CMFB 03-09-2013 Agendapunt: CMFB 5



Vergelijkbare documenten
Voorstel aan dagelijks bestuur

DB-vergadering Agendapunt 5

WATERSCHAPSBLAD 2010, NUMMER 25 BIJL.: Agendapunt: 6

Voorstel aan dagelijks bestuur

DB-vergadering Agendapunt 15

DB-vergadering Agendapunt 9

ARCHIEF * * Corsa-nr Datum 15 april 2013 Onderwerp Bijlage 2 behorend bij DB-voorstel Project

Onderstaande tabel geeft het verloop weer van onze huidige langlopende geldleningen.

Advies: Kennis te nemen van de treasuryrapportage 2014 inclusief de geactualiseerde liquiditeitsprognose

PROGRAMMABEGROTING

PROGRAMMABEGROTING

De inschatting van de kans op eventuele wanbetalingen bij toekomstige rente- en aflossingsbetalingen op schuldpapier; Renterisico

Paragraaf 4: Financiering

Schatkistbankieren: Centen wijs, Eurodom

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2014;

2.4 Paragraaf 4 Financiering en beleggingen

Investeringskasstroom: Investeringen maatschappelijk nut -25,5 Investeringen economisch nut -83,4 Investeringen grondexploitaties (netto) -0,6

Treasurystatuut Treasurystatuut Veiligheidsregio Kennemerland Pagina 1

PARAGRAAF 3 FINANCIERING

AB WATERSCHAPSBLAD 2009, NUMMER 20 BIJL.: DIV. Agendapunt: 15. Sittard, 2 februari 2009 AAN HET ALGEMEEN BESTUUR

PARAGRAAF 3 FINANCIERING

4. PARAGRAAF FINANCIERING. Wat is financiering?

DB-vergadering Agendapunt 5

CMFB Agendapunt 6

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Treasurystatuut Regio Twente 2016

Treasurystatuut 2010

Raadsmededeling - Openbaar

Treasurystatuut. Conceptversie 1.6, december 2014

PROGRAMMABEGROTING Gemeente Leiderdorp

Paragraaf Financiering

TREASURYSTATUUT GEMEENTE VELSEN 2014

Raadsvoorstel Treasurystatuut gemeente Eindhoven 2015

Treasurystatuut VRU Vastgesteld door het algemeen bestuur d.d. 19 februari 2018

PARAGRAAF 3. Financiering. Begroting 2011 Paragraaf 3 Financiering

4. PARAGRAAF FINANCIERING. Wat is financiering?

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

BEGROTING Paragraaf Financiering

Memo. Leden van het algemeen bestuur. Treasuryberaad. Datum 30 mei Onderwerp Financieringsbehoefte 2016

Treasurystatuut 2018

Treasurystatuut. Acis, Stichting openbaar primair onderwijs Hoeksche Waard

Treasurystatuut. Status: Besproken in MT d.d. 14 augustus 2017 Naar DB d.d. 2 oktober 2017 Naar GMR d.d. 9 november 2017 Vastgesteld d.d.

Treasurystatuut voor. Waterschap Brabantse Delta

Treasury Statuut Vastgesteld 10 april 2017

Treasurystatuut 2016 Gemeenschappelijke Regeling Avri

Inleiding Treasurybeleid... 2 Doelstellingen, Uitgangspunten, limieten, begrippen, indeling

FINANCIERINGSSTATUUT OMGEVINGSDIENST GRONINGEN

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

BIJLAGE 2 Was-wordt tabel

Treasurystatuut Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland

Treasurystatuut Samenwerkingsverband Driegang (SWV 28-16)

4.4 Financiering De financiering van de gemeente Spijkenisse

Treasurystatuut Nordwin College

Treasurystatuut Omgevingsdienst Midden- en West- Brabant

Treasurystatuut Aqualysis 2014

Memo. Leden van het algemeen bestuur. Treasuryberaad. Datum 17 juni Onderwerp Financieringsbehoefte 2016

PARAGRAAF 4 : FINANCIERING

Het algemeen bestuur van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Rijk van Nijmegen;

TREASURYSTATUUT. Stichting Samenwerkingsverband Primair Onderwijs Westland (SPOW)

.*. rti. Voor u ligt de Nieuwsbrief Schatkistbankieren, speciaal bedoeld voor decentrale overheden.


