Algemene voorwaarden voor peuteropvang 2015 Geldig vanaf 1 november 2015
Inhoudsopgave Inleiding 3 Artikel 1 Definities 4 Artikel 2 Toepasselijkheid 5 Artikel 3 De kennismaking 5 Artikel 4 De aanmelding 6 Artikel 5 Het aanbod 6 Artikel 6 De overeenkomst 7 Artikel 7 Het intakegesprek 7 Artikel 8 Duur, wijziging en beëindiging van de overeenkomst 7 Artikel 9 Toegankelijkheid 9 Artikel 10 Wederzijdse verplichtingen 9 Artikel 11 Verplichtingen van de ondernemer 9 Artikel 12 Verplichtingen van de ouder 10 Artikel 13 De prijs en prijswijzigingen 10 Artikel 14 De locaties, leidsters en wijzigingen 10 Artikel 15 De betaling / niet-tijdige betaling 11 Artikel 16 Aansprakelijkheid ondernemer en ouder 12 Artikel 17 Toepasselijk recht en bevoegde rechter 12 Artikel 18 Klachtenprocedure 12 Artikel 19 Geschillenregeling 12 Artikel 20 Afwijking individuele afwijkingen 13 Artikel 21 Wijzigingen Algemene Voorwaarden 13 2
Inleiding Deze algemene voorwaarden zijn opgesteld uit o.a. de algemene voorwaarden van de Maatschappelijk Ondernemers Groep en de Branchevereniging ondernemers in de peuteropvang. In deze algemene voorwaarden zijn de rechten en plichten evenwichtig verdeeld tussen betrokkenen. Zo is kwalitatief verantwoorde peuteropvang geborgd. Dit is in het belang van alle betrokken partijen: de ouders, de kinderen en de organisatie. Deze algemene voorwaarden hebben betrekking op de diensten van Peuter Enzo, onderdeel van stichting Sport en Welzijn. De stichting heeft onder meer ten doel peuteropvang te verzorgen in een peutergroep voor kinderen van twee tot vier jaar. De stichting stelt aan de particulier tegen betaling plaatsen ter beschikking, in een onder haar verantwoordelijkheid bestuurde peutergroep voor de peuteropvang en verzorging van kind(eren) van de ouder. ARTIKEL 1 Definities In deze Algemene Voorwaarden wordt verstaan onder: Aanvangsdatum: Ingangsdatum: Peuteropvang: Ouder: Ondernemer: Ouderbetrokkenheid: Oudercommissie: Overeenkomst: Partijen: Schriftelijk: De overeengekomen datum waarop de peuteropvang aanvangt. De datum waarop de overeenkomst is aangegaan. Verzorging en opvoeding in een peuteropvanglocatie voor kinderen in de leeftijd vanaf 2 jaar tot de dag dat ze naar het basisonderwijs kunnen gaan, waarbij overdag opvang wordt geboden op schooldagen evenals gedurende vrije (school)dagen en in de schoolvakanties. De ouder/verzorger die als natuurlijke persoon niet handelend in de uitoefening van een beroep of bedrijf een overeenkomst sluit betreffende het afnemen van de dienst peuteropvang voor een kind met wie hij of zij een huishouding voert en dat in belangrijke mate door hem of haar wordt onderhouden dan wel waarvoor hij of zij een pleegvergoeding ontvangt in het kader van de wet op de Jeugdzorg. Natuurlijke of rechtspersoon die een overeenkomst sluit met de ouder betreffende het aanbieden van de dienst peuteropvang in een peuteropvanglocatie. Betrokkenheid van de ouders/verzorgers van de geplaatste kinderen met betrekking tot zaken die rechtstreeks verband houden met (beleid omtrent) de opvang van hun kinderen en met betrekking tot het vaststellen of wijzigen van een regeling op het gebied van de behandeling van klachten. Advies- en overlegorgaan ingesteld door de Ondernemer, bestaande uit een vertegenwoordiging van ouders/verzorgers van de geplaatste kinderen. De overeenkomst van de peuteropvang tussen de ouder en de ondernemer. de ondernemer en de ouder. Onder schriftelijk wordt ook elektronisch verstaan, tenzij de wet zich daartegen verzet. 3
