Wnb aanvraag ontheffing ruimtelijke ingrepen Noorderhoofd, Haven van Amsterdam

Vergelijkbare documenten
Reinbouw Vastgoed B.V. Postbus AA DIEREN. Datum 29 juni 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen. Geachte heer/mevrouw,

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Onze referentie Bijlagen De aanvraag Overwegingen

Koninklijke Burgers' Zoo B.V. E. Peeters Antoon van Hooffplein SH ARNHEM. Datum 29 juni 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Dijkhuis Aannemersbedrijf B.V. G.J. Horsman Molensteen NM HARDENBERG. Datum 11 november 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Nijmegen Directie Grondgebied T. Martens Postbus HG NIJMEGEN

Lyaemer Wonen Y.A. Tiemensma Straatweg PZ LEMMER. Datum 7 augustus 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Woningstichting Eigen Haard Arlandaweg EX AMSTERDAM. Datum 30 januari 2015 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Dura Vermeer Onderhoud en Renovatie Hengelo Postbus AW HENGELO OV. Datum 11 november 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

RUD Mevrouw EJ.G. Ros Wnb aanvraag ontheffing ruimtelijke ingrepen Jan van Kuikweg 18 te Heemskerk

Stichting Accolade Postbus AH HEERENVEEN. Datum 17 juni 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen. Geachte heer/mevrouw,

Provincie Groningen Afdeling Omgeving & Milieu R.W.G. van der Zwaag Postbus AP GRONINGEN

Wovesto L.A.M. Overmars Postbus AC SINT-OEDENRODE. Datum 1 november 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Stichting UWOON M. de Jager Postbus AG HARDERWIJK. Datum 9 november 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Hurks Vastgoedontwikkeling Eindhoven B.V. J. van Daal Postbus AR EINDHOVEN

Stichting Brabantwonen H.G.P.F. Roozendaal Postbus AD OSS. Datum 2 november 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

TriVia/School met de Bijbel De Kandelaar Meidoornlaan 2- Bestuursknt 4233 CN AMEIDE

Woningstichting SallandWonen P. Jong Postbus AD RAALTE. Datum 8 november 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Recreatieschap Rottemeren K. Opstal Postbus AH SCHIEDAM. Datum 19 november 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Rijkswaterstaat Midden Nederland F. Waarsenburg Postbus AP LELYSTAD. Datum 5 december 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Stadhuis Gemeente Tiel B. Jagt Postbus HH TIEL. Datum 4 november 2015 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen. Geachte heer Jagt,

Emmtec Services bv D. van der Meer Postbus CA EMMEN. Datum 25 mei 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Noordwijk W.J. Groenendijk Postbus AG NOORDWIJK ZH. Datum 13 september 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Rotterdam O. van Velthuijsen Posbus KP ROTTERDAM. Datum 12 april 2016 Betreft Wijziging ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Deventer E.T.M. Masman Postbus GC DEVENTER. Datum 17 oktober 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Innovatiekracht b.v. S. Verwaijen Oudhuizerstraat BS KLARENBEEK. Datum 20 november 2015 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

U verzoekt mij om de ontheffingstermijn te wijzigen in 18 oktober 2016 tot en met 17 oktober 2021.

Moerhave B.V. R.J. Noordman Raadhuisstraat 1b 4835 JA BREDA. Datum 30 november 2015 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

J. Bosch Buntlaan MG DOORN. Datum 23 december 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen. Geachte heer Bosch,

Provincie Noord-Brabant J.A.L. van Zandvoort Postbus MC s-hertogenbosch. Datum 20 juli 2016 Betreft Beslissing op wijzigingsverzoek

N.C.B. Projectrealisatie B.V. D.G. de Bruin Drielandendreef CA HARDERWIJK

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Onze referentie Bijlagen De aanvraag Overwegingen

Aannemingsbedrijf Lagendijk B.V. G.J. Lagendijk Kade EP HARDINXVELD GIESSENDAM

Kickersvoet B.V. J.M. Borstlap Carrouselweg LN HELLEVOETSLUIS. Datum 12 juli 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Van der Molen Groenconsult J. van der Molen Walhof AV LOBITH. Datum 17 november 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Woonstad Rotterdam Postbus CJ ROTTERDAM. Datum 23 augustus 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen. Geachte heer/mevrouw,

Woningbouwvereniging Anna Paulowna L.G.M. Roozendaal Molenvaart AC ANNA PAULOWNA

Buro Bakker Adviesburo voor Ecologie B.V. H.J. Steendam Weiersloop DZ ASSEN

IJsselsteinse Woningbouwvereniging H.T.J. van den Heiligenberg Postbus AB IJSSELSTEIN

Dura vermeer Divisie Infra BV R. Schunk Taurusavenue 100 Postbus AC Hoofddorp

Gemeente Amsterdam Afdeling Onderwijs, Jeugd en Zorg J.M. Stam Postbus BV AMSTERDAM