Aan de raad AGENDAPUNT 6.9

Treasurystatuut. Stichting Proloog

Treasurystatuut Gemeente Borsele 2015

Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam (OSVS)

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland)

Uitgangspunten Het treasurybeleid van de Stichting maakt deel uit van het financiële beleid van de Stichting.

Officiële uitgave van Gemeentelijke Gezondheidsdienst Noord- en Oost-Gelderland. Treasurystatuut GGD Noord- en Oost-Gelderland 2016

Treasurystatuut Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant

RUD UTRECHT. Besluit van het Algemeen Bestuur van de RUD Utrecht

TREASURYSTATUUT RECREATIESCHAP ROTTEMEREN

Treasurystatuut Stichting voor Bijzonder Voortgezet Onderwijs Bilthoven

Treasurystatuut. november 2018

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Treasurystatuut. Treasurystatuut

FINANCIËLE VERORDENING RECREATIESCHAP DOBBEPLAS

Hoogheemraadschap van Delfland NOTA TREASURYBELEID. Versie: 1.0 Datum: 25 november Nota Treasurybeleid 1

In het statuut worden afspraken over onderwerpen als beheersing van rentekosten en -risico's, financierings- en beleggingsvraagstukken vastgelegd.

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

vast te stellen het navolgende Treasurystatuut 2016 van de gemeente Amersfoort.

Beleidsregels 1. Doelstelling treasuryfunctie 2

Grip op Financiën. 13 januari 2015 Sector Control

DB-vergadering Agendapunt 10

Geïntegreerd middelenbeheer

Bekendmaking van het Treasurystatuut, door het dagelijks bestuur vastgesteld bij besluit van 18 december 2012, nr. 09

Inleiding. Treasurystatuut. Algemeen

Treasury statuut. Versiebeheer V2, Besluitvormingscyclus 6 Vaststelling RvT Vastgesteld CvB

Begroting 2018 Financiering Provincie Gelderland

Besluit van het bestuur van de gemeenschappelijke regeling Shared Service Centrum Ons houdende regels omtrent Treasurystatuut

Treasurystatuut. Gemeente Westvoorne

Deelplan IC Treasury Gemeente Lingewaard

ONDERWIJSSTICHTING KEMPENKIND EERSEL

Voorstel aan dagelijks bestuur

Treasurystatuut van het SWV VO 2603

GEMEENTEBLAD. Nr Treasurystatuut 2015 gemeente Landerd. 1 Inhoudsopgave

Programmabegroting Versie:

Datum 26 april 2017 Betreft Vragen van het lid Leijten (SP) over het bericht dat spaarders geen rente meer krijgen op hun spaargeld

Wet van 14 december 2000, houdende nieuwe bepalingen inzake het financieringsbeleid van openbare lichamen (Wet financiering decentrale overheden)

Treasurystatuut. Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op de Wet financiering decentrale overheden;

Voorwoord. De manier waarop deze plaats vindt is in dit treasurystatuut vastgelegd. Wezep, april VPCPO De Akker Treasurystatuut 2

Transcriptie:

CMFB 03-09-2013 Agendapunt: CMFB 5 Sittard, 20 augustus 2013 AAN DE COMMISSIE MIDDELEN EN FINANCIEEL BELEID Onderwerp: Tussentijdse verantwoording treasurybeleid 2013. Toelichting In het kader van de Wet Financiering decentrale overheden (Wet Fido) die met ingang van 1 januari 2001 in werking is getreden, is een treasuryparagraaf verplicht voorgeschreven. De basis van de treasuryparagraaf wordt gevormd door het treasurystatuut. Op 1 maart 2011 heeft het algemeen bestuur het Treasurystatuut 2011 vastgesteld. Naast het treasurystatuut is de treasuryparagraaf een belangrijk instrument voor het sturen en beheersen van, verantwoorden over en toezicht houden op treasury. Treasury is het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico s. Het treasurystatuut geeft de infrastructuur voor de treasuryfunctie. In de programmabegroting wordt het treasurybeleid voor het volgende jaar opgenomen door middel van concrete plannen en in de programmarekening gaat het om de realisatie van die plannen en om een verschillenanalyse tussen raming en realisatie. Tussentijdse verantwoording Jaarlijks vindt een tussentijdse verantwoording plaats over het gevoerde treasurybeleid../. Als bijlage treft u dan ook de 'Tussentijdse rapportage treasurybeleid 2013' aan. Hierin wordt op hoofdlijnen over het eerste halfjaar van 2013 een tussentijdse verantwoording afgelegd over het gevoerde treasurybeleid en een doorkijk gegeven naar de rest van het jaar. Ook zijn de resultaten van de treasuryscan die de NWB-bank voor ons waterschap heeft uitgevoerd, in de voorliggende rapportage opgenomen. Voorstel Wij stellen u voor een en ander voor kennisgeving aan te nemen. Het dagelijks bestuur, de secretaris/directeur, ing. J.M.G. In den Kleef de voorzitter, dr. J.J. Schrijen 131700 1/1