ARTIKEL 2 Toepasselijkheid 1. Deze algemene voorwaarden maken deel uit van de overeenkomst. 2. Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op opvang voor kinderen in peuteropvanglocaties in de leeftijd van twee tot de start van het basisonderwijs. 3. De overeenkomst wordt gesloten tussen de ondernemer en de ouder. 4. Met uitzondering van het sluiten van de overeenkomst van peuteropvang bedoeld in lid 3, kan elk der partijen rechten en verplichtingen voortvloeiende uit deze overeenkomst aan derden overdragen. In dit laatste geval is instemming van de wederpartij vereist. 5. In afwijking van lid 4 van dit artikel behoeft de ondernemer geen toestemming van de ouder voor het inschakelen van derden voor het innen van betalingen en evenmin de ouder voor het inschakelen van derden voor het doen van betalingen. ARTIKEL 3 - De kennismaking en aanmelding 1. Indien een ouder interesse heeft in een mogelijke plaatsing van zijn kind in een peuteropvanglocatie, verstrekt de ondernemer de ouder informatie ter kennismaking aan, die voldoende gedetailleerd is om de ouder bij zijn of haar oriëntatie op de markt een nadere keuze tussen de ondernemingen in peuteropvang te kunnen laten maken. 2. De informatie wordt schriftelijk verstrekt en bevat tenminste de elementen genoemd in lid 4 van dit artikel, dan wel een verwijzing naar de plaats waar de stukken (digitaal) ter inzage liggen. 3. Na kennisname van de informatie heeft de ouder de mogelijkheid zich aan te melden bij de ondernemer als geïnteresseerde voor peuteropvang. 4. De informatie bevat ten minste de volgende elementen: a. de aard en omvang van de in of via de vestiging te verlenen opvang en eventuele extra diensten; soort opvang, aanbod voor hoeveel en welke tijdsduur, eventueel met een minimum; eventuele mogelijkheden van flexibele opvang; plaatsingsprocedure. b. (een samenvatting van) het door de onderneming ontwikkelde pedagogisch beleidsplan, waarin de voor deze onderneming kenmerkende wijze van omgang met kinderen en ouders wordt omschreven; de mededeling dat de uitgebreide versie van het pedagogische beleidsplan op aanvraag beschikbaar is; c. de vorm en frequentie van informatie-uitwisseling, waaronder het aantal oudergesprekken dat er in principe per jaar wordt gehouden; d. het hygiënebeleid, veiligheidsbeleid, medisch handelen, ziektebeleid en privacy; e. de wijze waarop de onderneming aan de Oudercommissie dan wel andere vorm van Ouderbetrokkenheid heeft vorm gegeven; f. de op dit moment geldende prijs van alle reguliere en eventuele extra diensten inclusief de hoogte van de annuleringskosten en de voorwaarden waaronder annulering mogelijk is; de wijze van betaling; g. de klachtenprocedure; h. de opzegtermijn en de dag van de maand waarop kan worden opgezegd. i. de getalsverhouding tussen groepsleiding en aantal kinderen per leeftijdscategorie; j. informatie aangaande de groep en de beschikbare ruimte; k. de openingstijden en -dagen van de onderneming alsmede de tijden waarop de kinderen ontvangen worden en de opvang verlaten. Verder is hieronder begrepen, indien van toepassing, informatie over de opvang tijdens vakantiedagen en vrije dagen van onderwijs; l. de al dan niet door de onderneming te verzorgen voeding en, zo ja de eventuele mogelijkheid van het maken van specifieke afspraken over de voeding en verzorging. 4