Wnb aanvraag ontheffing ruimtelijke ingrepen De Surmontstraat 56 tot en met 71, Amstelveen

Gemeente Beek R. van den Munckhof Raadhuisstraat KA BEEK. Datum 9 februari 2017 Betreft Beslissing aanvraag. Geachte heer van den Munckhof,

Stichting Woonbedrijf SWS.Hhvl P. Adriaanse Willemstraat AG EINDHOVEN. Datum 6 maart 2015 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

ïid Archief VERZONDE» I 9 OEC Uitvoeringsdienst ro o r d - H o 11 a n d Noord Ymere t.a.v. de heer J. den Hertog Postbus CK AMSTERDAM

F.H. Nauta Van Hogendorplaan JM AMERSFOORT. Datum 10 juni 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen. Geachte heer Nauta,

Waterschap Rijn en IJssel M.T. de Vos Postbus AC DOETINCHEM. Datum 11 juli 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Staphorst S. Brand Postbus AA STAPHORST. Datum 3 oktober 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Amarant Groep K. Hermens Postbus AS TILBURG. Datum 12 januari 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen. Geachte heer Hermens,

Gemeente Rotterdam M. Meyer Postbus BE Rotterdam. Datum 23 september 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Dordrecht M. van Leeuwen Postbus AA DORDRECHT. Datum 14 januari 2015 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Heerhugowaard M. Hoosbeek Postbus AJ HEERHUGOWAARD. Datum 22 december 2014 Betreft Beslissing op uw aanvraag Ruimtelijke ingrepen

Ontwikkelingsbedrijf Vathorst Beheer B.V. G. van der Vlies Veenslagen RT AMERSFOORT

Bestuurscommissie Sarsven en de Banen I.J. Orbons-Hettema Postbus MA MAASTRICHT

Regelink Ecologie B.V. M. van den Hoorn Papenweg NE MHEER. Datum 19 november 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BVR Groep B.V. A. Oomen Postbus BJ ROOSENDAAL. Datum 11 januari 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen. Geachte heer Oomen,

Hoogheemraadschap van Delfland J.J. van den Hooff Postbus DB DELFT. Datum 5 december 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland A. Oosterhoff Hoofdweg BL VEENHUIZEN

Gemeente Harderwijk. Postbus AA HARDERWIJK. Datum 6 september 2012 Betreft Beslissing op uw aanvraag Ruimtelijke ingrepen.

Woningbouwvereniging Hoek van Holland F. Claessens Planciushof GC HOEK VAN HOLLAND. Datum 2 maart 2017 Betreft Beslissing op aanvraag

Van der Valk Hotel, Akersloot M. Wulp Geesterweg 1A 1921 NV AKERSLOOT. Datum 28 november 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Almere A.R.M. Loijer Postbus AE ALMERE. Datum 18 augustus 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Een kopie van deze brief en de ontheffing wordt verstuurd aan Arcadis Nederland B.V.

M.B.A. Knuvers Vicarisweg AC VARSSELDER. Datum 15 juli 2016 Betreft Beslissing aanvraag art. 75 Flora en faunawet. Geachte mevrouw Knuvers,

Dimensis B.V. A. van der Zaan Kerkplein BM OLST. Datum 22 juli 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Rijkswaterstaat C.D. Hus Postbus AN ROTTERDAM. Datum 14 december 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen.

Gemeente Midden-Drenthe M.W.L. Koster Postbus AA BEILEN. Datum 16 december 2015 Betreft Beslissing aanvraag art. 75 Flora en faunawet

Gemeente Amersfoort R.J. Limburg Postbus EA AMERSFOORT. Datum 11 augustus 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Rijkswaterstaat W. Vermeulen Postbus AN ROTTERDAM. Datum 2 december 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Servatius Woningstichting L. Hupperts Postbus BD MAASTRICHT. Datum 31 maart 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht B.L. Reuvers Postbus GJ AMSTERDAM

Gemeente Elburg W. Jager Postbus AB ELBURG. Datum 28 oktober 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen. Geachte heer Jager,

Vastestate Vastgoedmanagement B.V. P. Bouts Oostmaaslaan 29 A 3063 AN ROTTERDAM

Gemeente Overbetuwe T.J. Willems Postbus AA ELST. Datum 6 november 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Heerenveen H. Huisman Postbus BH HEERENVEEN. Datum 16 februari 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Gemeente Teylingen W. Kosters Postbus ZJ VOORHOUT. Datum 5 september 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Renkum Postbus HA OOSTERBEEK. Datum 1 november 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen. Geachte heer/mevrouw,

Gemeente Smallingerland E. Visser Gauke Boelensstraat RM DRACHTEN. Datum 16 juni 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

RUD de heer J. van der Veldt Wnb aanvraag ontheffing ruimtelijke ingrepen Celsiusstraat, Zandvoort

