deel 6 : albertus (VI 1)

deel 6 : albertus (VI 1) ð ï Berlicum

2

Inhoudsopgave bij deel 6 : Albertus (VI 1) g Overzicht 6e deel r De basisgegevens van: o Het zesde deel van de hoofdtak e n Het verhalende deel: q VI 1 Albertus (VI 1) en zijn gezin: Albertus (wsch. Bertus/ of Bert) van der Callen Bertus (VI 1) en zijn gezin q B- De roepnaam van Albertus (VI 1) 1 Zijn huwelijk met Petronella Koppens 1 De doopakte van hun oudste zoon Martinus 2 Hun oudste dochter Maria Catharina of Joanna Maria 3 Verdere kinderen van Bertus en Pieternel 3 De patroniemen Coppens/Koppens, Wauters/Wouters en Peters 3 De familie van Pieternel 4 Kanonnier in het Staatse leger q K- De opbouw en betaling van het Staatse leger 1 De werving voor het Staatse leger 2 De soldij van infanteristen en artilleristen in het Staatse leger 3 Gelegerd in s-hertogenbosch en daarna??? 4 Appointé of gepensioneerd? 4 Pieternel van der Kalle uit Orthen 4 qq Kinderen van Albertus (VI 1): VII Kinderen van Bertus (VI 1) en Pieternel qq Een overzicht van de gevonden kinderen van Bertus en Pieternel 1 Zo goed als zeker opgegroeid als soldatenkinderen 2 Dochter Jennemie (VII 2a) 2 z.o.z. Deel 6 Inhoudsopgave deel 6 Inh-1

VII 3 Gerardus (Gerit / Gerard / Geert) van (der) Kalle(n) Gerit of Geert (VII 3) en zijn gezin qq Inwoner van Erp 1 De Udense van der Kallen boerderij 2 qqq Kleinkinderen van Albertus (VI 1): VIII Kleinkinderen van Bertus (VI 1) en Pieternel qqq De van der Kallen kleinkinderen van Bertus en Pieternel 1 Bertus (VIII 9) en zijn gezin 1 Peter (VIII 13) en zijn gezin 2 Register bij het verhalende deel Bij deel 1 t/m 6 : Indexen bij de basisgegevens I bij de oudste generaties II bij de jongste generaties Aanvullingen en correcties Wetens(w)aardigheden rood groen wit Deel 6 Inhoudsopgave deel 6 Inh-2

OVERZICHT 6e Deel VI 1 ALBERTUS ( wsch. BERTUS ) ( 1733 - na 1771 ) VII 1 VII 2 VII 3 MARTINUS Maria Gerit VIII 1 VIII 2 VIII 3 VIII 4 VIII 5 VIII 6 VIII 7 VIII 8 Anna Lambertus Pieternel Aukje ALBERTUS Martinus Jan Martha VIII 9 VIII 10 VIII 11 VIII 12 VIII 13 VIII 14 Lambertus Pieternel Willem Lamberdin Peter Jennemie

6

HET ZESDE DEEL VAN DE HOOFDTAK De basisgegevens VI 1 Albertus (wsch. Bertus / of Bert) van der Callen zoon van Rudolphus (Roelof) van der Kalle (V 1), geboren in Rosmalen, gedoopt in 's-hertogenbosch (St Jacob) 20-1-1733, kanonnier (bij zijn huwelijk: in het Regiment en de Compagnie van Coll. Martfeldt), overleden na 18-2-1772, trouwt in 's-hertogenbosch 16-2-1766 Petronilla (/Petronella) (Pieternel) Ge(e)rit Wouters / Coppens / Koppens, gedoopt in Erp 10-9-1735, mogelijk begraven in Rosmalen 14-1-1795 (wonend in Orthen) als Pieternel van der Kalle Orte, dochter van Gerardus (Ge(e)rit) Wouters (/ Wauter Peters(en)) en Joanna (Jenneken) Ariaens (/ Arien Teunis(sen)). Uit dit huwelijk: 1. Martinus (wsch. Marten) van der Kallen, gedoopt in s-hertogenbosch (St Jacob) 19-3-1766, zie VII 1 2. Maria Catharina van der Kallen (VII 2), gedoopt in s-hertogenbosch (St Jan en St Pieter) 6-5-1768 Waarschijnlijk zijn haar doopnamen niet juist genoteerd (!) - haar oma s heten Joanna en Maria! - en is zij Bertus dochter: Joanna Maria (Jennemie) Lamberts van der Kamme / Joanna Maria (/ Maria) (Jennemie) van der Kallen (VII 2a) gedoopt in 's-hertogenbosch, overleden in Uden 7-10-1841, trouwt in Uden 19-2-1792, weduwnaar Adrianus (Adriaan) Jan van der Sanden / van der Zande(n), uit Uden, overleden in Uden 9-3-1831, zoon van Joannes (Jan) van der Sanden (dagloner) en Joanna van der Burgt. Adriaan trouwde 1e keer Helena Jan Verkuijlen. Uit het huwelijk van Adriaan en Helena en als de baby is blijven leven vanaf 19-2-1792 stiefzoon van Jennemie: 1. Antonius Jan van der Zanden, gedoopt in Uden 24-10-1791 Uit het huwelijk van Jennemie en Adriaan: 1. Helena van der Zande, gedoopt in Uden 23-1-1793, overleden vóór 22-10-1801 2. Petrus van der Zande, gedoopt in Uden 11-8-1794, dagloner, overleden in Uden 17-4-1812 z.o.z. Deel 6 : VI 1, VII 1 en VII 2 / VII 2a De basisgegevens (1)

Uit het huwelijk van Jennemie en Adriaan (vervolg): 3. Joannes van der Zande, gedoopt in Uden 22-5-1796 4. Lambertus van der Zande, gedoopt in Uden 26-9-1797, arbeider, overleden in Uden 29-3-1853, trouwt in Uden 21-2-1835 Dorothea Maria van der Velden 5. Johannes van der Zanden, gedoopt in Uden 24-7-1799, overleden in Uden 29-11-1811 6. Helena van der Zanden, gedoopt in Uden 22-10-1801 7. Anthonia van der Zanden, gedoopt in Uden 3-11-1803, trouwt in Uden 12-5-1832 Lambertus van der Velden 8. Wilhelma van der Zande, gedoopt in Uden 19-7-1805, trouwt in Uden 5-7-1828 Petrus Tijssen 9. Henricus van der Zanden, gedoopt in Uden 5-6-1807 10. Joanna Maria van der Zanden, gedoopt in Uden 11-3-1809 Uit het huwelijk van Bertus en Pieternel (vervolg) : 3. Gerardus (Gerit / Gerard / Geert) van Kallen / van der Kalle(n), gedoopt in s-hertogenbosch (St Jan en St Pieter) 6-10-1770, zie VII 3. VII 1 Martinus (wsch. Marten) van der Kallen gedoopt in 's-hertogenbosch (St Jacob) 19-3-1766, kanonnier (bij zijn huwelijk: in de Compagnie van Luit. Kollonel Z. Guichenon de Chastillon) / wafelbakker, overleden in Groningen 4-2-1844, trouwt in Willemstad 12-2-1792 Tietje (/Tecla) (Tietje / Tecla) Tijszens / Schilt / Schild, geboren resp. gedoopt in Harlingen 10 resp. 11-3-1771, wafelbakster, overleden in Franeker 13-8-1830, dochter van Tijs Janssen (Schilt) en Aentje Wibrens. Uit dit huwelijk (zie deel 7): 1. Anna (/Johanna Cecilia) van der Kalle (VIII 1), gedoopt in Bergen op Zoom 19-1-1795 2. Lambertus van de Kalle (VIII 2), gedoopt in Delfzijl 2-1-1798 3. Petronella (Pieternel) van der Kalle (VIII 3), geboren resp. gedoopt in Delfzijl 15 resp. 16-8-1800 4. Oeke Martha (Aukje) van der Kalle (VIII 4), gedoopt in Leeuwarden (R.-K. kerk in de Groote Kerkstraet ) 7-10-1802 5. Albertus (/Lambertus) van der Kalle / van der Kallen (VIII 5), gedoopt in Leeuwarden (R.-K. kerk in de Groote Kerkstraet ) 6-7-1805 6. Martinus van der Kal / van der Kallen (VIII 6), gedoopt in Groningen (R.-K. kerk in de Oosterstraat) 19-1-1808 7. Joannes van der Kal (VIII 7), gedoopt in Groningen (R.K. kerk in de Oosterstraat) 19-10-1810 8. Martina (Martha) van der Kallen (VIII 8), geboren in Groningen 20-2-1814. Deel 6 : VII 1 t/m VII 3, VIII 1 t/m VIII 8 De basisgegevens (2)

