ZONDAGSVIERINGEN derde zondag van de advent A-jaar (16 12 2007) Begroeting Hij die komt, nodigt ons uit rond zijn tafel in de naam van + de Vader, de Zoon en de heilige Geest. Amen. Ontsteken van de derde adventskaars Hier mogen we even op adem komen, en elkaar eraan herinneren dat wij samen op weg zijn, op weg naar het Kind. Als teken dat zijn geboorte dichterbij komt en dat wij er verlangend naar uitzien steken wij de derde kaars van onze adventskrans aan. Kaars aansteken. Openingswoord Vandaag zetten we weer een stap dichter naar Kerstmis toe. Voor de meesten iets om naar uit te kijken, een blij feest. Maar niet voor iedereen. Vandaar de Aktie Welzijnszorg. In Jezus tijd keken de mensen vol verwachting uit naar de komst van de Messias, ook Johannes De Doper. Vanuit de gevangenis hoort hij over de Messias en hij laat Hem vragen of Hij de Redder is? Jezus zegt: oordeel zelf maar; blinden kunnen weer zien, lammen lopen en mensen staan weer op en zijn gelukkig. Als ook wij ons, naar het voorbeeld van Jezus, zo inzetten voor onze naaste, helpen we mee aan een wereld waar het goed is om te wonen voor iedereen. Maar daar komen we vaak niet aan toe. Vragen wij daarom om vergeving. Vergevingsmoment Wij vinden welvaart en vooral geluk voor onszelf heel belangrijk. Maar dat heel wat mensen in onze westerse maatschappij dat niet hebben, daar staan we niet bij stil. Daarom bidden wij: Heer, ontferm U over ons. Er zijn nogal wat mensen met schulden. Dat komt voor een groot deel door onze manier van leven en onze economie die aan armen weinig kansen geeft om mee te kunnen in onze dure wereld. Daar staan we niet bij stil.
Daarom vragen wij: Christus, ontferm U over ons. Wij weten wel dat egoïsme en het recht van de sterkste voor een groot deel onze wereld beheersen, maar we staan er niet bij stil dat, als wij daartegen niet reageren, wij die mentaliteit helpen in stand houden. Daarom bidden wij: Heer, ontferm U over ons. Openingsgebed Heer God, leer ons ook vandaag de tekenen van uw tijd verstaan. Kom in ons aan het licht. Laat uw droom in ons wakker worden, uw visioen van vrede ons bewegen zodat wij ogen en oren worden, handen en voeten en stem. Stem voor de allerkleinsten, de verschoppelingen, de uitgerangeerden. Maak ons daartoe bereid want pas dan zijn we klaar om U echt te ontvangen, pas dan is er plaats voor het Kind. Amen. Lezingen (Jesaja 35,1-6a.10; Matteüs 11,2-11) En luisteren we nu naar de lezingen uit de Schrift. We horen een hoopvolle Jesaja en een weifelende Johannes de Doper. Eerste lezing (Jesaja 35,1-6a.10) Uit de Profeet Jesaja Zo spreekt de Heer: 1 Laat de woestijn en het dorre land zich verheugen, de wildernis jubelen en bloeien, 2 weelderig bloeien als de krokus; laat haar uitbundig juichen en jubelen. Zij wordt getooid met de glorie van de Libanon, de luister van Karmel en Saron. Dan zal men de glorie van de Heer zien, de luister van onze God. 3 Geef de zwakke handen weer kracht, maak de bevende knieën sterk. 4 Zeg tegen iedereen die radeloos is: `Houd moed, wees niet bang, hier is uw God, Hij brengt de wraak mee, de goddelijke vergelding, Hij komt u redden.