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Havenbedrijf Rotterdam N.V. H.J. Steens Wilhelminakade AP ROTTERDAM

Koninklijke Woudenberg Ameide B.V. L.G.P.M. Camps Postbus ZG AMEIDE. Datum 25 juli 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Enza Zaden Beheer B.V. Enkhuizen Q.A.M. van Vlimmeren Haling 1E 1602 DB ENKHUIZEN

Gemeente Den Haag M. Schalk Postbus DP DEN HAAG. Datum 12 november 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Woningstichting Beter Wonen Vechtdal Stelling ND HARDENBERG. Datum 24 februari 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Ministerie van Defensie DVD/Vastgoed West KHK/ K2 D.L. Voerman Dr Stolteweg AX ZWOLLE

Regelink Ecologie B.V. M. van den Hoorn Papenweg NE MHEER. Datum 25 november 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Kaag en Braassem Afdeling Ontwikkeling J.J. Démoed Postbus AA ROELOFARENDSVEEN

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Onze referentie Bijlagen De aanvraag Overwegingen

Liander Infra West N.V. M. van Dijkhuizen Postbus AB DUIVEN. Datum 2 november 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Woningstichting Servatius L. Hupperts Postbus BD MAASTRICHT. Datum 19 juli 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Dordrecht R.P.E. Koppelaar Postbus AA DORDRECHT. Datum 7 november 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Stichting wonencentraal B. van der Marel Postbus CA ALPHEN AAN DEN RIJN

Provincie Overijssel M.P. Lodewijks Postbus GB ZWOLLE. Datum 11 januari 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Arnhem M. Geurs Postbus EL ARNHEM. Datum 24 juni 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen. Geachte mevrouw Geurs,

Gemeente Apeldoorn A.A.B. Klein Goldewijk Postbus ES APELDOORN. Datum 25 oktober 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Woerden J. van Leer Blekerijlaan GR WOERDEN. Datum 22 januari 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Woningstichting Brummen A. Schreuder Postbus AC BRUMMEN. Datum 8 september 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Wijk Ontwikkelings Maatschappij Kerckebosch B.V. F. Steenbergen Graaf Lodewijklaan DM ZEIST

BVR Groep B.V. A.J.W.P. Vromans Postbus BJ ROOSENDAAL. Datum 16 augustus 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Transcriptie:

Uitvoeringsdienst ARCHIEF Gemeente Amsterdam (Port of Amsterdam) De heer F. de Ligt Weesperstraat 430 1018 DN AMSTERDAM VERZONDEN - 5 FES. 2019 Hoorn, 21 januari 2018 Zaaknummer Behandelaar Betreft Locatie RUD.257980 mevrouw E.J.G. Ros Wnb aanvraag ontheffing ruimtelijke ingrepen Noorderhoofd, Haven van Amsterdam Geachte heer De Ligt, Op 31 augustus 2018 hebben wij uw aanvraag voor een ontheffing als bedoeld in artikel 3.3 van de Wet natuurbescherming (hierna: Wnb) ontvangen. Op 20 december 2018 heeft u op ons verzoek aanvullende gegevens aangeleverd. De aanvraag heeft betrekking op het verplaatsen van opgeslagen brugdelen. Voor de werkzaamheden wordt door de initiatiefnemer, Gemeente Amsterdam (Port of Amsterdam), ontheffing gevraagd van de verbodsbepalingen genoemd in: artikel 3.1, lid 2 van de Wnb, voor zover het betreft het opzettelijk vernielen of beschadigen van nesten en rustplaatsen of het wegnemen van nesten van de torenvalk (Fa/co tinnunculus). Artikel 3.1, lid 4 van de Wnb, voor zover het betreft het opzettelijk storen van de torenvalk (Falco tinnunculus). De ontheffing is aangevraagd voor de periode van 31 oktober 2018 tot en met 31 oktober 2023. De aanvraag is geregistreerd onder zaaknummer RUD.257980. Besluit Wij besluiten om op grond van artikel 3.3, lid 1 van de Wnb aan de Gemeente Amsterdam ontheffing te verlenen van: artikel 3.1, lid 2 van de Wnb, voor zover het betreft het opzettelijk vernielen of beschadigen van nesten en rustplaatsen van de torenvalk {Falco tinnunculus). Artikel 3.1, lid 4 van de Wnb, voor zover het betreft het opzettelijk storen van de torenvalk {Falco tinnunculus). Voorschriften en beperkingen Aan dit besluit verbinden wij op grond van artikel 5.3, eerste, tweede en derde lid van de Wnb de navolgende voorschriften, beperkingen en een geldigheidsduur. Op grond van artikel 5.4, eerste en derde lid, Wnb kan de ontheffing worden ingetrokken als in strijd met de ontheffing of de voorschriften wordt gehandeld. Tevens is dan sprake van een economisch delict. Algemene voorschriften 1. De ontheffing wordt slechts voor de hierboven genoemde soort en beschreven verboden handeling verleend. 2. Deze ontheffing geldt alleen voor de werkzaamheden die conform de aanvraag worden uitgevoerd, voor zover in deze ontheffing zelf niet anders is aangegeven. Pagina 1 van 7