VII 3 Gerardus (Gerit / Gerard / Geert) van Kallen (/ van der Kalle(n)) gedoopt in 's-hertogenbosch (St Jan en St Pieter) 6-10-1770, dagloner / arbeider / landbouwer, overleden in Uden 6-11-1841, trouwt in Erp 8-11-1801 Joanna (wsch. Jenneke) Peeter van Hoof / van Hooff / van Hooft / van Hoofd, gedoopt in Erp 3-4-1777, arbeidster / landbouwster, overleden in Uden 21-3-1856, dochter van Petrus (Peeter) (Cobus) van Hoof / van Hooff / van Hooft en Elisabeth Lambert van der Heijden. Uit dit huwelijk: 1. Lambertus (wsch. Lambert / Lammert) van der Kalle (VIII 9), gedoopt in Erp 4-10-1802, landbouwer, overleden in Uden 30-12-1874, trouwt in Uden 23-1-1836 Petronella (wsch. Pieternel) Jaspers, weduwe (met twee kinderen), gedoopt in Uden 2-12-1798, landbouwster, overleden in Uden 26-1-1840, dochter van Joannes (Jan) Jaspers en Catharina Vorstenbosch. Petronella Jaspers trouwde 1e keer in Uden 7-2-1828 Wilhelmus Jan van Wijck, gedoopt in Uden 11-8-1796, landbouwer, overleden in Uden 27-9-1830. Uit haar eerste huwelijk en vanaf 23-1-1836 stiefdochters van Lammert, geboren in Uden: 1. Anna Maria van Wijk, geboren 18-1-1829, trouwt in Uden 25-6-1864 Jacobus Vogels, geboren ca. 1829, landbouwer 2. Catharina van Wijk, geboren (4 of 5)-3-1830, overleden vóór 21-5-1886, trouwt in Uden 25-4-1874 Jan Habraken Uit het huwelijk van Lammert en Pieternel, geboren in Uden: 1. Wilhelmus ( wsch. Willem ) van der Kalle (VIII9.1), geboren 2-7-1836, overleden in Uden 23-2-1841 2. Geertrui van der Kallen (VIII9.2), geboren 19-6-1838, overleden in Uden 17-10-1838 3. Johannes ( wsch. Jan ) van der Kalle (VIII9.3), geboren 8-1-1840, landbouwer, overleden in Uden 28-8-1896, trouwt in Uden 22-11-1879 Hendrica van Sleeuwen, geboren in Uden 15-3-1848, landbouwster, overleden te Uden 1-5-1920, dochter van Arnoldus van Sleeuwen en Helena Klomp 2. Petronella (Pieternel) van der Kal / van der Kallen (VIII 10), gedoopt in Erp 7-2-1805, landbouwersmeid, overleden in Veghel 25-9-1872 (wonend in Erp), trouwt in Erp 1-3-1835 Antonius (Antonie) van Stiphout, geboren in Erp 9 of 19-9-1813, landbouwersknecht / arbeider / dagloner, overleden in Erp 10-7-1879, zoon van Gerardus van Stiphout (landbouwer) en Anna van Velthoven (landbouwster) z.o.z. Deel 6 : VII 3, VIII 9 en VIII 10 De basisgegevens (3)

Uit het huwelijk van Pieternel en Antonie, geboren in Erp: 1. Antonius (Anthonie) van Stiphout, geboren 30-1-1837 2. Wilhelma (/ Wilhelmina) van Stiphout, geboren 17-1-1839 3. Gerardus (wsch. Geert) van Stiphout, geboren 8-1-1842 4. Petrus (wsch. Peter) van Stiphout, geboren 22-9-1844 5. Anna Maria van Stiphout, geboren 29-1-1847 Uit het huwelijk van Geert en Jenneke (vervolg): 3. Wilhelmus (Willem) van der Kallen (VIII 11), gedoopt in Uden 18-7-1807, dagloner / landbouwersknecht, overleden in Rosmalen 26-8-1831 4. Lamberta (/ Lamberdina) (Lamberdien) van der Kallen (VIII 12), gedoopt in Uden 16-10-1809, dienstmeid / landbouwster, overleden in Uden 4-7-1880, trouwt in Uden 10-5-1851 Joannes (Jan) van den Elsen / van den Elzen, weduwnaar (met 2 kinderen), geboren in Uden 18-8-1811, overleden vóór 4-7-1880 wsch. in Uden, zoon van Joannes Cornelis van den Elsen en Maria Kluijtmans (spinster) Jan trouwde 1e keer Geertrui van der Linden, overleden in Uden 20-11-1847. 5. Pierre / Peter van der Kallen / van der Kalle (VIII 13), geboren in Uden 19-12-1812, dienstknecht / landbouwer, overleden in Uden 8-9-1850, trouwt in Uden 28-4-1849 Adriana (/ Ardina) van der Heijden, geboren in Uden 18-10-1826, dienstmeid / landbouwster, overleden in Uden 17-11-1857, dochter van Wilhelmus van der Heijden (arbeider /landbouwer) en Elisabeth van de Burgt Uit dit huwelijk, geboren in Uden: 1. Elisabeth van der Kallen (VIII13.1), geboren 5-3-1850, overleden in Uden 8-4-1881, trouwt in Uden 11-9-1875 Wilhelmus Zwinkels, geboren in Uden 29-7-1850, arbeider, overleden in Uden 14-6-1881, zoon van Henricus Zwinkels (arbeider) en Ardina van Vugt (arbeidster) Uit dit huwelijk, geboren in Uden: 1. Johannes Hendrikus Zwinkels, geboren 9-5-1877 2. Arnoldus Zwinkels, geboren 22-8-1878 3. Petrus Zwinkels, geboren 6-9-1879 6. Johanna Maria (Jennemie) van der Kalle / van der Kallen (VIII 14), geboren in Uden (provincie Gelderland!) 17-11-1815, landbouwster, overleden in Wanroij 12-4-1888, trouwt in Uden 7-6-1845 Joannes (/ Johannes) Nooijen, geboren in Volkel / Uden 9-7-1812, arbeider / landbouwer, overleden in Wanroij 19-9-1888, zoon van Joannes Nooijen en Helena van Boxtel. Uit dit huwelijk: 1. (Peter) Nooijen, geboren in Uden 18-6-1846, koopman. 2000 M. J. Ph. van der Kallen, Bachplein 5, 2651 TZ Berkel en Rodenrijs Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur. Deel 6 : VIII 11 t/m VIII 14 De basisgegevens (4)

ALBERTUS (VI 1) EN ZIJN GEZIN VI 1 Albertus (wsch. Bertus/ of Bert) van der Callen Bertus (VI 1) en zijn gezin De roepnaam van Albertus (VI 1) Omdat de kleinzonen, die naar hem genoemd worden, de doopnaam Lambertus krijgen, wordt duidelijk, dat zijn roepnaam in ieder geval niet Albert is geweest. Kennelijk is zijn roepnaam Bertus of Bert geweest - ik zal hem verder Bertus noemen - en hebben zijn kinderen niet geweten, dat zijn doopnaam Albertus was. Zelf heeft hij dat heel goed geweten, want hij tekent in 1772 met: handtekening onder de verkoopakte van de Rosmalense van der Kallen boerderij 1 Zijn huwelijk met Petronella Koppens Bertus (VI 1) trouwt 16 februari 1766 in s-hertogenbosch met de intussen hoogzwangere Petronella Koppens. 1766 den 16e Februarij Aalbertus van der Calle Jongman met Petronella Koppens Jongedogter trouwakte van Bertus (VI 1) uit het Trouwboek van s-hertogenbosch trouwakte van Bertus (VI 1) uit het R.-K. Trouwboek van de St Catharinakerk van s-hertogenbosch 2 1 - Zie deel 5 V 1, blz. V-7. Opm.: Om een u van een v en n te onderscheiden, werd indertijd boven een u een komma gezet. 2 - Opm.: De trouwgetuigen Josephus des Mensen en Anna van Schijndel zijn geen familie. Deel 6 : VI 1 Bertus (VI 1) en zijn gezin B-1