5 Dan worden de ogen van de blinden geopend en de oren van de doven geopend. 6a Dan danst de kreupele als een hert en juicht de tong van de stomme. 10 De verlosten van de Heer keren terug; met gejubel zullen zij Sion binnenkomen, hun hoofd met eeuwige vreugde gekroond. Blijdschap en vreugde zullen hun tegemoetkomen, droefheid en gezucht zullen wegvluchten. KBS Willibrord 1995 Tweede lezing(jacobus, 5,7-10) Uit de brief van de apostel Jacobus Broeders en zusters, 7 Heb geduld tot de komst van de Heer. De boer die uitziet naar de kostelijke vrucht van zijn land, kan alleen maar geduldig wachten, totdat in de herfst en het voorjaar de regen valt. 8 U moet ook geduldig zijn, en moedig, want de komst van de Heer is dichtbij. 9 Broeders en zusters, klaag elkaar niet aan; anders valt u zelf onder het oordeel. Denk eraan: de rechter staat al voor de deur. 10 Broeders en zusters, neem een voorbeeld aan de lijdzaamheid en het geduld van de profeten, die gesproken hebben in de naam van de Heer. KBS Willibrord 1995 Evangelie (Matteüs 11,2-11) Uit het heilig evangelie van onze Heer Jesus Christus volgens Matteüs 2 Toen Johannes in de gevangenis hoorde over de daden van de Messias, liet hij Hem bij monde van zijn leerlingen vragen: 3 `Bent U het die komen zou, of hebben we een ander te verwachten? 4 Jezus gaf hun ten antwoord: `Ga Johannes vertellen wat u hoort en ziet: 5 Blinden zien weer en kreupelen lopen, melaatsen worden rein en doven horen, doden staan op en aan armen wordt de goede boodschap verkondigd. 6 Gelukkig degene die geen aanstoot aan Mij neemt.
7 Toen ze vertrokken, begon Jezus tegen de mensen over Johannes te spreken: `Waarom bent u naar de woestijn gegaan? Om naar riet te kijken dat beweegt met de wind? 8 Waarom ging u dan? Om iemand in verfijnde kleren te zien? Mensen die verfijnde kleren dragen, vind je in de paleizen van de koningen. 9 Maar waarom ging u dan? Om een profeet te zien? Ja, zeg Ik u, zelfs meer dan een profeet. 10 Hij is het over wie geschreven staat: Zie, Ik zend mijn bode voor U uit, om voor U de weg te banen. 11 Ik verzeker u, onder hen die uit vrouwen geboren zijn, is er niemand opgestaan die groter is dan Johannes de Doper. Maar de kleinste in het koninkrijk der hemelen is groter dan hij. KBS Willibrord 1995 Geloofsbelijdenis Mag ik u uitnodigen getuigenis af te leggen van uw geloof in Jezus, onze Messias. Ik geloof dat het leven mij geschonken werd door God, onze Vader, bron van liefde. Ik geloof dat ik geroepen ben om mee te werken aan een toekomst die voor elke mens menswaardig is. Ik geloof in die uitzonderlijke mens die niet geleefd heeft voor zichzelf. Ik geloof in die mens die wij kennen als zoon van mensen en zoon van God, die een ereplaats gaf aan mensen die over het hoofd werden gezien. Ik geloof dat zijn Geest onder ons werkt als wij in zijn naam samen zijn en wij elkaar levenskansen geven. Ik geloof dat zijn Geest ons telkens weer aanspoort om naar elkaar om te zien en zo mensen te worden met en voor elkaar. Ik geloof dat ons leven niet zal eindigen in het zinloze niets, maar dat wij eens zullen leven
bij de bron van liefde die ons dit leven schonk. Amen. Voorbeden 1 Wenden wij ons vol vertrouwen tot de Heer en leggen wij Hem voor al wat ons hart beroert. Bieden wij Hem, samen met dit brood en deze wijn, onze gaven, onze vragen en beden aan. Bidden wij voor de kerken: dat zij vindplaatsen mogen zijn van Gods Rijk; dat zij de Jezusboodschap zó mogen verkondigen dat ze in de oren van de armen klinkt als een bevrijdend en hoopgevend woord. Bidden wij voor alle hulpverleners die zich inzetten om een betere toekomst uit te bouwen voor mensen aan de rand van onze maatschappij: dat zij, elk op hun eigen manier, zichtbaarheid geven aan onze God die een hart heeft voor kleinen en armen. Bidden wij voor onze wereldleiders: dat zij kansen geven aan elk initiatief tot vrede, hoe klein het ook mag zijn. Voorbeden 2 Bidden wij dat er ook in deze tijd bezielde mensen mogen zijn die in alle eenvoud getuigen van de diepmenselijke boodschap van het evangelie en dat ze de moed en het geduld mogen opbrengen om dit vol te houden. Bidden wij om steun en sterkte voor al diegenen die omwille van hun eerlijke levenshouding naar de marge verwezen worden. Bidden wij voor de Kerk: dat zij op een duidelijke en consequente manier kiest voor de armen en kleinen, zoals Jezus ons voorleefde.