3. De ontheffingshouder dient onverwijld contact op te nemen met de Regionale Uitvoeringsdienst IMoord-Holland Noord indien bij het uitvoeren van de werkzaamheden van het project andere beschermde soorten dan de genoemde worden aangetroffen of andere handelingen als bedoeld in voorschrift 1 en 2 noodzakelijk zijn. 4. Deze ontheffing kan uitsluitend gebruikt worden door (medewerkers van) de ontheffingshouder of in opdracht van de ontheffingshouder handelende (rechts-)personen. De ontheffingshouder blijft daarbij verantwoordelijk en aansprakelijk voor de juiste naleving van deze ontheffing. 5. Tijdens de uitvoering van de werkzaamheden dient een afschrift van deze ontheffing op de locatie van de werkzaamheden aanwezig te zijn en op verzoek te worden getoond aan de daartoe bevoegde toezichthouders of opsporingsambtenaren. 6. Op de naleving van het in of krachtens de wet gestelde wordt toezicht gehouden door de toezichthouders van de Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord. De gebruiker van de ontheffing moet op of nabij de projectlocatie waar de uitvoerders gerechtigd tot uitvoering zijn ter plaatse waar deze een der handelingen verricht waartoe de ontheffing strekt, aan genoemde toezichthouders op eerste aanvrage (een kopie van) de ontheffing en ecologisch werkprotocol tonen. De genoemde documenten mogen langs elektronische weg, leesbaar worden getoond. 7. De werkzaamheden en voorschriften dienen te worden uitgevoerd onder begeleiding van een deskundige1 op het gebied van de soort waarvoor ontheffing is verleend. 8. De ontheffingshouder dient een ecologisch werkprotocol op te (laten) stellen waarin de in de ontheffing genoemde voorschriften zijn opgenomen. Alle betrokken partijen, met name ook de uitvoerenden op de bouw- of projectlocatie, dienen van het werkprotocol op de hoogte gesteld te worden. Meldingsplicht 9. De ontheffingshouder dient minimaal 5 werkdagen voorafgaand aan de werkzaamheden de start van de werkzaamheden te meiden bij de Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord. De melding dient plaats te vinden via het digitale meldformulier op de website van de RUD NHN. Specifieke voorschriften 10. Het nest van de torenvalk dient verwijderd te worden buiten het broedseizoen. Het broedseizoen, inclusief de baltsperiode, de periode voor nestbouw en de periode met aanwezigheid van niet zelfstandige vliegvlugge jongen loopt globaal van 1 maart tot 15 augustus. Afhankelijk van het seizoen en de weersomstandigheden kan deze periode langer dan wel korter zijn. De geschiktheid voor de periode van het verwijderen van het nest dient te worden bepaald door een deskundige op het gebied van de torenvalk. 11. Voorafgaand aan het verwijderen van het nest van de torenvalk dient gecontroleerd te worden of het nest door de jongen verlaten is. Indien er nog eieren of jongen in het nest aanwezig zijn, dient gewacht te worden met het verwijderen van het nest totdat de jongen het nest hebben verlaten. 12. Ter vervanging van het huidige nest van de torenvalk dienen minimaal twee alternatieve kasten (invliegopening: 42x27 centimeter, dak: 54x52 centimeter) gerealiseerd te worden, op de locaties zoals weergegeven in de bijlage bij dit besluit. De kasten dienen minimaal drie maanden voorafgaand aan het ongeschikt maken van het huidige nest te zijn geplaatst en minimaal 5 meter hoog te zijn geplaatst. 1 Het Ministerie van LNV verstaat onder een deskundige een persoon die voor de situatie en soorten ten aanzien waarvan hij of zij gevraagd is te adviseren en/of te begeleiden, aantoonbare ervaring en kennis heeft op het gebied van soortspecifieke ecologie. De ervaring en kennis dient te zijn opgedaan doordat de deskundige: op HBO-, dan wel universitair niveau een opleiding heeft genoten met als zwaartepunt (Nededandse) ecologie: en/of op MBO niveau een opleiding heeft afgerond met als zwaartepunt de Flora- en faunawet, soortenherkenning en zorgvuldig handelen ten opzichte van die soorten; en/of als ecoloog werkzaam is voor een ecologisch adviesbureau, zoals bijvoorbeeld een bureau welke is aangesloten bij het Netwerk Groene Bureaus; en/of zich aantoonbaar actief inzet op het gebied van de soortenbescherming en is aangesloten bij en werkzaam voor de daarvoor in Nededand bestaande organisaties (zoals bijvoorbeeld Zoogdiervereniging, RAVON, Stichting Das en Boom. Vogelbescherming Nederland, Vlinderstichting, Natuurhistorisch Genootschap, KNNV, NJN, IVN. EIS Nededand, FLORON, SOVON, STONE, Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten, De Landschappen en Stichting Beheer Natuur en Landelijk gebied) en/of zich aantoonbaar actief inzet op het gebied van de soortenmonitoring en/of - bescherming. Pagina 2 van 7