TUSSENTIJDSE RAPPORTAGE TREASURYBELEID 2013

Tussentijdse rapportage Treasurybeleid 2013 In het kader van de Wet financiering decentrale overheden (wet Fido), welke met ingang van 1 januari 2001 in werking is getreden, is een treasuryparagraaf in de begroting verplicht voorgeschreven. De basis van de treasuryparagraaf wordt gevormd door het treasurystatuut 2011 dat op 1 maart 2011 door het algemeen bestuur is vastgesteld. Treasury is het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico s. Schematisch kan de relatie tussen het treasurystatuut, treasuryparagraaf (lees jaarplan) en de treasuryuitvoering als volgt in beeld worden gebracht. Onderstaand wordt op hoofdlijnen over het eerste halfjaar van 2013 (tussentijds) verantwoording afgelegd over het gevoerde treasurybeleid bij het waterschap en wordt een doorkijk gegeven naar de rest van het dienstjaar. Ook wordt nog ingegaan op het schatkistbankieren dat met ingang van 1 januari 2014 zijn intrede doet. In deze tussentijdse verantwoording beperken we ons tot de navolgende onderwerpen: 1. Landsbanki Island; 2. renteontwikkeling; 3. liquiditeitspositie; 4. renteresultaat; 5. herziening kredietopslag basisrentelening; 6. kasgeldlimiet; 7. schatkistbankieren; 8. Wet Hof; 9. Treasuryscan NWB-bank.

Ad 1. Landsbanki Island Het waterschap heeft op 30 mei 2008 een deposito van 5.000.000 geplaatst bij Landsbanki Island. Landsbanki heeft na het verstrijken van de looptijd niet aan de financiële verplichting kunnen voldoen. Na een langdurig juridisch proces heeft de Hoge Raad van IJsland op 28 oktober 2011 de claim van de Noord-Hollandgroep, waar het waterschap deel van uit maakt, als preferent erkend. De preferente claim voor Roer en Overmaas is vastgesteld op 5.235.173,71. Op 6 januari 2012 is de eerste uitbetaling van 1.625.618,06, op 6 juni 2012 de tweede uitbetaling van 706.979,05 en op 11 oktober 2012 de derde uitbetaling ter grootte van 334.913,97 ontvangen. De vordering van Landsbanki is rekeninghoudende met het te verwachten recoverypercentage en eventuele valutarisico s in de jaarrekening 2012 gewaardeerd op 95% van de nominale vordering. Gelet op de uitbetalingen bedraagt de openstaande vordering op de balans per 1-1-2013 nog 2.061.601,92. In onderstaande overzichten is weergeven hoe de afloop van het uitstaande deposito er uitziet, benaderd vanuit de openstaande balanspost per 1 januari 2012 van WRO en de preferente claim van Landsbanki. Tot slot kan nog worden vermeld de afwikkeling van het Landsbanki dossier naar verwachting eind 2017 zal zijn gerealiseerd. Vordering Landsbanki balans WRO per 1-1-2012 4.729.113,00 Af: - 1e uitbetaling op NWB-bank 06-01-2012 34,37% 1.625.618,06-2e uitbetaling op NWB-bank 06-06-2012 14,95% 706.979,05-3e uitbetaling op NWB-bank 11-10-2012 7,08% 334.913,97 totaal 2.667.511,08 Restant vordering 2.061.601,92 Preferente claim Landsbanki* 5.235.173,71 Af: - 1e uitbetaling op NWB-bank 06-01-2012 31,05% 1.625.618,06-2e uitbetaling op NWB-bank 06-06-2012 13,50% 706.979,05-3e uitbetaling op NWB-bank 11-10-2012 6,40% 334.913,97 totaal 2.667.511,08 Restant claim op basis van uitbetaling 2.567.662,63 * De preferente claim bestaat naast het nominale deposito van 5.000.000 uit de contractuele rente van het deposito (5,32% over de periode 30-05-2008 tot 15-12-2008) de wettelijke rente (6% over de periode 15-12-2008 tot 22-04-2009) minus de reeds ontvangen uitkering uit het depositogarantiefonds ( 20.887).

