Sint-Andriesziekenhuis Bruggestraat 84 8700 Tielt Info@sintandriestielt.be Infobundel Verpleegafdeling interne D2
Inhoud Inleiding 1. Voorstelling van de dienst 4 1.1. Bereikbaarheid 4 1.2. Medische staf 4 1.3. Verpleegkundigen en paramedici 4 1.4. Patiëntenpopulatie 5 2. Voornaamste interventies 6 2.1. Globaal overzicht van de meest voorkomende interventies 6 2.2. Frequent uitgevoerde verpleegkundige handelingen 8 3. Verpleegmethode 8 4. Dagindeling 10 5. Algemene dienstinformatie 18 5.1. Nuchter blaadje 18 5.2. Maaltijden 18 5.2.1. Uren 18 5.2.2. Aandachtspunten bij het opdienen 18 5.2.3. Aandachtspunten bij het afdienen 19 5.2.4. Maaltijdwijziging 19 5.3. Oproepsysteem 20 5.4. Medicatie 20 5.4.1. Medicatiebeheer 20 5.4.2. Medicatietoediening 21 5.5. Linnen 22 5.6. Medisch materiaal 24 5.6.1. Steriele sets 24 5.6.2. Bestellingen 24 5.7. Bureelmateriaal 25 5.8. Voeding 25 5.9. Afval 26 6. Inhoud verpleegdossier 27 6.1. kleurencode 27 6.2. Documenten 27 6.2.1. Verpleegdossier 28 6.2.2. Koortsblad en volgblad 28 6.2.3. Werkplan 29 6.2.4. Ontslagformulier 29 6.2.5. MKG formulier ( roze) 29 1
7. Uurrooster 30 8. Logistiek assistente 31 9. Architectonische indeling 32 9.1. Grondplan 33 9.2. voorstelling van de dienstruimten 33 10. Veel voorkomende afkortingen 35 2
Inleiding Het ganse team van D2 heet u van harte welkom op hun verpleegeenheid. Je komt terecht op een verpleegeenheid waar patiënten met inwendige aandoeningen opgenomen worden. Op deze afdeling worden zowel gehospitaliseerde als ambulante patiënten verpleegd. Onze afdeling beschikt tevens over een stroke-unit en een cardio care unit, dit betekent dat patiënten via telemetrie kunnen gevolgd worden. Met deze brochure willen wij zowel de startende verpleegkundige als de student-verpleegkundige een leidraad bieden bij de verkenning van deze afdeling. Een ziekenhuis is een complex geheel van verschillende afdelingen en diensten. Alhoewel we allen één doel nastreven (cf. de Opdrachtsverklaring) hanteert iedere dienst eigen afdelingsgebonden gewoonten en afspraken. Deze brochure wilt u hierbij helpen. Voor alle vragen waar u in deze brochure geen antwoord op vindt kunt u terecht bij uw hoofdverpleegkundige, uw stagementor of de afdelingsverpleegkundigen. Aan de student wensen wij een leerrijke en verrijkende stage. Het leerproces is een unieke periode in jouw leven en jij bepaalt voor een groot stuk hoe je deze invult. Grijp dan ook ten volle deze kans om uw stages optimaal te benutten. De verpleegkundige die voor het eerst kennis maakt met onze afdeling heten wij uiteraard ook van harte welkom. Een team verandert af en toe wel eens van samenstelling en nieuwe dynamische krachten laten ons ook toe om van gedachten te wisselen. Laat deze brochure voor u dan ook een begin zijn van een boeiende ontdekkingstocht doorheen onze verpleegeenheid. 3
1. Voorstelling van de dienst 1.1 Bereikbaarheid D2 Extern 051/425480 Intern 5480 E-mail d2@sintandriestielt.be 1.2 medische staf Cardiologie: Neurologie: Pneumologie: Gastro-enterologie : Endocrinologie: Geriatrie: Oncologie: Dr. B. Carlier Dr. F. Desimpel Dr. F. Tack Dr. B. Lamont Dr. G. Tits Dr. V. Vandamme Dr. S. De coninck Dr. J. Beyls Dr. V. Casneuf Dr. E. Degrande Dr. V.Maertens Dr. L. Debacker 1.3 verpleegkundigen en paramedici Hoofdverpleegkundige: Mevr. Katrien Maes Stage mentoren; Mevr. Nathalie Mouton (1) Mevr. Sharon Dewitte (2) 1 2 4
Referentievpk. Manutentie: Referentievpk. Wondzorg: Referentievpk. Mvg: Logistieke medewerkers: Mevr. Regine D Oosterlinck Mevr. Sharon Dewitte Mevr. Stephanie Hoste Mevr. Caroline Blancke Mevr. Carine Snauwaert Mevr. Martine Devlaeminck Mevr: Saskia Bolle Mevr. Delphine Merveille o Kinesisten o Verpleegkundigen o Voedingsdeskundigen o Logopedisten o Onderhoudsteam 1.4 Patiëntenpopulatie Patiënten met volgende aandoeningen kunnen hier terecht voor verzorging, behandeling en/of revalidatie: Hart- en bloedvataandoeningen Neurologie Longaandoeningen Maag- en darmaandoeningen Stofwisselingsstoornissen Nieraandoeningen Oncologie In hoofdzaak ligt er op de afdeling patiënten voor neurologie en cardiologie. 5
2 Voornaamste interventies 2.1 Globaal overzicht van de meest voorkomende interventies Patiënten op D2 worden voornamelijk opgenomen: Deze patiënten ondergaan dus een hele rits van onderzoeken, en vele onderzoeken vereisen een specifieke voorbereiding, zowel van de patiënt als van het materiaal. Veel voorkomende onderzoeken: Parametercontrole: bloeddruk - pols - t - gewicht Bloedafname veneus & capillair EKG Telemetrie Longfunctie Cyclo-ergometrie O2-saturatie RX Echografie CT-scan MIBI-scintigrafie Isotopen Angiografie Endoscopie: Gastroscopie ERCP Rectoscopie Coloscopie Bronchoscopie EEG - EP - EMG Verschillende puncties: Sternum Pleura Ascites Lumbale 6
