Beleidsregels commerciële relatie, ontbreken woonkosten en schoolverlaterskorting 2015



Vergelijkbare documenten
Beleidsregels commerciële huurprijs kostendelersnorm en verlaging bijstand Participatiewet gemeente Zoeterwoude 2015

Hoofdstuk I Algemeen 2. Hoofdstuk II Commerciële relatie en commerciële prijs 2. Hoofdstuk III Inkomstenkorting bij huur of kostganger 3

GEMEENTEBLAD. Nr Beleidsregels Kostendelersnorm 2015

Beleidsregels Kostendelersnorm 2015

Vastgestelde beleidsregels - Beleidsregels commerciële huurprijs kostendelersnorm en verlaging bijstand Participatiewet gemeente Zoeterwoude 2015

Inhoudsopgave. Hoofdstuk I Algemeen 2. Hoofdstuk II Commerciële prijs 2. Hoofdstuk III Inkomstenkorting bij huur of kostganger 3

Beleidsregels kostendelersnorm en verlagingen Participatiewet, IOAW/IOAZ Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2015

Beleidsregels commerciële huurprijs kostendelersnorm en verlaging bijstand uit commerciële verhuur:

GEMEENTEBLAD. Nr Beleidsregels Kostendelersnorm 2015

Beleidsregels kostendelersnorm Participatiewet Olst-Wijhe

gelet op de gemeenschappelijke regeling Intergemeentelijke Sociale Dienst Bernheze, Schijndel, Sint-Michielsgestel, Veghel;

Beleidsregels over kostendelersnorm en verlaging van uitkering vanwege woonsituatie Steenwijkerland/Westerveld 2016

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude VASTGESTELDE BELEIDSREGELS

besluiten: Burgemeester en wethouders van Gouda Besluit van wethouders burgemeester en kostgangerschap participatiewet

Beleidsregels kostendelersnorm en verlagen bijstand in verband met woonsituatie gemeente Edam-Volendam 2018

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Ede (Gelderland)

Beleidsregels Kostendelersnorm Participatiewet, IOAW en IOAZ Meierijstad

Beleidsregels kostendelersnorm Participatiewet 2015 Tiel. Het college van burgemeester en wethouders van Tiel,

Beleidsregels Kostendelersnorm gemeente Landerd

Het college van burgemeester en wethouders, in zijn vergadering van BESLUIT

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oegstgeest;

Artikel 2 Commerciële prijs Onder commerciële prijs als bedoeld in artikel 19a Particpatiewet en artikel 5 IOAW en artikel 5 IOAZ wordt verstaan:

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leidschendam-Voorburg;

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Beleidsregel verlagen van de bijstand in verband met de woonsituatie en inkomsten uit commerciële (onder-)huur Participatiewet.

BELEIDSREGELS INKOMENSVOORZIENINGEN GEMEENTE AALSMEER. HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1. Begripsbepalingen.

Beleidsregels commerciële prijs, verlagingen woonsituatie en schoolverlaters gemeente Raalte

Beleidsregels kostendelersnorm en verlaging bijstandsnorm 2015

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Wijk bij Duurstede (Utrecht)

Toelichting beleidsregels kostendelersnorm

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

Verordeningen en reglementen

BELEIDSREGELS COMMERCIËLE PRIJS ONDER(VER)HUUR EN KOSTGANGERSCHAP/KOSTGEVERSCHAP EN VERLAGING UITKERING BIJ COMMERCIËLE ONDERVERHUUR/KOSTGEVERSCHAP

Beleidsregels verlagen bijstandsnorm Oldebroek 2015

Beleid verlagen uitkering in verband met de woonsituatie en inkomsten uit commerciële verhuur Participatiewet gemeente Venray 2015

Beleidsregel commerciële kostendeling Participatiewet 2015 Gemeente Gilze en Rijen

Toeslagenverordening WWB 2012 gemeente Apeldoorn. Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Horst aan de Maas;