Hun trouwakten zijn zo summier, dat je in feite niet weet met wie je hier te maken hebt. Gelukkig geeft hun ondertrouwakte wel net genoeg informatie. Ondertrouwakte van Bertus (VI 1) uit het Ondertrouw Register der Hooft Stad s-hertogenbosch We zien, dat Bertus (VI 1) Canonier in het Regiment en Compagnie van de Heer Collonel Martfeldt geworden is, hij in 1766 in s-hertogenbosch gelegerd ligt en dat Pieternel in Erp geboren is en al voor haar trouwen in s-hertogenbosch woont. De doopakte van hun oudste zoon Martinus Een van de twee afschriften, die van mijn vaders van der Kallen archief bewaard zijn gebleven (zie de Inleiding, blz.1), is het afschrift van de doop van hun zoon Martinus. een van de 2 afschriften, die ik in 1987 van mijn vader kreeg met gestanst (nauwelijks zichtbaar) het wapen van het Rijksarchief van Noord-Brabant Deel 6 : VI 1 Bertus (VI 1) en zijn gezin B-2

Het afschrift is - ik had ook niet anders verwacht - correct. Bertus vader, Roelof ( V 1), wordt peter en Pieternels zus Wilhelma Koppens peettante. Omdat Pieternels moeder geen meter wordt, neem ik aan, dat die dan al is overleden. de doopakte van Martinus (VII 1) uit het doopboek van de St Jacob in s-hertogenbosch Hun oudste dochter Maria Catharina of Joanna Maria Bertus en Pieternel hebben, zoals later duidelijk wordt, een dochter Jennemie gehad, die in s-hertogenbosch gedoopt zou moeten zijn, maar waarvan ik de doopakte niet heb kunnen vinden, terwijl ik van alle kerken de doopakten stuk voor stuk heb doorgenomen. Wel heb ik de doopakte van dochter Maria Catharina gevonden, die 6-5-1768 wordt gedoopt 3. Pieternels zus Catharina Wouters wordt haar peettante en Henricus Wouters haar peetoom. Omdat Pieternels moeder Joanna heette en Bertus moeder Maria, en er geen zus Catharina is overleden, ga ik ervan uit, dat haar doopakte foutief is genoteerd, en er Joanna Maria had moeten staan! Een peettante werd nog niet vernoemd. Op aktes, waarin zij voorkomt, blijkt een doem te rusten, maar daarover later meer. Verdere kinderen van Bertus en Pieternel Hun tweede zoon Gerardus wordt 6 oktober 1770 in s-hertogenbosch gedoopt 4. Henricus van de Ven wordt zijn peetoom en Maria Coppens zijn peettante. Ik vermoed, dat Bertus en Pieternel, behalve Marten (VII 1), Jennemie (VII 2a) en Gerit (VII 3), nog meer kinderen hebben gehad, maar ik heb die - zie ook het hoofdstuk hierna - helaas niet kunnen vinden. De patroniemen Coppens/Koppens, Wauters/Wouters en Peters Koppens - afgeleid van Cop/Kop, roepnaam van Jacobus - is een patroniem en niet Pieternels vaste achternaam! Dat maakt het onderzoek naar haar familie ingewikkeld. Koppens is slechts één van de patroniemen, die haar vader heeft gebruikt. Pieternel vind je in het R.-K. doopboek van Erp niet terug onder de naam Koppens, maar onder de naam Wauters. Ze is 10 september 1735 in Erp gedoopt als Petronilla Wauters. 3 - Zie: Het doopboek van de St Jan en St Pieter van s-hertogenbosch. 4 - Zie: Het doopboek van de St Jan en St Pieter van s-hertogenbosch. Deel 6 : VI 1 Bertus (VI 1) en zijn gezin B-3

Pieternel heeft 2 oudere zussen. Haar zus Catharina, die op 28-3-1732 is gedoopt, vind je in dat doopboek terug onder de naam Coppens en haar zus Wilhelma, die op 1-3-1734 is gedoopt, onder de naam Peters! Doordat ik geen achternaam, maar alleen patroniemen heb gevonden, is Pieternels familie slechts gedeeltelijk te reconstrueren 5. De familie van Pieternel Pieternels opa van vaderszijde heet Wauter Peters en haar vader o.a. Geerit Wouters. Wauter Peters trouwt 20-1-1688 in Erp voor de kerk met Hendricksken Hendriksdr 6. Zij krijgen minimaal 6 kinderen, die alle in Erp zijn gedoopt 7 : 1) Petrus (Peter) (7-10-1688) 2) Gerardus (Geerit/Gerrit) (15-8-1690) 3) Harsken (later ook Hendrina) (Harsken) (26-10-1692) 4) Geerlincx (Geerlingh/Ge(e)ling) (4-12-1694) 5) Catharina (wsch. Lijn) (5-8-1697) en Maria (wsch. Marie) Wauter Peters, die later met Jacobus Peters trouwt 8. Van Geerit is Ariaen Ariaens peetoom en Marie Teunissen peettante geworden. Op 27 juli 1695 is in Erp begraven het kint van Wouter Peters laat na vader en moeder aan de morse hoeff. Ze hebben dus aan de Morschehoef in Erp gewoond. Pieternels vader en moeder trouwen 16 november 1731 voor de schepenbank en de kerk. Uit Geerit Wouters j.m. out omtrent 37 en Jenneken Arien Teunis j.d. out circa 29 j, beide geboortig en woonagtig alhier (zie het Trouwboek van de schepenbank van Erp ) volgt, dat Geerit óf zijn leeftijd niet kent óf met zijn leeftijd smokkelt. Ik vermoed het eerste. Hij is bij zijn trouwen 41 jaar. Uit de R.-K. trouwakte blijkt, dat ze voor hun trouwen dispensatie nodig hadden wegens bloedverwantschap in de 3e / 4e graad. Hoeveel kinderen Geerit en Jenneke gehad hebben, weet ik niet. In ieder geval hadden ze drie dochters: Catharina, Wilhelma en Petronilla (zie hiervoor) en een zoontje Jan, die 30 juni 1737 in Erp is begraven 9. Als ze, zoals gebruikelijk, hun vaders hebben vernoemd, dan zouden ze ook een zoon Wouter en een zoon Arien gehad moeten hebben. Verder zouden ook Henricus Wouters, de peetoom van Pieternels dochter, en Maria Coppens, de peettante van Pieternels zoon Gerit (VII 3), een broer en zus van Pieternel en daarmee kinderen van Geerit en Jenneke geweest kunnen zijn. Gerrit Coppens is 12 december 1759 in Erp begraven 10. 5 - Opm.: Ik heb geen gerechtelijke en notariele archieven van Erp bestudeerd. Mogelijk is daarin wel een achternaam te vinden. 6 - Opm.: Wauter komt ook voor als Wouter en Hendricksken als Hendrika Handersken (1688) en Harsken Hendrickx Daeten (1694). 7 - Opm.: Tussen de haakjes staat de doopdatum. Zie: Het R.-K. Doopboek van Erp. 8 - Opm. 21-10-1722 en 20-10-1723 wordt een zoon van hen in de R.-K kerk van Erp gedoopt. 9 - Zie: De Dodenlijsten van Erp (1709-1795). 10 - Zie: Het R.-K Begraafboek van Erp (1744-1805). Deel 6 : VI 1 Bertus (VI 1) en zijn gezin B-4