Omwille van het sterk gedifferentieerd karakter van de verschillende aandoeningen worden vele soorten behandelingen toegepast. Als verpleegkundige dien je dan ook over een gedegen kennis te beschikken betreffende de indicatie van de behandeling en een kunde inzake het correct toepassen van de verpleegkundige handeling. Veel voorkomende behandelingen: Dieet Medicatie per os Medicatie parenteraal (IM-SC-IV) Infuus, zowel perifeer als centraal, veneus poortsysteem TPN Sondevoeding Aërosol Wondverzorging Blaascatheterisatie Maagsonde Reinigings- of medicatielavementen Kinesitherapie Logopedie Bij bepaalde patiënten wordt soms tijdens de observatieperiode een heelkundige indicatie gesteld. Deze mensen dienen dan ook op een gepaste wijze voorbereid te worden. Dit behoort ook tot het takenpakket. Na de heelkundige ingreep echter, verhuist de patiënt meestal naar een chirurgische afdeling. 7
Sommige patiënten worden ook opgenomen omwille van een cerebro-vasculair accident (CVA) en dienen nog een lange periode van revalidatie te ondergaan. Om deze redenen beschikt deze afdeling als enige in het ziekenhuis over een stroke-unit. Patiënten die cardiologisch dienen gevolgd te worden kunnen dit hier ook via telemetrie. Ook na coronaire heelkunde verblijven sommigen nog een tijdje op deze afdeling. Diabetespatiënten die behandeld worden met insuline en zichzelf wensen te controleren en reguleren, worden ook hier opgenomen. Enerzijds om een correcte diabetesregulatie in te stellen en anderzijds om hun educatie te bekomen om zo in een thuissituatie zichzelf goed te kunnen verzorgen. 2.2 Frequent uitgevoerde verpleegkundige handelingen zorgen mbt. hygiëne, voeding, uitscheiding, mobiliteit zorgen mbt. toediening van medicatie per os, iv, sc, im zorgen mbt. infuustherapie, zowel perifeer als centraal zorgen mbt. o2 en aërosoltherapie parametercontrole bloedafname, zowel veneus als capillair plaatsen van maagsonde plaatsen van blaassonde assisteren bij puncties wondzorg 8
3 Verpleegmethode Op D2 wordt er gewerkt volgens het systeem van geïntegreerde verpleging met patiëntentoewijzing. Iedere dag wordt een nieuwe werkverdeling opgemaakt die aan het prikbord wordt uitgehangen. Hierop wordt vermeld wie verantwoordelijk is, wie vroegdienst, wie dagdienst en wie avonddienst heeft en welke studenten er aanwezig zijn. Op deze werkverdeling worden de patiënten toegewezen. Studenten die voor hun stageverslag een bepaalde patiënt volgen, kunnen dit best zo vroegtijdig mogelijk aan de hoofdverpleegkundige melden. Eind september start afdeling D2 met een nieuw uurrooster,enkel nog vroeg en laatdienst shiften en waar de verpleegkundigen gaan verantwoordelijk zijn voor een aantal patiënten voor een totaal uitwerking ( medicatie, zorg, toer arts, enz..) 9
4 Dagindeling Deze dagindeling loopt nog tot de verandering van shiften eind September. Vroegdienst ( 6:45 15:00) 6:45-07:00 overdracht van de nachtdienst 07:07:45: ronddelen van de medicatie ( pilletjes) Sommige nachtdiensten delen al de pilletjes op hun laatste nachtronde. Kijk na of er geen patiënten vroeg weg moeten naar onderzoeken, indien dit zo is, start met de verzorging of specifieke voorbereiding of breng u collega v1 of T1 daar van op de hoogte. Als de verantwoordelijke toekomt draag belangrijke zaken over (vb.pt.dr.carlier) of zaken die niet kunnen wachten tot de overdracht. 07:45-08:00 Helpen met opdienen als je kan. 08:00-08:30 Overdracht geven aan iedereen - Geef duidelijk overdracht ( kamer,naam,arts, reden van opname, nachtverloop, op wat moet er gelet worden tijdens de verzorging). - Probeer dit overdracht zo concreet mogelijk te houden, enkel de essentie waar iedereen mee aan de slag kan en moet weten. 08:30-10:30 Verzorging Eerst nakijken wie nog moet geholpen worden met eten. 10:30-11:15 wat gaan drinken met de collega s Ronddelen van de medicamenten van 12:00, kijken of de patiënten nog voldoende water hebben 11:15-12:00 Pauze 12:00-12:20 Kijken waar er nog moet geholpen worden op de gang om patiënten in bed te helpen of verder af te dienen. Altijd vragen of de patiënten nog moeten plassen!! Incontinentiemateriaal niet in vuilbak op de kamer gooien! Als iedereen in bed is die er in moet, vragen aan de verantwoordelijke wat je nog kan doen. 12:20-12:30 overdracht van de verantwoordelijke naar de vroegdienst. 12:30-15:00 Ontslagen uitwerken Toeren met de artsen en opdrachten uitwerken, telefoon opnemen. 13:30 overdracht naar de late dienst. 14:00 verder toeren uitwerken of opdrachten en varia Overdracht naar de verantwoordelijke om 14:55 10