ARTIKEL 4 De aanmelding 1. De ouder meldt zich via een inschrijfformulier schriftelijk aan bij de ondernemer als geïnteresseerde voor peuteropvang voor zijn kind(eren) voor een bepaalde tijdsduur. 2. De ondernemer bevestigd schriftelijk de ontvangst van de aanmelding. 3. De aanmelding verplicht noch de ouder noch de ondernemer tot het aangaan van een overeenkomst. De aanmelding moet slechts worden gezien als het verzoek van de ouder aan de ondernemer om een aanbod te doen met betrekking tot een overeenkomst tot het verlenen van peuteropvang. 4. Na ontvangst van de aanmelding kan de ondernemer de ouder direct een aanbod doen. Het is ook mogelijk dat de ondernemer het kind op een wachtlijst plaatst. Kinderen jonger dan 2 jaar worden altijd op een wachtlijst geplaatst. 5. Bij plaatsing op een wachtlijst stelt de ondernemer de ouder hiervan schriftelijk in kennis. Zodra een ouder in verband met zijn rang op de wachtlijst daarvoor in aanmerking komt, zal de ondernemer de ouder alsnog een aanbod als bedoeld in artikel 5 doen. ARTIKEL 5 - Het aanbod 1. Het aanbod bevat gegevens over de ondernemer, een omschrijving van zijn dienstverlening, alle elementen genoemd in artikel 3 lid 4, dan wel een verwijzing naar de plaats waar de stukken ter inzage liggen, alsmede: a. De naam en geboortedatum van het kind; b. De beschikbare ingangsdatum voor plaatsing en de beschikbare locatie; c. De prijs behorende bij het aanbod; d. De mededeling dat de ondernemer op een vertrouwelijke manier met de ontvangen gegevens zal omgaan en deze niet aan derden ter beschikking zal stellen, behoudens bij wet vastgelegde uitzonderingen; e. De looptijd van de overeenkomst f. De geldende opzegtermijnen; g. De reactietermijn met betrekking tot het aanbod; 2. De ouder(s) moet binnen de door de ondernemer gestelde redelijke termijn laten weten of hij/zij het aanbod al dan niet aanvaardt. 3. Het aanbod wijst op de toepasselijkheid van de Algemene Voorwaarden en gaat vergezeld van een exemplaar daarvan. 4. Het aanbod wordt voorzien van een dagtekening en is gedurende de reactietermijn onherroepelijk. Indien de reactietermijn is verstreken is het aanbod als vervallen te beschouwen. ARTIKEL 6 - De overeenkomst 1. De overeenkomst komt schriftelijk dan wel elektronisch tot stand op het moment dat de ouder(s) een exemplaar van het aanbod voorzien van zijn of haar schriftelijke dan wel elektronische handtekening aan de onderneming in peuteropvang retourneert en de ondernemer deze heeft ontvangen. 1. De onderneming in peuteropvang bevestigt schriftelijk de overeenkomst aan de ouder(s). Daardoor ontstaan, anders dan door het insturen van het inschrijfformulier (zie artikel 4 lid 1), ook voor de ouder(s) verplichtingen. 2. De datum waarop de aanvaarding door de ondernemer is ontvangen, is de ingangsdatum van de overeenkomst. 3. Incidentele wijzigingen in de opvang laten de overeenkomst onverlet. 5
ARTIKEL 7 - Het intakegesprek 1. Tijdig voor de aanvang van de feitelijke plaatsing nodigt de leidster van de groep op de locatie namens de ondernemer de ouder(s) uit voor een intakegesprek. 2. Het intakegesprek vindt plaats op de door de ouder gekozen locatie waar het kind geplaatst gaat worden. 