Beleidsregels kostendelersnorm Participatiewet

TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE DOETINCHEM gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 maart 2012;

Beleidsregel verlagen uitkering in verband met de woonsituatie, inkomsten uit commerciële verhuur en schoolverlaters Participatiewet RDWI 2015

verband met inkomsten uit commerciële verhuur Participatiewet gemeente Zoetermeer

Beleidsregels commerciële verhuur en Participatiewet gemeente Twenterand

VERORDENING TOESLAGEN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE GELDERMALSEN 2012

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 11 november 2013;

Beleidsregels woonkosten Participatiewet gemeente Wormerland 2015.

Beleid verlagen uitkering in verband met de woonsituatie en inkomsten uit commerciële verhuur Participatiewet 2017

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Beleidsregels Kostendelersnorm

Besluiten: 1. Bijgaande gewijzigde Beleidsregels lager vaststellen bijstandsnorm 2015 vast te stellen.

Beleidsregels Kostendelersnorm

Beleidsregels verlagen uitkering in verband met de woonsituatie, Participatiewet 2015

Beleidsregels kostendelersnorm en verlagingen Participatiewet IOAW/IOAZ gemeente Heemskerk 2015, eerste wijziging

Pagina 1 van 6. Beleidsregels woonkosten, commerciële huurprijs en kostgangersprijs Participatiewet

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2013

TOESLAGENVERORDENING WWB gemeente Lelystad

TOELICHTING TOESLAGEN- EN VERLAGINGENVERORDENING WWB

TOESLAGENVERORDENING WWB GEMEENTE PUTTEN

Toeslagenverordening WWB gemeente Borsele 2012

TOESLAGENVERORDENING WWB gemeente Lelystad 2012

Toeslagenverordening WWB ISD BOL 2012

Beleidsregels verlagen van de bijstandsnorm in verband met lagere algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan gemeente Arnhem 2017

besluit B en W Burgemeester en wethouders van L a n d g r a a f ; b e s l u i t e n :

ALGEMENE TOELICHTING (Toeslagenverordening WWB 2012-A)

Artikel 7 Citeertitel Deze verordening kan worden aangehaald als Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012-A.

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d. 27 april 2010;

Toeslagenverordening WWB gemeente Kerkrade 2012

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

TOESLAGENVERORDENING WWB 2012 NOORD-BEVELAND 1 JULI 2012

TOESLAGENVERORDENING WWB en WIJ gemeente Lelystad 2011

Beleidsregels kostendelersnorm Participatiewet Deurne 2015

Het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling Samenwerking de Bevelanden;

nr Verordening Toeslagen en Verlagingen Wet investeren in jongeren

Toeslagenverordening Wet Werk en Bijstand

- De Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012 (GB2012/017) is per 5 juni 2012 ingetrokken. Gemeenteblad Nijmegen. Jaartal / nummer 2012 / 057

Tekstuitgave van de Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren

Toeslagenverordening WWB-2

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Onderwerp: Verordening toeslagen en verlagingen van uitkeringsnormen op grond van de Wet werk en bijstand (Wwb).

De Raad van de gemeente Cranendonck, Heeze-Leende, Waalre en Valkenswaard,

GEMEENTE BOEKEL. Raadsbesluit Z/ AB/ De raad van de gemeente Boekel;

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand

Toeslagenverordening WWB II gemeente Hellevoetsluis.Nummer:

Toeslagenverordening WWB 2012-A gemeente Diemen

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Opsterland van 18 december 2012

De begripsbepalingen van de Participatiewet zijn onverkort op deze beleidsregels van toepassing. Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Beleidsregels compensatie alleenstaande ouderkop Heemstede 2016

Verordening Toeslagen en verlagingen WWB Sluis 2013

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van Onderbanken d.d. 19 februari 2013;

Verordening verhoging of verlaging van de bijstandsnorm gemeente

ALGEMENE TOELICHTING (Toeslagenverordening WWB 2013)