13. De twee geplaatste kasten zijn definitieve alternatieve nestplaatsen en dienen te blijven staan op de in de bijlage opgenomen locaties. 14. Het plangebied dient als foerageergebied van aanwezige torenvalken geschikt te blijven. Daartoe dienen, anders dan het verwijderen van de brugdelen, geen veranderingen te worden aangebracht in het plangebied. 15. U dient de kasten zo te plaatsen dat broedende torenvalken zo min mogelijk last hebben van de wind (opening op het oosten). Een deskundige op het gebied van de torenvalk dient dit vooraf te bepalen en vast te stellen. Uitgesloten dient te zijn dat water kan blijven staan in de kasten en dat ze schommelen in de wind. 16. De ontheffinghouder dient ervoor te zorgen dat de kasten, ophanging en de palen jaarlijks op gebreken worden gecontroleerd en gerepareerd. Geldigheid De ontheffing geldt voor de periode vanaf de verzenddatum van dit besluit tot en met 31 oktober 2023. Inhoudsopgave A. Onderwerp aanvraag B. Wettelijk kader C. Inhoudelijke beoordeling aanvraag D. Slotoverwegingen E. Procedure en samenhangende besluiten F. Kennisgeving A. Onderwerp aanvraag Project en plangebied In Amsterdam wordt een voormalig havengebied aan het IJ momenteel omgevormd tot de woonwijk De Houthaven. De Oostertoegang zal worden gemarkeerd door één van de Kramerbruggen, brug nr. 276 (hierna: Piet Kramerbrug). Deze brug overspande voorheen de Oostertoegang vlakbij het Centraal Station in Amsterdam, maar moest in het begin van deze eeuw wijken voor de aanleg van de Dtram. De hefbrug ligt sindsdien opgeslagen in het havengebied Noorderhoofd. Voor de reconstructie van de Piet Kramerbrug zullen deze onderdelen van het Noorderhoofd verwijderd worden. De onderdelen staan deels in de open lucht en zijn deels in containers opgeslagen. De belangrijkste onderdelen van de brug zijn de vier heftorens, het brugdek, de natuurstenen banden en trapelementen, het brugwachtershuisje en de leuningen. De brugonderdelen liggen opgeslagen op een industrieterrein langs het IJ, aan de Fosfaatweg in Amsterdam. Het betreft een rustige plek, met weinig tot geen menselijke activiteit. Het terrein is een kaal en onverhard terrein. Gebouwen en bomen ontbreken. Het terrein is begroeid met plantensoorten zoals smeerwortel, teunisbloem, gewone braam, grote brandnetel, reigersbek, boerenwormkruid, sint-janskruid, slangenkruid, akker- en kruldistel. Dit zijn soorten die kenmerkend zijn voor ruigten, ruderale verwaarloosde terreinen, bermen en uiterwaarden, en open, zandige, humusarme, kalk- en stikstofrijke bodems. Aanwezigheid torenvalk In het plangebied is een torenvalknest in een van de brugonderdelen (de heftoren) aanwezig. Met het verplaatsen van de heftoren gaat deze nestlocatie verloren. De nesten van de torenvalk vallen onder 'categorie 5'2. Dit betekent dat de nesten alleen jaarrond beschermd zijn als zwaarwegende feiten of ecologische omstandigheden dit rechtvaardigen. In de directe omgeving van het plangebied zijn geen alternatieve broedlocaties aanwezig. Derhalve zijn er ecologische omstandigheden welke rechtvaardigen dat het nest in de heftoren onder het jaarronde beschermingsregime valt. 2 Lijst jaarrond beschermde nesten, LNV, 2009. Pagina 3 van 7

