CORRECTIONELE RECHTBANK VAN BRUSSEL 21 MEI 2004, 46 ste K.



Vergelijkbare documenten
RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG BRUSSEL. 20 JUNI 2007, 51 e KAMER

HET HOF VAN BEROEP VAN ANTWERPEN 19 MAART 2009, 14 E KAMER

VONNIS. TEGEN: De zich noemende W.D. ( ), volgens eigen verklaring geboren te Freetown (Sierra Leone),

Correctionele rechtbank van Antwerpen, 5 januari 2016, AC4 kamer

CORRECTIONELE RECHTBANK VAN TURNHOUT. 31 DECEMBER 2001, 14de KAMER. Verdacht van op de hierna vermelde plaatsen en op de hierna vermelde tijdstippen:

Wet van 13 april 1995 houdende bepalingen tot bestrijding van de mensenhandel en van de kinderpornografie

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT VAN 15 SEPTEMBER 2015

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE HASSELT VAN 15 DECEMBER 2015

CORRECTIONELE RECHTBANK TE MECHELEN, 19 maart 2008, 11 de kamer

CORRECTIONELE RECHTBANK TE LEUVEN, 18 maart 2008, 17 de kamer

Correctionele rechtbank van Antwerpen, 1 maart 2016, AC4 kamer

Correctionele rechtbank van Antwerpen, 5 januari 2016, AC4 kamer

Hof van Beroep Brussel, 13 november 2013, 13 e correctionele kamer

NEDERLANDSTALIGE RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG BRUSSEL, STRAFZAKEN, 3 MAART 2014, 60 ste KAMER

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT 7 NOVEMBER 2017

CORRECTIONELE RECHTBANK DENDERMONDE 13 FEBRUARI 2007, 19 de kamer

HOF VAN BEROEP VAN GENT. 26 JUNI 2002, 8de K.

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE LIMBURG AFDELING HASSELT VAN 19 OKTOBER 2017

Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Hasselt, sectie correctioneel,

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN 23 JUNI 2010

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE ANTWERPEN VAN 18 OKTOBER 2010

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE LEUVEN VAN 15 FEBRUARI 2016

3. Een criminele organisatie betreft een organisatie van meer dan twee personen.

DE RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE ANTWERPEN VAN 6 NOVEMBER 2015

Correctionele rechtbank van Brussel (NL), 6 november 2015, 46 ste kamer

CORRECTIONELE RECHTBANK VAN HASSELT, 21 NOVEMBER 1996

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Mechelen p.1 Dossiernr 18M zaal 20 Vonnisnr /

CORRECTIONELE RECHTBANK ANTWERPEN, 4 OKTOBER 2010, KAMER 4C

RECHTBANK EERSTE AANLEG VAN BRUSSEL, 26 NOVEMBER 2010, 46 STE KAMER

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen Kamer AC...15 oktober 2018 Vonnis Inzake het Openbaar Ministerie

Hof van Cassatie van België

COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN EN AAN DE OCCASIONELE REDDERS

Rechtbank van eerste aanleg Leuven correctionele zaken

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT VAN 5 MEI 2015

Correctionele rechtbank van Antwerpen, 1 maart 2016, AC4 kamer

P. L. C. C. M., geboren te (...) op ( ), wonende te ( ) Nederland, van Nederlandse nationaliteit.

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT VAN 24 JUNI 2014

VONNIS. De Correctionele Rechtbank van het arrondissement HASSELT, 16 kamer, heeft het volgende vonnis uitgesproken : INZAKE

Hof van beroep G. (...) Arrest. Arrestnummer. Datum van uitspraak. Notitie-nummer griffie. Notitienummer parfcet-generaal.

De Rechtbank van eerste aanleg

CORRECTIONELE RECHTBANK VAN BRUSSEL. 7 FEBRUARI 2003, 46 ste K.