VERORDENING TOESLAGEN EN VERLAGINGEN WWB GEMEENTE NIEUWKOOP 2012

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeenten Beek en Stein

Gezien het voorstel inzake gewijzigde WWB-verordeningen na vervallen huishoudinkomenstoets (Gem. blad Afd. A 2012, no. 45);

GEMEENTE VALKE N SWAARD. De Raad van de gemeente Valkenswaard,

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Opsterland van 30 oktober 2012

Algemene toelichting Toeslagenverordening WWB 2012 gemeente Oldebroek

Vast te stellen de navolgende Toeslagenverordening WWB 2013 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Transcriptie:

GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Capelle aan den IJssel. Nr. 65033 17 juli 2015 Beleidsregels commerciële relatie, ontbreken woonkosten en schoolverlaterskorting 2015 Het college van Capelle aan den IJssel maakt bekend dat het algemeen bestuur van IJSSELgemeenten het volgende besluit heeft genomen: Betreffende de Participatiewet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ). Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling IJsselgemeenten; gelet op artikel 1 lid 4 van het Capelse en Krimpense besluit tot mandatering van bevoegdheden aan IJSSELgemeenten van 16 december 2014 respectievelijk 9 december 2014; gelet op de artikelen 22a, 27 en 28 van de Participatiewet en de artikelen 4:81 tot en met 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht (artikel 5 IOAW, artikel 5 IOAZ met ingang van 1 juli 2015); b e s l u i t: vast te stellen de Beleidsregels commerciële relatie, ontbreken woonkosten en schoolverlaterskorting 2015 Artikel 1. Begripsbepalingen 1. Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb). 2. In deze beleidsregels wordt verstaan onder: a. huurder: degene die tegen een financiële vergoeding een gedeelte van een woning huurt van iemand die de woning in zijn geheel huurt van een ander dan wel de woning in zijn ei- gendom heeft, waarbij de huurder en verhuurder/eigenaar geen partners van elkaar zijn of bloedverwanten in de eerste of tweede graad en waarbij er in het geval van onderhuur sprake moet zijn van toestemming van de eigenaar; b. kostganger: een huurder die volgens een schriftelijke overeenkomst ook andere voorzieningen afneemt, zoals maaltijden; c. Recofa: de werkgroep Rechters-commissaris in faillissementen en surseances van betaling; d. woonkosten: kosten van huur of hypotheeklasten; e. Nibud: Nationaal Instituut Budgetvoorlichting. Artikel 2. Commerciële relatie en commerciële prijs 1.Voor de beoordeling of er sprake is van een commerciële relatie, dient aan de volgende voorwaarden te worden voldaan in de situatie van kostganger/kostgever of kamerhuurder/verhuurder: Er is een schriftelijke overeenkomst waarbij wederzijdse rechten en plichten geregeld zijn. Er is sprake van een controleerbare regelmatige betaling van huur en/of kostgeld. Er is sprake van een commerciële prijs en het kostgeld / de huur wordt jaarlijks verhoogd middels indexering. Er wordt een reëel bedrag overeengekomen voor kost en inwoning, gelet op de faciliteiten die ter beschikking van de kostganger staan. 2. Commerciële prijs van kamerhuur of onderverhuur: minimaal het normbedrag woonlasten voor studenten zoals genoemd in het budgethandboek van het Nibud. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast. 3. Commerciële prijs kostgangerschap: minimaal het bedrag in het tweede lid verhoogd met het gemiddelde bedrag voor maaltijden voor een man en vrouw tot 65 jaar en de was voor 5 kilo per week zoals genoemd in het budgethandboek van het Nibud. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast. Artikel 3. Inkomstenkorting bij ontvangst huur of kostgeld minus kosten 1.De inkomsten uit verhuur en/of kostgeverschap, zoals bedoeld in artikel 33 lid 4 van de Participatiewet, worden op de uitkering in mindering gebracht onder aftrek van het navolgende vrij te laten bedrag voor kosten van nutsvoorzieningen en maaltijdvoorzieningen zoals opgenomen in het Vtlb-rapport van de Werkgroep rekenmethode Vtlb van Recofa.. 1