3. In dit gesprek komt het volgende naar voren: a. de voor de opvang benodigde specifieke gegevens van de ouder(s) en zijn of haar kin, waaronder de benodigde Burger Service Nummer(s). b. De algemene of tijdelijke aandachtspunten en bijzonderheden voor de specifieke opvang van het kind (dagritme, voeding, ziekte, medicatie, ontwikkeling en dergelijke); c. De wijze van communicatie; d. Het maken van uitstapjes; e. Het maken van foto s en/of video s van het kind. 4. De ondernemer wijst er in het plaatsingsgesprek op dat: a. de ondernemer gehouden is op de gezondheid van het kind te letten en daarover met de ouder te communiceren; b. de ouder(s) als ouder of voogd wettelijk aansprakelijk is voor schade veroorzaakt door zijn of haar kind. 5. Ondernemer en ouder(s) bevestigen de bij het intakegesprek gemaakte afspraken schriftelijk dan wel elektronisch. ARTIKEL 8 - Duur, wijziging en beëindiging van de overeenkomst 1. De overeenkomst van peuteropvang van 2-4 jarigen duurt tot de vierde verjaardag van het kind. Een en ander tenzij schriftelijk dan wel elektronisch anders is overeengekomen. 2. Indien partijen overeenkomen dat er sprake is van verlenging van de overeenkomst, wordt dit door beide partijen schriftelijk dan wel elektronisch bevestigd. De onderhavige Algemene Voorwaarden blijven in dat geval van toepassing 3. Daarnaast eindigt de overeenkomst door (tussentijdse) opzegging door één van de partijen. 4. De ondernemer is slechts bevoegd de overeenkomst op te zeggen op grond van zwaarwegende redenen. Als zwaarwegende redenen worden in ieder geval aangemerkt: a. De situatie dat de ouder na een derde aanmaning niet binnen de gestelde termijn per direct betaald. b. Voortduring van situaties als genoemd in artikel 9, lid 2 sub a en c; c. De situatie genoemd in artikel 9, lid 2 sub b; d. De omstandigheid dat de ondernemer vanwege een niet aan hem toerekenbare oorzaak langdurig of blijvend niet meer in staat is de overeenkomst uit te voeren; e. Een bedrijfseconomische noodzaak die de continuïteit van de locatie waar het kind is geplaatst in gevaar brengt. 5. De overeenkomst eindigt met onmiddellijke ingang bij overlijden van het kind. 6. Opzegging vindt plaats door middel van een aan de andere partij gerichte gemotiveerde schriftelijke verklaring en a. Met inachtneming van een opzegtermijn van één maand, in geval van opzegging door de ouder; b. Met inachtneming van een redelijke termijn, welke minimaal één maand bedraagt, in geval van opzegging door de ondernemer; c. Met onmiddellijke ingang in geval van opzegging door de ondernemer op grond van artikel 8 lid 4 onder a. 7. De ondernemer kan de overeenkomst met een ouder(s) die twee maanden niet heeft betaald, per aangetekende brief of persoonlijke aanzegging met ontvangstbevestiging, 6
direct opzeggen. De ouder(s) wordt de mogelijkheid geboden de opzegging ongedaan te maken door onmiddellijke betaling. De onmiddellijke opzegging is niet van toepassing indien de ouder(s) aannemelijk maakt dat hij in de gehele daar genoemde periode door overmacht niet in staat was om aan zijn betalingsverplichting te voldoen. Dit laat de betalingsverplichting van de ouder(s) op grond van artikel 15 van deze Algemene Voorwaarden onverlet. 8. Gedurende de opzegtermijn duurt de betalingsverplichting van de ouder voort. De opzegtermijn gaat in op de datum waarop de ouder of de ondernemer de verklaring van opzegging heeft ontvangen. De verklaring wordt geacht te zijn ontvangen op de datum van de poststempel op de enveloppe van de opzeggingsbrief, op de datum van de e-mail waarmee de verklaring is verstuurd of op de datum waarop de elektronische verklaring is verstuurd, tenzij in de verklaring een latere datum is genoemd. 