AUDAC. Gebruikershandleiding. 1/4/8/16 Zone Digital Paging Station (APM), 4/8/16 Digital Receive/Switch Module (ARU/AVD). PROFESSIONAL AUDIO EQUIPMENT



Vergelijkbare documenten
Power Amplifier Q2 - Q4 AUDAC PROFESSIONAL AUDIO EQUIPMENT. Power Amplifier Q2 Q4. Gebruikershandleiding & Installatiegids

EASYPLUS PRE DOMOTICA

2-KANAALS RF AFSTANDSBEDIENINGSSET

CODEKLAVIER PROGRAMMATIE HANDLEIDING

HANDLEIDING - LEVEL INDICATOR M A N U A L

2-DRAADS videoparlofonie

COM12/COM24 Mengversterker AUDAC PROFESSIONAL AUDIO EQUIPMENT. COM12/COM24 Mengversterker. Handleiding

FLEXESS TERRA CODETABLEAU EN PASLEZER TC-CS100 CS VERGRENDELINGEN. t f MODELLEN CS100 SPECIFICATIES

FT8SW. 1. Werking. Handleiding. De FT8SW is een IO stuurmodule met 8 relais die geactiveerd wordt door de deurtelefoon Wizard

2-DRAADS videoparlofonie

Gebruikershandleiding Axitour AT-900 audio communicatiesysteem

FLEXESS AQUA CODETABLEAU EN PASLEZER TC-CS200 CS VERGRENDELINGEN. t f MODELLEN CS200 SPECIFICATIES

Draadloze zoneregelaar HCE80. Handleiding bij het inleren

RGB wand bedieningspaneel DMX sturing en PWM output

Gebruiksaanwijzing DM-16 DJ MINGLE

Montagevoorschriften

FACILA DP091, DP092. Buitenpost opbouw met camera. Montage- en gebruikershandleiding

OPTISCHE-AKOESTISCHE BUITEN SIRENE/FLITSER SP-4002

BEDIENPANEEL Productspecificaties

Tyro Pyxis/Auriga 2, 4, 6 of 8 voudige afstandsbediening Handleiding 868 MHz

LPTTX KANAALS SOFT TOUCH DMX SCHAKELPANEEL

Domotica in drie stappen: Systeem omschrijving: DDNET:

FACILA DP091, DP092. Buitenpost opbouw met camera. Montage- en gebruikershandleiding

FT4SW. 1. Werking. Handleiding. Figuur 1

Installateurshandleiding

ADRESSEERBARE ZONE UITBREIDING int-adr_nl 05/14

Verkorte Gebruiker Handleiding

CODEKLAVIER PROGRAMMATIE HANDLEIDING

InteGra Gebruikershandleiding 1

Gebruiksaanwijzing DSC785 Dry/Store Controller

APT-200. Tweeweg handzender. Firmware versie 1.00 apt-200_nl 03/19

VMB1BLS 1-kanaals rolluiksturing voor universele montage. Handleiding

Multimedia Amp M1 AUDAC PROFESSIONAL AUDIO EQUIPMENT. Multimedia Versterker M1. Handleiding

Showmaster 24 ORDERCODE 50335

1. PRODUCTAFBEELDING MET UITLEG: 3

Handleiding GSM kiezer TKGSM-431 versie 13V1.2. Afmeting breedte circa 20,4 cm hoogte circa 14 cm.

AT1G rev Toegangscontrole Module AT1G Handleiding. thinks outside the box!

FLEXESS AQUA CODETABLEAU EN PASLEZER TC-CS200 CS VERGRENDELINGEN. t f MODELLEN CS200 SPECIFICATIES

AC ZONE ALARMCONTROLLER MET DEURBEL HANDLEIDING

1. Algemene informatie

DIN-RAIL UITBREIDING int-iors_nl 10/14

Ruimtetemperatuur voelers MODBUS, SHT-A1-MB(-LCD) Ruimte MODBUS. Omschrijving

2 Draads videofoon systeem. Drukknop: Gebruikshandleiding

KEYSTONE. OM8 - EPI 2 AS-Interface module Handleiding voor installatie en onderhoud.

GPRS-A. Universele monitoringsmodule. Quick start. De volledige handleiding is verkrijgbaar op Firmware versie 1.00 gprs-a_sii_nl 02/18

Technische documentatie

CODEKLAVIER PROGRAMMATIE HANDLEIDING

Besturingspaneel v Raam E-systeem functie omschrijving v109

Installatiehandleiding

NEDERLANDS DG502UP. Autonome centrale 2 deuren. De keuze van de installateur cdvibenelux.com

RUKRA REMOTE DIGIT IO_44_NL ARTIKELNUMMER: RK-3004

GEBRUIKSAANWIJZING MPA-BOX ACTIEF OMROEPSYSTEEM

Toegangscontrole. Blue Line CRC50 Handleiding

FLEXESS TERRA EN AQUA CODETABLEAU EN PASLEZER TC-CS100/CS200 CS100/CS VERGRENDELINGEN. t f

1. PRODUCTAFBEELDING MET UITLEG: 3

8 CHANNEL MUSIC MIXER CHANNEL MUSIC MIXER

S88XPressNetLI v1.0. Installatie- en gebruikershandleiding en naslagwerk KDesign Electronics, PCB ontwerp door RoSoft

