Hoofdstuk I Aigemene bepalingen

Vergelijkbare documenten
Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2017

Hoofdstuk I Aigemene bepalingen

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders 21 november 2017;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 november 2015, nr. 42/5, reg.nr. INTB ;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel van de Wet milieubeheer;

Verordening reinigingsheffingen 2018 (integraal na 1e wijziging)

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 4 oktober 2011;

Gemeente Langedijk. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 18 november 2014, nummer 86;

Verordening op de heffing en invordering van reinigingsheffingen 2015

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet en artikel van de Wet Milieubeheer;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 1 november 2016, nummer ;

* GEWIJZIGD, 22 NOVEMBER 2017 (pagina 7) Gemeenteblad 612

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 23 oktober 2007;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 december 2013;

Verordening reinigingsheffingen Noord-Beveland 2018

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 3 november 2015;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2014,

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 november 2015, nummer ;

"Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2017"

Sector : II Nr. : 11/64c.13.

Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2018

Verordening van de gemeenteraad Nieuwkoop houdende de heffing en invordering van afvalstoffenheffing

GEMEENTE LOPIK. Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2010

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Houten. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 1 november 2016, kenmerk ;

Artikel 5 Belastingjaar Met betrekking tot de belasting die per jaar wordt geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Maastricht 2016

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 november 2015;

Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2019

Artikel 1 Inleidende bepaling

Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2018

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel van de Wet milieubeheer; B E S L U I T:

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN AFVALSTOFFENHEFFING EN REINIGINGSRECHTEN 2016 (versie geldig vanaf )

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nr d.d. 27 september 2016;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel van de Wet milieubeheer; B E S L U I T:

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 13 november 2018;

vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2018.

Raadsbesluit. De raad van de gemeente Wijk bij Duurstede; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 13 november 2018 nr.

Verordening op de heffing en invordering van de afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2019

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland)

Verordening op de heffing en de invordering van de afvalstoffenheffing 2018

Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten gemeente Heemskerk 2018

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel van de Wet milieubeheer; B E S L U I T:

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 oktober 2008, nummer 2008/115;

VERORDENING AFVALSTOFFENHEFFING EN REINIGINGSRECHTEN Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 14 oktober 2014;

Hoofdstuk I Algemene bepalingen

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Wijk bij Duurstede (Utrecht)

Verordening op de heffing en invordering van reinigingsheffingen 2015

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 2 oktober 2012, dienst/afdeling Backoffice/administratie, nr ;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 november 2018, zaaknummer ;

Besluit: vast te stellen de: VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN AFVALSTOFFENHEFFING EN REINIGINGSRECHTEN (REINIGINGSHEFFINGEN) 2016

Raadsbesluit. De raad van de gemeente Wijk bij Duurstede; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 22 november 2016 nr.

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 19 november 2013;

Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2014

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 november 2015 ;

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 november 2014; b e s l u i t :

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN AFVALSTOFFENHEFFING 2017 (versie geldig vanaf )

DE RAAD DER GEMEENTE DEURNE BESLUIT. Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing gemeente Deurne 2017

afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Oosterhout 2012 Citeertitel van de regeling Verordening reinigingsheffingen Oosterhout 2012

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 18 november 2014;

Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2016

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;

Verordening reinigingsheffingen 2016 gemeente Sliedrecht. gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten gemeente Veendam

Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2011

Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2015

Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing 2019 (versie geldig vanaf )

Officiële uitgave van de gemeente Bergeijk Nummer december 2014

Gemeentebestuur van Gulpen-Wittem

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN REINIGINGSHEFFINGEN gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

Reinigingsheffingen. gelet op artikel van de Wet milieubeheer en artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 25 oktober 2016 b e s l u i t :

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 november 2016 (Gemeenteblad 2016, nr. XXX);

Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2018 (verordening afvalstoffenheffing 2018)

Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2019

gemeente werkendam De raad van de gemeente Werkendam

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van xxxxxx, nr. xx ;

Verordening reinigingsheffingen gemeente Overbetuwe 2016

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 november 2012;

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN AFVALSTOFFENHEFFING 2018

IMijverdal, 8 november gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 18 september 2012;

Artikel 5 Belastingjaar Met betrekking tot de belasting die per jaar wordt geheven, is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Nijverdal, 2 december gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 28 oktober 2014;

Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2018

ONTWERP Bijlage: 3. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 november 2014 met nummer ; b e s l u i t :

gelet op de artikelen 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel van de Wet milieubeheer;

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDE-RING VAN AFVALSTOFFENHEFFING 2018

Gemeente Tynaarlo - Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2017 gemeente Tynaarlo

gelezen het voorstel van het college d.d. 6 november 2012, nummer ;

Nummer 090 G. Afvalstoffenheffing

Verordening reinigingsheffingen 2014

Verordening reinigingsheffingen 2018

DE RAAD VAN DE GEMEENTE DEURNE. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 oktober 2017, nr 69c; besluit

eurne DE RAAD VAN DE GEMEENTE DEURNE BESLUIT:

Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2019

Transcriptie:

Nr. 764 De raad van de gemeente Oldenzaal; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 28 november 2017, nr. 46/4, reg.m. INTB-17-03419; Geiet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet en artikel15.33 van de Wet milieubeheer; besluit: vast te stellen Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2018 Hoofdstuk I Aigemene bepalingen Artikel 1 Inleidende bepaling Krachtens deze verordening worden geheven: a. een afvalstoffenheffing; b. reinigingsrechten. Artikel 2 Begripsomschrijvingen Deze verordening verstaat onder: a. perceel: 1. de onroerende zaak, bedoeld in Hoofdstuk III van de Wet waardering onroerende zaken; 2. een binnen de gemeente gelegen roerende zaak; 3. een gedeelte van een roerende zaak dat blijkens zijn indeling is bestemd om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt; 4. een samenstel van twee of meer roerende zaken of in onderdeel 3 bedoelde gedeelten daarvan die bij dezelfde belastingplichtige in gebruik zijn en, naar de omstandigheden beoordeeld, bij elkaar behoren. 5. het binnen de gemeente gelegen deel van de in onderdeel 2 bedoelde roerende zaak, van een in onderdeel 3 bedoeld gedeelte daarvan of van een in onderdeel 4 bedoeld samenstel. b. gebruik maken' in hoofdstuk II Afvalstoffenheffing: gebruik maken in de zin van artikel 15.33 Wet milieubeheer; c. gft-afval: groente-, fruit- en tuinafval; d. huishoudelijk restafval: afval afkomstig uit particuliere huishoudens, dat overblijft na scheiding in andere deelstromen als bedoeld in artikel 7 van de Afvalstoffenverordening gemeente Oldenzaal 2017 e. container: de vanwege de gemeente uitgezette ophaalbakken, onderverdeeld in de verschiliende volumina; f. verzamelcontainer: de vanwege de gemeente geplaatste verzamelcontainers, die kunnen worden ontsloten door de milieu pas; g. grove huishoudelijke afvalstoffen: huishoudelijke restafvalstoffen die met enige regelmaat in een huishouden vrij komen, doch die te groot en/of te zwaar zijn om op dezelfde wijze als andere huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst te worden aangeboden; h. grof tuinafval: tuinafval, dat met enige regelmaat in een huishouden vrij komt, doch dat te groot en/of te zwaar is om op dezelfde wijze als gft-afval aan de inzameldienst te worden aangeboden; i. milieu pas: een vanwege de gemeente verstrekte pas, ten behoeve van de ontdoening van afvalstoffen op het afvalbrengpunt of gebruikmaken van een ondergrondse container. 1

Hoofdstuk II Afvalstoffenheffing Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit 1. Onder de naam 'afvalstoffenheffing' wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer. 2. De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt. Dit met in achtneming van het bepaalde in artikel 7 van de laatst vastgestelde afvalstoffenverordening Artikel 4 Belastingplicht 1. De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt. Dit met in achtneming van het bepaalde in artikel 7 van de laatst vastgestelde afvalstoffenverordening 2. De belasting voor het achter laten van afvalstoffen op het afvalbrenpunt aan de Lübeckstraat wordt geheven van degene die de afvalstoffen achter laat. Artikel 5 Maatstaf van hefting en belastingtarief 1. De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven van de in de hoofdstukken 1 en 2 van de bij deze verordening behorende tarieventabel. 2. Voor de berekening van de belasting wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt. Artikel 6 Belastingjaar Met betrekking tot de belasting die per jaar wordt geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar. Artikel 7 Wijze van hefting 1. De belasting bedoeld in hoofdstuk 1 van de tarieventabel wordt bij wege van aanslag geheven. 2. De belastingen bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel worden geheven bij wege van een mondelinge dan wei een gedagtekende schriftelijke kennisgeving. 3. Als contante betaling van de rechten genoemd in hoofdstuk 2 wordt mede begrepen een rechtsgeldige ondertekende eenmalige incasso machtiging. Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en hefting naar tijdsgelang 1. De belasting bedoeld in hoofdstuk I is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht. 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven. 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog voile kalendermaanden overblijven. De aanspraak op ontheffing bestaat niet, indien het bedrag van de ontheffing minder dan 10,00 bedraagt. 4. Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar een ander perceel in gebruik neemt. 5. De belastingen bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening. 2