Bidden wij voor deze geloofsgemeenschap en voor onszelf: dat wij in ons dagelijks leven het hoopvolle van Gods Boodschap laten oplichten. naar Piet Leenhouwers Voor al deze intenties, voor alles wat ons op het hart ligt, bidden wij: Gebed over de gaven God, midden onder ons wilt Gij wonen, klein en weerloos. Laat ons samenzijn hier, rond brood en wijn teken zijn van ons geloof in de mens, van onze keuze voor de eenvoudigen, van onze solidariteit. Geef ons de moed om dit brood te breken en deze drank te delen. Zo willen wij deze wereld helpen omvormen tot een woonplaats voor allen, zoals Gij het hebt gedroomd. Amen. Tafelgebed Hoe moeten wij U danken, Vader, voor het geluk dat ons geopenbaard werd in Jezus, uw Zoon. Met Hem willen wij U danken dat Gij uw boodschap verkondigd hebt aan de kleinen en de eenvoudigen. Met Hem willen wij U danken dat Gij voor ons toekomst opent en ons leven, hoop en uitzicht geeft. Daarom loven en prijzen wij U en noemen U: Heilig, heilig, heilig Barmhartige Vader, wij danken U voor Jezus Christus, die één van ons geworden is. Na zijn dood hebben zijn leerlingen erkend dat zijn Geest aanwezig is overal waar liefde woont, overal waar mensen in elkaar durven geloven, overal waar mensen vergeving schenken en elkaar de hand reiken.
Zij hebben begrepen dat Jezus met hen meeging als zij met elkaar dezelfde weg gingen. Zij hebben Hem herkend, Vader, bij het breken van het brood toen zij maaltijd hielden om Jezus liefde onder elkaar levend te houden. In de nacht waarin Hij werd overgeleverd heeft Hij hun immers een teken gegeven van zijn liefde tot het uiterste. Aan tafel nam Hij brood in zijn handen, dankte U, brak het en deelde het uit aan zijn vrienden met de woorden: Neem en eet hiervan, want dit is mijn lichaam, dat voor u gebroken wordt. Toen nam Hij ook de beker, dankte U, en reikte hun de beker aan met de woorden: Drinkt allen hiervan want dit is de beker van het nieuwe verbond, bezegeld met mijn bloed, dat voor U en voor allen vergoten wordt. Eet van dit brood, en drink uit deze beker om Mij te gedenken. Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker, verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt. Trouw aan Jezus woord, Vader, breken wij hier dit brood en danken U voor deze beker. Wij gedenken al wat Jezus ons heeft voorgeleefd en maken zijn voorbeeld tot het onze. Gedenk in uw goedheid allen die ons zijn voorgegaan. Zij leven in onze gedachten, maar, meer nog, zijn zij levend bij U. Laat uw Geest rusten op deze gaven. Dat deze heilige symbolen ons mogen spreken van Jezus dood die tot leven wekt, dat wij mogen openstaan voor alles wat Jezus ons geleerd heeft, dat wij vervuld mogen worden van zijn liefde. Dan zal er vreugde zijn op aarde, vrijheid en vrede in Jezus naam. Door Hem en met Hem en in Hem