Handleiding ALFANET 70-Clock

INSTALLATIE EN GEBRUIKERS HANDLEIDING. Camera 2-draads besturingsmodule. Versie 2.0 April 2017

dmxdomotica DDC1-IP-RGB Controller. Simplistic Light Domotica in drie stappen:

VDH doc Versie: v1.0 Datum: Software: ALFA75-MTT File: Do WPD Bereik: 0,0/+80,0 C per 0,1 C

K-Steel deuropenermodule 1156/10 met numeriek toetsenbord

Handleiding digicode: Promi500 Kaarten en codes

GSM500 PROGRAMMATIE HANDLEIDING

RGBW Wi-Fi naar RF omvormer

Vanaf SN : CODEKLAVIER PROGRAMMATIE HANDLEIDING

BDS-001, besturing voor handbediende schuifdeuren

Handleiding AT1G Toegangscontrole Module. rev ver1

NEDERLANDS SEL2641R433IP. Ontvanger - (Monostabiel met regelbare tijdsvertraging of Bistabiel) De keuze van de installateur cdvibenelux.

Weersafhankelijke regelaar SAM 2200

ATP2S200. rev Toegangscontrole Module. Handleiding. thinks outside the box!

Handleiding digicode: DGA

OPTAC Download Tool Gebruikshandleiding

Ontvanger met GSM-transmissie GSM 700

IP VIDEOFOON 2 draads SNEL AAN DE SLAG

ARA-pro Installatie Dupline bus

Technische handleiding enkelvoudige installatiekit Art.KAE5061

LA240 Ringleiding Versterker. Gebruiksaanwijzing

DG502U 12 3 ST1 M A G N. Omschrijving. Reset jumper Alarm contact

videofoon (bedraad) gebruikershandleiding

Terugmeld module in combinatie met andere merken 13. Aansluiten van de meldingangen 14. In gebruik nemen en testen van de terugmeld module 16

Hardware toetsen Met deze toets kan u op elk moment terugkeren naar de beginpagina van het menu (scherm Kamers).

HANDLEIDING CIFERO XT CODEKLAVIER

De verklaring van overeenstemming kan worden geraadpleegd op

Afb.2.: Achteraanzicht

Sinthesi Deuropenermodule

Technische handleiding tweevoudige installatiekit Art. KAE5062A

Handleiding WIFI videofoon type WIFI106

KLIMA 500 TOPLINE. Gebruiksaanwijzing. Omschrijving : Klima 500 Topline (Alfanet) met of zonder aan/uit schak. Doc.nr.:

Een intelligent DMX netwerk

Nederlands. Handleiding. Inhoud :

VIDEOCONTROLE 2-DRAADS

D-34 1 DVPA + 3 T M-72

allmatic Gebruikershandleiding HANDL Ampèrestraat TR Purmerend Tel: Fax:

Gebruiksaanwijzing GPIO interface voor BrightSign - HD players

de nieuwe standaard voor prestaties, flexibiliteit en gebruiksgemak

Bedieningshandleiding voor de Exocompact Display

4-kanaals dimmerstuurmodule met 0 of 1 tot 10V-uitgangen voor het Velbus-systeem

Marmitek MicroModule AWM 2

27/03/2014. GSM102 2 relais GSM OPENER PROGRAMMATIE HANDLEIDING

Transcriptie:

APM 01 / 04 / 08 / 16 ARU / AVD 04 / 08 / 16 AUDAC PROFESSIONAL AUDIO EQUIPMENT 1/4/8/16 Zone Digital Paging Station (APM), 4/8/16 Digital Receive/Switch Module (ARU/AVD). Gebruikershandleiding

A U D A C P R O F E S S I O N A L A U D I O E Q U I P M E N T Gebruikershandleiding AUDAC http://www.audac.be info@audac.be

Inhoud INLEIDING... 3 APM OPROEPTAFEL:... 3 ARU/AVD ONTVANGSTMODULE:... 5 DE ARU MODULE:... 6 DE AVD MODULE:... 6 TOEBEHOREN APM OPROEPTAFEL... 7 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN... 8 WAARSCHUWING - SERVICE... 8 OVERZICHT VERSCHILLENDE MODELLEN APM... 9 APM 16:... 9 APM 08:... 9 APM 04:... 10 APM 01:... 10 OVERZICHT VERSCHILLENDE MODULES ARU / AVD... 12 ARU04... 12 ARU08... 12 ARU16... 12 AVD04... 13 AVD08... 13 AVD16... 13 RJ-45 AANSLUITING... 14 OPGELET... 14 VOEDING... 15 MAXIMUM STROOM... 15 SPANNINGSVAL OVER DE KABEL... 15 VAN START GAAN... 16 APM:... 16 ARU:... 17 AANSLUITINGEN ARU08:... 17 AANSLUITINGEN ARU08:... 18 JUMPER INSTELLINGEN VOOR DE AUDIO ROUTING... 19 AVD:... 20 AANSLUITINGEN AVD08:... 20 WERKINGSPRINCIPES VAN ARU/AVD IN COMBINATIE MET APM... 21 MOGELIJKHEID 1: APM01 RECHTSTREEKS OP INGANG VERSTERKER... 21 MOGELIJKHEID 2: BIJ UITGEBREIDE INSTALLATIES WAAR MEN VERSTERKERS PER ZONE TOEPAST (SCHAKELEN OP LIJNNIVEAU)... 22 MOGELIJKHEID3: SCHAKELEN OP LIJNNIVEAU, MET EMERGENCY CALL OP DE VOLUMEREGELAARS... 23 MOGELIJKHEID 4: TWEE AFZONDERLIJKE VERSTERKERS VOOR MUZIEK EN OPROEP... 24 MOGELIJKHEID5: SCHAKELEN OP LUIDSPREKERNIVEAU, MET EMERGENCY-CALL OP DE VOLUMEREGELAARS.... 25 HET SYSTEEM BEDRADEN... 26 ARJ03 MODULE... 26 BUSSTRUCTUUR... 27 ÉÉN STERPUNT... 27 MEERDERE STERPUNTEN... 28 UITGEBREIDE WERKING APM... 29 CONFIGURATIE VAN DE ARU/AVD MODULES... 32 BIJKOMENDE INFORMATIE APM/ ARU/ AVD... 33 PINOUT RS485 AUDAC PAGING SYSTEEM VOOR ONTWIKKELDOELEINDEN... 33 CONDENSATOR MICROFOON AUDAC CMS45... 34 PERSOONLIJKE NOTA S... 35 2

