde van de hoogste netspanning waarvoor het materieel mag worden toegepast; U m = 1,2 kv. In een wisselstroomnet moet de nominale spanning van een kabel ten minste gelijk zijn aan de nominale spanning van het net waarvoor deze bestemd is. Bij gebruik in een gelijkstroomnet mogen de kabels volgens deze norm geen hogere spanning hebben ten opzichte van aarde dan 1,8 kv. 1.3 Aanduidingen 1.3.1 Fabrieksaanduiding Kabels moeten zijn voorzien van een fabrieksaanduiding die naar keuze bestaat uit: a) een fabrieksdraad; b) een doorlopende aanduiding van de naam van de fabrikant of van het handelsmerk, dan wel, indien wettelijk beschermd, een identificatienummer, verkregen op een van de volgende wijzen: 1) een bedrukte band in de kabel; 2) bedrukking in een contrasterende kleur op de isolatie van ten minste één ader; 3) bedrukking, aanbrengen in reliëf op, of stempelen in de (buiten)mantel van de kabel. 1.3.1.1 Doorlopende aanduiding Tenzij iets anders is vermeld in de secties 2 en 3, wordt elke voorgeschreven aanduiding als doorlopend beschouwd indien de afstand tussen het einde van de aanduiding en het begin van de volgende identieke aanduiding niet groter is dan: 550 mm in geval van aanduiding op de (buiten)mantel van de kabel; 275 mm in geval van aanduiding op de isolatie van, of op een band in, een kabel met mantel. OPMERKING De term "voorgeschreven aanduiding" omvat elke verplichte aanduiding volgens deze sectie of volgens de secties 2 en 3 van deze norm. Een voorbeeld van de aanduiding op de (buiten)mantel van de kabel is in onderstaande figuur weergegeven. Het woord "FABRIKANT" is de verplichte aanduiding volgens 1.3.1 en "XYZ" is een willekeurige andere verplichte aanduiding. 1.3.2 Aanvullende aanduidingen Eisen voor eventuele aanvullende aanduidingen zijn opgenomen in de secties 2 en 3 van deze norm. 1.3.3 Duurzaamheid Aanduidingen door bedrukking moeten duurzaam zijn. Toets dit door de proef volgens 2.5.4 van NEN 3619:2002. Na de proef moet de gedrukte tekst nog leesbaar zijn. 6
1.3.4 Leesbaarheid Alle aanduidingen moeten leesbaar zijn. Aanduidingen door bedrukking moeten in een contrasterende kleur zijn aangebracht. Alle kleuren van de kendraad moeten gemakkelijk herkenbaar zijn of gemakkelijk herkenbaar kunnen worden gemaakt, indien nodig, door de kendraad in een geschikt oplosmiddel schoon te maken. 1.3.5 Harmonisatiemerk In beraad. 1.3.6 Gebruik van de naam CENELEC De naam CENELEC mag noch voluit, noch in afgekorte vorm op of in de kabel zijn aangebracht. 1.4 Aderaanduiding De aders van alle kabels moeten zijn gekenmerkt door kleuren of door nummers. Kleuring moet zijn verkregen door gekleurd isolatiemateriaal of door een kleur op het oppervlak aan te brengen. Bij aderaanduiding met nummers moeten de nummers zijn gedrukt in een met de isolatie contrasterende kleur. Tenzij iets anders is aangegeven, moet de aanduiding voldoen aan NEN-EN 50334. Elke ader van alle kabels moet op de volgende wijze zijn gekenmerkt: voor kabels met ten hoogste 5 aders door kleuren volgens 1.4.1; voor kabels met meer dan 5 aders door nummers volgens 1.4.3. De kleuren rood, grijs en wit en indien niet gecombineerd, groen en geel, mogen in geen enkele meeraderige kabel zijn gebruikt. Kabels met een armering-aardschermcombinatie mogen niet zijn voorzien van een groen/gele ader. De kleuren moeten duidelijk herkenbaar en duurzaam zijn. Toets de duurzaamheid door de proef volgens 2.5.4 van NEN 3619:2002. Toets het voldoen aan deze eisen verder door visuele inspectie en door meting. 