Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelasting gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van ;

Vergelijkbare documenten
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 november 2016;

Vaststellen verordening parkeerbelasting 2014 (inclusief tarieven) Registratienummer: GF

Onderwerp: Tarieven gemeentelijke belastingen en heffingen 2012 (parkeerbelasting) Registratienummer: GF

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN PARKEERBELASTINGEN VEERSE MEERGEBIED II NOORD-BEVELAND 2015

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2019

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2014

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2016

De raad van de gemeente Valkenswaard in zijn openbare vergadering van 16 december 2009;

Verordening op de heffing en de invordering parkeerbelastingen 2018

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2016

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 21 november 2017;

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen gemeente Veendam

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN PARKEERBELASTINGEN

Verordening parkeerbelastingen

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN PARKEERBELASTINGEN 2018

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders met nummer ; besluit :

Raadsbesluit 2014/.Ö?.5.(

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2015; VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN PARKEERBELASTINGEN 2016

Verordening op de heffing e n invordering van parkeerbelastingen

GEMEENTEBLAD. Nr Verordening parkeerbelastingen december Officiële uitgave van gemeente Tilburg.

Raadsstuk. Onderwerp: Wijziging Verordening parkeerbelastingen 2013 Reg.nummer: 99630

BESLUIT: VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN PARKEERBELASTINGEN

besluit: vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2018

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2018.

gelezen het voorstel nummer RVO van het college van burgemeester en wethouders van 16 september 2014;

DE RAAD VAN DE GEMEENTE DEURNE BESLUIT. Verordening parkeerbelastingen Deurne 2018

Onderwerp : Verordening parkeerbelastingen De raad van de gemeente Beverwijk;

Afdeling Belastingen. Onder de naam "parkeerbelastingen" worden de volgende belastingen geheven:

Jaar: 2013 Nummer: 97 Besluit: Gemeenteraad 7 november 2013 Gemeenteblad VERORDENING PARKEERBELASTINGEN HELMOND 2014

gelet op artikel 225 van de Gemeentewet en de Parkeerverordening Boxtel 1996; Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2013

Gemeenteraad Zaltbommel Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2015 vastgesteld

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 22 augustus 2017, nr ,

Jaar: 2010 Nummer: 92 Besluit: Gemeenteraad 11 november 2010 Gemeenteblad VERORDENING PARKEERBELASTINGEN HELMOND 2011

VERORDENING PARKEERBELASTINGEN Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Bussum van 15 oktober 2013, nummer RV2013.

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 november 2015, nr. 42/5, reg.nr. INTB ;

Jaar: 2012 Nummer: 90 Besluit: Gemeenteraad 8 november 2012 Gemeenteblad VERORDENING PARKEERBELASTINGEN HELMOND 2013

CVDR. Nr. CVDR616638_1 VERORDENING PARKEERBELASTINGEN 2019

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 30 oktober 2018,

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a. RVV 1990: het Reglement verkeersregels en verkeerstekens van 26 juli 1990 Stb.

Verordening parkeerbelastingen Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2016 (Verordening parkeerbelastingen 2016)

Nummer 090 J. Parkeerbelastingen

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 november 2011;

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen Amstelveen 2016

Parkeerverordening Venray 2016

gelezen het raadsvoorstel nummer RVO van het college van burgemeester en wethouders van Den Helder van 2 december 2010;

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2019.

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2016

Verordening op de Heffing en Invordering van Parkeerbelastingen gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 maart 2019;

gelet op het bepaalde in artikel 225 van de Gemeentewet en de Parkeerverordening Noordwijk 2014;

De verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2016.

Verordening parkeerbelastingen 2017 gemeente Terneuzen

Raadsvoorstel

Gemeente Zeist Verordening parkeerbelastingen Zeist 2016

Raadsvoorstel 86I. Gemeenteraad. Vergadering 6 november Onderwerp : Verordening Parkeerbelastingen Helmond 2015

VERORDENING PARKEERBELASTINGEN 2019

Besluit vast te stellen de: Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2015 (1 e wijziging)

DE RAAD DER GEMEENTE DEURNE BESLUIT. Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen gemeente Deurne 2017

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2019

Verordening op de heffing en invordering van Parkeerbelastingen 2018

vast te stellen de navolgende Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2017.