CORRECTIONELE RECHTBANK TURNHOUT, 17 NOVEMBER 2010, 13 DE K.

De correctionele rechtbank van het arrondissement Hasselt VONNIS van 19 NOVEMBER 2008

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Kortrijk, strafzaken

Hof van Cassatie van België

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE HASSELT VAN 19 FEBRUARI 2019

Î 1. rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen. Vonnis. KamerAC1. 25juni RA A Aangeboden op. Niet te registreren

rechtbank eerste aanleg Leuven correctionele zaken Kamer 20 Vonnis Vonnisnummer / Griffienummer 1382/2019 Repertoriumnummer / Europees

COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN EN AAN DE OCCASIONELE REDDERS

HOF VAN BEROEP VAN BRUSSEL. 26 maart 2002, 15de kamer

ECLI:NL:GHARN:2006:AX3957

CORRECTIONELE RECHTBANK VAN ANTWERPEN. 9 FEBRUARI 2004, Kamer 4C

Vonnis AFSCHRSFT. Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Hasselt, sectie correctioneel, / kamer. c \ 2016 / $0$ 31/05/2016

CORRECTIONELE RECHTBANK VAN HASSELT. 28 JUNI 2002, 18de K.

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012

HET HOF VAN BEROEP TE ANTWERPEN VAN 4 DECEMBER e kamer

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen

COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN EN AAN DE OCCASIONELE REDDERS

NEDERLANDSTALIGE RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG BRUSSEL, 17 OKTOBER 2014, 46 E KAMER

RECHTBANK EERSTE AANLEG ANTWERPEN AFDELING ANTWERPEN, 31 MAART 2015, AC4 KAMER

ECLI:NL:RBASS:2007:BB8355

rechtbank eerste aanleg Leuven correctionele zaken Kamer 20 Vonnis Vonnisnummer / Griffienummer 1278/2019 Repertoriumnummer / Europees

CORRECTIONELE RECHTBANK TE MECHELEN OPENBARE ZITTING van 8 JUNI 2009

rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Hasselt Sectie correctioneel

ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273

DE CORRECTIONELE RECHTBANK VAN 3 JUNI 2013

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE ANTWERPEN AFDELING TURNHOUT VAN 9 OKTOBER 2017

Hof van beroep Antwerpen, 4 februari 2016, 14 de k.

HOF VAN BEROEP VAN ANTWERPEN, 9 NOVEMBER 2005, 14 de KAMER

Hof van Cassatie van België

CORRECTIONELE RECHTBANK VAN BRUSSEL. 18 FEBRUARI 2009, 51 ste KAMER

Hof van Cassatie van België

ECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499

Hof van Cassatie van België

ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388

COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN EN AAN DE OCCASIONELE REDDERS

ECLI:NL:OGEAA:2016:411

HOF VAN BEROEP ANTWERPEN, 31 MEI 2017, 14 DE KAMER

ECLI:NL:RBDHA:2016:13684

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE DENDERMONDE VAN 8 FEBRUARI 2019

Politierechtbank Antwerpen, afdeling Antwerpen, KAMER 1 Vonnis. Uitgifte p. 1. Niet aan te bieden aan de ontvanger 2019/ A008786

Correctionele rechtbank Antwerpen, 23 mei 2016

Vonnis. Rechtbank van eerste aanteg West-Vlaanderen, afdeling Brugge, sectie correctionele rechtbank. zestiende kamer (B16) /

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)

ECLI:NL:RBGEL:2013:4039

ECLI:NL:GHARL:2015:2577

CORRECTIONELE RECHTBANK ANTWERPEN AFDELING MECHELEN Not. nr. ME66.L Ooenbare terechtzittina van : 30 april 2015.

CORRECTIONELE RECHTBANK ANTWERPEN

ECLI:NL:RBMAA:2011:BP5002

Kwaliteitsvol (proces-verbaal) van verhoor

Vonnis. Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Hasselt, sectie correctioneel, / kamer. Griffienummer.

