Voeding: Er zijn vele soorten voer, van levend voer tot droogvoer en diepvries. Ik zal er een aantal noemen Droogvoer: Hikari droogkorrels rood en groen Cichliden vlokken Spirulina vlokken granulaat Diepvries: Zwarte muggenlarven Witte muggenlarven Artemia ( meestal niet te veel geven) Cyclops Cichlidenmix (te koop bij hornbach 1.70) Daphnia Koolvis Garnalen Gamba s Mysis Levend: Muggenlarven Artemia
Er moet op gelet worden dat malawicichliden nooit gevoederd worden met eten dat dierlijke vetten bevat zoals runderhart of pluimvee. Dat zou immers degeneratie van de lever teweeg brengen. Geef ze ook NOOIT rode muggenlarven zoals vele mensen doen. Kies wel voor: witte muggenlarven, Mysis, Kril, cyclops, kokkelvlees, vlokken of granulaat. Natuurlijk vormen granulaat en vlokkenvoer ook een goed alternatief. Bovenal, zorg voor afwisseling. Zo houd je je vissen gezond! Bevruchting: malawi cichliden hebben een erg leuke broedzorg. ze krijgen ongeveer 35 jongen per keer. Eerst legt het vrouwtje de eitjes op een steen en vervolgens worden de eitjes door middel van de eivlek methode bevrucht door het mannetje. als het mannetje klaar is neemt het vrouwtje de eitjes in de bek en die komen naar een paar dagen in de bek uit. pseudotropheus met jongen in de bek. ze blijven nog ongeveer 3 weken in de bek van de moeder en worden er dan uitgespuugd. in die maand tijd eet de moeder helemaal niets. na een nest jongen zul je ook zien dat het vrouwtje erg vermagerd is. als de moeder ze uitgespuugd heeft zal ze ze nog enkele keren weer terug in de mond nemen bij dreigend gevaar. maar na een tijdje zwemt de moeder weg en worden de jongen aan hun lot over gelaten. als je de vissen in een aquarium hebt met meerdere vissen erin zal je weinig jongen weer vinden. daarom is het ook aan te raden om de moeder 2 weken na de bevruchting apart te zetten.
Aquarium: malawicichliden kunnen het best ondergebracht worden in een groot speciaalaquarium (vanaf 600 liter). Natuurlijk aarden zij ook in kleinere aquaria (vanaf 80 liter) maar dan moet wel geopteerd worden voor kleinere soorten en moet het aantal ook beperkt blijven. Wat de inrichting betreft, zijn rotsen en stenen een must! Cichliden moeten immers over voldoende schuilplaatsen kunnen beschikken omdat ze zich zo meer op hun gemak voelen en mooiere kleuren vertonen. Territoriumvormende malawicichliden kunnen op die manier ook perfect hun terrein afbakenen. Let er op dat stenen en zware materialen vanaf de bodem gestapeld worden, alvorens de bodembedekking aan te brengen. Anders zou het construct wel eens onderuit kunnen gegraven worden door onze malawivrienden en op die manier instorten. Wees voorzichtig dat de druk op de ruiten niet te groot wordt bij het plaatsen van stenen want dit kan leiden tot glasbreuk. Een alternatief is het gebruik van stenen in kunststof. Het plaatsen van een achterwand is vrijwel noodzakelijk opdat er geen licht meer zou binnenvallen in het aquarium. Op die manier kunnen er voldoende donkere schuilplaatsen gecreëerd worden. Een van de beste materialen voor het vervaardigen van een achterwand is polyurethaan. Bodem: Als bodembedekking kan het best gekozen worden voor donkerkleurige zand of fijne kiezel. Planten zijn zeker niet noodzakelijk in een malawi-aquarium omdat men nauwelijks planten aantreft in het Malawimeer zelf. Het is zelfs mogelijk dat malawicichliden de planten ontwortelen door de graafwerken die ze soms verrichten. Verlichting: De verlichting is niet zo belangrijk omdat cichliden immers houden van schemering en zo mooiere kleuren vertonen. Meestal is één TL lamp voldoende. Indien er planten aanwezig zijn, moet er wel voldoende licht voorzien worden. De ideale belichtingstijd is ongeveer 7 uur omdat op die manier de algengroei afgeremd wordt. Het water: Het water moet altijd een ph hebben tussen 7.0 en 8.5 zoals ongeveer in de natuurlijke habitat. De temperatuur bedraagt best 23 à 28 C. Wekelijks moet er 1/3 van de totale hoeveelheid water ververst worden. Indien je over een groter aquarium beschikt, kan deze waterverversing ook veertiendagelijks gebeuren. Verder dient het water vrij van nitrieten te zijn en dienen de nitraten zoveel mogelijk beperkt worden. In een goed draaiend aquarium, met een sterk en goed gevuld filter, zullen er nauwelijks nitrieten aan te treffen zijn. Nitraatwaarden(veroorzaakt door afvalstoffen) daarentegen zullen stijgen indien er te veel gevoederd wordt of wanneer er niet voldoende water wordt ververst.