Vroegdienst V1 07:00-15:15 07:15-08:00 Intraveneuze medicatie voor alle patiënten - Controle van de intraveneuze toegangsweg, is die verstopt, navragen of zelf bekijken of die moet herplaatst worden. - Weet WAT je toedient! 08:00-08:30 Overdracht - Patiëntenlijsten opmaken voor de logistieke collega s Noteren of er een besmetting is Noteren of de patiënt bij transport moet zuurstof krijgen Noteren of er ontslagen/verhuizen zijn Andere zaken die van belang zijn voor hun. 08:30-10:30 Verzorging Eerst nakijken wie nog moet geholpen worden met eten. 10:30 11:15 iets gaan drinken met de collegas Invullen van de dossiers ( als jij omcirkeld staat), anders u collega briefen ivm observaties Indien je de dossiers niet moet invullen, beginnen met patiënten die al een tijdje opzitten te helpen naar toilet en naar bed. Beloproepen doen. Beginnen met intraveneuze medicatie die van de apotheek komt weg te steken. ( controleer altijd de lijst die in de bak zit). Eventueel transport doen. 11:15-12:00 Pauze 12:00-13:45 Kijken waar er nog moet geholpen worden op de gang om patiënten in bed te helpen of verder af te dienen. Altijd vragen of de patiënten nog moeten plassen!! Incontinentiemateriaal niet in vuilbak op de kamer gooien! Als iedereen in bed is die er in moet, vragen aan de verantwoordelijke wat je nog kan doen. Ontslagen uitwerken en transporten doen. Als de verantwoordelijke overdracht aan het geven is aan de V en er komt een arts, mee toeren met die arts indien nodig. Eventueel nieuwe opnames halen en uitwerken. Als de intraveneuze medicatie klaarstaat door de A dan alles voor 14 uur klaarzetten op de toerkar. 13:45-15:00 Toeren met de T1 en na 14 uur komt de A1 ook helpen. Aandacht voor netheid op de kamers! Observaties doorgeven aan de V dienst. Gevraagde observaties noteren in het dossier of doorgeven aan de V. 15:00-15:15 Opdienen van de koffie 11
Vroegdienst T1 07:15-15:30 07:15-07:45 Nemen van de glycemie s ( volgbladeren op bureau vera) Noteren in dossier en belangrijke zaken melden aan de verantwoordelijke. Toedienen van insulines ( nakijken of patiënt moet nuchter zijn of niet of dat er aanpassingschema s zijn) 07:45-08:00 Controle van de nuchters en plateau in de keuken laten zetten Helpen opdienen 08:00-08:30 Overdracht Noteren op maaltijdlijst of er ontslagen zijn of indien er aanpassingen moeten gebeuren. 08:30-10:30 Verzorging Eerst nakijken wie nog moet geholpen worden met eten. 10:30 11:15 iets gaan drinken met de collegas Invullen van dossiers (als je omcirkeld staat) anders helpen om patiënten in bed te helpen. Vanaf 11:05 glycemies nemen en insulines klaarleggen en dan toedienen ( aandacht voor aanpassingschema s en nuchtere patiënten). 11:15-12:15 Opdienen van maaltijden en patiënten helpen die niet alleen kunnen eten. Afdienen en patiënten die geholpen moeten worden om naar bed te gaan, helpen om naar toilet te gaan en dan naar bed. 12:15-13:00 Pauze 13:00-15:00 Vragen of er nog ontslagen zijn om uit te werken? Opnames halen en uitwerken. Toeren samen met de V1 15:00-15:30 Opdienden van de koffie en patiënten helpen die niet alleen kunnen eten/drinken 12
Dagdienst T ( 07:45-12:00 en 15:30-18:45) 07:45-08:00 Opdienen van ontbijt 08:00 08:30 overdracht 08:30-10:30 Verzorging Eerst nakijken wie nog moet geholpen worden met eten. 10:30 11:20 iets gaan drinken met de collegas Invullen van de dossiers ( als jij omcirkeld staat), anders u collega briefen ivm observaties Indien je de dossiers niet moet invullen, beginnen met patiënten die al een tijdje opzitten te helpen naar toilet en naar bed. Beloproepen doen. Beginnen met intraveneuze medicatie die van de apotheek komt weg te steken. ( controleer altijd de lijst die in de bak zit). Eventueel transport doen. 11:20-12:00 Opdienen van maaltijden en patiënten helpen die niet alleen kunnen eten. Afdienen en patiënten die geholpen moeten worden om naar bed te gaan, helpen om naar toilet te gaan en dan naar bed. Indien er nog patiënten in bed moeten of er zijn nog patiënten bezig aan het eten, geef dit door aan de V-diensten. Anderen observaties ook doorgeven aan de V diensten. 15:30-15:45 afdienen van de koffie 15:45-16:00 namiddag overdracht 16:17:20 namiddagverzorging en intraveneuze medicatie van 16 uur aanhangen. Parameters nemen en patiënten die in bed willen in bed helpen. Observaties en parameters in dossier neerschrijven. Nieuwe opnamen halen en eventuele verhuizen doen. 17:20-18:00 Opdienen van avondmaal en helpen waar nodig 18:00-18:45 Afdienen en patiënten in bed helpen, patiënten die nog willen opblijven altijd overleggen met de late diensten of dit haalbaar is voor hun. Zorgen voor een propere kamer, stoelen aan de kant, toiletstoel naast bed. 13