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 september 2008;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 september 2009;

VERORDENING op de heffing en de invordering van parkeer belas tingen

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 oktober 2007;

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland)

Raadsvoorstel 78L. Gemeenteraad. Vergadering 3 november 2016 verbeterd exemplaar. Onderwerp : Verordening Parkeerbelastingen Helmond 2017

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2006;

De verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2016.

Gemeente Almere. Besluit. De raad van de gemeente Almere, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders: B E S L U I T: Pagina 1

Gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders, nummer van..

VERORDENING op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2014

Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2016

De Raad van de gemeente Harlingen Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.6 november 2018

eurne DE RAAD DER GEMEENTE DEURNE BESLUIT Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen gemeente Deurne 2017

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 28 november 2017,

Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2017

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2015 gemeente Harderwijk

RAADSVOORSTEL Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2013.

Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2015

Gewijzigde verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen

raadsvergadering: 13 november 2013 onderwerp: Verordening Parkeerbelastingen 2014

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen gemeente Breda

ONTWERP Bijlage 7. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 november 2014 met nummer ; b e s l u i t :

VERORDENING op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2005

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen

vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2013.

Het tarief van de naheffingsaanslag parkeerbelastingen is conform bestendige gedragslijn verhoogd naar het wettelijk vastgestelde maximum van 51,--.

Parkeerbelastingverordening IJsselstein 2014-I Gemeente IJsselstein

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 november 2015;

VERORDENING op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen

V VA L K E N S WA ARD

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2013 gemeente IJsselstein

Rectificatie, Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Deventer houdende belastingregels voor parkeren Parkeerbelastingverordening 2017

Transcriptie:

GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Heerenveen Nr. 230350 27 december 2017 Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelasting 2018 De raad van de gemeente Heerenveen; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van ; gelet op, gelet op artikel 225 van de Gemeentewet en de parkeerverordening 2014; Besluit Vast te stellen de volgende verordening: Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelasting 2018 Artikel 1 Begripsomschrijvingen Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a. RVV 1990: het Reglement verkeersregels en verkeerstekens van 26 juli 1990, Stb. 459; b. het college: het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen; c. motorvoertuigen: hetgeen daaronder wordt verstaan in het RVV 1990 met inbegrip van brommobielen, zoals bedoeld in artikel 1 onder 1a van het RVV 1990, met uitzondering van tweewielige motorvoertuigen; d. parkeren:het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van goederen, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden; e. houder: degene die naar omstandigheden als houder van een motorvoertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorvoertuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 (Stb. 1994, 475) aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven; f. parkeerapparatuur: parkeermeters, parkeerautomaten, met inbegrip van verzamelparkeermeters, centrale computers voor het verlenen van diensten op het gebied van telefonische betaling bestemd voor de registratie van parkeerbewegingen, en hetgeen naar maatschappelijke opvatting overigens onder parkeerapparatuur wordt verstaan; g. parkeerapparatuurplaats: een parkeerplaats waarvoor parkeerbelasting wordt geheven door middel van parkeerapparatuur; h. belanghebbendenplaats: een parkeerplaats die: 1. is aangeduid met bord E9 uit bijlage I van het RVV 1990, of 2. gelegen is binnen een zone aangeduid met bord E9 uit bijlage I van het RVV 1990 met het opschrift 'zone', voor zover deze plaats niet is uitgezonderd; i. parkeervergunning: een door het college verleende vergunning, krachtens welke het is toegestaan een motorvoertuig te parkeren op daartoe aangewezen parkeerapparatuur- en belanghebbendenplaatsen; j. vergunninghouder: de natuurlijke of rechtspersoon aan wie een parkeervergunning is verleend; k. centrale computer: computer van het bedrijf waarmee de gemeente Heerenveen een overeenkomst heeft gesloten, bestemd voor de registratie van parkeerbewegingen voor het verlenen van diensten op het gebied van betaald parkeren met gebruik van een telefoon en/of andere communicatiemiddelen. Artikel 2 Belastbaar feit Onder de naam parkeerbelastingen worden de volgende belastingen geheven: a. een belasting ter zake van het parkeren van een motorvoertuig op een bij, dan wel krachtens deze verordening in de daarin aangewezen gevallen door het college te bepalen plaats, tijdstip en wijze; b. een belasting ter zake van een van gemeentewege verleende vergunning voor het parkeren van een motorvoertuig op de in die vergunning aangegeven plaats en wijze. 1