Laatste stand van zaken Op basis van financiële informatie van de Winding Up Board van Landsbanki per 31 maart 2013 (gepubliceerd op 30 mei 2013) is gebleken dat het recoverypercentage van de preferente claims van Landsbanki al op 117% ligt. In januari 2013 is het proces gestart dat de niet preferente crediteuren hebben aangespannen tegen de Winding Up Board (WUB) van Landsbanki waarin zij eisen dat niet de koers van 22 april 2009 wordt gebruikt voor de verrekening van de uitbetalingen maar de offshore koers (lees actuele koers) op het moment van uitbetaling. In de tweede helft van dit jaar zal de rechtbank hierover een uitspraak doen. Naar verwachting zal echter, ongeacht de inhoud van het vonnis van de rechtbank, worden geprocedeerd voor de IJslandse Hoge Raad. Ondanks dat dit proces nog loopt heeft Landsbanki een 4 e uitkering voorbereid. Doordat echter de zogenaamde capital controls in IJsland bij wet zijn aangescherpt zal de IJslandse centrale bank toestemming moeten geven voor de uitbetaling. De capital controls zijn bedoeld om de IJslandse kroon te beschermen tegen koersschommelingen. Ad 2. Renteontwikkeling Sinds geruime tijd worden de ontwikkelingen op de financiële markten sterk beïnvloed door de Europese schuldencrises. De verwachting is dat - ondanks dat in het tweede halfjaar enig herstel te verwachten is - deze situatie aanhoudt omdat de Europese schuldencrisis door sluimert en de economie minder goed draait dan in Amerika. Zo liet de economie in Nederland in het 1 e kwartaal van 2013 nog een lichte krimp zien. De inflatie in de eurozone bevindt zich momenteel op een niveau van 1,4% en de verwachting van de financiële instellingen is dat deze uiteindelijk nog iets lager zal uitkomen. De inflatie in Nederland daarentegen is 2,6% en is met name veroorzaakt door een aantal belastingstijgingen in het begin van het jaar. Om de economische groei te bevorderen heeft de Europese Centrale Bank (ECB) op 2 mei 2013 de rente met 0,25% verlaagd tot een historisch dieptepunt van 0,50%. De depositorente werd niet verlaagd maar bleef op 0%. Verder blijft de centrale bank tot minstens medio 2014 onbeperkt liquiditeit verschaffen via haar herfinancieringstransacties. Belangrijk voor de economische groei is ook dat de Europese Commissie diverse landen één of twee jaar uitstel heeft gegeven om het begrotingstekort weer onder 3% van het BBP te brengen. Wel is de werkloosheid, en dan met name de jeugdwerkloosheid, in de eurozone tot een nieuw record van ruim 12% gestegen. De korte rente (lees debetrente) is door de aanhoudende schuldencrisis in de eerste helft van 2013 onveranderd gebleven op 0,25%. De lange rente heeft door het achter blijven van het economisch herstel van de wereldeconomie in de eerste maanden van het jaar een licht dalende trend laten zien. Doordat de Amerikaanse centrale bank (FED) het voornemen heeft uitgesproken om de steunmaatregelen, te weten het maandelijks opkomen van $85 miljard aan obligaties, af te gaan bouwen is in juni de rente echter iets opgelopen waardoor het renteniveau zich momenteel weer bevindt op het niveau van het begin van het jaar. De lange rente wordt in tegenstelling tot de korte rente niet bepaald door de ECB maar door de markt.