ECLI:NL:RBOVE:2016:1480. Datum uitspraak: Datum publicatie: Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - meervoudig.

Correctionele rechtbank van Brussel (NL), 19 mei 2016, 60 ste kamer

Politierechtbank Antwerpen, afdeling Antwerpen, KAMER 2 Vonnis. Uitgifte p. 1. Niet aan te bieden aan de ontvanger 2019/ A007621

Hof van Cassatie van België

Rechtbanl< van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent strafzaken

ECLI:NL:GHDHA:2016:935

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper, correctionele rechtbank

Transcriptie:

CORRECTIONELE RECHTBANK VAN BRUSSEL 21 MEI 2004, 46 ste K. Tijdens de openbare terechtzitting van 21 mei 2004, heeft de 46 ste kamer van de rechtbank van eerste aanleg te Brussel rechtsprekend in correctionele zaken, het volgend vonnis gewezen: IN ZAKE VAN: DE HEER PROCUREUR DES KONINGS, in naam van zijn ambt en van W. B., woonplaats kiezende bij Pag-Asa vzw ( ), burgerlijke partij tegen M.B. ( ) TEGEN: 1. M. P., geboren te ( ) op ( ), alias M. H., geboren te ( ) (Joegoslavië) op ( ), ( ) van Albanese nationaliteit; 2. M. B., zonder beroep, geboren te ( ) (Albanië) op ( ), ( ), van Albanese nationaliteit; Beklaagd van, in het gerechtelijk arrondissement Brussel, en bij samenhang elders in het Rijk, namelijk in het gerechtelijk arrondissement Antwerpen, In de periode van 1 januari 2000 tot 28 november 2003, ( ) A. Ten einde eens anders driften te voldoen, zelfs met hun toestemming, aangeworven, meegenomen of weggebracht te hebben met het oog op het plegen van ontucht of prostitutie, namelijk: 1. De eerste (M. P.): Ten nadele van V. T., ( ), van Moldavische nationaliteit; 2. De tweede (M. B.): Ten nadele van W. B., ( ), van Poolse nationaliteit en ten nadele van V.D., ( ); 1

met de verzwarende omstandigheid dat: - Ten opzichte van vreemdeling direct of indirect gebruik te hebben gemaakt van listige kunstgrepen, geweld, bedreigingen of enige vorm van dwang; - De feiten daden van deelneming betroffen aan de hoofd- of bijkomen bedrijvigheid van een vereniging ongeacht of de schuldige de hoedanigheid van leidend persoon had of niet; B. Op enigerlei wijze eens anders ontucht te hebben geëxploiteerd, namelijk: 1. De eerste (M. P.): Ten nadele van V. T., ( ), van Moldavische nationaliteit; 2. De tweede (M. B.): Ten nadele van W. B., ( ), van Poolse nationaliteit en ten nadele van V.D. ( ); met de verzwarende omstandigheid dat: - Ten opzichte van vreemdeling direct of indirect gebruik te hebben gemaakt van listige kunstgrepen, geweld, bedreigingen of enige vorm van dwang; - De feiten daden van deelneming betroffen aan de hoofd- of bijkomende bedrijvigheid van een vereniging ongeacht of de schuldige de hoedanigheid van leidend persoon had of niet; C. De eerste (M. P.): Met bedrieglijk opzet of met oogmerk om te schaden, in authentieke en openbare geschriften, in handels- of bankgeschriften of in private schriften, valsheid gepleegd te hebben, ( ), om namelijk: 1. Met het bedrieglijk opzet zijn ware identiteit te verbergen en zo te ontsnappen aan een aanhouding op basis van een internationale seining, de documenten met betrekking tot zijn asielaanvraag te hebben ingevuld onder de valse naam M. H.; 2. Met het bedrieglijk opzet zijn ware identiteit te verbergen, de documenten met betrekking tot een aanvraag tot OCMW-steun te hebben gedaan onder de valse identiteit M. H.; en met hetzelfde bedrieglijk opzet of hetzelfde oogmerk om te schaden, van de gezegde valse stukken gebruik gemaakt te hebben wetende dat ze vals waren; 2