Artikel 3 Belastingplicht 1. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven van de degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd. 2. Als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt: a. degene die de belasting voldoet, dan wel te kennen geeft of heeft gegeven de belasting te willen voldoen; b. zolang geen voldoening van de belasting genoemd in artikel 2, onderdeel a, heeft plaatsgevonden: de houder van het motorvoertuig, met dien verstande dat i. als een voor ten hoogste drie maanden aangegane huurovereenkomst wordt overgelegd waaruit blijkt wie ten tijde van het parkeren ingevolge deze overeenkomst de huurder van het motorvoertuig was, niet de houder maar de huurder wordt aangemerkt als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd; ii. als blijkt dat een ander in het kentekenregister had moeten staan ingeschreven, die ander wordt aangemerkt als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd. 3. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, als deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het motorvoertuig gebruik heeft gemaakt en hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen. 4. De belastingen bedoeld in artikel 2, onderdeel b, worden geheven van degene die de vergunning heeft aangevraagd. Artikel 4 Vrijstelling 1. De belasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, voor het parkeren van een motorvoertuig op een parkeerapparatuurplaats wordt niet geheven van een houder van een geldige gehandicaptenparkeerkaart. 2. De vrijstelling is uitsluitend van toepassing als de gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in het eerste lid met de daartoe bestemde zijde op een van buitenaf duidelijk zichtbare en leesbare plaats direct achter de voorruit van het motorvoertuig is geplaatst. 3. De belasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, voor het parkeren van een motorvoertuig op een parkeerapparatuurplaats wordt niet geheven van een gebruiker van een elektrisch (hybride) motorvoertuig wat aangesloten is op één van de elektrische oplaadpalen in Heerenveen die aangeduid zijn met het bord E4 volgens RVV 1990 met onderbord alleen voor elektrische auto s. 4. De belasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel a voor het parkeren van een motorvoertuig op een parkeerapparatuurplaats wordt niet geheven van een gebruiker van een volledig (100%) elektrisch motorvoertuig. Artikel 5 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel (bijlage 1). Artikel 6 Wijze van heffing 1. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college gestelde voorschriften. 2. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte. Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld 1. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, is verschuldigd bij de aanvang van het parkeren, tenzij het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een telefoon of ander communicatiemiddel inloggen op de centrale computer. 2. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, is verschuldigd op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend. Artikel 8 Termijnen van betaling 1. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, moet overeenkomstig de aangifte worden betaald bij de aanvang van het parkeren. 2. In afwijking van het bepaalde in het vorige lid moet de belasting overeenkomstig de aangifte worden betaald binnen een maand na het einde van het parkeren, indien het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een telefoon of ander communicatiemiddel inloggen op de centrale computer. 3. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, moet overeenkomstig de aangifte worden betaald op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend. 2

4. Een naheffingsaanslag moet terstond worden betaald. Artikel 9 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen De aanwijzing van de plaats en/of het gebied waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, mag worden geparkeerd, geschiedt in alle gevallen door het college bij openbaar te maken besluit. Artikel 10 Kosten De kosten van een naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedragen 62,00. De kostenberekening naheffingsaanslag staat vermeld in bijlage 2. Artikel 11 Kwijtschelding Bij de invordering van deze belasting wordt geen kwijtschelding verleend. Artikel 12 Nadere regels door het college Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelasting. Artikel 13 Overgangsbepaling De Verordening op de heffing en de invordering van een parkeerbelasting 2017 van 19 december 2016 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid genoemde datum van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan. Artikel 14 Inwerkingtreding 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking. 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018. Artikel 15 Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald als Verordening parkeerbelasting 2018. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 18 december 2017. de griffier, mevrouw W.J.M.A. Jansen de voorzitter, de heer T.J. van der Zwan 3