In onderstaand overzicht en grafiek is dit weergegeven door middel van de rentetarieven die door de Nederlandse Waterschapsbank (NWB-bank) worden gehanteerd. Renteniveau NWB per Rentevorm 1-1-2013 1-4-2013 30-6-2013 Korte rente Rekening-courant rente 0,25% 0,25% 0,25% Lange rente 10 jaar gelijk 1,85% 1,64% 1,87% 15 jaar gelijk 2,36% 2,16% 2,38% 20 jaar gelijk 2,80% 2,52% 2,74% 25 jaar gelijk 3,11% 2,80% 3,00% Ad 3. Liquiditeitspositie De liquiditeitspositie van het waterschap over het dienstjaar 2013 is onderstaand weergegeven. De gegevens zijn gebaseerd op de liquiditeitsprognose welke maandelijks wordt bijgesteld. Over het eerste halfjaar is sprake van werkelijke cijfers en over het restant van het jaar van prognoses. Maand (eind) Liquiditeitspositie exclusief Landsbanki (afgerond op 1.000) Uitstaande gelden Landsbanki Januari - 16.082.000 2.062.000 Februari - 23.154.000 2.062.000 Maart - 22.198.000 2.062.000 April - 13.059.000 2.062.000 Mei - 8.842.000 2.062.000 Juni -4.585.000 2.062.000 Verwachting Juli 682.000 2.062.000 Augustus - 229.000 2.062.000 September - 2.028.000 2.062.000 Oktober - 11.354.000 2.062.000 November - 10.122.000 2.062.000 December - 14.893.000 2.062.000

Liquiditeitsprognose 2013 5 Miljoenen 0-5 januari februari maart april mei juni juli augustus september oktober november december -10-15 -20-25 Zoals uit bovenstaande tabel en grafiek kan worden opgemaakt is het waterschap de eerste halfjaar van 2013 geconfronteerd met een aanzienlijk liquiditeitstekort. Door de aanslagoplegging van de waterschapslasten 2013, die grotendeels op 31 maart heeft plaatsgevonden, laat de liquiditeitsprognose vanaf juli echter weer een positiever (lees gebruikelijk) beeld zien. Ook de uitbetaling van het positieve rekeningresultaat 2012 van het WBL in juli dat voor Roer en Overmaas 3.098.000 bedraagt heeft een positief effect op de liquiditeitspositie. De liquiditeitspositie ontwikkeld zich dan ook zoals verwacht. Ad 4. Renteresultaat Gelet op het fluctuerende rekening-courantsaldo en de daarmee gepaard gaande rentekosten is de financieringsconstructie van het waterschap, evenals voorgaande jaren, een constant punt van aandacht. Uitgangspunten hierbij zijn de beperking van de rentekosten en de minimalisering van de renterisico s op lange termijn binnen de kaders van de wet Fido en de kaders zoals aangegeven door het algemeen bestuur. Debetrente In het verslagjaar zijn (tijdelijke) liquiditeitstekorten door middel van kasgeldleningen gefinancierd. Onderstaand is weergegeven welke bedragen door middel van deze systematiek in het eerste halfjaar van 2013 zijn gefinancierd en welk voordeel, uitgedrukt in percentage, is behaald ten opzichte van de korte rente.