D. De tweede (M. B.): De misdaad van verkrachting gepleegd te hebben, ( ), namelijk op de persoon van W. B., ( ); E. In overtreding van artikel 77 bis 1 van het wet van 15 december 1980, op welke manier ook, ertoe hebben bijgedragen dat, rechtstreeks of via een tussenpersoon, een vreemdeling het Koninkrijk binnenkomt, er via doorreist of er verblijft, en daarbij: 1) ten opzichte van de vreemdeling direct of indirect gebruik te hebben gemaakt van listige kunstgrepen, geweld, bedreigingen of enige vorm van dwang; Of, 2) misbruik te hebben gemaakt van de bijzonder kwetsbare positie waarin de vreemdeling verkeert ten gevolge van een onwettige of precaire administratieve toestand of ten gevolge van zijn staat van minderjarigheid, zwangerschap, ziekte dan wel een lichamelijk of een geestelijk gebrek of onvolwaardigheid, namelijk de genaamden: 1. De eerste (M. P.): Ten nadele van V. T., ( ) van Moldavische nationaliteit; 2. De tweede (M. B.): Ten nadele van W. B., ( ), van Poolse nationaliteit en ten nadele van V.D. ( ) F. De eerste (M.P.) en de tweede (M.B.) Deel uitgemaakt te hebben van een vereniging opgericht met het oogmerk om een aanslag te plegen op personen of eigendommen, door het plegen van misdaden waarop levenslage opsluiting of opsluiting van twintig tot dertig jaar, vijftien tot dertig jaar, vijftien tot twintig jaar of tien tot vijftien jaar gesteld is; G. De eerste (M.P.): In de periode van 6 april 2000 tot 31 mei 2003, Met het oogmerk om zich een zaak toe te eigenen die aan een ander toebehoort, zich een bedrag van 20.895,20 euro te hebben doen afgeven of afleveren ten nadele van het OCMW ( ) hetzij door het gebruikmaken van valse namen of valse hoedanigheden, hetzij door het aanwenden van listige kunstgrepen om aan het bestaan ondernemingen, van een denkbeeldige 3

macht of van een denbeeldig krediet te doen geloven, om een goede afloop, een ongeval of enige andere hersenschimmige gebeurtenis te doen verwachten of te doen vrezen of om op andere wijze van het vertrouwen of van de lichtgelovigheid misbruik te maken; H. De eerste (M.P.) en de tweede (M.B.): Deel uitgemaakt te hebben van een vereniging opgericht met het oogmerk om een aanslag te plegen op personen of eigendommen door het plegen van wanbedrijven; I. Opzettelijk slagen of verwondingen te hebben toegebracht, namelijk: 1. De eerste (M.P.): Ten nadele van V. T., ( ), van Moldavische nationaliteit; 2. De tweede (M.B.): Ten nadele van W.B., ( ), van Poolse nationaliteit en ten nadele van V.D. ( ) J. De eerste (M.P.): In het openbaar, de naam van M. H., die hem niet toekomt, aangenomen te hebben; ( ) I. Feiten en relevante gegevens: 1. Het strafrechtelijk onderzoek in deze zaak is begonnen met een anonieme tip uit het prostitutiemilieu. Volgens deze bron zou de genaamde W. B.uitgebuit worden door een Albanese pooier genaamd M.B. M.B. werd door dezelfde anonieme tipgever omschreven als iemand van ongeveer 30 jaar en drager van een zwarte paardenstaart. Volgens dezelfde anonieme bron zou M.B. gehuwd zijn met een Belgische prostituee genaamd ( ) en zou bij zich verplaatsen met een Rover ( ). 2. Het onderzoek werd verdergezet en verschillende verhoren werden uitgevoerd. Bij verhoor door de politie van Brussel Sectie Zeden op 5 december 2003 verklaarde W.B. ondermeer: 4