Kanonnier in het Staatse leger De opbouw en betaling van het Staatse leger Uit Bertus ondertrouwakte (zie blz. B-2) blijkt, dat Bertus (VI 1) kanonnier is geworden. In zijn tijd betekende dat, dat hij als beroepsmilitair 1 gediend heeft in het Staatse leger. Het Staatse leger is een beroepsleger, maar is niet met ons huidige beroepsleger te vergelijken. Omdat in ons land in de 17e en 18e eeuw de animo om beroepsmilitair te worden niet groot was, moest men ook buitenlandse militairen in dienst nemen. In 1616 - dus al vóór de oprichting van de Republiek - werden door de 7 Gewesten, Gelderland/Holland/Zeeland/Utrecht/Friesland/Overijssel/Stad en Lande van Groningen, legeronderdelen aangetrokken en werd afgesproken, hoe die bekostigd moesten worden. Men stelde een quote (= omslag) vast, die ook na de oprichting van de Republiek gehanteerd werd. Het quotestelsel bepaalde hoeveel ieder Gewest voor iedere honderd gulden, die het leger kostte, moest betalen. Drente, dat geen stemrecht had gekregen, betaalde 1 gulden extra voor iedere honderd gulden, die de andere Gewesten moesten opbrengen. Pas in 1792 wordt een nieuwe quote vastgesteld en worden ook Drente en de Generaliteitslanden in de quote opgenomen. De omslag per 100 gulden 1616-1792 1792-1795 Gelderland 5-12-3 6-0-10 Holland 58-6-2¼ 62-1- 0 Zeeland 9-3-8 3-16- 0 Utrecht 5-16-7½ 4-10- 0 Friesland 11-13-2¾ 9-7- 0 Overijssel 3-11- 5 3-9- 6 Stad en Lande van Groningen 5-16- 7½ 5-7- 8 Drente 1-0-0 0-19-10 de Generaliteitslanden 4-8- 2 Totaal: 96-77-36 = 100 +1 96-77-36 = 100 de quote voor de betaling van het Staatse leger 2 Het Staatse leger bestaat uit Regimenten Infanterie en Cavalerie en één Regiment Artillerie. De Regimenten worden officieel geleid door een generaal. Ze bestaan uit meerdere bataljons, die elk uit ca. 5 compagnieën bestaan. De compagniescommandant is officieel een kapitein. Een deel van de compagnieën is eigendom van hun commandant! De Gewesten betalen de officieren en compagnieën rechtstreeks, overeenkomend met de quote. Holland betaalt dus meer dan de helft van alle officieren en compagnieën. 1 - Opm.: Dienstplicht - in ons land in 1811 in de Franse tijd ingevoerd door Napoleon - bestond in ons land alleen tussen 1811 en medio 1996. 2 - De gegevens in deze tabel heb ik gevonden in het boek: De militie van den staat / Het leger van de Republiek der Verenigde Nederlanden, door Dr. H. L. Zwitser. De bedragen zijn vermeld in guldens, stuivers en penningen, waarbij 12 penn. = 1 stuiver. Deel 6 : VI 1 Kanonnier in het Staatse leger K-1

De commandanten van de compagnieën ontvangen via militaire solliciteurs het geld voor hun compagnie! De soldij, bestemd voor hun ondergeschikten, krijgen zíj dus in handen en niet hun ondergeschikten! Veel hoofdofficieren stellen vervangers, die een lagere rang hebben, aan, die voor hen het werk doen. Die vervangers krijgen voor hun werk een (veel) mindere beloning, dan het traktement, dat die officieren zelf ontvangen. Zo verdienen die officieren cumulatief. Neem Bertus commandant. Bertus is bij zijn ondertrouwen kanonnier in het Regiment en de Compagnie van de Heer Collonel Martfeldt. Deze laatste blijkt dus als kolonel de generaal van het Regiment Artillerie te vervangen en strijkt daarvoor de bijbehorende vergoeding op. Verder blijkt hij ook een eigen compagnie te bezitten. Hij heeft zich ongetwijfeld als kapitein laten vervangen en ontvangt ook zijn kapiteinstraktement, waarvan hij slechts een gedeelte aan zijn vervanger betaalt. Omdat Collonel Martfeldt de dagelijkse leiding van zijn compagnie aan een vervanger overgelaten zal hebben, zal Bertus (VI 1) hem wel niet veel hebben gezien en niet door hem gerekruteerd zijn. De werving voor het Staatse leger Vóór 1772 bestond er nog geen uitgebreid reglement voor de werving van rekruten. Wel had de Raad van State bepaald, dat de soldaten voor minimaal 6 jaar gerekruteerd moesten worden. Rekruten ontvingen een handgeld, dat afhankelijk van vraag en aanbod in Bertus tijd 20 à 25 rijksdaalders bedroeg. Dit handgeld was inbegrepen in het aanritsgeld, dat iedere kapitein voor een aangeworven rekruut ontving. Regel was, dat een officier met 2 à 4 onderofficieren en enige manschappen aan het einde van de winterperiode op pad ging om rekruten te werven om de compagnieën van een regiment weer aan te vullen. In jaren zonder oorlogsdreiging, wilde men op het leger bezuinigen en gaf men aan hoeveel open gevallen plaatsen niet vervangen mochten worden. De compagnieën liet men dan incompleet. jaar het Staatse leger (totaal) waarvan bij de Artillerie verplichte reductie 3 1750 52.685 man 2.250 1751 53.345 2.250 1752 40.899 1.875 2.665 1753 40.037 1.875 1754 t/m 58 40. 037 1.875 2.685 1759 40.313 1.875 1760 t/m 65 40.313 1.875 2.705 1766 41.111 1.875 de sterkte van het Staatse leger 4 Vermoedelijk is Bertus (VI 1) pas na de watersnoodramp van 1757 kanonnier geworden en is het meest waarschijnlijk, dat hij (zie de tabel) in 1758 of 1759 is gerekruteerd. 3 - Opm.: M.a.w. het aantal opengevallen plaatsen, dat niet vervangen mag worden. 4 - De gegevens in deze tabel heb ik gevonden in: Staet van s Lands militie in de collectie Bogaers, doos 3, van het Centraal Bureau van Genealogie in Den Haag. Deel 6 : VI 1 Kanonnier in het Staatse leger K-2

De soldij van infanteristen en artilleristen in het Staatse leger Van 1648 tot 1795 worden de salarissen en lonen in de Republiek nauwelijks verhoogd. Dat geldt ook voor de traktementen voor de officieren en de soldijen voor de soldaten. In het Staatse leger werkt men met heremaanden. Tot 1795 worden soldaten per heremaand van 42 dagen en aan het einde van het jaar voor de korte maand betaald. Uitzonderingen gelden voor bepaalde krijgsmachtonderdelen, o.a. voor de Zwitserse garde en de Artillerie! Voor hen bevat de heremaand 32 dagen! Aan het einde van een heremaand of korte maand laat de compagniescommandant een militair solliciteur zijn traktement en de soldijen voor zijn compagnie ophalen bij het betaalkantoor van het Gewest, dat uitbetaalt. Veel compagnieën, die in de Generaliteitslanden gelegerd liggen, worden door Holland betaald, waarvan het betaalkantoor zich in s-gravenhage bevindt. De compagniescommandant betaalt zijn ondergeschikten 1x per week, meestal op maandag, een voorschot uit. Hij houdt daarop rente en allerlei onkosten in. Om te mogen trouwen hebben de soldaten toestemming nodig van hun commandant. Ze worden na hun trouwen dikwijls zo goedkoop mogelijk ingekwartierd bij burgers. Zij behoeven bij inkwartiering niet zelf hun logies te betalen, maar ze moeten wel zelf voor hun eten en kleding betalen. Ze krijgen verplicht iedere 2 jaar een nieuw uniform. De kosten worden op hun soldij ingehouden. Als de compagniescommandant voor de aanschaf daarvan een lening bij de militair solliciteur moet afsluiten, verhaalt hij ook die kosten op zijn ondergeschikten. Gewone soldaten verdienen minder dan dagloners. Dagloners verdienen in de 2e helft van de 18e eeuw zomers 10 à 12 stuivers per dag en s winters 8 à 10 stuivers. De soldij van infanteristen van het Staatse leger is bruto nog geen 6 stuivers per dag, waarvan ze zelf ca. 4 stuivers per dag in handen krijgen. In tegenstelling tot dagloners worden de soldaten van het Staatse leger wel in de wintermaanden, als er weinig gedaan kan worden, doorbetaald. Verder kunnen s winters maximaal 4 soldaten per compagnie een werkpas voor 6 weken krijgen, om met burgeraktiviteiten wat bij te verdienen. Artilleristen worden iets beter betaald dan infanteristen. traktement / soldij per 32 dagen! 1766 1792 Infanterie: soldaat 9-6-8 10-14-1 Artillerie: kolonel 152-7-7 152-7-7 kapitein 112 157-16-2 kap.-commandant = vervanger v. kapitein 92-1-1 bombardier 15 18-13-0 korporaal 14-7-1 kanonnier 12 12-9-0 enige traktementen en soldijen van het Staatse leger voor zover gevonden 5 Bertus (VI 1) verdient als kanonnier dus 7½ stuiver per dag bruto. Met 5 à 5½ stuiver per dag moeten Pieternel en hij met hun gezin zien rond te komen. 5 - De gevonden gegevens heb ik, indien nodig, omgerekend naar 32 dagen en komen voor een deel uit: Op weg naar Breda, door J. A. M. M. Jansen (1989) en Recueil van Militaire Ordonnantiën (9 delen) (1599-1796), deel V no 121 en deel VIII no 123. Deel 6 : VI 1 Kanonnier in het Staatse leger K-3