Periode Bedrag Rentepercentage kasgeldlening financiële instelling Rentepercentage debetrente RC NWB-bank Voordeel 04-01-2013 tot 04-02-2013 13.000.000 0,05% 0,25% 0,20% 30-01-2013 tot 01-03-2013 5.000.000 0,04% 0,25% 0,21% 04-02-2013 tot 04-03-2013 13.000.000 0,05% 0,25% 0,20% 22-02-2013 tot 22-03-2013 4.000.000 0,05% 0,25% 0,20% 01-03-2013 tot 01-04-2013 4.500.000 0,06% 0,25% 0,19% 04-03-2013 tot 04-04-2013 12.000.000 0,06% 0,25% 0,19% 08-03-2013 tot 08-04-2013 2.000.000 0,05% 0,25% 0,20% 25-03-2013 tot 25-04-2013 3.500.000 0,05% 0,25% 0,20% 02-04-2013 tot 02-05-2013 5.000.000 0,05% 0,25% 0,20% 04-04-2013 tot 03-05-2013 10.000.000 0,06% 0,25% 0,19% 25-04-2013 tot 24-05-2013 5.500.000 0,05% 0,25% 0,20% 06-05-2013 tot 06-06-2013 5.000.000 0,05% 0,25% 0,20% 22-05-2013 tot 21-06-2013 2.000.000 0,05% 0,25% 0,20% 24-05-2013 tot 24-06-2013 5.500.000 0,05% 0,25% 0,20% 24-06-2013 tot 15-07-2013 7.000.000 0,05% 0,25% 0,20% Met deze systematiek is in de 1 e helft van 2013 ten opzichte van de debetrente een rentevoordeel gerealiseerd van 15.696. Creditgelden Zoals uit de liquiditeitspositie blijkt zijn de liquiditeitsoverschotten in 2013 beperkt. Alleen in juli is op basis van de voorliggende liquiditeitsprognose sprake van een beperkt overschot dat echter een incidenteel karakter heeft. Aangezien de rentevergoeding van de NWB-bank voor creditgelden en deposito`s 0% is, is binnen de kaders van het treasurystatuut 2011 gezocht naar een mogelijkheid om een renteopbrengst te genereren voor het liquiditeitsoverschot, met de restrictie dat de gelden door het fluctuerende karakter direct opvraagbaar zijn. In 2012 zijn de overtollige gelden direct opvraagbaar tot een bedrag van maximaal 5.000.000 uitgezet bij de Rabobank via de Spaar Vrij rekening. Aangezien de Spaar Vrij rekening van de Rabobank nog actief is heeft het dagelijks bestuur op 26 maart 2013 ermee ingestemd het beleid voor het uitzetten van creditgelden in 2013 te continueren en wederom gebruik te maken van de nog actieve Spaar Vrij rekening van de Rabobank waarvan de looptijd verlengd is tot 1 januari 2014. Onderstaand overzicht is de rating van de Rabobank en het rentepercentage van de Spaar Vrij rekening afgezet tegen die van de NWB-bank en de BNG en zijn de kenmerken van de Spaar Vrij rekening nog even opgesomd.

Bankinstelling Rating bank Naam rekening Rentepercentage per 30 juni 2013 NWB-bank Moody s: AAA Fitch: AAA Maximaal rentedragend bedrag Rekeningcourant / deposito 0% n.v.t. BNG-bank Moody s: AAA Fitch: AAA Rekeningcourant / deposito 0% n.v.t. Rabobank Moody s : AA Fitch: AA Rabo Spaar Vrij rekening 1,60% over gehele saldo De Spaar Vrij rekening is een dagelijks vrij opneembare spaarrekening met een rentevergoeding, van 1,6% (30 juni 2013). Verder heeft de rekening de navolgende kenmerken: volledige opnamevrijheid direct toegang tot het geld via (Rabo) internetbankieren maximuminleg 5.000.000 rente wordt jaarlijks op de eerste werkdag van het jaar uitgekeerd rentepercentage is variabel en gekoppeld aan de Rabo Internet Sparen looptijd tot 1 januari 2014 Resultaat Doordat de rente in 2013 door de aanhoudende Europese schuldencrisis lager is gebleven dan het percentage waarmee rekening was gehouden bij de totstandkoming van de begroting 2013 heeft dit een positief effect op het renteresultaat van het waterschap ten opzichte van de planning. Via de voorjaarsrapportage 2013 die door het algemeen bestuur op 25 juni 2013 is vastgesteld, is de post rentekosten in de begroting 2013 dan ook met 100.000 neerwaarts bijgesteld. Ad 5. Herziening kredietopslag basisrentelening Gelet op de financieringsconstructie van het Waterschap heeft het algemeen bestuur op 5 juli 2011 een basisrentelening met stortingsdatum 31 mei 2012 van 17.000.000, looptijd 25 jaar lineair / rentevast en een kredietopslag van één jaar bij de NWB-bank afgesloten. Verder is besloten om het dagelijks bestuur te machtigen bij iedere herziening van de kredietopslag (eerstvolgende: 31 mei 2013) een besluit te nemen. Gelet op de renteontwikkeling is op 12 juli 2011 de basisrentelening aangegaan tegen een rentepercentage van 3,55% en een kredietopslag van 0,05% (tot 31 mei 2013). Het all percentage van de lening bedroeg dan ook 3,60%. De stand van de lening bedraagt per 31 mei 2013 16.320.000. Kredietopslagen hebben zich sinds de kredietcrisis geopenbaard. Banken betalen extra kredietopslagen voor de inkoop van de eigen financiering en berekenen dit door aan de klanten. Dit staat los van de kredietwaardigheid van bank. De kredietopslagen waren na de val van Lehman Brothers (eind 2008) zeer hoog en zijn sindsdien verbeterd. Kredietopslagen zijn moeilijk voorspelbaar en zijn evenals de renteontwikkeling onderhevig aan fluctuaties die veroorzaakt kunnen worden door 'wereldse' gebeurtenissen.