Inleiding Deze paragraaf beschrijft kort de functionaliteit van het APM/ARU/AVD oproepsysteem. H et Audac Paging System werd ontwikkeld om op een eenvoudige manier flexibele omroepsystemen en ontruimingsinstallaties te bouwen. APM Oproeptafel: Deze tafelmicrofoon met zoneselectie is uitgerust met een digitaal audiomemory dat toelaat alle nodige waarschuwings- en oproepsignalen op te slaan. De zwanenhalsmicrofoon is uitgerust met een condensatorcapsule met een niervormige gevoeligheidskarakteristiek. Met de ingebouwde digitale compressor/limiter met Automatic Gain Control wordt het uitgangsniveau van het microfoonsignaal zo constant mogelijk gehouden. Bovendien is er op de voorzijde een microfoon signaalindicatie, zodat de spreker een aanduiding van zijn stemniveau heeft. De werking van het geheel (van de microfooncel tot de uitgang en ook van alle andere onderdelen) wordt digitaal bewaakt. Wanneer het apparaat niet goed functioneert, geeft het een foutmelding. Op die manier weet je zeker dat elke keer er een calamiteitenoproep gedaan wordt, die ook uitgevoerd zal worden. Wanneer je verschillende oproepconsoles op een bus koppelt, kan je gebruik maken van prioriteitniveaus. Een led op het front geeft de status van de audiobus (bezet of vrij) weer. Dit kan je allemaal configureren in de AUDAC CONFIGURATION MANAGER software tool. Deze software tool kan je gratis downloaden op de AUDAC website (www.audac.be). Er zijn 4 basismodellen in het gamma: - APM 01: Oproepconsole enkel voor een algemene oproep. - APM 04: Oproepconsole met 4 zone toetsen, een Select All -, Clear - en Talk -knop. - APM 08: Oproepconsole met 8 zone toetsen, een Select All -, Clear - en Talk -knop. - APM 16: Oproepconsole met 16 zone toetsen, een Select All -, Clear - en Talk -knop. De functietoetsen op de bovenzijde zijn standaard geprogrammeerd voor Talk, een Select All toets om alle zones te activeren en een Clear toets om alle zoneselecties te neutraliseren. De overige toetsen worden gebruikt voor zoneselectie of voor andere schakeltoepassingen. De gebruiker kan al deze actoren en indicatoren met de AUDAC CONFIGURATION MANAGER naar wens programmeren of er een andere functie aan toekennen (zie verder in deze handleiding). 3

De volgende knoppen zijn standaard: - Talk: Als je deze knop indrukt, speelt het apparaat de ding-dong af. Daarna kan je in de microfoon een boodschap inspreken. - Select All: Met één druk op deze knop selecteer je alle gebruikte zoneknoppen. - Clear: Deze knop gebruik je om alle geselecteerde zones te deselecteren. Volgende functies kan je vrij programmeren: - Zoneselect: Deze functie zorgt ervoor dat je met 1 druk een zone kan selecteren. Druk een tweede maal om de zone in kwestie te deselecteren. Als je de Talk -knop indrukt, wordt de betreffende zone geschakeld. - Power Up delay: Met deze functie kan je met 1 druk een inschakelvertraging realiseren (om bijvoorbeeld verscheidene zware toestellen achter elkaar in te schakelen). - Puls Relay: Deze functie zorgt ervoor dat als je een toets indrukt, er een relais bekrachtigd wordt voor zolang je deze toets ingedrukt houdt (vb. openen van een elektrisch deurcontact). - Toggle Relay: Deze functie zorgt ervoor dat als je een toets indrukt, er een relais aangetrokken wordt. Druk je een tweede keer, dan wordt die relais terug losgelaten (vb. verlichting of HVAC aan/uit schakelen). - Select Layer 0: Via layers kan je de bedieningsmogelijkheden van de console uitbreiden. Als je Select Layer 0 indrukt, kom je in Layer 0 terecht. - Select Layer 1: Na het indrukken van deze knop, kom je in Layer 1 terecht. - Select Layer 2: Na het indrukken van deze knop, kom je in Layer 2 terecht. In Service mode zijn volgende functies ter beschikking: - Volume Up (mic of gong): Met deze functie kan je met behulp van een toets het geselecteerde volume (mic of gong) stapsgewijs verhogen (per 3dB, 256 stappen). - Volume Down (mic of gong): Met deze functie kan je met behulp van een toets het geselecteerde volume (mic of gong) stapsgewijs verlagen (per 3dB, 256 stappen). - Select mic: Hiermee selecteer je de microfoon om het volume ervan te wijzigen. - Select gong: Hiermee selecteer je de gong om het volume ervan te wijzigen. De standaard gebruikte databus is RS485, maar via een optionele opsteekunit kan je ook met andere databus standaarden werken. (LON, ) 4