9. De ouder heeft het recht om de overeenkomst eenzijdig te beëindigen bij een wijziging van prijs, locatie en/of groepsleidster met inachtneming van de minimaal overeengekomen opzegtermijn van één maand. 10. De ondernemer heeft het recht om de overeenkomst eenzijdig te wijzigen op grond van zwaarwegende redenen. Zwaarwegende redenen zijn in ieder geval wijziging van wet- en regelgeving dan wel bedrijfseconomische omstandigheden die de continuïteit van de locatie waar het kind is geplaatst in gevaar brengen. 11. Wijzigingen van de overeenkomst kondigt de ondernemer tijdig van te voren aan, met een termijn die minimaal één maand bedraagt. 12. In het geval dat de wijziging van de overeenkomst leidt tot een wezenlijke wijziging van de te verlenen peuteropvang, dan heeft de ouder de bevoegdheid om de overeenkomst te ontbinden met ingang van de dag waarop de wijziging in werking treedt. ARTIKEL 9 Toegankelijkheid 1. De locatie waar het kind is geplaatst, is in beginsel toegankelijk voor elk kind zolang hierover overeenstemming bestaat tussen ondernemer en ouder(s). 2. De ondernemer heeft het recht een geplaatst kind en/of de ouder de toegang tot de locatie te weigeren voor de duur van de periode dat een normale opvang van het kind redelijkerwijs niet van de ondernemer mag worden verwacht en het kind niet op de gebruikelijke wijze kan worden opgevangen. Bijvoorbeeld omdat: a. Het kind door ziekte of anderszins extra verzorgingsbehoeftig is; b. Het kind en/of de ouder een risico of bedreiging vormt voor de geestelijke en/of lichamelijke gezondheid of veiligheid van anderen, na te zijn gewaarschuwd, tenzij een waarschuwing redelijkerwijs niet van de ondernemer mag worden verwacht; c. De opvang van het kind een normale opvang van de andere kinderen onevenredig verzwaart of belemmert. 3. Ingeval de ondernemer het kind en/of de ouder de toegang tot de locatie weigert, treedt de ondernemer met de ouder in overleg om te zoeken naar een voor alle partijen acceptabele oplossing voor de situatie; 4. Wanneer de ouder(s) het niet eens is met de door de ondernemer geweigerde toegang op grond van het lid 2 en het overleg met de ondernemer niet tot een oplossing heeft geleid, kan hij dit aan de Geschillencommissie voorleggen met het verzoek het geschil volgens de verkorte procedure te behandelen. Een beslissing daarover van de Geschillencommissie is bindend voor partijen. Zolang deze verkorte procedure loopt mag de ondernemer de plaats niet opzeggen en blijft voor de ouder(s) de verplichting in stand om te betalen overeenkomstig artikel 15 van deze Algemene Voorwaarden. 5. Ondernemer en ouder(s) zijn verplicht in het geval dat het kind voor langere tijd op de peuteropvang afwezig is in overleg te treden over het beschikbaar houden van de opvangplaats. 7
ARTIKEL 10 Wederzijdse verplichtingen 1. Partijen dragen samen zorg voor een adequate informatie-uitwisseling over het kind. ARTIKEL 11 Verplichtingen van de ondernemer 1. De ondernemer is op grond van de overeenkomst gehouden om peuteropvang te leveren onder de overeengekomen voorwaarden. 2. De ondernemer staat er voor in dat: a. De peuteropvang die onder zijn verantwoordelijkheid plaatsvindt; o Overeenstemt met de geldende wet- en regelgeving; o voldoet minimaal aan de wettelijke eisen op het gebied van kwaliteit en o veiligheid. Verricht wordt overeenkomstig de eisen van goed vakmanschap en met gebruikmaking van deugdelijk materiaal; b. Een locatie dat onder zijn verantwoordelijkheid valt, geschikt is voor een verantwoorde opvang van kinderen, zowel wat betreft de personele als materiële voorzieningen. Een nadere regeling van de wijze waarop de ondernemer voldoet aan zijn verplichtingen genoemd in artikel 11 lid 1. 