Gelegerd in s-hertogenbosch en daarna??? Uit zijn trouwakte, de doopakten van zijn kinderen en de verkoopakte van zijn vaders boerderij volgt, dat Bertus (VI 1) al in 1766 in s-hertogenbosch gelegerd ligt en daar 18-2-1772 nog woont. Omdat ik in s-hertogenbosch geen doopakte van een vierde kind heb gevonden en ook geen begraafakte van Bertus, zal hij kort na 18-2-1772 met zijn compagnie zijn overgeplaatst. De vraag is alleen waarheen? Alleen al in de Generaliteits-landen liggen heel veel garnizoenssteden 6, terwijl het nog niet eens zeker is, dat Bertus binnen de Generaliteitslanden is overgeplaatst. Er zijn vrijwel geen gegevens over de Artillerie uit Bertus tijd bewaard gebleven en wat er over die tijd gepubliceerd is, geeft weinig houvast 7. Kortom ik weet niet, waar Bertus (VI 1) met zijn gezin terecht is gekomen. Wel denk ik, dat hij nog geruime tijd kanonnier is geweest, omdat zijn oudste zoon in zijn vaders voetsporen treedt en ook kanonnier wordt (zie deel 7). Appointé of gepensioneerd? Oude en invalide soldaten kunnen appointé worden. Om vanwege ouderdom appointé te worden, moest je minimaal 30 jaar gediend hebben en om wegens invaliditeit appointé te worden, moest je in actie tegen de vijand zodanig verminkt of gekwetst zijn, dat je verder ongeschikt voor de dienst was geworden. Appointé s blijven aanvankelijk ten laste van de compagnie komen, m.a.w. de compagniescommandant moet hen onderhouden en kan voor hen geen nieuwe rekruten aannemen. Omdat veel compagnieën eigendom van hun commandant zijn, zijn appointé s afhankelijk van het beleid van hun commandant. Krijgen ze bijvoorbeeld na 24 jaar trouwe dienst nog een verlenging van hun contract? In 1789 telt het Staatse leger 673 compagnieën, waarvan er 423 eigendom van hun commandant zijn, van de artilleriecompagnieën 10. Pas in 1792 komt er een centraal geregelde pensioenvoorziening. Mogelijk is Bertus appointé geworden en misschien leefde hij in 1792 nog en heeft hij ook nog een militair staatspensioen gehad. Pieternel van der Kalle uit Orthen In 1795 wordt Pieternel van der Kalle uit Orthen in Rosmalen begraven. Als dit Bertus vrouw is, is hij waarschijnlijk zelf eerder gestorven, omdat er niet bij staat, dat ze zijn vrouw is. Maar deze Pieternel zou ook een (nog) niet gevonden dochter kunnen zijn. 6 - Opm.: De vestingplaatsen in de Generaliteitslanden zijn: Aardenburg, Bourtange, Bergen op Zoom, Breda, Fort St Andries, Grave, s-hertogenbosch, Hulst, Lillo, Maastricht, Philippine, Sas van Gent, Sluis, Stevensweert, Venlo en Willemstad. 7 - Volgens G. J. Gudde Zie: Vier eeuwen geschiedenis van het garnizoen s-hertogenbosch, Bijlage VIII, zou er in 1766 helemaal geen compagnie artillerie in s-hertogenbosch gelegerd hebben gelegen en pas in 1773 2 artilleriecompagnieën van het Regiment Martfeldt, waarvan er 1 in 1774 gedetacheerd zou zijn in St Andries (nu Heerewaarden, Gelderland). Volgens H. Ringoir Zie : Vredesgarnizoenen van 1715 tot 1795 en 1815 tot 1940, blz. 98, hebben er 3 commandanten Martfeldt in het Staatse leger gediend. Van hen zou de compagnie van Joseph August Martfeldt zie blz. 102 / f in 1753 in s-hertogenbosch gelegerd hebben gelegen en daar mogelijk tot 1768 zijn gebleven. In 1768 zou deze compagnie naar Maastricht zijn overgeplaatst en daarna niet meer in s-hertogenbosch gelegerd hebben gelegen. Wel in 1773 in Venlo, Grave en St Michiel. Deel 6 : VI 1 Kanonnier in het Staatse leger K-4

KINDEREN VAN ALBERTUS (VI 1) VII Kinderen van Bertus (VI 1) en Pieternel Een overzicht van de gevonden kinderen van Bertus en Pieternel 1 Bertus (VI 1) Pieternel Wouters / Koppens ( 1733 - na 1771 ) X ( 1735 -? 1795? ) VII 1 VII 2a 2 VII 3 Marten Jennemie Gerit X X X Tecla Arien Jenneke Schilt van der Sanden van Hoof 1 Antje 1 Maria? 3 1 Bertus 2 Bertus 2 Antonius 4 2 Pieternel 3 Pieternel 3 Willem 4 Aukje 1 Heleen 4 Lamberdien 5 Bertus 2 Peter 5 Peter 6 Marten 3 Jan 6 Jennemie 7 Jan 4 Bertus 8 Martha 5 Jan 6 Heleen 7 Anthonia 8 Wilhelma 9 Henricus 10 Jennemie 1 - In de overzichten staan zoveel mogelijk de (waarschijnlijke) roepnamen vermeld. 2 - Zie voor een toelichting van deze afwijkende codering de basisgegevens en blz. B-3. 3 - Arien van der Sanden heeft uit zijn huwelijk met Heleen Janse Verkuijlen, dochter van Joannes Adriaans Verkuijlen en Maria Gerard Rijkers minstens 2 kinderen gehad. Zijn dochter Maria is 11-10-1789 in Veghel gedoopt. Mij is niet bekend of zij is blijven leven en een stiefdochter van Jennemie (VIIa) is geworden. 4 - Arien van der Sanden is vóór 24-10-1791 met zijn gezin naar Uden verhuisd. Zijn 1e vrouw Heleen is bij de geboorte van haar zoontje Antonius in het kraambed gestorven. Zij is 27-10-1791 in Uden begraven. De baby is blijven leven en bij Ariens huwelijk met Jennemie (VIIa) een stiefzoon van Jennemie geworden. Omdat het 7e kind van Arien en Jennemie Anthonia genoemd wordt, zal hij al vóór haar doop op 3-11-1803 zijn overleden. Deel 6 : VII Kinderen van Bertus (VI 1) en Pieternel 1