ARU/AVD Ontvangstmodule: De Audac ARU/AVD ontvangstmodules zijn ontworpen voor gebruik met de AUDAC APM01/16 oproeppost. De modules werken over RS485 en beschikken over 4/8/16 relais voor allerhande schakeltoepassingen. Volgende modules zitten in het gamma: - ARU04: Deze module kan omschakelen tussen twee verschillende audio signalen en is 4 kanaals uitgerust (4 verschillende zones). - ARU08: Deze module kan omschakelen tussen twee verschillende audio signalen en is 8 kanaals uitgerust (8 verschillende zones). - ARU16: Deze module kan omschakelen tussen twee verschillende audio signalen en is 16 kanaals uitgerust (16 verschillende zones). - AVD04: Deze module schakelt een gemeenschappelijk signaal (vb. 24V DC) door naar 4 verschillende uitgangen. - AVD08: Deze module schakelt een gemeenschappelijk signaal (vb. 24V DC) door naar 8 verschillende uitgangen. - AVD16: Deze module schakelt een gemeenschappelijk signaal (vb. 24V DC) door naar 16 verschillende uitgangen. 5

De ARU module: Met deze module kan je schakelen tussen achtergrondmuziek en een eventuele oproep. De module is 4, 8 of 16 kanaals uitgerust. De ARU module is zeer flexibel opgevat. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om per zone een verschillende muziekbron te gebruiken, of om één muziekbron te gebruiken voor alle zones. Je kan ook combinaties maken (bvb. Voor zone 1 tot 4 nemen we een Cd-speler en voor zone 5 tot 8 een Tuner). De doorverbindingen die je hiervoor moet maken, kunnen op eenvoudige manier d.m.v. jumpers gezet worden. Indien je grotere systemen wil maken, kan je modules in cascade schakelen en deze via adressering op de bus plaatsen. De ARU module is geschikt voor montage op een DIN-rail. Langs één zijde heb je dan vaste bekabeling naar de rack toestellen. Langs de andere zijde heb je connectoren die rechtstreeks de klemmenstrook vormen van de oproepconsole en van de luidsprekerlijnen. De AVD module: Deze module is bedoeld om één gemeenschappelijk signaal naar een bepaalde uitgang door te schakelen. De module is 4, 8 of 16 kanaals uitgerust. Ze kan voor volgende toepassingen gebruikt worden: - Activeren van een Emergency Call relais op een klassieke volumeregelaar. Hier gaan we dan 24V DC doorschakelen. - Aanspreken van teleruptoren of (vermogen)relais voor bediening van bijvoorbeeld rolluiken, deurcontacten,... - Inschakelvertraging: zware systemen waar de inschakelstromen te groot worden (vb. 8 versterkers van 4800W) kan je deel per deel inschakelen met een zekere vertraging. De vertragingstijd kan je instellen met behulp van een potmeter. Indien je grotere systemen wil maken, kan je modules in cascade schakelen en deze via adressering op de bus plaatsen. De AVD module is geschikt voor montage op een DIN-rail. Langs één zijde heb je dan vaste bekabeling naar de rack toestellen. Langs de andere zijde heb je connectoren die rechtstreeks de klemmenstrook vormen van de oproepconsole en van de luidsprekerlijnen. 6

Toebehoren APM oproeptafel De APM 01/16 wordt standaard geleverd met voorgemonteerde zwanenhalsmicrofoon. Verder zijn meegeleverd: - Kapjes van de druktoetsen (APM16: 19st, APM08: 11st, APM04: 7st, APM01: 1st). - Windkap voor de microfoon. 7

Hoofdstuk 1 Veiligheidsvoorschriften De APM 01/04/08/16 kan vrij geconfigureerd worden d.mv. software. Deze instellingen dienen te gebeuren door een onderlegd vakman. Verwijder in geen geval het frontpaneel tenzij je hiervoor gekwalificeerd bent. Verwijder de CAT5 kabel alvorens het toestel te openen. De ARU/AVD 04/08/16 bevat op de PCB meerdere jumpers die gezet kunnen worden om de gewenste configuratie te selecteren. Deze instellingen dienen te gebeuren door een onderlegde vakman. Verwijder in geen geval de beschermkap tenzij je hiervoor gekwalificeerd bent. Verwijder de spanning alvorens een andere jumperselectie te maken. WAARSCHUWING - SERVICE Dit apparaat bevat geen onderdelen die door de gebruiker zelf gerepareerd kunnen worden. Laat alle reparaties over aan gekwalificeerde vaklui. Voer zelf geen reparaties uit, tenzij je hiervoor gekwalificeerd bent. Opmerking Dit product is conform de volgende Europese normen: EN 50081-1: 1992, EN 50082-1: 1992, EN 60065: 1994, EN 60849 8