De optimale situatie is indien de opslagen op moment van herziening niet meer aan de orde zouden zijn. Door de schuldencrisis zijn de kredietopslagen echter hoger dan in een stabiele situatie. Voor een langere periode zijn deze dan ook nog fors waardoor het niet opportuun is om te kiezen voor een lange periode. Door te kiezen voor een korte periode wordt de kredietopslag in de lening gedrukt. Dit is ook een continuering van de huidige beleidslijn. In tegenstelling tot de kredietopslag is de basisrente voor de gehele looptijd gelijk en ongevoelig voor rentefluctuaties. In verband met de herziening van de kredietopslag per 31 mei 2013 is gelet op bovenstaande argumentatie de kredietopslag van de basisrentelening bij de NWB-bank herzien met 1 jaar tot 31 mei 2014 tegen een percentage van 0,10% (was 0,05%). Ad 6. Kasgeldlimiet Indien bij een negatieve liquiditeitspositie van het waterschap de kasgeldlimiet, die voor 2013 18.023.000 bedraagt (te weten 23% van het begrotingstotaal), voor het derde achtereenvolgende kwartaal wordt overschreden is het op grond van de wet Financiering decentrale overheden (wet Fido) verplicht daarvan de toezichthouder (De Provincie) op de hoogte te stellen. Het waterschap dient dan een plan om binnen de kasgeldlimiet te blijven ter goedkeuring voor te leggen aan de toezichthouder. In de praktijk betekent dit dat het negatieve rekeningcourant saldo met een lage debetrente dient te worden omgezet in een vaste geldlening. Gelet op de liquiditeitspositie is deze situatie dit jaar niet aan de orde. Het is dan ook niet noodzakelijk om in 2013 een langlopende geldlening aan te trekken. Ad 7. Schatkistbankieren Met ingang 1 januari 2014 doet het verplicht schatkistbankieren voor decentrale overheden zijn intreden. Schatkistbankieren houdt in dat tegoeden worden aangehouden in de Nederlandse schatkist. Hierdoor zal de Nederlandse staat minder geld hoeven te lenen op de financiële markten en zal de staatsschuld dalen. Het verplicht schatkistbankieren zonder leenfaciliteiten wordt ingevoerd voor gemeenten, provincies, waterschappen en gemeenschappelijke regelingen. De decentrale overheden zullen op de deposito s een rente vergoed krijgen die gelijk is aan de rentes die de Nederlandse staat betaald op leningen die ze op de markt aangaat. Hoe werkt het? Schatkistbankieren wordt uitgevoerd door het Agentschap. Alle deelnemers aan het schatkistbankieren hebben een privaatrechtelijke rekening-courant overeenkomst met de Nederlandse Staat. De inhoud hiervan wordt eenzijdig door de staat vastgesteld. De deelnemers dienen hun liquide middelen aan te houden bij het ministerie van Financiën in de vorm van een rekeningcourant, zoals bij een bank. De rekeningcourant die een decentrale overheid heeft bij Financiën wordt gekoppeld aan een betaalrekening die een decentrale overheid heeft bij de huisbank, in het geval van ons waterschap de NWB-bank. Hiervoor moet een nieuwe bankrekening worden geopend die los staat van de bestaande reguliere bankrekeningen. Het betalingsverkeer blijft via de betaalrekening lopen. De decentrale overheid moet zelf de overtollige middelen naar deze nieuwe rekening overmaken. Op het einde van iedere dag wordt deze op nul gezet (zero-balancing). Een drempelbedrag van 0,75% van het jaarlijks begrotingstotaal mag buiten de schatkist worden gehouden. De beoordeling hiervan vindt plaats per kwartaal.