Artikel 9 Termijnen van betaling 1. De aanslagen moeten worden betaald uiterlijk twee kalendermaanden na de op het aanslagbiljet vermelde dagtekening. 2. In afwijking van het eerste lid kunnen op verzoek van belastingplichtige de aanslagen worden betaald in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog maanden in het kalenderjaar overblijven met een minimum van twee, indien aan het navolgende wordt voldaan: a. het totaal bedrag van de op een aanslagbiljet verenigde aanslagen afvalstoffenheffing of andere belastingen moet minder zijn dan 6.600,00; b. de verschuldigde bedragen moeten door middel van automatische betalingsincasso van de betaalrekening van de belastingschuldige kunnen worden afgeschreven. 3. De belastingen moeten worden betaald ingeval de kennisgeving, bedoeld in artikel 7, tweede lid: a. mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving; b. schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wei ingeval van toezending daarvan, binnen 10 dagen na dagtekening van kennisgeving. 4. De Aigemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gesteide termijnen. Artikel10 Kwijtschelding Kwijtschelding van de belasting vindt plaats op basis van de Kwijtscheldingsverordening. Hoofdstuk III Reinigingsrechten Artikel11 tot en met 19 Gereserveerd. Hoofdstuk IV Aanvullende bepalingen Artikel 20 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van reinigingsheffingen. Artikel 21 Overgangsrecht 1. De 'Verordening reinigingsheffingen 2017' vastgesteld door de gemeenteraad op 19 december 2016 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel22, tweede lid, genoemde datum van in gang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan. 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 22, tweede lid, genoemde datum van in gang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de belastingen en de rechten hiervoor in die periode plaatsvindt. Artikel 22 Inwerkingtreding 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2018. 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018. Artikel 23 Citeertitel Deze verorde ing wordt aangehaald als de 'Verordening r nigingsheffingen 2018'. Vastgesteld In de open bare vergadering van 18 decemb

Tarieventabel behorende bij de Verordening reinigingsheffingen 2018 Hoofdstuk 1 Maatstaven en iaarliikse tarieven afvalstoffenheffing 1.0 De belasting wordt per perceel berekend naar een vast tarief (onderdeel 1.1), verhoogd met één of meer gedifferentieerde tarieven (onderdeel 1.2) 1.1 Vast deel: 1.1.1 De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar voor het periodiek 155,04 verwiideren van huishoudeliike afvalstoffen 1.2 Variabel deel: Aanbiedina van mini-containers en afvalbakken: Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1.1 bedraagt de belasting per aanbiedina van: 1.2.1 een container van 240 liter, bestemd voor huishoudelijk restafval 5,38 1.2.2 een container van 140 liter, bestemd voor huishoudeliik restafval 3,14 1.2.3 een container van 240 liter, bestemd voor groente-, fruit- en tuinafval 1.2.4 een container van 140 liter, bestemd voor groente-, fruit- en tuinafval 1.2.5 container van 240 liter bestemd voor kunststof verpakkingen, dranken kartons en blik 1.2.6 Oud papier Sii het aebruik van verzamelcontainers: 1.2.6 Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1.1 bedraagt de belasting per aanbieding van huishoudelijk restafval: 0,61 1.3 De belasting als bedoeld in de onderdelen 1.1.1 en 1.2 wordt vermeerderd voor het op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, in bruikleen hebben van een éxtra (= boven hetgeen volgens de gemeentelijke afvalstoffenverordening aan het perceel is verstrekt): 1.3.1 container, bestemd voor groente-, fruit- en tuinafval, per extra container met 55,00 Hoofdstuk 2 Maatstaven en tarieven afvalstoffenheffing grove huishoudelijke afvalstoffen 2.1 Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1.1 bedraagt de belasting inclusief STW voar: 2.1.1 het achterlaten van elektrische apparaten, metaal, oud papier, asbest en asbesthoudend afval, glazen verpakkingen, vlakglas, banden tot 19 inch, klein chemisch afval, textiel, grof tuinafval en eenmalige verpakkingen van plastic, blik en drankenkartons op het afvalbrenaount 2.1.2 Het achterlaten van elke hoeveelheid van 10 kg of gedeelte daarvan voor de niet met name genoemde huishoudeliike afvalstoffen in 2.1.1 1,50 2.2.1 het op aanvraag verwijderen van grove huishoudelijke afvalstoffen: 30,00 voorriitarief Vermeerderd met 2.2.1.2.1 Per 10 kg of gedeelte daarvan van, metaal en grof tuinafval 2.2.1.2.2 voor elke hoeveelheid van 10 kilogram of gedeelte daarvan voar de niet met name genoemde huishoudelijke afvalstoffen in 2.1.1 1,50 4

2.3 Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1 en hoofdstuk 2 tm 2.1.6 bedraagt de belasting inclusief BTW voor: 2.3.1 het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vervangende milieu pas 10,00 2.3.2 het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een 3,00 afvalentreepas voor eenrnaliq qebruik 2.3.3 het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een weegbon van een geijkte weegbrug 8,50 2.3.4 het in behandeling nemen van een tweede en volgende aanvraag in het beìastìnclaar tot het vervanqen van: 2.3.4.1 een container met een andere inhoudsmaat 35,00 2.3.4.2 In afwiikino van de onderdelen 2.3.1 en 2.3.4 wordt eenrnaliq geen belasting geheven voor het vervangen van een of meer containers en/ of rnilieupas binnen drie maanden nadat de belastingplichtige het perceel in gebruik heeft genomen. Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Maatstaven en jaarlijkse tarieven reinigingsrechten gereserveerd Maatstaven en tarieven overige reinigingsrechten gereserveerd Behaart bij bes'uifn de raad der gemeente OIdenzaal van 18 decem ber 2017, nr. 764 Mij bekend, De griffie~ -- \ 5