Aandachtspunten bij de verzorging ( ochtend en middag) - Aandacht voor totaalzorg ( mondzorg, voeten en nagels op donderdag) - Wegen van patiënt Maandag = de voorkant Dinsdag = de voorkant Woensdag = de achterkant - Start met de patiënten die vroeg op onderzoek moeten of die naar de fysio gaan. - Je bent verantwoordelijk voor een goede voorbereiding van de patiënt voor onderzoeken vb coloscopie, melden aan verantwoordelijke als de patiënt proper is. - Observaties die dringend zijn doorgeven aan de verantwoordelijke. - Aandacht hebben voor een nette kamer, stoelen onder de tafels, papiertjes weg, 1 glas, niks laten rondslingeren - Aanvullen van incontinentiemateriaal. - Geen incontinentiemateriaal in de vuilbak gooien op de kamer of laten rondslingeren. - Altijd belletje in handbereik van de patiënt, ook als die verward is. - Urinedebieten correct noteren en afsluiten. - Patiënten die vochtbeperking hebben GEEN flessen water op de kamer. - Zorgen voor de veiligheid van de patiënt, onrusthekkens, voorzettafel, fixatiebeleid respecteren. - Als Je tijdens de verzorging materiaal uit de kast haalt, direct in de computer steken. Aandachtspunten bij nieuwe opnames - Degene die de patiënt haalt van spoed/iz/poli is verantwoordelijk voor de installatie van de patiënt en het opmaken van dossier. - Steeds de parameters,lengte en gewicht nemen en noteren in het dossier. - Zeker nakijken welk dieet patiënt moet krijgen en aanvragen via resultatenvieuwer. - Patienten die insulines krijgen noteren op het volgbord in het medicatielokaal. - Noteren op de volgpapieren hoeveel keer de parameters moeten genomen worden. - Onduidelijkheden bevragen aan collega s en desnoods arts van wacht contacteren. - Opnames op de stroke unit, aandacht voor stroke protocol. 14
A dienst ( 13:00-21:00) 13:00-18:00 Navragen welke de ontslagen zijn en welke patiënten er verhuizen. Afprinten van nieuwe tabellen om medicatie klaar te zetten ( rode map) Naar de apotheek gaan om medicatie uit onze kast die klaarstaat ( aanvulling kast en patiëntgebonden medicatie). Klaarzetten intraveneuze medicatie - Infusen klaarleggen voor 20 uur en 08 uur - IV medicatie klaarleggen in de bakjes van 13-13u volgende dag. - Controle met de rode map ( of het klopt met wat er uithangt) Klaarzetten van per os medicatie - Kamer/kamer alles in de bakjes klaarsteken voor 8-12-18-20 uur Als er uren zijn van per os medicatie die buiten die uren vallen ( vb. prolopa) dan moet deze in de bakjes van de intraveneuze klaargezet worden. - Controle van de voorraadkast ( dagelijks en zeker ook voor een zondag of weekend omdat de apotheek dan gesloten is), indien nodig voorlevering vragen en de nodige bestellingen doen. Omstreeks 16:30-17:00 delen van de medicatie van 18 uur. Klaarleggen van de medicatie iv voor 20 uur op plateautjes om dan mee te nemen op toer. Oplossen van de infusen die om 20 uur moeten aangehangen worden. Noteren op een papier welke parameters er moeten genomen worden op de avondtoer. Tussenin de medicatie klaarzetten voor de nieuwe opnames die ertussen komen. 18:00-18:30 : Pauze 18:30-19:00 Meehelpen met de tussenuren om patiënten in bed te helpen en plateaus af te dienen. Klaarzetten van de kar voor de avondtoer. Labozakjes klaarmaken als de stickers van het labo al toegekomen zijn. 19:00-21:00 Avondtoer - Toedienen van intraveneuze medicatie, infusen aanhangen en per os medicatie toedienen. Indien je de slaapmedicatie nog niet hebt gegeven, noteren en op het laatste van de avondtoer nog eens teruggaan om deze toe te dienen of doorgeven aan de nacht. - Nuchterblad meedoen voor de volgende dag en nuchterbordje hangen en patiënt informeren. - Patiënten naar het toilet helpen, wisselhouding geven en eventueel nachtincontinentiemateriaal aandoen. 15
- Urine zakken controleren en ledigen - Kijken of alles netjes is in de kamer!! Alle stoelen en zetels op hun plaats Nachtstoelen naast het bed Belletjes in handbereik van alle patiënten 1 glas/beker is voldoende en alle restjes van het avondeten weg doen. 16