Het kweken: Malawi cichliden zijn over het algemeen allemaal muilbroeders op 1 soort na, Tilapia rendalli, is de enige substraatbroeder die in het meer voor komt. De muilbroedende vrouwtjes houden de bevruchte eitjes ongeveer 18 tot 24 dagen vast in de bek, hierna worden de jonge visjes losgelaten. Maar wanneer er gevaar dreigt worden ze weer veilig in de bek genomen tot het gevaar over is, op deze manier zorgt het vrouwtje nog enkele dagen/weken voor de jongen. Wanneer men de paring waarneemt, kan men het vrouwtje uit het aquarium halen en apart zetten. Doe dit na ongeveer 2 weken want dan is de kans het kleinst dat het vrouwtje de eieren uit zal spugen. De reden dat we het vrouwtje apart zetten is voor 2 dingen goed; 1. De jongen kunnen zo niet worden opgegeten door de andere vissen. 2. Het vrouwtje kan in alle rust de eieren uitbroeden zonder opgejaagd te worden door het mannetje of door de andere vissen. Waardoor de kans bestaat dat ze de eieren zal uitspugen. Het vangen dient bijzonder rustig te gebeuren, want anders zal het vrouwtje de eieren gelijk uitspugen, wanneer het vrouwtje enkele eieren verliest in het netje kan men deze eieren gewoon bij het vrouwtje in de bak doen, de kans is namelijk groot dat ze deze eieren gewoon weer op zal pakken, en verder zal uitbroeden. Waar ik wel voor wil waarschuwen is dat Malawi cichliden makkelijke paren met de sekse van een ander soort en je hierdoor vreemde kruisingen krijgt de zogenaamde hybride. Ook ontstaan er door kruisingen nieuwe soorten, de kweekproducten. Het verschil tussen een hybride en een kweekproduct is het feit dat een kweekproduct genetisch sterk genoeg is om alle eigenschappen door te geven aan hun jongen, dit in tegen stelling van de hybride. Het jongbroed: Het jongbroed laat men opgroeien in de uitzwembak, en het vrouwtje plaats men weer terug in het aquarium, ik doe dit zelf meestal 2 weken na dat ze de jongen heeft los gelaten zodat ze weer wat kan aan sterken. Om een goeie en snelle groei van de jongen te krijgen geldt ook hier 1x in de week 1/3 deel water verversen. De pas geboren jongen kan men het beste voeren met Cyclops, na enige tijd kan men dit aanvullen met Mysis en Krill. Ook de Garnalenmix zal zeer op prijs worden gesteld door de jongen en zullen hiervan ook zeker sneller van gaan groeien. In elk stadium van de groei zal men jongen tegen komen die misvormingen hebben of waar de kleur af zal wijken, deze zullen verwijderd moeten worden. Want niemand zit te wachten op misvormde en verkleurde vissen. Ook het door kweken van de jongen onderling zal zoveel mogelijk vermeden moeten worden, ik zeg niet dat het niet kan maar na de 4/5 generatie zullen er meer vissen bij zitten die niet meer mooi op kleur komen, en waar veel misvormde vissen tussen zullen zitten
Labidochromis Caeruleus Yellow Pseudotropheus Elongatus Mpanga Fossochromis Rostratus Pseudotropheus / Metriaclima Maisoni Reef Aulonocara fire fish Metriaclima Lombardoi Labeotropheus Trewavasae Chilumba Red
Labeotropheus Trewavasae Thumbi West Metriaclima Estherae Red Pseudotropheus Kingsizei Pseudotropheus Acei Luwala Aulonocara Multicolor