3. De ondernemer houdt rekening met de individuele eisen van de ouder voor zover dit redelijkerwijs mogelijk is. ARTIKEL 12 Verplichtingen van de ouder 1. De ouder meldt bijzonderheden van medische aard of in de ontwikkeling van het kind reeds bij de aanmelding. 2. De ouder draagt zorg dat de ondernemer beschikt voer alle gegevens die van belang zijn voor de bereikbaarheid van de ouder. 3. De ouder houdt zich aan de regels die binnen de locatie gelden. 4. De ouder onthoudt zich van enige gedraging die de uitvoering van de overeenkomst van de zijde van de ondernemer verzwaart en draagt zorg dat zijn kind zich hiervan ook onthoudt. 5. De ouder brengt en haalt het kind op tijd en draagt zorg voor de nakoming van deze verplichting door anderen die het kind namens hem brengen en halen. 6. De ondernemer legt de bevoegdheid van anderen dan de ouders om het kind van de peuteropvang te halen schriftelijk vast indien de ouder daarom verzoekt. 7. De ouder betaalt de ondernemer conform de daarover gemaakte afspraken en binnen de betalingstermijn, althans draagt hiervoor de verantwoordelijkheid. ARTIKEL 13 - De prijs en prijswijzigingen 1. De prijs die de ouder(s) moet betalen voor de peuteropvang wordt vooraf overeengekomen. 2. Prijswijzigingen worden door de ondernemer tijdig van te voren aangekondigd, met een termijn die minimaal gelijk is aan de overeengekomen opzegtermijn (zie artikel 8 lid 6). 3. De prijzen voor peuteropvang voor ouders de in aanmerking komen voor de kinderopvangtoeslag worden jaarlijks per 1 januari aangepast en zijn gelijk aan de maximale prijs die de Belastingdienst vaststelt in het kader van de Wet kinderopvang. 4. De prijzen voor peuteropvang voor ouders die niet in aanmerking komen voor de kinderopvangtoeslag kunnen door ondernemer worden aangepast indien ontwikkelingen rondom deze regelingen hiertoe aanleiding geven. 5. Wijzigingen in de prijzen worden schriftelijk aan de ouder meegedeeld met een termijn die minimaal gelijk is aan de overeengekomen opzegtermijn (zie artikel 8 lid 6). 8
ARTIKEL 14 De locaties, leidsters en wijzigingen 1. De ondernemer heeft binnen Ridderkerk diverse locaties waar peuteropvang voor eerder genoemde doelgroep wordt aangeboden. Dit zijn de volgende: a. Peuteropvanglocatie Bambi; b. Peuteropvanglocatie Dikkie Dik; c. Peuteropvanglocatie Dribbel; d. Peuteropvanglocatie Hummeltjeshonk; e. Peuteropvanglocatie Olleke Bolleke en Giraf-groepen; f. Peuteropvanglocatie Pippeloentje 2. Alle locaties van de ondernemer zijn geregistreerd in het Landelijk Register Peuteropvang. (LRKP) 3. De ondernemer behoudt het recht om ten alle tijden wijzigingen (in het aantal) locaties en/of leidsters door te voeren. 4. Bij wijziging van groepsleidster(s) op een locatie kan een ouder een schriftelijk verzoek voor overplaatsing van het kind indienen bij ondernemer. De ondernemer beslist eenzijdig of het ingediende verzoek gehonoreerd kan worden. 