Overzicht verschillende modellen APM APM 16: APM 08: 9

APM 04: APM 01: Bovenstaande figuren geven een overzicht van de oproepconsoles met standaard uitgeruste functies achter de toetsen. 10

Er zijn 4 standaard modellen in het gamma voorzien: - APM 16: Beschikt over een 4x4 matrix zoneklavier en een onderste rij functietoetsen. In de standaard mode hebben de toetsen de volgende functies: Zone 1 16, Select All, Clear All, Push to Talk. - APM 08: Beschikt over een 2x4 matrix zoneklavier en een onderste rij functietoetsen. Standaard hebben de knoppen volgende functies: Zone 1 8, Select All, Clear All, Push to Talk. - APM 04: Beschikt over 4 zonetoetsen en een onderste rij functietoetsen, met standaard volgende functies: Zone 1 4, Select All, Clear All, Push to Talk. - APM 01: Beschikt over 1 enkele knop. Standaard is dit een Push To Talk knop voor een algemene oproep. Het is mogelijk om elke knop een andere functie toe te kennen. Dat doe je met de configuratiesoftware. Er zij ook vier status LED s aanwezig met volgende functies: Oranje LED: Geeft de status van de bus (bezet/vrij) en de voortgang van gong geluid aan. Groene LED: Geeft de microfoontoestand aan. Bij het praten licht deze LED op, indien de spreekafstand en het spreekniveau OK zijn. Rode LED s: Lichten op indien het spreekniveau te luid of te zacht is. Indien er een foutmelding is (bvb. microfooncapsule defect), gaan de rode en groene LED s knipperen. Zo weet je altijd of de microfoon en de overige apparatuur naar behoren functioneren. 11

Overzicht verschillende modules ARU / AVD ARU04 ARU08 ARU16 12

AVD04 AVD08 AVD16 13

RJ-45 aansluiting De APM/ARU/AVD Serie wordt onderling aangesloten d.m.v. een CAT5 kabel. De consoles hebben een voedingsspanning van 24V DC nodig. De 24V DC voeding komt toe op de ARU/ AVD module. Op iedere ARU/ AVD module zijn twee RJ-45 connectoren voorzien. De modules worden in bus verbonden d.m.v. een CAT5 kabel. De aansluitingen liggen als volgt op de kabel: Pin 1 Wit - Oranje LON A (optioneel) Pin 2 Oranje LON B (optioneel) Pin 3 Wit - Groen +24V DC Pin 4 Blauw RS485 A Pin 5 Wit - Blauw RS485 B Pin 6 Groen GND Pin 7 Wit - Bruin Audio S+ Pin 8 Bruin Audio S- OPGELET Gebruik altijd straight Cat5-kabels. Indien je die zelf maakt, doe het dan volgens de bovenstaande tabel om een goede werking van het apparaat te garanderen. Als je een bus wil maken, moet je daarvoor ARJ-03 splitters (AUDAC) gebruiken. Er moet maar 1 module gevoed worden met een 24V DC voeding. De rest wordt via de Cat5 kabel gevoed. Indien er veel modules op de bus hangen en er lange kabellengtes zijn, kan het zijn dat er grote spanningsvallen optreden. In dat geval moet je op bepaalde plaatsen extra voedingen installeren. Voor meer info hierover: info@audac.be 14

Voeding Normaal gezien moet de voeding maar aan één ARU-, AVD- of splitter module aangesloten worden. De andere modules krijgen hun voeding door de CAT5 kabel. Maximumstroom De maximumstroom die de voeding kan leveren, moet hoger zijn dan de som van de stromen van de aangesloten modules. Als de som groter wordt dan 2A, is het beter om een tweede voeding op te nemen in het netwerk, dan om een voeding met een nog grotere maximumstroom te gebruiken. Voorbeeld: een APM module gebruikt +/-300mA, een ARU/AVD/04/08 gebruikt +/-200mA en een ARU16/AVD16 gebruikt +/-400mA. Kies de juiste 24V DC voeding: bvb. We hebben 2 ARU08 modules, 1 AVD16 module en 3 oproeptafels. De som van de stromen is dus: 200+200+400+300+300+300 = 1,7 Ampere bij 24V DC. In dit voorbeeld raden we een voeding met een maximum stroom van 2A aan. Spanningsval over de kabel Wanneer veel modules aangesloten worden (ARU-, AVD modules en oproeptafels) en/of er sprake is van lange kabels, kan er een spanningsval over de kabel ontstaan. Wanneer dat gebeurt, moet je enkele voedingen bijplaatsen. Deze voedingen kunnen aangesloten worden op de ARU-, AVD- of splitter modules. Zorg ervoor dat de voeding aan de ARU-AVD modules en oproeptafels niet onder de 16V komt. Je kan een vereenvoudigde berekening gebruiken: Maximum toelaatbare spanningsval over de kabel: Vval = 8V Kabelweerstand van UTP CAT5e kabel: Rkabel = 0.096 ohm/meter Gemiddelde stroom van een module: Igem = 0.3A Aantal modules: x Maximum totale kabellengte: L (in meter) Vereenvoudigde formule: Vval = L * Rkabel * Igem * x De maximum kabellengte is L = Vval / ( Rkabel * Igem * x) Als we bovenstaande parameters invullen, bekomen we: L = 277 / x, met x als het aantal aangesloten modules. Bijvoorbeeld: Als we 6 modules aansluiten op 1 voeding, dan is de maximum totale kabellengte van de databus L = 277 / 6 = 46 meter. 15