A1 dienst ( 13:30-21:30) 13:30-14:00 overdracht van Vroeg naar late dienst 14:00 15:15 Nieuwe opnames halen en helpen op de gang voor de middagtoer. 15:15-15:30 Koffiepauze met de collega s 15:30-16:00 Overdracht samen met de T s en verantwoordelijke voor de namiddagverzorging 16:00-17:20 Namiddagverzorging - Eventuele nieuwe opnames halen - Patiënten die al in bed willen/moeten in bed helpen - Medicatie van 16 uur toedienen 17:20 17:30 Controle van de glycemies en insulines toedienen Briefing van de verantwoordelijke naar de A1. 17:30-18:00 Helpen met opdienen en eten geven. 18:00-18:30 Pauze 18:30-19:00 Meehelpen met de tussenuren om patiënten in bed te helpen en plateaus af te dienen. Klaarzetten van de kar voor de avondtoer. Labozakjes klaarmaken als de stickers van het labo al toegekomen zijn. 19:00-21:00 Avondtoer - Toedienen van intraveneuze medicatie, infusen aanhangen en per os medicatie toedienen. Indien je de slaapmedicatie nog niet hebt gegeven, noteren en op het laatste van de avondtoer nog eens teruggaan om deze toe te dienen of doorgeven aan de nacht. - Nuchterblad meedoen voor de volgende dag en nuchterbordje hangen en patiënt informeren. - Patiënten naar het toilet helpen, wisselhouding geven en eventueel nachtincontinentiemateriaal aandoen. - Urine zakken controleren en ledigen - Kijken of alles netjes is in de kamer!! Alle stoelen en zetels op hun plaats Nachtstoelen naast het bed Belletjes in handbereik van alle patiënten 1 glas/beker is voldoende en alle restjes van het avondeten weg doen. 21:00-21:30 Overdracht naar de nachtdiensten toe. 17
5 Algemene dienstinformatie 5.1 Nuchterboek In dit boek (agenda) worden de patiënten genoteerd die een nuchter onderzoek of ingreep dienen te ondergaan, evenals de bijzondere handelingen die moeten gebeuren (bvb. infuus 1 uur vóór onderzoek, onderzoek zonder voorbereiding, ). Ook de patiënten waarvan de ontslagdatum op voorhand gekend is worden hierin genoteerd. 5.2 Maaltijden 5.2.1 Uren Ontbijt 07.40 Middagmaal 11.10 Vieruurtje 14.45 Avondmaal 17.30 5.2.2 Aandachtspunten bij het opdienen Informeer of de patiënt nuchter moet blijven (zie nuchterboek of blad nuchtere patiënten - informeer indien boven het bed N hangt) Controleer altijd goed de naam en kamernummer; bij twijfel: vraag de naam van de patiënt Vraag of de patiënt moet geholpen worden (botervlootje openmaken, smeren boterham, uitschenken koffie, snijden van het vlees,...) Zorg dat bedlegerige patiënten goed rechtop zitten en dat alles binnen handbereik ligt Zorg ook dat de patiënt zijn medicatie inneemt Hulpbehoevende patiënten voorzichtig eten geven (denk aan hete koffie of soep, slikstoornissen,..) 18
5.2.3 Aandachtspunten bij het afdienen Controleer of de patiënt zijn medicatie heeft ingenomen Ga na of er een vochtbalans of voedingslijst dient ingevuld te worden (zo ja: hangt deze boven de nachttafel) Ontbijt: geef iedere patiënt een vers glas/beker en neem het vuile terug mee Wat niet op het dienbord mag achterblijven: medicatie + medicatiebekertje spuiten servet voorwerpen van de patiënt (mes, tas, bril, kunstgebit, ) identificatieblad Bij hulpbehoevende patiënten: zorg dat de patiënt terug een comfortabele houding heeft, dat de mond proper is, oproepsysteem in handbereik Bestek aan de voorkant van de plateau leggen. 5.2.4 Maaltijdwijziging Iedere patiënt die opgenomen wordt krijgt automatisch een 'gewoon' menu voorgeschoteld. Indien de patiënt voor langere tijd nuchter moet blijven, een dieet dient te volgen of indien de consistentie van de voeding dient aangepast te worden moet er een maaltijdwijzing worden ingediend. Dit gebeurt via resultatenvieuwer. Open resultatenvieuwer, klik rechts op de patient en kies maaltijdwijziging. Doe de nodige aanvragen en klik dan op versturen. Noteer op de fiche als dieet is aangevraagd met een (A) naast het soort dieet. Belangrijk is om de tijdstippen van maaltijdwijziging in de gaten te houden Vóór 10.00 u Vóór 16.00 u aanpassing middagmaal + 4-uurtje aanpassing avondmaal + ontbijt 19
5.3 Oproepsysteem Indien een patiënt hulp vraagt via zijn oproepsysteem ('belletje') dan komt deze oproep via een aantal kanalen tot uiting: visueel signaal boven de kamerdeur (rode lamp) visueel signaal in de lichtkolom voor bureel hoofdverpleegkundige auditief signaal in bureel hoofdverpleegkundige (gele knop moet steeds ingedrukt zijn!) auditief signaal op de telefoon van de toegewezen verpleegkundige auditief signaal in de kamer waar de verpleegkundige aanwezig is (gele knop of beletlichtje steeds aansteken!) Iedere verpleegkundige of verzorgingsequipe dient dan ook bij aanvang van zijn/haar shift een personenzoemer op zak te steken. Bij het beëindigen van de dienst wordt de personenzoemer terug in het rekje geplaatst. Bij het verlaten van de kamer moet het oproepsysteem steeds in het bereik van de patiënt liggen. Beloproepen dienen zo snel mogelijk beantwoord te worden en bij het binnenkomen van de kamer moet altijd het beletlichtje aangestoken worden. Dit is om enerzijds de beloproep te annuleren, en anderzijds om uw aanwezigheid op de kamer zichtbaar te maken. 5.4 Medicatie 5.4.1 Medicatiebeheer De medicatievoorraad bevindt zich in het Medisch Office (zie grondplan). Alle medicatie zit achter slot en de sleutel wordt bewaard op een vaste plaats. De verdoving zit in een aparte kast met een aparte sleutel. Deze sleutel wordt op een andere plaats bewaard. Het kastje van de apotheek (gelijkvloers) wordt ook afgesloten, en ook deze sleutel beschikt over een vaste plaats. Kijk vóór het verlaten van de dienst uw zakken na of er géén sleutels of telefoons meer inzitten! 20