Bijlage 1: Tarieventabel behorende bij de Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelasting 2018 1. 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 Parkeren bij parkeerapparatuur Het tarief voor het parkeren bij parkeerapparatuur als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedraagt in het centrumgebied van Heerenveen Parkeerduur Tot 1 uur (60 minuten) Tot 2 uren (120 minuten) Tot 3 uren (180 minuten) Tussen 3 en 4 uren Langer dan 4 uren Parkeerautomaat (muntgeld) 3,50 Dagtarief Parkeerautomaat (via mobiele telefoon) 3,50 Dagtarief Tarief Maximaal 1,20 Maximaal 2,40 Maximaal 3,50 Maximaal 3,50 6,00 2. 2.1 2.2 3. 3.1 3.2 3.3 3.4 Het tarief voor het parkeren bij parkeerapparatuur als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedraagt aan de westzijde van het station van Heerenveen voor een parkeerduur halve dag 1 : voor de parkeerduur gedurende de gehele dag: Vergunningen Het tarief voor een parkeervergunning als bedoeld in artikel 2, onderdeel b, bedraagt per kalenderjaar: Per parkeerplaats welke is gereserveerd door middel van een fysieke afsluiting. Voor een parkeervergunning verstrekt op grond van artikel 3 lid 3 onderdeel a of b van de parkeerverordening 2014. Voor een parkeervergunning die is gelegen binnen een zone aangeduid met bord E9 met het opschrift zone uit het RVV 1990, verstrekt op grond van artikel 3 lid 3 onderdeel a, b, d of f van de parkeerverordening 2014. Voor een parkeervergunning verstrekt op grond van artikel 3 lid 3 onderdeel c of e van de parkeerverordening 2014. 2,00 4,00 150,00 45,00 45,00 334,00 Behorende bij raadsbesluit van 18 december 2017. De griffier, Mevrouw W.J.M.A. Jansen 1) halve dag = de helft van het aantal betaald parkeeruren op die kalenderdag. 4

Bijlage 2: Kostenberekening naheffingsaanslag behorende bij de Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelasting 2018 Onderbouwing verhoging tarief kosten naheffingsaanslag naar wettelijk maximum van 62,-- (Bron: Staatscourant 2017 nr. 40651 d.d. 19 juli 2017). In de tarieven mogen de volgende kosten doorberekend worden: vaste informatieverwerkingskosten; variabele informatieverwerkingskosten; kosten van afschrijving; kosten van interest; personeelskosten; overheadkosten, welke ten hoogste 50% van de personeelskosten mogen bedragen. Jaar: 2018 (begroting) A Personeelskosten parkeerbeheer B Kosten van afschrijving en interest C Overheadkosten D Informatieverwerkingskosten Totale kosten A t/m D 122.567 52.971 61.283 6.150 242.971 Raming op te leggen naheffingsaanslagen in de begroting 2018 ( 210.000,-) zijn gebaseerd op een tarief voor de naheffingsaanslag van 62,00 + 1,20= 63,20 per aanslag en een aantal van 3.322 aanslagen. Vaststelling nieuw tarief: Bij de vaststelling van het nieuwe tarief mag wettelijk ervan uitgegaan worden dat de kosten gedekt worden uit de naheffingen. Dit is begrensd tot een maximum. Het maximumtarief voor het jaar 2018 zou in Heerenveen bij 3.322 aanslagen 242.971,-/ 3.322 = 73,14 mogen bedragen. Het wettelijke maximumtarief van 62,- mag dus gehanteerd worden. Behorende bij raadsbesluit van 18 december 2017. De griffier, Mevrouw W.J.M.A. Jansen 5