- dat ze de genaamde M. B. leerde kennen in een café in Antwerpen en dat zij zijn liefje werd; - dat hij na enige tijd haar vroeg om zich voor hem te prostitueren en dat toen zij dit weigerde hij haar sloeg; - dat zij aanvankelijk begon te werken in een escortebureau in Antwerpen en haar geld diende af te staan aan M.B.; - dat M.B. haar in maart 2003 verplichtte om te werken als straatprostituee langsheen de Louizalaan te Brussel omdat er te weinig inkomsten waren via het escortebureau; - dat de broer van M.B. haar naar Brussel bracht en dat deze tevens een meisje had die voor hem werkte, zijnde de genaamde V.T.. 3. Bij verhoor op 13 december 2003 verklaarde W.E., moeder van W.B., ondermeer het volgende: - dat zij op de hoogte was dat de vrouw van M.B. zich prostitueerde; - dat zij eens vaststelde dat haar dochter wurgsporen in de hals vertoonde, een buil op het achterhoofd, een blauw oog en hematomen tot in de hals had. - dat zij tijdens haar verblijf bij haar dochter vaststelde dat M.B. zij zijn aankomst in het appartement altijd geld nam uit de handtas van W.B. evenals uit een klein doosje waar haar dochter geld bijhield. 4. Bij verhoor van 30 december 2003 verklaarde W. G., zijnde de broer van W. B., ondermeer: - dat zijn zus regelmatig s nacht omstreeks 4 uur thuis kwam en dat een half uur later ook M.B. aankwam in het appartement; - dat M.B. hem vertelde dat hij W.B. ooit eens geslagen had; - dat in het appartement een kistje stond waarin zich geld bevond en dat M.B. heel regelmatig geld uit dat kitje nam. Dat geld was van W.B. want M.B. werkte niet. 5. Bij verhoor van 16 december 2003 verklaarde V.B. ondermeer het volgende: - dat zij M.B. kende sinds 1999 en dat zij op 27 mei 2000 getrouwd zijn; - dat zij de enige kostwinner was in het gezin en s nachts als straatprostituee werkte; - dat M.B. wist dat ze als prostituee werkte en van haar inkomsten profiteerde; - dat zij op de hoogte was dat V.T. zich prostitueerde voor M.P., eerst te Antwerpen en nadien te Brussel; 5