Hoofdstuk 2 Van start gaan APM: De APM oproepconsole werd ontworpen om met de ARU of AVD ontvangst - en schakelmodule samen te werken. Als je de APM module onder spanning zet, komt deze in een voorgeprogrammeerde USER MODE terecht. In deze mode beschikken we over zonetoetsen (4-8-16): een Select All knop, een Clear All knop en een Talk knop. Wanneer je een zone selecteert, licht de knop van die zone groen op. Als je op een geselecteerde zone drukt, wordt deze gedeactiveerd. Om alle zones te selecteren, druk je op Select All. Om alle zones achteraf te deselecteren, druk je op Clear All. Om een oproep te starten, druk je op de Talk knop en houdt je die knop ingedrukt. Dit kan enkel indien de Bus vrij is (dus als de gele LED gedoofd is). De Talk knop zal dan rood oplichten. Volgende acties nemen daarna plaats: - De geselecteerde zones worden doorgegeven aan de ontvangstunit ARU08 en daarop geschakeld, - De gong begint af te spelen en de Enable LED knippert. - Als de gong afgelopen is, gaat de Enable LED uit en licht de Low LED op. De microfoon wordt dan ook ingeschakeld. Vanaf dan kan je met de oproep beginnen. Zorg dat er een afstand van 5-10 cm tussen je gezicht en de microfoon is als je praat. Let ook op de groene Good LED: die licht (continu) groen op als je op het juiste niveau praat. - Als de oproep voorbij is, mag je de Talk knop loslaten. - Daarna kan je, als je dat wil, de geselecteerde zones deselecteren. De APM01 heeft enkel een Talk knop. Die wordt normaal gebruikt wordt om een algemene oproep te doen. 16

ARU: Onderstaande figuur geeft weer hoe een ARU08 en een AVD08 aangesloten worden. Voor de ARU04/16 en de AVD04/16 is dit volledig analoog. Zone uitgang Analoge relaisbediening 2x RJ45 (DataBus) Volgorde aansluitpunten -, + Jumpers voor Audio Routing Volgorde aansluitpunten: Ground, -, + Ingang Kanaal A (MUZIEKBRON) 24V DC Ingang Kanaal B (OPROEP) Lijnsignaal APM 17

Aansluitingen ARU08: Zone uitgang: Dit is de uitgang waar kanaal A of B per zone naartoe wordt geschakeld. (De ground verbinding wordt gemaakt op de aansluitpunten van Ingang Kanaal A of B ). Ingang Kanaal A: Deze ingang is standaard geselecteerd. Hier moet je het signaal van de muziekbron op brengen. Ingang Kanaal B: Naar deze ingang moet je schakelen, als je de desbetreffende zone selecteert. Indien de voedingsspanning van het systeem wegvalt, wordt deze ingang ook doorgelaten. 24V DC: Het systeem moet gevoed worden met 24V DC. Hou rekening met het aantal modules dat je op de bus hangt. Dit wordt uitgelegd in Supply and RJ45 pin Configuration Lijnsignaal APM: Op deze klemmen komt het lijnsignaal van de oproeppost uit (APM01/04/08/16). Dit signaal moet versterkt worden met een Power versterker. De verschillende mogelijkheden worden in een volgend punt uitgelegd. Jumper voor Audio Routing: Met deze jumpers kan je op een eenvoudige manier de audiosignalen doorrouten, indien gewenst. Dit bespaart veel externe bekabeling. Analoge relaisbediening: Hiermee kan je de relais manueel bekrachtigen. Dat doe je door het desbetreffende contact naar de massa te schakelen met bijvoorbeeld een drukknop. 2 x RJ45 (Databus): De databus en de voeding van alle modules worden d.m.v. deze bekabeling gerealiseerd. Je moet Daisy-chain bekabeling toepassen, als je een goede werking van het apparaat wil garanderen. Sluit ook de uiteinden van de bus af met een afsluitweerstand (+-120 Ohm). Dat kan op de ARJ-03 module eenvoudigweg met een jumper. Dit wordt later nog uitgelegd. 18

Jumper instellingen voor de audio routing In dit voorbeeld zijn er 3 jumpers gezet. De jumper aan de rechterzijde boven ingang IN_1 verbindt het linkse kanaal van IN_1.A met het rechtse kanaal van IN_1.A (blauwe spoor). De tweede jumper kan gebruikt worden om het linkse kanaal van ingang IN_1.B met het rechtse kanaal van ingang IN_1.B door te verbinden. Ingangskanalen A en B hebben elk hun eigen jumper. De twee jumpers aan de rechterzijde verbinden IN_7.A.rechts met IN_8.A.rechts (bovenste jumper, groene spoor) en IN_7.A.links met IN_8.A.links (tweede jumper, paarse spoor). De derde jumper kan gebruikt worden om IN_7.B.rechts met IN_8.B.rechts door te verbinden. De vierde jumper kan gebruikt worden om IN_7.B.links met IN_8.B.links door te verbinden. Zoals je ziet, is het mogelijk om een ingangskanaal A of B met een vorig of volgend ingangskanaal A of B door te verbinden. Er zijn dus heel wat combinaties mogelijk. In bovenstaand voorbeeld zijn ingangskanalen A gebruikt, maar ingangskanalen B kunnen ook gebruikt worden. 19