De inkomsten uit verhuur worden op de uitkering in mindering gebracht onder aftrek van (per 01-01- 2015) 62,00 per maand. De inkomsten uit kostgeverschap worden op de uitkering in mindering gebracht onder aftrek van (per 01-01-2015) 353,00 per maand. 2. Het vrij te laten bedrag als bedoeld in het eerste lid wordt halfjaarlijks bijgesteld conform het Vtlbrapport van de Werkgroep rekenmethode Vtlb van Recofa, afgerond op hele euro s. 3. Het eerste lid blijft buiten toepassing voor de belanghebbende met een uitkering ingevolge de IOAW en IOAZ. Artikel 4. Verlaging bijstandsnorm wegens ontbreken woonkosten 1. De verlaging in verband met de woonsituatie zoals bedoeld in artikel 27 Participatiewet bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm van artikel 21 onderdeel b Participatiewet, indien: a. een woning wordt bewoond waaraan voor belanghebbende geen kosten van huur of hypotheeklasten zijn verbonden; b. geen woning wordt bewoond. 2. Het eerste lid blijft buiten toepassing voor de belanghebbende met een uitkering ingevolge de IOAW en IOAZ. Artikel 5. Schoolverlaters Het algemeen bestuur ziet af van de mogelijkheid de norm te verlagen voor schoolverlaters als bedoeld in artikel 28 van de Participatiewet. Artikel 6. Overgangsrecht 1. De beleidsregels zijn van toepassing op aanvragen waarvan de ingangsdatum wordt gesteld op of na 1 januari 2015. 2. Op aanvragen waarvan de ingangsdatum wordt gesteld vóór 1 januari 2015 maar waarop op 1 januari 2015 nog niet is besloten, is het materiële recht, zoals dat tot 1 januari 2015 geldt, van toepassing. 3. Voor de schoolverlater geldt geen overgangsrecht. Artikel 7. Inwerkingtreding en citeertitel 1. Deze beleidsregels treden in werking op de eerste dag na die van bekendmaking en werken terug tot en met 1 januari 2015. 2. Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als Beleidsregels commerciële relatie, ontbreken woonkosten en schoolverlaterskorting 2015. Aldus vastgesteld in zijn vergadering van 28 mei 2015 Het algemeen bestuur van gemeenschappelijke regeling IJsselgemeenten Toelichting op de commerciële relatie en verlagingen 2015 Artikel 1. Begripsbepalingen Dit artikel bevat de begripsbepalingen die op deze beleidsregels van toepassing zijn. Artikel 2. Commerciële relatie en commerciële prijs De twee begrippen worden uitgebreid beschreven wat nodig is in relatie tot de uitvoering van de kostendelersnorm. De kostendelersnorm geldt namelijk niet voor personen die op een commerciële basis in dezelfde woning wonen. Wanneer is er sprake van een commerciële relatie? Bij de intrede van de Participatiewet is ook het begrip commerciële relaties nieuw leven ingeblazen. De hoogte van de bijstandsuitkering wordt mede afhankelijk gesteld van het aantal (mede-)bewoners op een adres. Is er sprake van een niet-commerciële relatie dan heeft dit direct gevolgen voor de hoogte van de bijstandsuitkering. Er kan dan sprake zijn van een gezamenlijke huishouding (hoofdverblijf en wederzijdse zorg) of een kostendelers situatie. Bloedverwanten in de eerste en tweede graad kunnen volgens de regels van de participatiewet nooit een commerciële relatie hebben (artikel 22a lid 4 onder b van de Participatiewet). Indien er sprake is van een commerciële relatie telt deze niet mee voor het begrip kostendeler. Bij deze relaties is sprake van deelname aan het economisch verkeer, waarbij de verhuurder/kostgever een commerciële prijs vraagt voor de huur van de woning en de geleverde diensten en de huurder/kostganger deze commerciële prijs betaalt. In deze situaties is het uitgangspunt dat de kosten niet op de- 2