- dat ze soms samen met M.P. en M.B., V.T. gingen afzetten en ophalen op haar werkplaats. 6. Uit verschillende politionele controles is gebleken dat de genaamde V. T. zich prostitueerde op de Louizalaan te Brussel. Dit bleek ondermeer uit de controles uitgevoerd op 8 augustus 2002, 28 maart 2003, 22 april 2003 en 23 mei 2003. Bovendien werd bij een identiteitcontrole op 28 november 2002 om 03.22 uur vastgesteld dat zij in het gezelschap was var de zich noemende M. H., die later geïdentificeerd werd als M.P.. Uit een controle van vingerafdrukken door de Dienst Printrak op 16 juli 2003 is immers gebleken dat M.P. en de zich noemende M. H. daadwerkelijk één en dezelfde persoon zijn. 7. Uit de verschillende onderzoeksverrinchtinger en uitgevoerde observaties is ondermeer het volgende gebleken: - Bij een controle op 28 november 2002 wordt het voertuig Rover 820 met nummerplaat ( ), dat ingeschreven was op naam van M. H., gecontroleerd te Ukkel; in dit voertuig zal V. T. als passagier; - Bij een controle op 20 februari 2003 aan de Louizalaan werd de Rover 820 met nummerplaats ( ) opgemerkt; in het voertuig zaten twee passagiers; - Bij een identiteitscontrole aan de Louizelaan te Brussel overhandigde V. T. aan de politie een identiteitsdocument waarop als adres ( ) stond vermeld; - Bij een observatie op 20 november 2003 te ( ), ( ) werd vastgesteld dat uit een voertuig Rover 416, met nummerplaat ( ) ingeschreven op naam van V.D. V.T. stapte; de bestuurder, zijnde een persoon met een paardenstaart, blijkt de persoon te zijn die op 29 augustus 2003 werd opgemerkt in Café ( ) te Laken. De elementen voortkomend uit de verschillende controles en observaties tonen aan dat beklaagden zich regelmatig in Brussel bevonden niettegenstaande zij in Antwerpen woonden, dat zij de prostituees naar hun plaatsen van tewerkstelling voerden en controle op hen uitoefenden daar zij zich steeds in de prostitutiebuurten begaven. 8. Bij verhoor ontkennen beklaagden de ten laste gelegde feiten. De verklaring van beklaagden zijn echter weinig geloofwaardig. Zo ontkende M.B. zelfs dat M.P. zijn broer is in strijd met de objectieve gegevens van het strafdossier. M.B. beweert tevens dat hij ondermeer leeft van geld dat hij zou krijgen van vrienden uit Italië, Frankrijk en Engeland. Hiervan kon echter geen enkel spoor terug gevonden worden niettegenstaande hij beweerde dat er verschillende transacties gebeurden via Western Union. 6

M.B. geeft enkel toe dat hij een klant was van V. T., doch beweer haar enkel in Antwerpen te hebben ontmoet. Deze verklaring is eveneens volkomen in tegenspraak met de verklaring van V.D. die verklaarde dat zij met M.P. en M.B. V.T. soms naar Brussel brachten. 9. De verklaring van de anonieme getuige wordt door de rechtbank enkel beschouwd als een loutere inlichting daar deze niet afgenomen werd zoals voorzien in de wet van 8 april 2002 betreffende de anonimiteit van de getuigen. 10. De rechtbank stelt vast dat het onderzoek zowel à charge als à décharge gevoerd werd en dat nergens uit blijkt dat de rechten van de verdediging geschonden werden. II. Bespreking der tenlasteleggingen: Tenlasteleggingen aanzetten tot en exploitatie van prostitutie met verzwarende omstandigheden (A en B) Uit de gedetailleerde verklaringen die hoger besproken werden, blijkt duidelijk dat beklaagden zich schuldig maakten aan voormelde tenlasteleggingen. De verklaringen worden bovendien gestaafd door bewijselementen die voortkwamen uit de verschillende observaties die aantoonden dat beklaagden zich herhaaldelijk in Brussel bevonden, de prostituees vervoerden en in de prostitutiebuurten rondhingen om controle uit te oefenen; Beklaagden hadden bovendien geen enkele bron van inkomsten zodat het onbetwistbaar vaststaat zijn een rechtstreeks financieel voordeel genoten uit de prostitutieactiviteiten. De Rechtbank is van oordeel dat enkel de verzwarende omstandigheid van geweld of bedreiging bewezen is lastens M.B. De overige verzwarende omstandigheden worden door de Rechtbank niet bewezen verklaard. Tenlastelegging valsheid in geschriften en gebruik van valse stukken (C) M.P. gebruikte de valse naam M. H. bij de invulling van zijn documenten om politiek asiel aan te vragen. Tevens werd de valse naam M. H. gebruikt in de documenten om steun aan te vragen bij het OCMW van ( ), met name voor de opening van een sociale bijstandsrekening. 7