Zo goed als zeker opgegroeid als soldatenkinderen De drie gevonden kinderen Marten (VII 1), Jennemie (VII 2a) en Gerit (VII 3) zijn zo goed als zeker als soldatenkinderen opgegroeid. Ze zullen bij overplaatsingen van hun vaders compagnie zijn meeverhuisd, soms meerdere keren per jaar. Het vervoer ging, als ze geluk hadden, met platte schuiten, maar ook dikwijls vele dagmarsen lang te voet. Ze zullen nooit naar school zijn geweest. Ze kunnen geen van drieën hun naam schrijven. Ik vermoed, dat Jennemie en Gerit bij een van de overplaatsingen, waarbij ze redelijk dicht langs Erp kwamen, door hun ouders bij of via familie van Pieternel in Erp of de omgeving van Erp zijn achtergelaten om daar als hulpje en knechtje zelf hun kost en inwoning te verdienen. Gerit woont namelijk vóór zijn trouwen al vele jaren in Erp. Zie voor Marten (VII 1) en zijn gezin deel 7 en voor Gerit (VII 3) en zijn gezin hierna. Dochter Jennemie (VII 2a) De fouten in aktes, waarin Jennemie voorkomt, hebben mij heel veel extra werk bezorgd. Je begint met er van uit te gaan, dat de gegevens in de aktes juist zijn. Bij haar was dat duidelijk niet het geval. Waarschijnlijk is haar naam in haar doopakte 5 al niet juist, in ieder geval geldt dat voor haar kerkelijke trouwakte en haar overlijdensakte! 6 Vrij snel na de dood van zijn eerste vrouw, die in het kraambed sterft en waarbij de baby blijft leven (zie noot 3 en 4) heeft Arien van der Sanden Jennemie ten huwelijk gevraagd, duidelijk een verstandshuwelijk. Adriaan is een arbeider, die in Bedaf (Uden) woont. 19 febr. 1792 Zijn getrouwd Adrianus Jans(s)e van der Zanden uit Uden, weduwnaar en Joanna Maria Lamberts van der Kamme uit s-hertogenbosch, hier bekend. (Trouwgetuigen: Arnoldus van Beckkum en Joanna van Beckkum) trouwakte van Jennemie (VII 2a) - met een foutieve achternaam (!) - uit het Latijn in het Nederlands vertaald, uit het Trouwboek van de R.-K. kerk van Uden Ze krijgen samen 10 kinderen. In de doopakte van haar oudste dochter stond eerst dat Joanna Maria van der Kalle haar moeder is, maar is Kalle doorgehaald en in Kamme veranderd. Gerit (VII 3) wordt onder de naam Gerardus Lamberts van der Kammen. haar peetoom. Hij wordt ook peetoom van Jennemies 5e, 6e, 7e, 8ste en 9de kind en staat dan wel als Gerard(us) van der Kalle(n) genoteerd! Jennemie blijkt het contact met haar broer Marten verloren te hebben. Die wordt van geen van haar kinderen peetoom. In haar overlijdensakte heet ze Maria van der Kallen, is ze de weduwe van Adriaan van der Zanden en zou ze 77 jaar zijn, hetgeen met een korreltje zout genomen moet worden. De aangevers, waaronder een schoonzoon, weten niet wie haar ouders zijn. 5 - In het bevolkingsregister van Uden staat, dat ze 20-5-1762 in s-hertogenbosch is geboren. Dan zou ze een voorkind van Bertus (VI 1) zijn geweest, maar zij staat, zoals eerder vermeld, in geen enkel Bosch doopboek (op die of een andere datum) ingeschreven! Ze zal, toen men haar er naar vroeg, haar leeftijd en doop- of geboortedatum niet geweten hebben. 6 - Ook in de doopakte van haar zoon Lambertus gaat het mis. Daarin heet ze als zijn moeder: Maria Laurens van Stiphout. Die naam had ongetwijfeld bij de peettante moeten staan! Deel 6 : VII Kinderen van Bertus (VI 1) en Pieternel 2

VII 3 Gerardus (Gerit / Gerard / Geert) van (der) Kalle(n) Gerit of Geert (VII 3) en zijn gezin Inwoner van Erp Gerit, ook Geert genoemd, woont al vóór zijn trouwen lang genoeg in Erp, het dorp waar zijn moeder vandaan komt, om daar bij zijn trouwen in 1801 als inwoner van Erp beschouwd te worden. Erp is tot 1795 een statendorp, dat tot de Republiek behoort. In 1801 behoort het tot de Bataafse Republiek. Tegenwoordig is Erp een onderdeel van de gemeente Veghel. Geerts broer Marten en zus Jennemie zijn beide al in februari 1792 getrouwd. Na februari 1792 is er in ons land heel veel veranderd. Omdat Geert als boerenknecht minder direct betrokken is geweest bij de Franse inval in 1793 en de ondergang van de Republiek in 1795 dan zijn broer Marten (VII 1), die als kanonnier mee moest vechten om de Republiek te verdedigen, heb ik de vele veranderingen, die er in ons land plaats vonden, bij Marten (VII 1) in deel 7 beschreven. Al zal ik in dit deel niet op de Franse inval en de Franse inlijving ingaan, natuurlijk wil dat niet zeggen, dat Geert en Jennemie en hun gezinnen geen ellende van die oorlog en inlijving hebben ondervonden. Geert trouwt 8 november 1801 in Erp met Jenneke Peeter van Hoof. Jennekes vader Peeter Cobus van Hooff komt oorspronkelijk uit Veghel. In 1776 is hij met zijn 4 kinderen naar Erp 1 gekomen om 28-7-1776 in Erp met Jennekes moeder te trouwen en zich daar te vestigen. Het is voor hem zijn derde huwelijk. Jennekes moeder Elisabeth Lambert van der Heijden is dan 28 jaar. Een jaar later wordt Jenneke geboren en naar de tweede overleden vrouw van haar vader genoemd. Geert en Jenneke krijgen in Erp hun 2 oudste kinderen Bertus 2 en Pieternel, die naar Gerits ouders zijn genoemd. De pastoor verzuimt in hun doopaktes de peetooms te vermelden. Bertus (VIII 9) wordt 4-10-1802 in Erp gedoopt. Heel opmerkelijk is, dat de pastoor Tecla (de vrouw) van Martinus van der Kalle als peettante noteert. 1 - Zie de ingekomen ontlastbrieven van Erp (1768-1794). Hierin staat dat Peeter Cobus van Hooff, geboren in Veghel, weduwnaar van 1) Adrina Adriaan van de Rijdt en kind: Jacobus en weduwnaar van 2) Johanna Jan Theunissen en kinderen: Ardina, Jacomijna en Agnees 20-5-1776 in Veghel een ontlastbrief voor hem en zijn kinderen heeft gekregen. 2 - Zoals al eerder vermeld, kenden de kinderen van Bertus (VI 1) hun vaders doopnaam niet. Daarom krijgen enige kleinkinderen abusievelijk de doopnaam Lambertus i.p.v. Albertus. Als ze hun opa s roepnaam hebben gekregen - wat dikwijls het geval was - zullen ze Bertus of Bert zijn genoemd. Ik zal Geerts oudste zoon daarom Bertus en niet Lammert - zoals bij de basisgegevens staat - noemen, omdat de roepnaam Bertus voor Bertus kleinkinderen meer voor de hand ligt. Deel 6 : VII 3 Gerit of Geert (VII 3) en zijn gezin 1