zelfde wijze worden gedeeld als met woningdelers die geen onderlinge zakelijke relatie met elkaar hebben. Om te kunnen beoordelen of er sprake is van een commerciële relatie, dient er aan een aantal voorwaarden te worden voldaan. We hebben het dan over de situatie van een kostganger/kostgever en kamerhuurder/verhuurder. Er is een schriftelijke overeenkomst waarbij wederzijdse rechten en plichten geregeld zijn. Er is sprake van een controleerbare regelmatige betaling van huur en/of kostgeld. Er is sprake van een commerciële prijs en het kostgeld/ de huur wordt jaarlijks verhoogd middels indexering. Voorwaarden schriftelijke overeenkomst (geen limitatieve opsomming): Identiteit en ondertekening verhuurder/huurder; de datum ingang van het huurcontract, tijdsduur en wijze van opzeggen; de huurprijs (all-in of uitgesplitst in kale huur en servicekosten); het tijdstip en wijze van betaling; de datum waarop jaarlijks de huur wordt geïndexeerd; de huurprijs (all-in of uitgesplitst in kale huur en servicekosten); omschrijving van het gehuurde; gebruik van gemeenschappelijke keuken, douche of bad, wasmachine, wc, kabel en telefoon; omschrijving kostgangerschap tegen welke prijs (maaltijden, schoonmaak, was- en strijkwerk). Huurprijs/Prijs kostgangerschap Er moet sprake zijn van een commerciële prijs, dat wil zeggen dat de prijs in verhouding moet staan tot de geleverde prestaties en datgene wat in het economische verkeer gebruikelijk is. Gemeenten hebben de vrijheid om te bepalen wat onder een commerciële huurprijs wordt verstaan. Om te bepalen of er sprake is van een commerciële prijs worden als ondergrens de normbedragen woonlasten van het Nibud voor studenten als uitgangspunt aangehouden. Dit is een bedrag aan huur, water en energie. Bij kostgangerschap komen hier bovenop de gemiddelde kosten voor geleverde diensten zoals maaltijden, was- en strijkkosten en schoonmaak. Ook hiervoor wordt aansluiting gezocht bij het Nibud. Huidige bedragen Nibud: Huur, water en energie 341,00 per maand Maaltijden voor een man tot 65 jaar 193,50 per maand Maaltijden voor een vrouw tot 65 jaar 177,15 per maand Voor de was á 5 kilo per persoon per week (inclusief waspoeder en afschrijving van de machine excl. energieverbruik) 1,00 x 4= 4,00 per maand. Bovenstaande bedragen zijn de bedragen waar minimaal aan voldaan moet worden wil er sprake zijn van een commerciële prijs. Schriftelijke overeenkomst niet doorslaggevend Bij onderhuurders en kostgangers is sprake van een zuiver zakelijke relatie. Daarvan is geen sprake als er een mate van financiële verstrengeling aanwezig is die verder reikt dan de betaling van huur en een wederzijdse verzorging die niet beperkt blijft tot de levering van de overeengekomen diensten zoals maaltijden of bewassing. De loutere aanwezigheid van een contract en bewijsstukken dat huur of kostgeld wordt betaald, staat niet in de weg dat de betrokkenen mogelijk in feite een gezamenlijke huishouding voeren. Verlies van huurtoeslag Bij het hebben van een medebewoner heeft dit gevolgen voor de hoogte van de huurtoeslag. Bij de berekening van de huurtoeslag wordt namelijk rekening gehouden met het gezamenlijk inkomen. Bij het hebben van een commerciële relatie in de vorm van onderhuur en kostganger is er geen verlies van huurtoeslag. Artikel 3. Inkomstenkorting bij ontvangst huur en kostgeld minus daadwerkelijke kosten Op grond van artikel 33, vierde lid, van de wet worden, als de belanghebbende de woning bewoont met een of meerdere huurders, onderhuurders of kostgangers, de daaruit voortvloeiende lagere algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan als bijzonder inkomen aangemerkt, als daarmee nog geen rekening is gehouden bij het vaststellen van de kostendelersnorm (artikel 22a, eerste tot en met derde lid Participatiewet). Inkomsten uit onderhuur of kostgeld worden in mindering gebracht op de uitkering van de onderverhuurder, met uitzondering van een gedeelte van de (onder)huurprijs of kostgeld wegens het hebben van meerkosten aan een (onder)verhuurder en/of kostganger. Deze meerkosten hebben (ingeval van inkomsten uit (onder)huur) betrekking op nutsvoorzieningen en (ingeval van kostgeverschap) op maaltijden. De Recofa richtlijn als ijkpunt Voor het gedeelte van de (onder)huurprijs of kostgeld dat niet in aanmerking wordt genomen is aangesloten bij de berekening van het vrij te laten bedrag voor inkomsten uit (onder)huur of kostgeverschap zoals toegepast bij schuldsanering. In de Vtlb (vrij te laten bedragen) rapporten van de Recofa staat beschreven welke inkomsten in aanmerking moeten worden genomen binnen de schuldsanering. Hierbij worden ten aanzien van inkomsten uit verhuur of kostgeverschap forfaitaire bedragen wegens het hebben van meerkosten vanwege de inwoning van een huurder of kostganger (op dagbasis) buiten 3