5. Alle personen die (vrijwillig) werkzaam zijn bij een locatie zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag, afgegeven volgens de wet Justitiële gegevens. De werknemer/vrijwilliger overlegt een dergelijke verklaring aan de ondernemer vóór aanvang van zijn of haar werkzaamheden; de verklaring is op dat moment van overleggen niet ouder dan twee maanden. Indien de ondernemer redelijkerwijs mag vermoeden dat de werknemer/vrijwilliger niet langer voldoet aan de eisen voor het afgeven van deze verklaring, verlangt de ondernemer dat de werknemer/vrijwilliger, binnen een door de ondernemer vast te stellen termijn, opnieuw een verklaring omtrent het gedrag overlegt die niet ouder is dan twee maanden. ARTIKEL 15 - De betaling / Niet-tijdige betaling 1. De ouder is verantwoordelijk voor het mogelijk maken van een tijdige incasso door de ondernemer. 2. De ouder betaalt via automatische incasso. Hierop worden geen uitzonderingen gemaakt. 3. De incasso vindt elke laatste week van de maand plaats. 4. Indien een ouder betaalt aan een door de ondernemer ingeschakelde derde geldt dit voor de ouder als bevrijdende betaling. Inschakeling door de ouder van een derde voor het doen van betalingen ontslaat de ouder niet van zijn betalingsverplichting. 5. De ouder is in verzuim indien de automatische incasso niet mogelijk is. 6. Indien incasseren niet mogelijk is krijgt de ouder over het verschuldigde bedrag binnen 14 dagen na de incassodatum een schriftelijke betalingsherinnering toegestuurd met bovenop het verschuldigde bedrag 5,- aan administratiekosten. 7. De ondernemer geeft de ouder de gelegenheid binnen 14 dagen na ontvangst van deze betalingsherinnering alsnog te betalen. De ondernemer waarschuwt de ouder daarbij dat als er dan nog geen betaling plaats vindt de overeenkomst volgens artikel 8 lid 7 onmiddellijk kan worden opgezegd. 8. Over de betaling die niet tijdig is verricht, is de ondernemer gerechtigd zonder aankondiging de wettelijke rente in rekening te brengen tot de dag van ontvangst van het verschuldigde. 9. Onverlet het bepaalde in lid 6 van dit artikel kan de ondernemer ervoor kiezen een betalingsregeling aan te bieden. 10. Door de ondernemer gemaakte buitengerechtelijke kosten om betaling van een schuld van de ouder af te dwingen, kunnen aan de ouder in rekening worden gebracht. De hoogte van de buitengerechtelijke incassokosten is onderworpen aan wettelijke grenzen. 11. Een gedane betaling strekt in de eerste plaats ter voldoening van de verschuldigde kosten en rente en vervolgens ter voldoening van de oudst openstaande schulden. 9
ARTIKEL 16 - Aansprakelijkheid ondernemer en ouder(s) 1. Partijen zijn aansprakelijk voor zover dit uit de wet of de overeenkomst voortvloeit. 2. De ondernemer draagt zorg voor verzekering tegen wettelijke aansprakelijkheid en ongevallen voor de opgevangen kinderen in de onder verantwoordelijkheid van de ondernemer bestuurde peuteropvanglocaties en alle medewerkers van de ondernemer. 3. De ondernemer kan niet aansprakelijk worden gesteld voor vermissing/ beschadiging of diefstal van eigendommen van de ouder en/of van het kind, hoe ook genaamd en hoe ook ontstaan, voor zover deze schade niet door de aansprakelijkheidsverzekering van de ondernemer wordt gedekt. 4. De ondernemer is niet aansprakelijk voor schade ontstaan door het niet, onjuist of onvolledig verstrekken van informatie door ouder omtrent de opvang van het kind. Bijvoorbeeld in geval van allergie. ARTIKEL 17 Toepasselijk recht en bevoegde rechter 1. Nederlands recht is van toepassing op de overeenkomst. 