Maatregelen Om negatieve effecten van de werkzaamheden op de soort tot een minimum te beperken stelt u maatregelen voor zoals beschreven op de pagina's 7 tot en met 9 van het bij de aanvraag gevoegde rapport'activiteitenplan Reconstructie Piet Kramerbrug'van 30 augustus 2018. De door u voorgestelde maatregelen zijn voldoende. Vooraf zorgt u voor voldoende alternatief dat in kwantiteit en kwaliteit overeenkomt met de huidige functionaliteit van de voortplantings- of rustplaatsen voor de aanwezige exemplaren van de torenvalk. Om te waarborgen dat er een potentiële nestlocatie in de omgeving van het plangebied beschikbaar blijft, worden er twee nieuwe nestkasten gerealiseerd. Hiermee is het voldoende aannemelijk dat het aanwezige torenvalkpaar in de directe omgeving van het plangebied kan blijven. Om aan de vereiste gewenningsperiode te voldoen, zijn de nestkasten nog in het broedseizoen van 2018 (uiterlijk begin augustus) geplaatst. Er zijn geen plannen waarbij het Noorderhoofd, waar de opgeslagen brugdelen zich bevinden, verder ontwikkeld wordt. Zodoende zijn er geen aanwijzingen dat de functionaliteit van het leefgebied en broedterritorium zal afnemen. Er blijft sprake van een terrein met extensieve, havengebonden bedrijvigheid zonder dat er sprake is van overheersend intensief grondgebruik. Stukken met ruigte gras, struweel en solitaire bomen blijven in vergelijkbare mate aanwezig. Het nest van de torenvalk in de brugdelen zal buiten het broedseizoen worden verwijderd of ontoegankelijk worden gemaakt. Het is de planning om de nestplaats in de periode dat deze niet wordt gebruikt (november 2018 t/m februari 2019) ongeschikt te maken. In die tijd zijn de torenvalken niet aanwezig op het nest. Het is daarom niet nodig om andere maatregelen te nemen, buiten het zorgvuldig werken teneinde verstoring van broedvogels te voorkomen. Indien het nest nog in gebruik is door de jongen, wordt het verwijderen van het nest uitgesteld totdat de jongen het nest hebben verlaten. Echter, ondanks alle maatregelen kunt u niet voorkomen dat verbodsbepalingen van de Wnb worden overtreden. Om die reden wordt voor bovenstaande werkzaamheden ontheffing gevraagd van de verbodsbepalingen genoemd in artikel 3.1, lid 2 van de Wnb. B. Wettelijk kader Soorten van de Voaelrichtliin De torenvalk is een beschermde vogelsoort als bedoeld in artikel 1 van de Europese Vogelrichtlijn. De richtlijn ziet op de bescherming van individuele vogels, hun eieren, hun nesten en hun leefgebieden. Op grond van artikel 3.1 van de Wnb is het verboden van nature in Nederland in het wild levende vogels van soorten als bedoeld in artikel 1 van de Vogelrichtlijn: opzettelijk te doden of te vangen (artikel 3.1, lid 1); opzettelijk nesten, rustplaatsen en eieren te vernielen of te beschadigen, of nesten van vogels weg te nemen (artikel 3.1, lid 2); eieren van vogels te rapen en deze onder zich te hebben (artikel 3.1, lid 3); opzettelijk te storen (artikel 3.1, lid 4). Het verbod, bedoeld in artikel 3.1, vierde lid, is niet van toepassing indien de storing niet van wezenlijke invloed is op de staat van instandhouding van de desbetreffende vogelsoort. Op grond van artikel 3.3 van de Wnb kunnen Gedeputeerde Staten ontheffing verlenen van verboden als bedoeld in artikel 3.1 of artikel 3.2, zesde lid, ten aanzien van vogels van daarbij aangewezen soorten, dan wel ten aanzien van hun nesten, rustplaatsen of eieren. Een ontheffing wordt uitsluitend verleend, indien er geen andere bevredigende oplossing bestaat, dat er niet bij of krachtens enig ander artikel van deze wet vrijstelling is of kan worden verleend, de maatregelen niet leiden tot verslechtering van de staat van instandhouding van de desbetreffende soort, en zij nodig is op grond van een in de wet genoemd belang. Te weten: in het belang van de volksgezondheid of de openbare veiligheid; in het belang van de veiligheid van het luchtverkeer; ter voorkoming van belangrijke schade aan gewassen, vee, bossen, visserij of wateren; ter bescherming van flora of fauna; voor onderzoek of onderwijs, het uitzetten of herinvoeren van soorten, of voor de daarmee samenhangende teelt, of Pagina 4 van 7