beschouwing gelaten. Omgerekend naar maandbedragen, levert dit het volgende op in de periode januari tot en met juni 2015: Meer bij alleen kamerverhuur bij kostgeverschap wordt hierbij opgeteld kosten nutsvoorzieningen voor o.a. maaltijden per dag 2,04 9,60 per maand 61,88 = 62,00 291,20 = 291,00 62,00 = 353,00 De omrekenfactor is: dagbedrag x 7 x 13 / 3. Genoemde bedragen gelden per 1 januari 2015. Dit betekent dat de (onder)huurprijs in aanmerking wordt genomen, minus het bovenstaande actuele maandbedrag voor stijgende kosten van nutsvoorzieningen. Als er sprake is van een kostganger, wordt naast het bedrag voor nutsvoorzieningen ook het actuele maandbedrag voor meerkosten van maaltijden in aanmerking genomen. Het buiten beschouwing laten van een deel van de (onder)huurprijs of het kostgeld, geldt per onderhuurder of kostganger. Zijn er meerdere kostgangers, dan moet een schaalverdeling worden gemaakt. Voor de tweede inwoner wordt dan 80% van het forfaitaire bedrag genomen, voor de derde 70% en zo verder. Ieder half jaar worden deze bedragen aangepast. Voor de actuele bedragen wordt verwezen naar het Vtlb rapport van de Werkgroep Vtlb van Recofa. Een actuele versie is beschikbaar op http://www.wsnp.rvr.org. Artikel 4. Verlaging norm wegens ontbreken woonkosten Als iemand zelfstandig woont maar lagere bestaanskosten heeft dan die waarin de norm voorziet als gevolg van het ontbreken van woonkosten, voorziet artikel 27 van de Participatiewet in de mogelijkheid om de norm als bedoeld in artikel 20 en 21 van de Participatiewet lager vast te stellen. Centraal daarin staat het begrip woonkosten. De volgende mogelijke oorzaken van ontbreken woonkosten kunnen zich voordoen: 1. bewoning van een woning waaraan geen woonkosten zijn verbonden, bijvoorbeeld krakers, een kind dat gratis in een woning van zijn ouder(s) woont, een hypotheek die volledig is afgelost; 2. als een derde de woonkosten van de woning betaalt, bijvoorbeeld het, na een verlating, (tijdelijk) doorbetalen van de vaste lasten (zowel bij een koop- als een huurwoning) door de andere partner. 3. het niet bewonen van een woning, bijvoorbeeld personen die gratis in een bedrijfspand wonen; feitelijk verblijf in caravan of jachthaven. Individualiseringsbeginsel Indien noch in het kader van artikel 27 Participatiewet noch in het kader van artikel 33 lid 1 Participatiewet rekening wordt gehouden met de situatie waarin een ander dan belanghebbende de woonkosten betaalt, kan het bestuur de bijstand in voorkomende gevallen lager of anders vaststellen op grond van het individualiseringsbeginsel van artikel 18 lid 1 Participatiewet. Bijvoorbeeld