De verpleegkundige die A heeft is verantwoordelijk voor de bestelling van álle medicatie: medicatie per os medicatie IV - SC - IM infusen dit gebeurt a.d.h.v. elektronisch medicatiebeheer via pc. Hij/zij zorgt er ook voor dat alle medicatie klaarstaat tot en met de volgende middag. De verpleegkundige die verantwoordelijk is voor de medicatie zorgt er ook voor dat de voorraadkast terug aangevuld wordt aan de hand van de voorraadboek. BELANGRIJK!! IEDEREEN (ook studenten) DIE IETS UIT DE VOORRAADKAST HAALT DIENT DIT TE NOTEREN OP DE VOORRAADBOEK OF ONMIDDELLIJK BESTELLEN 5.4.2 Medicatietoediening De ochtendmedicatie & de medicatie voor het middagmaal wordt toegediend door de verpleegkundige met vroegdienst (V) of door de nachtdienst. De verpleegkundige met A zorgt voor de medicatie per os: voor het avondmaal voor het slapen De insulines worden toegediend vóór de maaltijd en de rest van de parenterale medicatie wordt toegediend tijdens de verpleegkundige verzorging, hetzij tijdens de: ochtendverzorging namiddagverzorging nacht Alle medicatie moet worden afgetekend in het medicatiebeheer door de verpleegkundige die de medicatie toegediend heeft. Studenten mogen enkel medicatie toedienen onder toezicht van een verpleegkundige. 21
5.5 Linnen Na ontslag van de patiënt wordt zijn bed volledig gereinigd en ontsmet. Vers linnen bevindt zich in de linnenkamer of de berging (zie grondplan). Een vers bed wordt opgemaakt volgens de gewoonte van de afdeling. Op D2 is dit: 2 lakens 1 steeklaken 1 deken 1 klein kussen + sloop 1 groot kussen + sloop Al naargelang de toestand van de patiënt kan een bedzeil en/of tweede steeklaken aangebracht worden. Het tweede steeklaken moet volledig open gelegd om zo de patiënt hoger in bed te brengen. Tijdens de verzorging staan de propere linnenkarren in de gang (langs éénzelfde kant) en kan de kar voor het vuile linnen in de kamer meegenomen worden. Vuil linnen wordt nooit op de grond gelegd, ook nooit op een ander bed, maar wordt zo snel mogelijk in de linnenzak gedeponeerd. 22
Het linnen wordt gesorteerd volgens onderstaande tabel: KLEUR LINNENZAK INHOUD WIT Lakens, steeklakens, kussenslopen, OP-hemden, servetten, keukenhanddoeken, dekens, sponshanddoeken, washandjes,.. GROEN Alle operatielinnen, OK-jassen ROOD BLAUW GEEL GEEL NET Speciale stukken zoals hoofdkussens, gordijnen Personeelskledij, blauw OP-linnen Alle besmet linnen Fixatiemateriaal, zwachtels, lendenriem, buikbanden en rompverbanden Eens de linnenzak vol is wordt hij in de onreine utility op een transportkar geladen in een welbepaalde volgorde. Dit schema hangt uit in de utility. Knoop de zakken goed dicht en ontlucht ze vooraleer op de kar te stapelen. Het verse linnen wordt systematisch aangevuld op maandag, woensdag en vrijdag. Bij tekorten kan er getelefoneerd worden naar de transportdienst. Incontinentiemateriaal wordt eveneens systematisch aangevuld op maandag; bij tekorten: telefoneer naar de transportdienst ( 6598). 23
5.6 Medisch materiaal 5.6.1 Steriele sets De steriele sets, bevinden zich in de kasten bovenaan in de reine utility. Volgende sets worden gebruikt voor wondverzorging en/of blaascatheterisatie: Set 3M 4M 8M Inhoud 1 pincet - 5 gaasjes 5/5-1 veld 1 pincet - 1 kleine schaar - 5 gaasjes 5/5-1 veld 2 pincetten - 1 kocher - 1 grote schaar - 2x5 gaasjes 5/5-1 veld Sondage 1 wegwerppincet - 1 paar handschoenen medium - 5 gaastampons - 1 gaas 7/7-1 veld Blaasspoelin 1 kartonnen nierbekken - 1 ronde godet - 1 g rechthoekige godet 5 gaasjes 5/5-1 veld In dezelfde kasten bevindt zich ook het ander steriel materiaal van Sterima, zoals: pincetten - kochers - scharen - stilets - godets en allerhande kompressen. Het bevuilde instrumentarium wordt verzameld in een kartonnen box, deze wordt wekelijks opgehaald. Het steriele materiaal wordt systematisch aangevuld op maandag, woensdag en vrijdag. Bij tekorten: telefoneer naar de transportdienst ( 6598). 5.6.2 Bestelling Het meeste medisch materiaal, zowel steriel als niet-steriel bevindt zich in de reine utility. De bestelling van het medisch materiaal gebeurt wekelijks. 24