Omdat zij zelf het kind niet ten doop houdt, had de pastoor dat moeten vermelden. Ook dat verzuimt hij! Tecla kan namelijk onmogelijk aanwezig zijn geweest, want op 7-10-1802 wordt in Leeuwarden (!) haar dochter Aukje (VII 4) gedoopt. Alle kans, dat Marten (VII 1) ook als Bertus peetoom is opgegeven. Ik vermoed, dat Tecla en Marten ook later nooit hebben geweten, dat Tecla peettante van Bertus (VIII 9) geworden is. Kennelijk hebben Geert en Jenneke nog de hoop, dat ze hen terug zullen zien, maar dat is (zie deel 7) niet het geval. Marten en Tecla zijn tenslotte in Groningen terechtgekomen en hebben het contact met hun familie in Brabant verloren. De Udense van der Kallen boerderij In 1807 verhuizen Geert en Jenneke met hun 2 kinderen Bertus en Pieternel naar Volkel, dat tot Uden behoort 3. Daar woont Geerts zus Jennemie (VII 2a) al met haar gezin. In Volkel / Uden krijgen ze nog 4 kinderen: Willem, Lamberdien, Peter en Jennemie 4. Willem is in 1831 - op tragische of onnatuurlijke wijze? 5 - in Rosmalen overleden. Geert en Jenneke bezitten in 1840 in Volkel / Uden aan de Oosterensche Heide no. 105 6 een kleine boerderij. Hoe ze in het bezit van deze boerderij gekomen zijn, weet ik niet. In 1840 wonen Peter, Lamberdien en Jennemie nog bij hun ouders. Bij Geerts overlijden in 1841 erven zijn 5 overgebleven kinderen hun vaders helft van de boerderij. Deze wordt in Geerts memorie van successie 7 van 21-1-1842 beschreven als: Een huis, erf, bouw- weide- en heideland, groot te zamen ongeveer 1 bunder ( = ca. 1,3 ha.) en 25 roeden. Zijn kinderen verklaren bij die gelegenheid alle vijf, niet te kunnen schrijven. Geerts jongste dochter Jennemie trouwt in 1845 met Jan Nooijen. Ook na haar huwelijk woont ze nog enige tijd met haar man bij haar moeder in. Haar zoontje Peter wordt in de ouderlijke boerderij geboren. 2004 M. J. Ph. van der Kallen, Bachplein 5, 2651 TZ Berkel en Rodenrijs Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en / of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur. 3 - Zie: OAA van Erp de Uitgaande ontlastbrieven van Erp (1794-1808), inv. no. B 21, blz. 74, uitgegeven 23-1-1807. 4 - Opm.: Opvallend is, dat geen van hun dochters naar Jennekes moeder wordt genoemd. 5 - Opm.: Willem woont bij zijn overlijden in Rosmalen. Zijn overlijden wordt pas op 26 augustus s avonds om 10 uur bij de gemeente Rosmalen aangegeven door 2 kennissen. Zij verklaren, dat Willem op donderdagavond 25 augustus om 7 uur is overleden. Op 27 augustus om 12 uur is in het hospitaal gebragt het lijk van Wilhelmus van der Kallen, dagloner, ongehuwd, 24 jaar, zoon van Gerardus van der Kallen en Johanna van Hoof. Als je dit leest, vraag je je onwillekeurig af of de doodsoorzaak nog in het hospitaal onderzocht moet worden. Weten zijn ouders nog niet, dat hun zoon is overleden of mochten zij hem nog niet meenemen? 6 Opm.: Ze wonen in 1830 Oosterense hei no. 85 en in 1840 Oosterensche heide no. 105. 7 - Zie: Kantoor Grave inv. no. 42, memorieno. 32. Deel 6 : VII 3 Gerit of Geert (VII 3) en zijn gezin 2

KLEINKINDEREN VAN ALBERTUS (VI 1) VIII Kleinkinderen van Bertus (VI 1) en Pieternel De van der Kallen kleinkinderen van Bertus en Pieternel Bertus (VI 1) heeft minstens 14 van der Kallen kleinkinderen gehad, de acht gevonden kinderen van Marten (VII 1) en de zes van Geert (VII 3). Het is de vraag of één van de kleinkinderen van Bertus en Pieternel ooit naar school is geweest. Ze kunnen bij hun huwelijk hun naam niet schrijven en dus ook zeker geen brief naar elkaar. De oudste dochter van Marten (VII 1) is nog wel in Brabant geboren, maar in Bergen op Zoom, ver weg van Erp, waar Geert (VII 3) dan woont. Marten (VII 1) is (zie deel 7) getrouwd met een Friezin en vóór 1800 met zijn compagnie overgeplaatst naar Delfzijl. Later woont hij met zijn gezin in Leeuwarden en Groningen. In die tijd betekent dat - omdat hij niet schrijven kan - dat hij ieder contact met zijn familie in Brabant heeft verloren. Anders gezegd, de acht kinderen van Marten hebben niet alleen de zes kinderen van Geert nooit gekend, maar zullen ook nooit hebben geweten, dat ze in Brabant nog van der Kallen neven en nichten hebben gehad. Bij Bertus van der Kallen kleinkinderen ontstaat een splitsing tussen Brabantse en Friese van der Kallen s. De Friese kant van onze familie komt in de volgende delen aan bod. Met de kinderen en kleinkinderen van Geert (VII 3) zal ik dit deel van onze familiegeschiedenis en daarmee de Brabantse kant van onze familie afsluiten. Van Geerts 3 zonen zijn er 2 getrouwd, Bertus (VIII 9) en Peter (VIII 13). Beide zijn net als hun vader boer geworden. Bertus (VIII 9) en zijn gezin Bertus neemt als oudste zoon niet - zoals je zou verwachten - zijn vaders boerderij over. Hij trouwt 23-1-1836 met Pieternel Jaspers, een weduwe 1 met twee dochtertjes en boerin. Omdat Bertus naast boer ook schutter bij de Mobiele Schutterij is, heeft hij voor zijn huwelijk toestemming nodig van zijn commandant. Die krijgt hij 2. De boerderij van Bertus en Pieternel ligt in Bedaf, een gehucht dat tot Uden behoort, aan de Zandberg no. 55. Pieternel is bij haar tweede huwelijk al 37. Toch krijgen ze nog drie kinderen. De oudste zoon wordt Willem, naar Pieternels overleden man, genoemd en hun dochter Geertrui, naar Bertus vader. 1 - Opm.: Haar eerste man Wilhelmus (Willem) van Wijck is 27-9-1830 in Uden overleden. 2 - De commandant van de 3e Afd. van de N-Br. Mobiele Schutterij heeft toestemming gegeven. Deel 6 : VIII Kleinkinderen van Bertus (VI 1) en Pieternel 1

Bertus (VIII 9) treft het niet echt. Zijn dochtertje Geertrui wordt slechts 4 maanden oud en overlijdt in juni 1838. Zijn vrouw overlijdt 2½ week na de geboorte van hun tweede zoontje Jan, in januari 1840. In 1841 verliest hij in februari zijn oudste zoontje Willem, die slechts 4 jaar is geworden, en in november 1841 ook zijn vader. Omdat Bertus niet hertrouwt, neem ik aan, dat een zus of schoonzus is ingesprongen en hem in deze moeilijke tijd heeft bijgestaan. Zijn twee stiefdochters en zijn jongste zoon Jan zijn wel blijven leven en later ook getrouwd. Bij zijn overlijden laat hij zijn zoon Jan (VIII9.3) geen boerderij, maar wel ruim 1 ha wei- en bouwland in Uden en ruim 1 ha ontgonnen grond en heide in Nistelrode na 3. Ook Jan (VIII9.3) is boer geworden. Ook hij kan niet schrijven. Omdat ik van hem geen kinderen heb gevonden, neem ik aan, dat er aan zijn kant geen verder van der Kallen nageslacht is. Jans vrouw Hendrica van Sleeuwen is in 1920 als laatste van deze kant van onze familie overleden. Peter (VIII 13) en zijn gezin Ook op het gezin van Peter (VIII 13) en dat van zijn dochter Elisabeth rust geen zegen. Peter huwt 28 april 1849, op 36-jarige leeftijd, de 22-jarige Ardina van der Heijden. Peters boerderij ligt aan de Heikant no. 132 in Volkel / Uden. Op 5 maart 1850 wordt zijn dochter Elisabeth geboren. Als Elisabeth 6 maanden oud is overlijdt hij zelf en als ze 7 jaar is ook haar moeder. Ze zal daarna wel door familie zijn opgevangen en grootgebracht. Elisabeth (VIII13.1) trouwt in 1875 met de arbeider Willem Zwinkels. Ze krijgen drie zoontjes, geboren in 1877, 1878, en 1879, waarvan de twee oudste blijven leven en nog jonger wees worden dan hun moeder. Op 8 april 1881 overlijdt Elisabeth, 31 jaar oud, en op 14 juni 1881 ook haar man. Haar zoontjes erven 7 november 1881 van haar kant aan onroerend goed 1/20 gedeelte onverdeeld in huis, stal, erf en moeshof in Uden en ongebouwd 6 aren en 80 centiaren, samen geschat op f 15,- 4. Het ziet er naar uit, dat de boerderij van Geert (VII 3) - zonder land dan nog onverdeeld is gebleven. Onze Brabantse familiegeschiedenis bevat, zoals we gezien hebben, heel veel kommer en kwel, maar bedenk wel, dat gelukkige momenten en tevredenheid vóór 1900 zelden schriftelijk werden vastgelegd. 2004 M. J. Ph. van der Kallen, Bachplein 5, 2651 TZ Berkel en Rodenrijs Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en / of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur. 3 - Zie: Lambertus Memorie van Successie, kantoor St-Oedenrode, inv. no. 101, memorieno. 168. 4 - Zie: Elisabeths Memorie van Successie, kantoor St-Oedenrode, inv. no. 115, memorieno. 154. Deel 6 : VIII Kleinkinderen van Bertus (VI 1) en Pieternel 2