Wanneer een decentrale overheid geen overtollige middelen heeft of wanneer de overtollige middelen onder het drempelbedrag blijven hoeft geen overboeking naar de nieuwe bankrekening plaats te vinden. Daarnaast hebben decentrale overheden ook de mogelijkheid termijndeposito s aan te houden bij het ministerie. Over de aangehouden middelen wordt door de staat rente vergoed, tegen een rente die gelijk is aan de rentes waartegen de Staat financiert op de financiële markten (deze zijn momenteel extreem laag). Tot slot kan nog worden vermeld dat ons waterschap de procedure voor het inregelen van het schatkistbankieren inmiddels heeft doorlopen. Ad 8. Wet Hof Om de eurocrisis te beteugelen zijn de Europese afspraken over het beheersen van de EMU-saldi (voor begrotingstekort en schuld van de overheid) aangescherpt. Deze hebben tot gevolg dat het Kabinet afspraken maakt met medeoverheden (provincies, gemeenten en waterschappen) met het oog op het Nederlandse EMU-saldo en deze in regelgeving vastlegt. Deze afspraken zijn in de Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet Hof) vormgegeven. De wet moet voor het einde van 2013 zijn vastgesteld en treedt naar verwachting per 1 januari 2014 in werking. Op 18 februari 2013 is door het Kabinet een onderhandelingsakkoord afgesloten met de decentrale overheden (VNG, IPO en UvW). Hierin zijn de navolgende afspraken gemaakt aangaande de Wet Hof, te weten. Tijdens de kabinetsperiode (tot en met 2015) blijft het gezamenlijk tekort van de decentrale overheden 0,5%. Voor 2016 en 2017 gaat dit mogelijk terug naar respectievelijk 0,4% en 0,3%. Eind 2015 vindt bestuurlijk overleg plaats of de teruggang naar 0,4% in 2016 en 0,3% in 2017 verantwoord en mogelijk is. Sancties komen pas in beeld wanneer de norm wordt overschreden en nadat op alle cruciale momenten bestuurlijk overleg is gevoerd. Gedurende de huidige kabinetsperiode worden geen sancties opgelegd. Na de plenaire behandeling op 16 april 2013 is het wetsvoorstel Houdbare Overheidsfinanciën op 23 april 2013 door de Tweede Kamer aangenomen. De verwachting is dat het westvoorstel ook de instemming van de Eerste kamer zal ontvangen. Als moet worden gestuurd op het EMU-saldo kan dit effect hebben op de toegestane investeringsuitgaven (verlagen) en/of de belastingopbrengsten (verhogen). Ad 9. Treasuryscan NWB-bank In het kader van de klantrelatie heeft de NWB-bank onlangs een treasuryscan uitgevoerd waarbij de leningportefeuille van ons waterschap met peildatum 30 juni 2013 is afgezet tegen de uitkomsten van de totale waterschapsector. Deze scan is een momentopname. De uitkomsten zeggen niet of iets goed of fout is maar geven een informatief beeld van hoe wij ten opzichte van de sector omgaan met ons treausury. Verder dient nog te worden opgemerkt dat in de scan alleen de leningen zijn meegenomen die bij de NWB bank zijn afgesloten en niet de leningen die bij de Rabobank en de ASN-bank lopen. Onderstaand zijn de uitkomsten van de treasuryscan van Roer en Overmaas weergegeven.

Verklaring termen - Bullet : hoofdsom volledig afgelost op einde van de looptijd - Handmatig : hoofdsom afgelost in afwijkende delen (aangepast aflossingspatroon) of sprake van renteherziening - Lineair : hoofdsom afgelost in gelijke delen - Lineair met ballon : hoofdsom minus restwaarde wordt afgelost in gelijke delen

Resumé Het waterschap wordt in 2013 geconfronteerd met een liquiditeitspositie die conform de begroting 2013 verloopt. Verder verlopen de treasuryactiviteiten als gepland. Sittard, 5 augustus 2013