om het vangen, het onder zich hebben of elke andere wijze van verstandig gebruik van bepaalde vogels in kleine hoeveelheden selectief en onder strikt gecontroleerde omstandigheden toe te staan. Het nest van een vogel is de plaats of ruimte die een vogel gebruikt voor het leggen en uitbroeden van de eieren en, voorzover het geen nestvlieders betreft, het grootbrengen van de jongen. In de context van artikel 3.1, tweede lid van de Wnb moet onder nest ook de inhoud en de functionele omgeving daarvan, voorzover het broedsucces van vogels daarvan afhankelijk is, worden begrepen. Daartoe zijn alle activiteiten begrepen die het broedsucces negatief beïnvloeden of teniet doen. Artikel 3.1, tweede lid van de Wnb is gedurende het broedseizoen van toepassing op alle in gebruik zijnde nesten van vogels. De meeste vogels maken elk broedseizoen een nieuw nest of zijn in staat een nieuw nest te maken en gebruiken hun nest niet als vaste rust- of verblijfplaats. Dergelijke nesten voor eenmalig gebruik genieten buiten het broedseizoen niet de bescherming van artikel 3.1, tweede lid van de Wnb. Nesten van de torenvalk vallen onder de categorie 5 nesten. Categorie 5 nesten zijn niet jaarrond beschermd, tenzij zwaarwegende feiten of ecologische omstandigheden dit rechtvaardigen. Van het huidige nest is beoordeeld dat deze belangrijk is voor de lokale populatie van de torenvalk, waardoor deze een jaarronde bescherming geniet. C. Inhoudelijke beoordeling aanvraag Andere bevredigende oplossing Het beoogde project is door het hergebruik van opgeslagen brugdelen locatie gebonden. Het hergebruik is gunstig voor het milieu, aangezien productie van een nieuwe brug een grotere milieu-impact heeft. Er zijn geen alternatieven voorhanden, omdat er elders geen vergelijkbare, passende brug voor hergebruik ligt. Met de uitvoering wordt rekening gehouden met de broedperiode van de torenvalk. Door het nest te verwijderen buiten het broedseizoen, wordt verstoring van jongen of beschadigen van eieren voorkomen. Een alternatieve planning leidt tot meer effecten. Door de gekozen inrichting, werkwijze en de planning (buiten de kwetsbare periode) wordt schade aan de torenvalk zoveel mogelijk voorkomen. Hiermee is het voldoende aangetoond dat geen andere bevredigende oplossing voorhanden is. Belang van de ingreep U heeft ontheffing van verbodsbepalingen aangevraagd op grond van het belang: 'volksgezondheid of de openbare veiligheid'. Zoals beschreven in het bij de aanvraag gevoegde activiteitenplan behelst het project het terugplaatsen van de monumentale Piet Kramerbrug als nieuwe 'Gevlebrug' in de Houthavens te Amsterdam. De brug zal de verbinding gaan vormen tussen de Pontsteiger en het Karlskrona eiland. Deze verbinding is noodzakelijk om de nieuwe woongebieden daar te ontsluiten voor woon- en werkverkeer van bewoners en ten behoeve van de bereikbaarheid voor hulpdiensten. Deze ontsluiting vormt niet alleen in de definitieve situatie één van de toegangsroutes voor beide deelgebieden, maar dient ook als toegangsweg voor werkverkeer tijdens de werkzaamheden aan het Karlskrona eiland, als onderdeel van de gehele gebiedsontwikkeling van de Houthavens. De herbouw van de Gevlebrug is een onderdeel van de infrastructuur van de Houthaven. De brug zal fungeren als één van de hoofdwegen in het gebied en is daarmee zeer belangrijk voor de ontsluiting. Als de brug niet gebouwd kan worden zal het Karlskrona eiland niet ontsloten kunnen worden voor bewoners en hulpdiensten. De bereikbaarheid voor hulpdiensten is cruciaal in het kader van de gezondheid van de bewoners van het Karlskrona eiland. De ontsluiting is noodzakelijk in het kader van openbare veiligheid aangezien bewoners van Karlskrona eiland en de Pontsteiger vanwege de mogelijkheid om meerdere vluchtroutes te hebben ten tijde van noodsituaties. Gelet op het voorgaande en de onverminderde actualiteit van de naar voren gebrachte omstandigheden zijn wij van oordeel dat het voornoemde belang voldoende onderbouwd is. Pagina 5 van 7