1.4.1 Kleurencode Tenzij in de secties 2 en 3 iets anders is voorgeschreven, moet de volgende kleurencode zijn toegepast: eenaderige kabels: er is geen kleurencode vastgelegd; tweeaderige kabels: zwart, lichtblauw; drieaderige kabels: groen/geel, zwart, lichtblauw of: zwart, lichtblauw, bruin; vieraderige kabels: groen/geel, zwart, lichtblauw, bruin of: zwart, lichtblauw, bruin, zwart; vijfaderige kabels: groen/geel, zwart, lichtblauw, bruin, zwart of: zwart, lichtblauw, bruin, zwart, zwart. Als er twee of meer zwart gekleurde aders zijn, mag een van deze aders zijn voorzien van een witte markering die niet meer dan 15 % van het oppervlak van de ader in beslag neemt. 1.4.2 Kleurencombinatie groen/geel De verdeling van de kleuren van de groen/geel gekleurde ader moet aan de volgende eis voldoen (in overeenstemming met NEN 1010): Op elk willekeurig stuk ader van 15 mm lengte moet een van deze kleuren ten minste 30 % en ten hoogste 70 % van de oppervlakte van de ader innemen, terwijl de andere kleur het overige deel van de oppervlakte in beslag neemt. OPMERKING Voor de toepassing van de kleuren groen/geel en lichtblauw, zie NEN 1010 en NEN 2446. 1.4.3 Aderaanduiding door nummers De isolatie van de aders moet zwart zijn en opeenvolgend genummerd met uitzondering van de groen/geel gekleurde ader, indien aanwezig. De eventuele groen/geel gekleurde ader moet voldoen aan de eis volgens 1.4.2 en moet in de buitenste laag aders zijn aangebracht. De nummering moet met 1 beginnen in de binnenste laag. 1.5 Algemene bepalingen voor de constructie van kabels 1.5.1 Geleiders 1.5.1.1 Materiaal Geleiders moeten uit blank of vertind zachtgegloeid koper bestaan; geleiders met een doorsnede van 10 mm 2 of meer mogen uit blank aluminium bestaan in plaats van koper in overeenstemming met NEN 10228 en met de eisen volgens de secties 2 en 3. 7
Bestelformulier Stuur naar: NEN Standards Products & Services t.a.v. afdeling Klantenservice Antwoordnummer 10214 2600 WB Delft NEN Standards Products & Services Postbus 5059 2600 GB Delft Vlinderweg 6 2623 AX Delft Ja, ik bestel ex. nl Sterkstroomkabels met XLPE-isolatie en PVCmantel, met bijzondere eigenschappen bij brand en met een nominale spanning van 0,6/1 kv 41.00 T (015) 2 690 390 F (015) 2 690 271 www.nen.nl/normshop Wilt u deze norm in PDF-formaat? Deze bestelt u eenvoudig via www.nen.nl/normshop Gratis e-mailnieuwsbrieven Wilt u op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen op het gebied van normen, normalisatie en regelgeving? Neem dan een gratis abonnement op een van onze e-mailnieuwsbrieven. www.nen.nl/nieuwsbrieven Gegevens Bedrijf / Instelling T.a.v. O M O V E-mail Klantnummer NEN Uw ordernummer BTW nummer Postbus / Adres Postcode Plaats Telefoon Fax Factuuradres (indien dit afwijkt van bovenstaand adres) Postbus / Adres Postcode Plaats Datum Handtekening Retourneren Fax: 015 2 690 271 E-mail: klantenservice@nen.nl Post: NEN Standards Products & Services, t.a.v. afdeling Klantenservice Antwoordnummer 10214, 2600 WB Delft (geen postzegel nodig). Voorwaarden De prijzen zijn geldig tot 31 december 2018, tenzij anders aangegeven. Alle prijzen zijn excl. btw, verzend- en handelingskosten en onder voorbehoud bij o.m. ISO- en IEC-normen. Bestelt u via de normshop een pdf, dan betaalt u geen handeling en verzendkosten. Meer informatie: telefoon 015 2 690 391, dagelijks van 8.30 tot 17.00 uur. Wijzigingen en typefouten in teksten en prijsinformatie voorbehouden. U kunt onze algemene voorwaarden terugvinden op: www.nen.nl/leveringsvoorwaarden. LEREN, WERKEN EN GROEIEN MET NEN preview - 2018