5.7 Bureelmateriaal Alle bureelmateriaal zoals omslagen, formulieren allerhande, etiketten, balpennen, verpleegdossiers, vind je terug in de verpleegpost en worden tweewekelijks aangevraagd op dezelfde wijze als het medisch materiaal. 5.8 Voeding De voedingsmiddelen die in de afdelingskeuken te vinden zijn, zoals koffie, suiker, beschuiten, porties confituur, worden 1 x per maand besteld op dezelfde wijze als het medisch materiaal. 25
5.9 Afval De aanpak van de verschillende afvalstromen werd in 2002 volledig herzien, voor de volledige versie kunt u terecht in het procedureboek : Procedure 43 SELECTIEF VERZAMELEN VAN AFVAL Er wordt een onderscheid gemaakt tussen verschillende afvalstromen, zijnde : Papier- en kartonafval - niet-vertrouwelijke documenten - vertrouwelijke documenten Glasafval Niet-risicohoudend medisch afval Risicohoudend medisch afval Bedrijfsafval Batterijen Medicatie Divers en speciaal afval 26
6 Verpleegdossier Het verpleegdossier bestaat uit een plastiek map, de kleur afhankelijk van de behandelend arts. Het verpleegdossier bestaat uit verschillende documenten. 6.1 Kleurencode: GEEL GROEN ROOD PAARS ORANJE WIT ZWART ROZE Dr. Degrande Dr. Carlier Dr. Beyls Dr. Desimpel Dr. Tits Dr.Vandamme Dr. Tack Dr. Lamont Dr. Debacker Dr. De Coninck- Dr. Casneuf 6.2 Documenten 6.2.1 Verpleegdossier De verpleegkundige verantwoordelijk voor de opname van de patiënt zorgt er voor dat alle verkregen informatie op dit blad terechtkomt. Ook alle bijzondere aandachtspunten (infuus, wondzorg, nachtelijke medicatie, O2-theapie, ) worden hierop aangeduid. Dit A3-blad wordt verder gedurende 7 dagen gebruikt om de verpleegkundige observatiepunten te noteren. De binnenzijde van dit A3-blad wordt dagelijks aangevuld en is ook van belang gedurende de periodes van MVG-score. 27
6.2.2 Koortsblad & volgblad Op het koortsblad worden de parameters en de medicatie aangeduid. Volgende parameters worden aangeduid: Pols (noteren in blauw) T (noteren in rood) RR Gewicht Stoelgang Urinedebiet Vocht (wondvocht - drains) Nota: bij bepaalde patiënten dienen de parameters meermaals per dag genomen te worden, deze dienen genoteerd te worden én op het koortsblad (09.00u + 16.00u) én op het volgblad. De namen van de patiënten die meermaals dienen gecontroleerd te worden hangen uit op het magneetbord in het medisch office. Bij alle patiënten wordt 's morgens pols - T - RR genomen. Systematisch worden alle patiënten 1 x per week gewogen, dit gebeurt op maandag (voorkant), dinsdag(middenkant) en woensdag(achterkant). Bepaalde patiënten worden dagelijks gewogen, de namen van deze patiënten hangen eveneens uit op het witte magneetbord. Verder wordt op het koortsblad de medicatie aangeduid. Indien de patiënt bloed toegediend krijgt wordt dit bijkomend aangeduid met een rood driehoekje. 6.2.3 Werkplan Het werkplan is een document waarop de verschillende onderzoeken vermeld staan met aanduiding van de datum van aanvraag en datum van uitvoering. Het is van belang om het onderzoek af te tekenen op datum van uitvoering. Ook telkens een staal (urine, sputum,..) naar het labo gestuurd wordt dient dit afgetekend te worden. 28
6.2.4 Ontslagformulier Het ontslagformulier wordt ingevuld telkens de patiënt iets verbruikt dat niet in de ligdagprijs is inbegrepen. Dat kan o.a. zijn: stuk zeep aantal eenheden packed cells plastiekzak voor kledij doos papieren zakdoekjes het gebruik van een opklapbed materiaal gebruikt voor lijktooi 6.2.5 MKG-formulier (roze) Dit formulier wordt ingevuld door iedere arts die de patiënt behandelt en/of onderzoekt. 29
7 Uurrooster Vanaf eind September V1 6:30-11:00 11:39-14:45 V2 6:30-11:45 12:24-14:45 L1 13:15-17:00 17:39-21:30 L2 13:15-17:45 18:24-21:30 HV 7:45-12:00 13:39-17:00 HV 8:00-12:15 14:39-18:00 Onderbroken 7:45-12:00 18:09-21:30 Nacht 21:15-06:45 3.8 (2) 7:45-11:33 3.8 (2) 14:42-18:30 (1) uurrooster met uitdovend karakter (2) uurrooster te hanteren voor 50% en 75% arbeidsregime 30