indien een dakloze expliciet aangeeft wel woonkosten te hebben (bijvoorbeeld betalen voor opvang) is het aan de aanvrager om dit aan het bestuur aan te tonen via bewijsstukken. Op grond hiervan kan het bestuur besluiten de verlaging lager vast te stellen. Artikel 5 Schoolverlaters Het college heeft op grond van artikel 28 Participatiewet de mogelijkheid om gedurende 6 maanden de landelijke norm lager vast te stellen als belanghebbende recent zijn scholing of beroepsopleiding heeft beëindigd. De ratio van artikel 28 Participatiewet is dat een belanghebbende niet onmiddellijk recht kan doen gelden op een relatief hogere bijstandsuitkering aansluitend op het relatief lagere bedrag dat hij aan studiefinanciering ontving. De gedachte dat de bijstandsuitkering veelal aanmerkelijk hoger ligt dan de bedragen die men ontvangt van studiefinanciering komt overigens niet overeen met de praktijk. De hoogte van de beurs en de lening (en voor HBO/universiteit straks het leenstelsel) samen is nagenoeg gelijk aan de geldende bijstandsnorm. De schoolverlaterskorting werd door de gemeente Capelle aan den IJssel toegepast met als uitgangspunt de relatie met het bedrag dat in de toelage studiefinanciering zit voor de kosten van levensonderhoud. De achterliggende gedachte van artikel 28 is dat de hierin bedoelde verlaging aansluit bij de lagere noodzakelijke bestaanskosten van schoolverlaters tijdens hun studie. In de praktijk blijkt echter dat de meeste schoolverlaters tijdens hun studie geen lagere bestaanskosten hebben omdat ze zelfstandig wonend zijn, de verzorging van kinderen hebben e.d.. Bedragen studiefinanciering 2015 HBO/universiteit: Inwonend: max 808,17 Uitwonend: max 1012,96 MBO: Inwonend: max 589,81 Uitwonend: max 794,59 Normen participatiewet 2015 Alleenstaande zelfstandig wonend: 912,79 Kostendeler: 679,75 bij 1 ander/ouders 589,11 bij 2 anderen/ouders In GripopParticipatiewet van Schulinck staat als toelichting op artikel 28 van de Participatiewet: De verlaging mag er niet toe leiden dat de bijstandsnorm van een belanghebbende lager wordt vastgesteld dan het bedrag dat hij aan studiefinanciering zou hebben ontvangen als hij daar nog aanspraak op zou kunnen maken. 4

Gezien bovenstaande wordt er voor gekozen om met ingang van 1 januari 2015 geen toepassing meer te geven aan artikel 28 van de Participatiewet. Voor Capelle aan den IJssel betekent dit een beleidswijziging De gemeente Krimpen aan den IJssel heeft in het verleden geen uitvoering gegeven aan deze mogelijkheid binnen de regelgeving. Artikel 6. Overgangsrecht Spreekt voor zich. Artikel 7. Inwerkingtreding en citeertitel Spreekt voor zich. 5