Tenlastelegging verkrachting (D) De feiten dit het voorwerp uitmaken van deze tenlastelegging blijken enkel uit de verklaring van W. B. en worden niet gestaafd door andere objectieve bewijselementen. M.B. dient voor deze tenlastelegging dan ook te worden vrijgesproken op grond van twijfel. Tenlastelegging mensenhandel met verzwarende omstandigheden (E) Het strafdossier bevat elementen waaruit met zekerheid zou kunnen blijken dat beklaagden zich schuldig maakten aan mensenhandel. Mevrouw W.B.verklaarde dat zij in Antwerpen verbleef en daar M.B. leerde kennen. Tevens waren haar broer en moeder eveneens in Antwerpen gevestigd. V. T. legde evenmin enige bezwarende verklaring af inzake mensenhandel. Ten aanzien van V.D. is de tenlastelegging juridisch-technisch bovendien onmogelijk daar deze van Belgische nationaliteit is. Beide beklaagden dienen voor deze tenlastelegging dan ook te worden vrijgesproken. Vereniging van misdadigers (F en H) Strafrechtelijk gezien is een vereniging een feitelijk begrip, dat dan ook onder de appreciatie valt van de feitenrechter. Als wezenlijke elementen dienen te worden aangemerkt het bestaan van een georganiseerde groep personen, alsook de bewuste wil om lid te zijn van die georganiseerde groep. (Cass; 30 januari 1991, Rev; Dr. Pén. 1997, 647) Uit de elementen van het strafdossier blijkt niet dat beklaagden hun illegale activiteiten ontplooiden als een georganiseerde bende. Zij trokken wel regelmatig met elkaar op doch het strafdossier bevat geen afdoende gegevens om de tenlastelegging van bendevorming bewezen te verklaren. Beklaagden dienen dan ook voor deze tenlastelegging te worden vrijgesproken. Tenlastelegging oplichting (G) M.P. maakte gebruik van zijn valse naam en van de voormelde valse stukken om uitkeringen te bekomen bij het OCMW ( ). Uit het strafdossier blijkt dat M.P. effectief uitkeringen bekwam van het OCMW te ( ). 8

Deze feiten werden in termen van pleidooien en conclusies niet betwist. De feiten die het voorwerp uitmaken van deze tenlastelegging zijn dan ook bewezen. Tenlastelegging toebrengen van opzettelijke slagen of verwondingen (I) 1. Mevrouw W.B. verklaarde het slachtoffer te zijn geweest van slagen toegebracht door M.B.. Tevens bevestigde haar moeder dat zijn wurgsporen in de hals en verwondingen vertoonde. Haar broer verklaarde dat M.B. hem vertelde dat hij slagen toegebracht had aan W.B. Deze tenlastelegging is dan ook bewezen lastens M.B.. 2. V.T. ontkende slagen te hebben gekregen van M.P.. Bij gebrek aan andere objectieve bewijselementen dient beklaagde op grond van twijfel voor deze tenlastelegging te worden vrijgesproken. Tenlastelegging valse naamdracht in het openbaar (J) Uit de gegevens van het strafdossier blijkt dat beklaagde de naam M. H. gebruikte in het openbaar. M.P. erkende in zijn verhoor door de Onderzoeksrechter op 28 november 2003 de valse naam M.H. te hebben gebruikt. Deze tenlastelegging in dan ook bewezen gelet op de elementen van het strafdossier en de bekentenis van M.P. III. Strafmaat: Daar de verschillende feiten die bewezen werden verklaard de opeenvolgende en voortgezette uitvoering zijn van eenzelfde misdadig opzet dient krachtens artikel 65 van het Strafwetboek slechts één straf, de zwaarste, opgelegd te worden. Rekening houdend met de aard en de ernst ven de gepleegde feiten, met de omstandigheden van de zaak, alsmede met de persoonlijkheid van de beklaagden, bestaat er aanleiding toe de straf zoals hierna bepaald toe te meten. 9