Register bij het verhalende deel van Deel 6 De registers in de verschillende delen beginnen met een persoonsregister. Zie de toelichting bij het register van deel 1 en deel 2. De volgorde van de hoofdstukletters is: bij VI 1 B-K In onderstaand persoonsregister wordt behalve naar familienamen ook naar enige patroniemen verwezen. Persoonsregister B Beckkum, van Arnoldus VII 2 Joanna VII 2 C Coppens zie ook Koppens, Peters en Wouters Catharina VI 1 B-4 Maria VI 1 B-3; B-4 D Daeten, Harsken Hendrikx VI 1 B-4 H Hooff, van Agnees VII 3 1 Ardina VII 3 1 Jacobus VII 3 1 Jacomijna VII 3 1 K Koppens zie ook Coppens, Peters en Wouters Wilhelma VI 1 B-3 M Martfeldt, Joseph August VI 1 K-4 Mensen, Josephus des VI 1 B-1 P Peters zie ook Coppens, Koppens en Wouters Catharina Wauter VI 1 B-4 Geerlincx Wauter VI 1 B-4 Gerardus Wauter VI 1 B-4 Harsken Wauter VI 1 B-4 Jacobus VI 1 B-4 Maria Wauter VI 1 B-4 Petrus Wauter VI 1 B-4 Wauter VI 1 B-4 Wilhelma VI 1 B-4 R Rijdt, Adrina Adriaan van de VII 3 1 Rijkers, Maria Gerard VII 1 S Schijndel, Anna van VI 1 B-1 Stiphout, Maria Laurens van VII 2 V Ven, Henricus van de VI 1 B-3 Verkuijlen, Joannes Adriaans VII 1 W Wouters zie ook Coppens, Koppens en Peters Catharina VI 1 B-3 Henricus VI 1 B-3; B-4 z.o.z. Register (vervolg) Deel 6 Register bij het verhalende deel van Deel 6 Reg-1

A St Andries VI 1 K-4 Artillerie VI 1 K-1 t/m K-4 artilleristen VI 1 K-3 appointé VI 1 K-4 B Bataafse Republiek, de VII 3 1 bataljons VI 1 K-1 Bedaf VII 2; VIII 1 Bergen op Zoom VIII 1 C canonier zie kanonnier Cavelerie VI 1 K-1 compagnie(scommandant) VI 1 B-2; K-1 t/m K-4 D dagloners VI 1 K-3 Delfzijl VIII 1 dienstplicht VI 1 K-1 Drente VI 1 K-1 E Erp VI 1 B-2 t/m B-4; VII 2; VII 3 1; VIII 1 G garnizoenssteden VI 1 K-4 Generaliteitslanden, de VI 1 K-1; K-3; K-4 Gewesten, de 7 VI 1 K-1 Grave VI 1 K-4 s-gravenhage VI 1 K-3 Groningen VII 3 2; VIII 1 H heremaand VI 1 K-3 s-hertogenbosch VI 1 B-1 t/m B-3; K-4; VII 2 Holland VI 1 K-1; K-3 hoofdofficieren VI 1 K-2 I Infanterie VI 1 K-1; K-3 infanteristen VI 1 K-3 K kanonnier VI 1 B-2; K-1 t/m K-4 kapitein VI 1 K-1; K-2 L Leeuwarden VII 3 2; VIII 1 M Maastricht VI 1 K-4 memorie van successie VII 3 2 St Michiel(sgestel) VI 1 K-4 N Nistelrode VIII 2 P patroniem VI 1 B-3 Q quote(stelsel) VI 1 K-1 R Raad van State VI 1 K-2 Regiment VI 1 B-2; K-1; K-2; K-4 Artillerie VI 1 K-1; K-2 rekruten VI 1 K-2 Republiek, de VI 1 K-1; K-3; VII 3 1 Rosmalen VII 3 2 S schutter VIII 1 Schutterij, de Mobiele VIII 1 soldatenkinderen VII 2 soldij VI 1 K-3 solliciteur, militaire VI 1 K-2; K-3 Staatse leger, het VI 1 K-1 t/m K-4 staatspensioen, militair VI 1 K-4 U Uden VII 1; 2; VII 3 2; VIII 1; 2 V Veghel VII 1; VII 3 1 Venlo VI 1 K-4 vestingplaatsen VI 1 K-4 Volkel VII 3 2; VIII 2 Z Zwitserse garde, de VI 1 K-3 Deel 6 Register bij het verhalende deel van Deel 6 Reg-2

Bij deel 1 t/m 6 : Indexen bij de basisgegevens I bij de oudste generaties II bij de jongste generaties Aanvullingen en correcties Wetens(w)aardigheden

28

Indexen bij de basisgegevens in deel 1 t/m deel 6 De basisgegevens staan op groene bladzijden vóór in ieder deel, die van de oudste generaties op donkergroene bladzijden, die van de jongste generaties op lichtgroene bladzijden. In deel 1 t/m 6 staan de gegevens van de Brabantse van der Kallen s. (Hiertoe behoren ook de nakomelingen van Anthonia VII 11, die in Rotterdam en Amsterdam zijn geboren.) In de indexen wordt verwezen naar deel en code. Bij code s met één of meer punten is de hoofdcode het gedeelte vóór de eerste punt. Op de groene bladzijden staan deel en hoofdcode linksonder in de voetregel vermeld. Voor meer informatie zie de inleiding bladzijde 15 t/m 20. Indien bij een verwijzing gegevens over meerdere verschillende personen gevonden kunnen worden - bijvoorbeeld behalve van de echtgenoot ook van kinderen of een schoonvader - dan staat achter de code het aantal vermelde personen tussen vierkante haken aangegeven. De personen, waarnaar in deze indexen wordt verwezen, staan, tenzij zij op onverwachte plaatsen voorkomen, niet nog eens in de registers bij de verhalende gedeelten vermeld! Iedereen kan in de verhalende tekst (bij dezelfde code of de code van het gezinshoofd!) kijken of daar meer informatie over een bepaalde persoon staat. I Indexen bij de oudste generaties (donkergroene bladzijden) Ia Index op de voornamen van van der Kallen s van de 1e t/m de 10e generatie Onder van der Kallen(s) vallen alle personen, die tot het geslacht van der Kallen behoren, dus ook die, waarbij de naam van der Kallen nog niet werd gebruikt of anders werd geschreven. In deze index wordt naar 300 personen verwezen. Omdat in twee akten waarschijnlijk foutieve namen zijn genoteerd, staan bij de basisgegevens van de oudste generaties in de delen 1 t/m 6 waarschijnlijk 298 van der Kallen(s). A Adriaan 2 IV4.2.1.5.3.4 Adriana 3 V6.2.6.4 Adriana 3 V7.1.4.7 Adriana 5 VII10.6.5 Adriana Maria 2 IV4.2.1.5.3.2.1 Adriana Petronella 5 VII12.4.7 Adrianus zie ook Adriaan Adrianus (??) 1 II 5 Adrianus 1/2 III 4 Adrianus 2 IV4.2.1.5.3 Adrianus 2 IV4.2.1.5.3.2.2 Adrianus 4/5 VI 7 Adrianus 4/5 VI 8 Adrianus 5 VII 10 Deel 6 Indexen bij de basisgegevens in deel 1 t/m 6 Index-1