8 Logistiek assistent(e) Op een verpleegafdeling werken mensen samen met verschillende deskundigheden, zij overleggen samen, in welke zorgsituaties bepaalde deskundigheden vereist zijn. De wet op de verpleegkunde geeft duidelijke richtlijnen en normen aangaande de wijze waarop aan de verpleegkundige activiteit binnen een ziekenhuis gestalte moet worden gegeven. Ook voor het verzorgend personeel is een eigen profiel opgesteld door de Vlaamse Onderwijsraad. De logistiek assistent(e) onderscheidt zich van de verpleegkundige en de verzorgende door het feit dat zij/hij een hulpfunctie vervult op uitvoerend niveau en niet participeert in de directe zorgverlening aan patiënten. Het dient benadrukt te worden dat de logistiek assistent(e) onder geen enkele voorwaarde verpleegkundige of patiëntverzorgende taken mag uitvoeren. De logistiek assistent(e) is specifiek opgeleid, lager geschoold personeel en maakt deel uit van het verpleegkundig departement. Alle taken gebeuren onder supervisie van het verpleegkundig personeel. De taken van de logistiek assistent(e) kunnen omschreven worden als het ondersteunen van verpleegkundig en verzorgend personeel door het verzekeren van taken die voor verplegenden en verzorgenden tijdsbesparend kunnen zijn. De limitatieve lijst met activiteiten die door de logistiek assistent(e) mogen verricht worden is beschikbaar op elke afdeling. Uren Logistiek assistent(e) Log 1 7:45 11:33 13:45 17:00 Log 2 8:15 12:03 14:42 18:30 Log VM 8:15 12:03 Log NM 14:42 18:30 31
9 Architectonische indeling 9.1 Grondplan 567 566 568 trap 565 569 564 563 570 562 571 medisch office 572 verpleegpost 573 reine utility 574/Stroke-unit onreine utility keuken 575 Onderzoekskamer 576 badkamer wc wc 577 berging/ linnenkamer 578 De afdeling beschikt over 34 bedden en 1 onderzoekskamer. Deze zijn verdeeld over 6 éénpersoonskamers en verder nog 8 tweepersoonskamers en 3 vierpersoonskamers. 32
9.2 Voorstelling van de dienstruimten Berging/linnenkamer Incontinentiemateriaal Fixatiemateriaal Voorraad schoonmaakmateriaal Papieren handdoekjes Rolstoelen Toiletstoelen Eettafels Infuusstaanders Persoonlijke handtaskastjes Badkamer + toilet Douche Toilet personeel Toilet bezoekers Onderzoekslokaal de tillift Voorraad linnen Keuken Onreine utility - spoelruimte Uitgietbak Afwasbak Vuil linnenmanden Voorraad linnenzakken Debietkannen Wasbekkens Materiaal voor lavement, bedpannen Urinezakken - urinaals 33
Reine utility Verzorgingskarren Telefoons Weegstoel Bloeddrukmeters Tympanische thermometers Bloedglucosemeter Aspirator Plateau voor infuus en bloedafname Verzorgingsmateriaal allerhande: steriele sets + instrumenten kompressen verbandmaterialen allerlei sondes papieren zakdoeken handschoenen: steriel + niet steriel punctieplateau mayocanules infuusleidingen. Verpleegpost 5480 Verpleegdossiers Hier bevindt zich ook de beademingsballon (ambu) + mayocanules Wanneer deze is gebruikt Koen of OK verwittigen ter controle. Medisch office Medicatiekasten (altijd op slot!) Koelkast voor medicatie Infuusleidingen Spuiten & naalden Medicatie wordt hier voorbereid en wordt klaargelegd voor de komende 24 u. Traphal Deze bevindt zich op het einde van de gang. Dit is tevens een nooduitgang, en mag dus nooit versperd worden!! 34
10 Veel voorkomende afkortingen ADL AMI AML AP AVVZ BAL BB BMI BS = VS CABG CARA CLL COLD COPD CPAP CRP CT CVA CWZ DAV DHS DNR DVT EEG EKG EMG EP ERCP HA HLA IM IV activiteiten van het dagelijks leven acuut myocardinfarct acute myeloïde leukemie anus praeternaturalis arm aan verzadigde vetzuren broncho-alveolaire lavage bedbad body mass index blaassonde = verblijfsonde coronary artery bypass grafting chronische aspecifieke respiratoire aandoeningen chronische lymfatische leukemie chronic obstructive lung disease chronic obstructive pulmonary disease continue positive airway pressure c-reaktieve proteïne computertomografie cerebro vasculair accident cervicale wervelzuil droog aseptisch verband dynamische heupschroef do not reanimate - niet reanimeren diepe veneuze trombose elektro-encefalogram elektrocardiogram elektromyogram geëvoceerde potentialen endoscopische retrograde cholangiopancreatografie huisarts human leucocyt antigeen intramusculair intraveneus 35
IVP LP LV LWZ MDS MKG MPG MS MVG NA 1000 (2000) NMR NPO NSAID PBO PC PCA PCEA PEG-sonde PO PPA PSA PTCA PTT RR SC RX SMD SV THP TIA TKP TPN TUR UD UK + R/S VES VG VKO VMO-score intraveneuze pyelografie lumbale punctie licht verteerbaar lumbale wervelzuil maagdarmsparend minimale klinische gegevens minimale psychiatrische gegevens maagsonde minimale verpleegkundige gegevens natrium 1000 (2000)- zoutbeperking (voeding) nucleaire magnetische resonantie niets per os niet steroïdale anti-inflammatoire drugs perifeer bloedonderzoek packed cells patiënt controlled analgesie patiënt controlled epidurale analgesie percutane endoscopische gastrostomiesonde per os palpatie per anum prostaat specifiek antigeen percutane transluminale coronaireangioplastiek protrombinetijd riva rocci = bloeddruk subcutaan RX slokdarm-maag-duodenum sondevoeding totale heupprothese transient ischemisch accident totale knieprothese totale parenterale nutritie transuretrale resectie urinedebiet urine kweek + routine/sediment ventrikel extra systole voorgeschiedenis verkeersongeval verbaal motoriek ogen 36
37