AVD: Uitgangskanaal Analoge relaisbediening Gemeensch. Ingang 2x CAT5 (Databus) 24V DC Aansluitingen AVD8: 24V DC: Het systeem dient gevoed te worden met 24V DC. Hou rekening met het aantal modules dat je op de bus hangt. Dit wordt uitgelegd in Supply and RJ45 pin Configuration. Gemeensch. Ingang: Hier leg je het signaal aan dat je door wenst te schakelen. Dit signaal is gemeenschappelijk voor alle relaisuitgangen (dit kan bvb. 24V zijn of een oproepsignaal). Uitgangskanaal: Dit zijn de kanalen waarnaar het Common Input signaal wordt doorgeschakeld. Analoge relaisbediening: Hiermee kan je de relais manueel bekrachtigen. Dit gebeurt door het desbetreffende contact naar de massa te schakelen met bvb. een drukknop. 2 x RJ45 (Databus): De databus en de voeding van alle modules worden d.m.v. deze bekabeling gerealiseerd. Pas een Daisy-chain bekabeling toe, op die manier garandeer je een goede werking van het apparaat. Sluit ook de uiteinden van de bus af met een afsluitweerstand (+-120 Ohm). Dat kan op de ARJ-03 module eenvoudig met een jumper. Dit wordt later nog uitgelegd. 20

Hoofdstuk 3 Werkingsprincipes van ARU/AVD in combinatie met APM De APM modules zijn ontworpen om samen met de ARU/AVD modules samen te werken. Volgende figuren geven mogelijke opstellingen weer in combinatie met ARU/AVD modules. Mogelijkheid 1: APM01 rechtstreeks op Ingang versterker Hier wordt het microfoonsignaal op een override- ingang van een mengversterker aangesloten. Als je over volumeregelaars per lokaal beschikt, kan je de EC-call relais eventueel via de ARU bekrachtigen. 21

Mogelijkheid 2: Bij uitgebreide installaties waar men versterkers per zone toepast (schakelen op lijnniveau) Hier wordt er geschakeld op lijnniveau. Je kan hier 16 zones apart aansturen. Via bijbehorende buskoppelaars kan je meerdere oproeptafels op 1 bus hangen. Verder kan je dan aan iedere tafel het gewenste prioriteitsniveau toekennen. Let erop dat je het signaal van de muziekbron op iedere ARU module laat toekomen. Het oproepsignaal wordt doorgegeven via de CAT5-kabel. De bekabeling van de bus gebeurt over CAT5 kabel. De ARJ03 splitter module van Audac maakt dit zeer flexibel. Deze beschikt over een Bus In, APM en Bus Out connector. Deze module wordt in een volgend hoofdstuk verder toegelicht. 22

Mogelijkheid 3: Schakelen op Lijnniveau, met Emergency Call op volumeregelaars Dit is hetzelfde principe als de voorgaande setup, maar hier ga je de volumeregelaar, in geval van een oproep, overbruggen (Emergency call). Zo komt de oproep steeds luid en duidelijk door. Je kan dan met de volumeregelaar per zone het muziekvolume lager zetten zonder dat dit invloed heeft op het oproepsignaal. Je moet er alleen voor zorgen dat alle module netjes in daisy-chain met elkaar verbonden zijn (zie later). 23

Mogelijkheid 4: Twee afzonderlijke versterkers voor muziek en oproep In deze opzet hebben we een versterker voor de oproep en een versterker voor de muziek. De niveaus tussen oproep en muziek zijn dan met deze twee versterkers in te regelen. Het vermogen van de versterkers wordt berekend op de totale belasting, dus alle zones van de oproepinstallatie samen. Deze configuratie heeft als voordeel dat je met twee versterkers voldoende hebt, ook al heb je meerdere zones. Het nadeel hiervan is dat de volumes per zone dezelfde zijn. Dit kan je eventueel oplossen door gebruik te maken van volumeregelaars per zone (met of zonder Emergency Call). Dit wordt in de volgende configuratie besproken. 24

Mogelijkheid 5: Schakelen op luidsprekerniveau, met Emergency Call op de volumeregelaars. Dit is dezelfde opzet als de vorige, maar hier heb je volumeregelaars per zone. Via twee AVD modules kan je de Emergency Call van deze regelaars schakelen. Je gaat dan 24V DC doorschakelen. 25

Hoofdstuk 4 Het Systeem bedraden Het systeem maakt gebruik van een RS-485 protocol. Hierbij is het belangrijk dat je de bekabeling niet in een sterstructuur maakt. Het is ook belangrijk dat je bij uitgebreide systemen de bus correct afsluit. Dit kan zeer gemakkelijk via een ARJ03 module (deze wordt later toegelicht). RS-485 is een differentiële bus, dus moet ze over een twisted pair. Deze data zit op het blauwe paar van de CAT5 kabel. Die zit in het midden op de RJ-45 connector. De ARJ03 module: Dit is een compacte en goedkope module die het mogelijk maakt om meerdere APM oproepconsoles op de bus te plaatsen. De module beschikt ook over een jumper, waarmee je de databus correct kan afsluiten. De middelste aansluiting met de markering To APM wordt gebruikt om de oproeptafel aan te sluiten. Indien de kabel naar de APM module langer is dan 2m, wordt geen stabiele werking gegarandeerd (hier creëert men dan een sterpunt!). Een uitzondering hierop is wanneer de oproeptafel aan het einde van de databus is aangesloten. Als er dus geen kabel meer aan de aansluiting van Bus out hangt. De module kan onder een bureau of in een wandgoot ondergebracht worden. Hier kan je dan eenvoudig de APM module op inpluggen. Volgende figuur geeft de bovenzijde van de module weer: 26