zal uw naam geprezen zijn, Heer onze God, almachtige Vader, in de eenheid van de Heilige Geest, hier en nu, en tot in eeuwigheid. Amen. Onze Vader Als kinderen van éénzelfde Vader mogen wij samen bidden zoals zijn Zoon ons heeft voorgebeden: Onze Vader. Beweeg ons hart tot verzoening, zet ons aan tot daden van solidariteit, dan kunnen wij hoopvol uitzien naar de komst van Jezus Messias, uw Zoon: Want van U is het koninkrijk en de kracht Vredeswens Vrede begint waar de één zijn hand legt op de schouder van de ander, waar bruggen gebouwd worden over de kloof tussen sociale klassen, waar men elkaar eerbiedigt, waar men voor elkaar een hulp is in tijden van nood, waar mensen elkaar beleven als zussen en broers van dezelfde Vader. Die vrede van de Heer, zij altijd met u. En geven we elkaar een blijk van vrede en solidariteit. Lam Gods Communie Niets is zo vertrouwd, niets is zo broodnodig als brood in lief en leed, dagelijks gebroken. Brood waarvan Jezus zei: Dit is mijn lichaam. Ik wil er zijn voor u. Heer, ik ben niet waardig Bezinning 1 Bent U het die komen zou, of hebben we een ander te verwachten? [Mt.11,3] Wie verwacht wordt, voelt zich welkom en bemind. Want iemand
niet om het even wie verwachten, is niet zomaar wachten en afwachten. Het is als een moeder die haar kind in haar schoot draagt, verlangend uitkijken naar de geboorte. Het is zich dag na dag klaarmaken om liefde leven te laten worden. Het is ons immers toegezegd: Ik zal er zijn voor jou. God geeft zijn Woord! Kathleen Boedt Bezinning 2 Laat de lichtjes van de advent die onze straten sieren, de knipperlichtjes zijn die ons alarmeren en zeggen dat er mensen zijn die niet menselijk behuisd zijn, die uitgemolken worden en de helft van hun leefloon moeten afgeven om te mogen wonen in een krot. De lichtjes van de advent mogen van binnen naar buiten schijnen, als ook ons hart binnenste buiten wordt gekeerd. naar Manu Verhulst Slotgebed 1 Met zijn handen heeft Jezus melaatsen gereinigd, zieken van hun koorts bevrijd en doden overeind geholpen. Wij bidden U, God, leer ook ons de handen uit de mouwen te steken en onze tijd en onze rijkdom zinvol te delen. Genees onze dorheid en laat ons opkomen voor hen die van het leven te weinig kansen krijgen. Leer ons echte noden zien voorbij de grens van ons eigen leventje, leer ons vreugde brengen aan hen die wij te gemakkelijk over het hoofd zien. Wij vragen U dit door Jezus Christus, uw Zoon en onze Broeder. Amen. Slotgebed 2 Goede en betrouwbare God,
onze wereld wacht op uw woord. Ons vaak harteloos bestaan snakt naar uw zegen. Mensen, ontdaan en ontluisterd, zien uit naar uw bevrijding. Maak ons, door de geboorte van uw Zoon, tot nieuwe mensen, tot boodschappers van het goede nieuws dat God waakt over zijn volk, altijd en tot in eeuwigheid. Amen. Zegen en zending 1 Zorg voor het welzijn van de zwaksten onder ons. Met die opdracht zendt de Heer ons heen. Hij vergezelt ons met zijn zegen: in de naam van + de Vader, de Zoon en de heilige Geest. Amen. Zending en zegen 2 Blijven geloven dat het anders kan: delen maakt gelukkiger dan vergaren. Gods zegen gaat dan met ons mee in de naam van + de Vader, de Zoon en de heilige. Geest. Amen.