IV. Bijzondere verbeurdverklaring: De Procureur des Koning vorderde bij toepassing van artikel 43 bis van het Strafwetboek schriftelijk de bijzondere verbeurdverklaring van de vermogensvoordelen die M.P. genoten heeft ingevolge het bewezen verklaarde misdrijf van oplichting. De rechtbank verklaard bijgevolg de som van 20.895,20 EURO verbeurd lastens M.P.. Alle andersluidende of meer omvattende besluiten worden van de hand gewezen als niet terzake en / of overbodig. Alle kosten werden gemaakt voor de als bewezen gebleken tenlasteleggingen. De feiten worden zowel voor als na 1 januari 2002 gepleegd. * * * Om deze beweegredenen, de rechtbank, bij toepassing van de wettelijke beschikkingen, namelijk de artikels ( ) RECHTSPREKEND NA TEGENSPRAAK Veroordeeld M.P. Uit hoofde van de tenlastelegging A1, zonder de verzwaarde omstandigheden, B1, zonder de verzwaarde omstandigheden, C1, C2, G en J verenigd, Tot een hoofdgevangenisstraf van DRIE JAAR en een geldboete van DUIZEND EURO Spreekt M.P. vrij uit hoofde van de tenlasteleggingen E1, F, H en I 1 en voor het overige van de tenlasteleggingen A1 en B1. De boete van 1.000 euro, bij toepassing van de wet op de opdeciemen te verhogen tot 1.000 euro X 5 = 5.000 euro, en bij gebreke van betaling binnen de wettelijke termijn te vervangen door een gevangenisstraf waarvan de duur wordt bepaald op 3 maand; ( ) 10

Ontzet de veroordeelde, M.P., gedurende een termijn van 10 jaar uit de rechten voorzien in artikel 31 van het Wetboek van Strafrecht; Spreekt ten laste van M.P. de bijzondere verbeurdverklaring uit van de som van 20.895,20 EURO, vermogensvoordeel dat van het misdrijf sub G voortkomt. * * * Veroordeelt M.B. Uit hoofde van de tenlasteleggingen A2 (beperkt zoals hierboven bepaald), B2 (beperkt zoals hierboven bepaald) en I2, verenigd Tot een hoofdgevangenisstraf van DRIE JAAR en een geldboete van DUIZEND EURO Spreekt M.B. vrij uit hoofde van de tenlasteleggingen D, E2, F, H en voor het overige van de tenlasteleggingen A2 en E2. De boete van 1.000 euro, bij toepassing van de wet op de opdeciemen te verhogen tot 1.000 euro X 5 = 5.000 euro, en bij gebreke van bettaling binnen de wettelijke termijn te vervangen door een gevangenisstraf waarvan de duur wordt bepaald op 3 maand; ( ) Ontzet de veroordeelde, M.B., gedurende een termijn van 10 jaar uit de rechten voorzien in artikel 31 van het Wetboek van Strafrecht; * * * Veroordeelt M.P. tot 2/3 en M.B. tot 1/3 van de kosten van de openbare actie, ten totale bedrage van 54,94 EUR; Op burgerlijk gebied: De burgerlijke partij W. B. vordert een schadevergoeding van 10.000 EURO. De gevorderde schadevergoeding staat in causaal verband met de bewezen verklaarde tenlasteleggingen. 11

Bij de begroting van de schadevergoeding houdt de rechtbank rekening met de ernst van de gepleegde feiten evenals met de lange periode waarin deze zich hebben afgespeeld. Het materieel nadeel, bestaande uit de afgestane inkomsten, en het morele leed geleden door de burgerlijke partij in aanzienlijk zodat het gevorderd bedrag van 10.000 EURO ten titel van schadevergoeding door de rechtbank wordt toegekend. Om deze redenen, de Rechtbank, Veroordeelt M.B. tot betaling ten titel schadevergoeding aan mevrouw W.B. van de som van Tienduizend (10.000) EURO Te vermeerderen met de vergoedende intresten vanaf 28 november 2003, de gerechtelijke intresten en de kosten. ( ) Vonnis uitgesproken in openbare terechtzitting, waar zetelden ( ) 12