BUSSTRUCTUUR Volgende figuur toont een correct voorbeeld van de bekabeling: De draden waarmee de oproeptafels aangesloten worden op de databus zijn niet langer dan 2m. De totale lengte van de databus is niet langer dan 1000m. ÉÉN STERPUNT De figuur beneden laat een voorbeeld zien van een bekabeling met 1 sterpunt ( T-splitsing). Het gebruik van een bekabeling met 1 sterpunt wordt best vermeden. De draden waarmee de oproeptafels aangesloten worden op de databus zijn niet langer dan 2m. De totale lengte van de databus is niet langer dan 500m. 27

MEERDERE STERPUNTEN In onderstaand geval zijn er twee sterpunten die een slechte werking kunnen veroorzaken! Een bekabeling met meerdere sterpunten dient ten alle tijden vermeden te worden. Dit is geen correcte bekabeling!! 28

Hoofdstuk 5 Uitgebreide werking APM Indien je de APM module voeding geeft, terwijl je de Talk knop ingedrukt houdt, kom je in de SETUP MODE terecht. In deze toestand kan je de geluidsniveaus van enerzijds de microfoon en anderzijds de gong instellen. Volgende figuren geven een overzicht van de knoppen in configuratie modus: APM16: 29

APM08: APM04: 30

APM01: Bij de APM 01 is volume instelling niet mogelijk. Al de volumes staan standaard goed ingesteld en hier dient de gebruiker niets aan te wijzigen. Zoals eerder vermeld, kan je aan alle toetsen op de oproepconsole een functie naar keuze toekennen (onder andere Talk, zoneselect, Select All, Clear, Power Up delay, Puls Relay, Toggle Relay, Select Layer 0, Select Layer 1, Select Layer 2). Al deze functies kunnen naar wens geprogrammeerd worden (zie AUDAC CONFIGURATION MANAGER) Indien je hier specifieke vragen over hebt, krijg je meer info via: info@audac.be 31

Hoofdstuk 6 Configuratie van de ARU/AVD modules Alle AUDAC ARU en AVD modules kunnen volledig naar wens geprogrammeerd worden. Dat gebeurt met de AUDAC Configuration Mananger software tool. Deze kan je volledig gratis downloaden op de Audac website ( http://www.audac.be ). In de helpmenu s van deze software tool wordt volledig uitgelegd hoe het systeem correct geconfigureerd kan worden. Indien je hier specifieke vragen over hebt, krijg je meer info via: info@audac.be 32

Bijkomende informatie APM/ ARU/ AVD PINOUT RS485 AUDAC PAGING SYSTEEM VOOR ONTWIKKELDOELEINDEN RS485 UTP CAT5e cable Pin nummer Draadkleur Signaal 1 oranje / wit NC 2 oranje NC 3 groen / wit +24V DC 4 blauw RS485A 5 blauw / wit RS485B 6 groen GND 7 bruin / wit Audio Signaal + 8 bruin Audio Signaal - NC = niet aangesloten Seriële datakabel hangt af van de RS232-RS485 conversie eenheid 33

CONDENSATOR MICROFOON Audac CMS45 Dit is een kleine, elegante electret microfoon op zwanenhals. De micro is voorzien van een 3/8 montageschroef. Deze microfoon geeft een goede weergave van spraak, waardoor hij geschikt is voor conferenties, erediensten en seminaries. De cardioïde richtkarakteristiek maakt de micro minder gevoelig voor feedback. Technische gegevens microfoon. Microfoon type electret Richtkarakteristiek cardioïde Weergave bereik 50 18.000 Hz Gevoeligheid 9,5 mv/pa Impedantie 600 Ohm Afmetingen Ø 8 X 300 mm Gewicht 100 gr. Aansluitingen rood= signaal, massa = wit + voeding, massa - voeding Voeding 1,5 V max. 10 V Afmetingen APM console BxHxD (mm): 120 x 192 x 50 Materiaal: Staal Mechanische info ARU/AVD Profielbehuizing: PVC, breukvast Brandbaarheidklasse: V0(UL 94) Max. temperatuur: 60 Kleur: Groen U-afdekprofiel: PVC, breukvast Kleur: Transparant Brandbaarheidklasse: V0(UL 94) Max. temperatuur: 55 Zijdelen: Polyamide PA Brandbaarheidklasse: V0(UL 94) Kleur: Groen Afmetingen ARU/AVD ARU4/ AVD4: (BxHxD) 137 x 98 x 126 ARU8/ AVD8: (BxHxD) 207 x 98 x 126 ARU16/ AVD8: (BxHxD) 380 x 98 x 126 ARJ3 : (BxHxD) 82 x 30 x 45 APM1/4/8/16 : (BxHxD) 120 x 55 x 195 Technische gegevens Voeding Databus protocol Busbekabeling 24V DC RS-485 CAT5 34

Persoonlijke Nota s 35