9 september 2018 10.00 uur J Wesseling orgel: Peter Sneep schriftlezing: Marieke Urbach Liturgie Naderen tot God Votum Groet GK06 gz140,2.1. Klein worden voor God. Gods wil genadeverkondiging GK06 gz 68:1, 2 Gebed Luisteren naar God. Lezen: - Ex. 19,1-6 - Jes. 43,14-21 GK 105,1 Lezen: 1 Petr. 1,22-2,10 GK 150,1 Tekst: 1 P 2,9-10 Dank aan God. Opw. 334. gebed Gan met God. GK 118,1 (mannen r. 1 en 5, vr r. 3 en 7, refrein ) vs. 8 (r. 1-4 mannen, r. 5-8 vrouwen) en vs. 10 () Zegen.
9 september 2018 10.00 uur J Wesseling orgel: Peter Sneep schriftlezing: Marieke Urbach Liturgie Naderen tot God Votum Groet GK06 gz140,2.1 2 Alzo lief had God de wereld, dat Hij zijnen eigen Zoon voor die afgev wereld overgaf aan smaad en hoon. Ja, toen wij nog zondaars waren, schonk d ontfermer ons gena, stierf zijn Zoon op Golgota, stierf voor ons, die zondaars waren: God is liefd, o englenstem, mensentong, verheerlijkt Hem! 1 Alle roem is uitgesloten. Onverdiende zaligheên heb ik van mijn God genoten, k roem in vrije gunst alleen. Ja, eer ik nog was geboren, eer Gods hand die alles schiep, iets uit niet tot aanzijn riep, heeft zijn liefde mij verkoren: God is liefd, o englenstem, mensentong, verheerlijkt Hem! Klein worden voor God. Gods wil Genadeverkondiging GK06 gz 68:1, 2 1 Wij knielen voor uw zetel neer, wij, Heer, en al uw leden en eren U als onze Heer met liederen en gebeden. Dat alle macht, hoe hoog, hoe groot, voor U, o Godsgetuige, o eerstgeborene uit de dood, zich diep ootmoedig buige.
2 Die ons, gereinigd door uw bloed, tot priesters hebt verheven en ons de hoge rang, de moed van koningen gegeven, U zij de roem, U zij de lof, U de eerkroon opgedragen. Geheel de aarde en 't hemelhof moet van uw eer gewagen. Gebed Luisteren naar God. Lezen: - Ex. 19,1-6 19 1 In de derde maand, op precies dezelfde dag dat ze uit Egypte waren weggetrokken, kwamen de Israëlieten in de Sinaiwoestijn. 2 Ze waren vanuit Refidim verder getrokken en in de Sinaiwoestijn gekomen. Daar sloegen de Israëlieten hun kamp op, vlak bij de berg. 3 Mozes ging de berg op, naar God. De HEER riep hem vanaf de berg toe: Zeg tegen het volk van Jakob, laat de kinderen van Israël weten: 4 Jullie hebben gezien hoe ik ben opgetreden tegen Egypte, en hoe ik je op adelaarsvleugels gedragen heb en je hier bij mij heb gebracht. 5 Als je mijn woorden ter harte neemt en je aan het verbond met mij houdt, zul je een kostbaar bezit voor mij zijn, kostbaarder dan alle andere volken want de hele aarde behoort mij toe. 6 Een koninkrijk van priesters zul je zijn, een heilig volk. Breng deze woorden aan de Israëlieten over. - Jes. 43,14-21 14 Dit zegt de HEER, jullie bevrijder, de Heilige van Israël: Omwille van jullie zend ik iemand naar Babel; ik maak alle Chaldeeën tot vluchteling en jaag hen jammerend hun schepen op. 15 Ik ben de HEER, jullie Heilige, de schepper van Israël, jullie koning. 16 Dit zegt de HEER, die een weg baande door de zee en een pad door machtige wateren, 17 die paarden en wagens liet uitrukken, een heel leger van geweldenaars daar lagen ze, en ze stonden niet meer op, ze zijn vergaan, als een kwijnende vlam gedoofd.