Staat van instandhouding De landelijke staat van instandhouding van de torenvalk is door SOVON als matig ongunstig beoordeeld3. Zowel landelijk als in IMoord-Holland is een matige afname van de torenvalk te zien4. Sinds de jaren '90 neemt het aantal broedparen af, wat voornamelijk te wijten is aan de afnemende voedselbeschikbaarheid door het intensievere grondgebruik. Door het verplaatsen van de brugdelen gaat het aanwezige torenvalknest verloren. Echter, u zorgt ervoor dat er twee permanente alternatieve nestlocaties in het plangebied worden gerealiseerd. In het plangebied zijn verder geen werkzaamheden gepland, waardoor het foerageergebied van de aanwezige exemplaren van de torenvalk geschikt blijft voor de soort. Door het terugplaatsen van twee permanente alternatieve nestplaatsen in de vorm van nestkasten is het voldoende aannemelijk dat het plangebied geschikt blijft voor de torenvalk. Bekend is dat, mits goed geplaatst, kasten door de torenvalk regelmatig worden gebruikt als broedlocatie. Hiermee wordt verwacht dat de aanwezige exemplaren van de torenvalk in het plangebied aanwezig blijven. De gunstige staat van instandhouding van de torenvalk komt niet in gevaar, mits gewerkt wordt conform de door u voorgestelde maatregelen en volgens de overige in de ontheffing opgelegde voorschriften. Zorgplicht Voor de soort waarvoor wij u ontheffing verlenen, bent u gehouden aan de in de ontheffing opgenomen voorschriften. Voor alle soorten echter, geldt de zorgplicht ex artikel 1.11 van de Wnb, die van toepassing is op zowel beschermde als onbeschermde dier- en plantensoorten, ongeacht vrijstelling of ontheffing. Op grond hiervan dient u zoveel als redelijkerwijs mogelijk is nadelige gevolgen voor deze soorten te voorkomen. Vogels U dient gedurende de werkzaamheden rekening te houden met het broedseizoen van vogels. Verstoring van broedgevallen van vogels dient te worden voorkomen. Voor de in het plangebied te verwachten vogelsoorten kan dit plaatsvinden door werkzaamheden buiten de broedperiode van aanwezige soorten uit te voeren. Tevens kunnen voorbereidende maatregelen worden getroffen om te voorkomen dat vogels tot broeden kunnen komen binnen het plangebied. Wij wijzen u erop dat voor het broedseizoen geen standaardperiode wordt gehanteerd in het kader van de Wnb. Van belang is of een broedgeval aanwezig is, ongeacht de periode. D. Slotoverwegingen Indien blijkt dat de in de ontheffing gestelde termijn niet voldoende is om de werkzaamheden waarop de ontheffing betrekking heeft uit te voeren, dient u, zeker vijf maanden voor het verstrijken van deze termijn een nieuwe aanvraag in te dienen. Dit voorkomt onnodige vertraging van het project, E. Procedure en samenhangende besluiten De voorbereiding van deze vergunning heeft plaatsgevonden overeenkomstig het bepaalde in hoofdstuk 5 van de Wnb en de daarvoor relevante artikelen van de Algemene wet bestuursrecht. Wij wijzen u erop dat uw aanvraag betrekking heeft op een activiteit waarvoor mogelijk ook op grond van andere wet- en regelgeving een besluit nodig is. Tevens kunnen er overige belemmeringen zijn in het kader van ruimtelijke belangen. F. Kennisgeving Van dit besluit wordt door ons kennisgegeven door middel van een publicatie op de website van de Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Hoiland Noord. Postbus 3 https://www.sovon.nl/nl/soort/3040 4 Netwerk Ecologische Monitoring, Sovon & CBS, https://www.sovon.nl/nl/content/broedvogeltrends 2095 1620 EB Hoorn www.rudnhn.nl Pagina 6 van 7

Meer informatie Heeft u nog vragen? Neemt u dan contact op met mevrouw E.J.G. Ros via 088-102 18 94 of eros@rudnhn.nl. Wij verzoeken u hierbij het zaaknummer te vermelden. Hoogachtend, 3 ptaten van Noord-Holland, rï'/.m.j. Sweep 'Afdelingsmanager Regulering Leefomgeving Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord (RUD NHN) In maart 2019 verandert onze naam in Omgevingsdienst Noord-Holland Noord (OD NHN). Voor meer informatie zie www.rudnhn.nl. Bijlage: Kopie aan: - Kaart ligging plangebied en locatie alternatieve nestplaatsen - Afdeling Toezicht & handhaving RUD NHN Rechtsbescherming U en andere belanghebbenden die het niet eens zijn met dit besluit, kunnen binnen 6 weken, gerekend vanaf de dag na datum van verzending van dit besluit, een bezwaarschrift indienen bij gedeputeerde staten van Noord-Holland, ter attentie van de secretaris van de Hoor- en adviescommissie, Postbus 3007, 2001 DA HAARLEM. Het bezwaarschrift moet in ieder geval het volgende bevatten: uw naam, adres, postcode en woonplaats; de datum; over welk besluit het gaat (u kunt het beste een kopie van dit besluit bijsluiten); de redenen waarom u het niet eens bent met het besluit; uw handtekening. Het indienen van een bezwaarschrift schorst de werking van dit besluit niet. Indien onverwijlde spoed dit vereist, kunt u de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord- Holland, Sectie bestuursrecht, Postbus 1621, 2003 BR HAARLEM vragen om een voorlopige voorziening te treffen. U kunt het verzoekschrift ook digitaal bij de rechtbank indienen via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Voor meer informatie verwijzen wij naar www.rechtspraak.nl. Voor de behandeling van het verzoek wordt griffierecht geheven. De provincie wil bezwaren tegen besluiten graag op informele wijze behandelen. Als uw bezwaar in aanmerking komt voor deze informele behandeling nemen wij op korte termijn telefonisch contact met u op. In verband hiermee verzoeken wij u om in uw bezwaarschrift het telefoonnummer te vermelden waarop u overdag bereikbaar bent. Voor meer informatie over de informele behandeling kunt u telefonisch contact opnemen met provincie Noord-Holland. stbus 2095 1620 EB Hoorn www.rudnhn.nl Pagina 7 van 7

Bijlage: Ligging plangebied en locaties alternatieve nestkasten Noorderhoofd met locaties van de huidige nestlocatie (rode ster) en de nieuw geplaatste, alternatieve nestlocaties (gele sterren). De nestkasten in de buurt van de huidige locatie (links) en verderop op het terrein achter de loods (rechts).