2. De bevoegde Nederlandse rechter is bevoegd te oordelen over de overeenkomst, niet tegenstaand de bevoegdheid van de geschillencommissie, zoals bedoeld in artikel 19 om van een in dat artikel genoemd geschil kennis te nemen. ARTIKEL 18 - Klachtenprocedure 1. Klachten over de uitvoering van de overeenkomst moeten schriftelijk, volledig en duidelijk omschreven worden ingediend bij de ondernemer en tijdig, doch uiterlijk binnen twee maanden nadat de ouder de gebreken heeft geconstateerd of redelijkerwijs heeft kunnen constateren. De ouder moet de klacht indienen binnen twee maanden hij het gebrek in prestatie heeft ontdekt of redelijkerwijze had behoren te ontdekken. Niet tijdig indienen van de klacht kan tot gevolg hebben dat de ouder zijn of haar rechten terzake verliest. 2. De ondernemer behandelt de klacht overeenkomstig haar interne klachtenprocedure. Bij het opstellen of wijzigen van deze procedure heeft de oudercommissie adviesrecht conform het bepaalde in de Wet Kinderopvang. 3. Indien de klacht niet in der minne kan worden opgelost ontstaat een geschil dat vatbaar is voor de geschillenregeling van artikel 17. ARTIKEL 19 - Geschillenregeling 1. Geschillen tussen ouder en ondernemer over de totstandkoming of de uitvoering van overeenkomsten met betrekking tot door deze ondernemer te leveren of geleverde diensten en zaken kunnen zowel door de ouder als door de ondernemer aanhangig worden gemaakt bij de Zuid-Hollandse Centrale Klachtencommissie Kinderopvang (ZCKK), Nieuwe Gouwe Westzijde 1, 2802 AN Gouda. Postbus 540, 2800 AM Gouda. E-mail: info@zckk.nl. (www.zckk.nl) 2. Een geschil wordt door de Geschillencommissie slechts in behandeling genomen, indien de ouder zijn of haar klacht eerst bij de ondernemer heeft ingediend. 3. Uiterlijk drie maanden nadat een klacht een geschil is geworden, (zie artikel 18 lid 3), moet het geschil bij de Geschillencommissie aanhangig worden gemaakt. 4. Wanneer de ouder een geschil aanhangig maakt bij de Geschillencommissie, is de ondernemer aan deze keuze gebonden. Indien de ondernemer dit wil doen, moet hij of zij de ouder(s) schriftelijk vragen zich binnen vijf weken uit te spreken of hij daarmee akkoord gaat. De ondernemer dient daarbij aan te kondigen dat hij zich na het verstrijken van voornoemde termijn vrij zal achten het geschil bij de rechter aanhangig te maken. 10
5. De Geschillencommissie doet uitspraak met inachtneming van de bepalingen van het voor haar geldende reglement. Het reglement van de Geschillencommissie wordt desgevraagd toegezonden. De beslissingen van de Geschillencommissie geschieden bij wege van bindend advies. 6. Uitsluitend de rechter dan wel de hierboven genoemde Geschillencommissie is bevoegd van geschillen kennis te nemen. 7. Indien de ouder zulks wenselijk acht, kan hij of zij een klacht indienen bij een klachtencommissie volgens de wettelijke klachtenregeling voor kinderopvang. Het is in dat geval niet vereist, in afwijking van artikel 19 lid 2, dat de klacht eerst bij de ondernemer wordt ingediend. De uitspraak van de klachtencommissie kan niet bindend zijn. Het is alleen de geschillencommissie die een bindende uitspraak kan doen ter definitieve beslechting van het geschil. ARTIKEL 20 Afwijking Individuele afwijkingen 1. Met inbegrip van aanvullingen dan wel uitbreidingen van deze Algemene Voorwaarden, moeten schriftelijk tussen de ondernemer en de ouder worden vastgelegd. ARTIKEL 21 Wijzigingen Algemene Voorwaarden 1. De ondernemer zal deze Algemene Voorwaarden slechts wijzigen in overleg met de oudercommissie. 11