18 Blijf niet staan bij wat eertijds is gebeurd, laat het verleden nu rusten. 19 Zie, ik ga iets nieuws verrichten, nu ontkiemt het heb je het nog niet gemerkt? Ik baan een weg door de woestijn, maak rivieren in de wildernis. 20 De wilde dieren zullen mij eer bewijzen, de jakhalzen en de struisvogels, omdat ik water schep in de woestijn en rivieren in de wildernis; het volk dat ik heb uitgekozen, laat ik drinken. 21 Dit is het volk dat ik mij gevormd heb, het zal mijn lof verkondigen. GK 105:1 1 Looft, looft verheugd de HEER der heren, aanbidt zijn naam en wilt Hem eren. Laat alle volken nu verstaan de wondren, die Hij heeft gedaan. En spreekt met eerbied en ontzag van al zijn werken dag aan dag. Lezen: 1 Petr. 1,22-2,10 21 Door hem gelooft u in God, die hem uit de dood heeft opgewekt en hem laat delen in zijn luister, zodat uw geloof tevens hoop is op God. 22 Nu u gehoorzaam bent aan de waarheid, is uw hart gelouterd en kunt u oprecht van uw broeders en zusters houden; heb elkaar dan ook onvoorwaardelijk lief, met een zuiver hart, 23 als mensen die opnieuw zijn geboren, niet uit vergankelijk maar uit onvergankelijk zaad, door Gods levende en altijd blijvende woord. 24 De mens is als gras en zijn schoonheid als een bloem in het veld: het gras verdort en de bloem valt af, 25 maar het woord van de Heer blijft eeuwig bestaan. Dit woord is het evangelie dat u verkondigd is. 2 1 Ontdoe u dus van alles wat slecht is, van alle bedrog en huichelarij, alle afgunst en kwaadsprekerij, 2 en verlang als pasgeboren zuigelingen naar de zuivere melk van het woord, opdat u daardoor groeit en uw redding bereikt. 3 U hebt toch ondervonden hoe goed de Heer is? 4 Voeg u bij hem, bij de
levende steen die door de mensen werd afgekeurd maar door God werd uitgekozen om zijn kostbaarheid, 5 en laat u ook zelf als levende stenen gebruiken voor de bouw van een geestelijke tempel. Vorm een heilige priesterschap om geestelijke offers te brengen die God, dankzij Jezus Christus, welgevallig zijn. 6 In de Schrift staat immers: In Sion leg ik een hoeksteen die ik heb uitgekozen om zijn kostbaarheid; wie daarop vertrouwt, komt niet bedrogen uit. 7 Kostbaar is hij voor u, die erop vertrouwen. Voor wie er niet op vertrouwen, geldt echter: De steen die de bouwers afkeurden is de hoeksteen geworden. 8 En: Het is een steen waarover men struikelt, een rotsblok waaraan men zich stoot. Zij struikelen omdat ze Gods woord niet gehoorzamen, daartoe zijn ze bestemd. 9 Maar u bent een uitverkoren geslacht, een koninkrijk van priesters, een heilige natie, een volk dat God zich verworven heeft om de grote daden te verkondigen van hem die u uit de duisternis heeft geroepen naar zijn wonderbaarlijke licht. 10 Eens was u geen volk, nu bent u Gods volk; eens viel Gods ontferming u niet ten deel, nu wordt zijn ontferming u geschonken. GK 150:1 1 Looft de HEER uw God alom, looft Hem in zijn heiligdom. Looft Hem, maakt zijn naam bekend, looft Hem in zijn firmament. Looft de HEER om al zijn deugden. Looft Hem om zijn sterke macht. Looft Hem die zijn werk volbracht. Looft de HEER met grote vreugde. Tekst: 1 P 2,9-10. 9 Maar u bent een uitverkoren geslacht, een koninkrijk van priesters, een heilige natie, een volk dat God zich verworven heeft om de grote daden te verkondigen van hem die u uit de duisternis heeft geroepen naar zijn wonderbaarlijke licht. 10 Eens was u geen volk, nu bent u Gods volk; eens viel Gods ontferming u niet ten deel, nu wordt zijn ontferming u geschonken. Dank aan God. Opw. 334. Heer, uw licht en uw liefde schijnen waar U bent zal de nacht verdwijnen. Jezus, Licht van de wereld, vernieuw ons. Levend Woord, ja uw waarheid bevrijdt ons. Schijn in mij, schijn door mij.
refrein: Kom, Jezus kom, vul dit land met uw heerlijkheid. Kom Heil'ge Geest, stort op ons uw vuur. Zend uw rivier, laat uw heil heel de aard' vervullen. Spreek, Heer, uw woord: dat het licht overwint. Heer, 'k wil komen in uw nabijheid. Uit de schaduwen in uw heerlijkheid. Door het bloed mag ik U toebehoren. Leer mij, toets mij, uw stem wil ik horen. Schijn in mij, schijn door mij. refrein: Kom, Jezus kom, vul dit land met uw heerlijkheid. Kom Heil'ge Geest, stort op ons uw vuur. Zend uw rivier, laat uw heil heel de aard' vervullen. Spreek, Heer, uw woord: dat het licht overwint. Staan wij oog in oog met U Heer. Daalt uw stralende licht op ons neer. Zichtbaar, tastbaar wordt U in ons leven. U volmaakt wie volkomen zich geven. Schijn in mij, schijn door mij. refrein: Kom, Jezus kom, vul dit land met uw heerlijkheid. Kom Heil'ge Geest, stort op ons uw vuur. Zend uw rivier, laat uw heil heel de aard' vervullen. Spreek, Heer, uw woord: dat het licht overwint. gebed Gaan met God. GK 118: 1, 8, 10 1 mannen vrouwen mannen vrouwen Laat ieder s HEREN goedheid prijzen, zijn liefde duurt in eeuwigheid. Laat, Israël, uw lofzang rijzen: Zijn liefde duurt in eeuwigheid. Dit zij het lied der priesterkoren: Zijn liefde duurt in eeuwigheid. Gij, die de HEER vreest, laat het horen: Zijn liefde duurt in eeuwigheid.
8 mannen vrouwen 10 De steen, die door de tempelbouwers verachtlijk was een plaats ontzegd, werd tot verbazing der beschouwers ten hoeksteen door God zelf gelegd. Dit werk is door Gods alvermogen, door s HEREN hand alleen geschied. Het is een wonder in onz ogen. Wij zien het, maar doorgronden t niet. De HEER is God, zijn gunst verheugde ons oog en hart met vrolijk licht. Nu worde t offer onzer vreugde op zijn altaren aangericht. Gij zijt mijn God, U zal ik prijzen, o God, U roemen wijd en zijd. Laat aller lof ten hemel rijzen: Gods liefde duurt in eeuwigheid. Zegen.