KNKV - juryvoorzitter

Vergelijkbare documenten
KNKV - juryvoorzitter

KNKV - juryvoorzitter

SCHOTKLOK ZAALSEIZOEN OKTOBER 2016

Dames Jeugd Challenge

ARBITRALE OPLEIDINGEN KNKV

ARBITRALE OPLEIDINGEN KNKV. Opleiding tot. KNKV - jurylid

Mededeling aanpassing spelregels geldig vanaf Palen. 1.3 Palen. Palen met beide zijlijnen.

Schotklok & Jurytafel. Bijscholing DWA Oost

WEDSTRIJDKLOK OPLEIDINGEN KONINKLIJKE BELGISCHE KORFBALBOND Vlaamse Liga vzw November 2017

Par. 2.3h (spelregel) deel 1. opmerkingen: 1. uniformeren tekst; juist woordgebruik. 2.3h Het controleren van spelers op gevaarlijke voorwerpen

Spelregels korfbal. Alle spelregels zijn in deze uitgave opgenomen.

WEDSTRIJDKLOK OPLEIDINGEN KONINKLIJKE BELGISCHE KORFBALBOND Vlaamse Liga vzw Oktober 2015

Herhaling W + Time Out. 6 en 12 september 2011 Sander Gransjean

3.10c; deel 1. Het nemen van de vrije worp

Spelregels korfbal. Alle spelregels zijn in deze uitgave opgenomen.

Ad 1. De noodzakelijke spelregelwijzigingen zijn afzonderlijk in beeld gebracht. Die treft u bijgevoegd aan.

Toelichting op: - de wijzigingen van de spelregels en - de toelichting op de spelregels per

RvW 4.3 Bestuursbesluit jeugdkorfbal

WEDSTRIJDKLOK OPLEIDINGEN KONINKLIJKE BELGISCHE KORFBALBOND Vlaamse Liga vzw Oktober 2016

Spelregels korfbal vet

Protocol Handen Schudden - Eredivisie september 2017

Playing Protocol Eredivisie-Topdivisie

Toelichting op de nieuwe spelregels met ingang van 1 juli 2016

Hoofdstuk 1 Zaal, speelveld en materiaal

Toelichting op de nieuwe spelregels met ingang van 1 juli 2016

RvW 4.3 Bestuursbesluit jeugdkorfbal

Spelregels Korfbal herzien 1 juli Zaalkorfbal Veldkorfbal Dames zaalkorfbal Dames veldkorfbal Scheidsrechtersgebaren

4.3 Bestuursbesluit jeugdkorfbal

Instructie spelregelwijzingen

Aanpassingen korfbalspelregels 2010

Spelregels korfbal vet

Publicatie Playing Protocol Eredivisie

Handleiding voor Tafelofficials

De spelers en speelsters van beide ploegen en de scheidsrechter dienen een minuut voor het aanvangstijdstip van de wedstrijd opgesteld te staan.

Praktische aanwijzingen voor samenwerking (assistent-)scheidsrechter

Toelichting op de nieuwe spelregels met ingang van 1 juli 2016

Aanpassing spelregels Juni 2012

Publicatie Playing Protocol Topdivisie en lager

Veranderingen spelregels Topdivisie, divisies en klassen. Spelregels. Ondertitel

Landelijke Departement Scheidsrechters. 24 seconden regel. Johnny Jacobs - Frank Van Meel. Departement Scheidsrechters

Koninklijke Belgische Zwembond Centrale Scheidsrechterscommissie. Waterpoloreglement België Samenvatting van de aanpassingen

Meer spelplezier door wijziging (spel)regels!

1. Spelregelwijzigingen per 1 juli Aandachtspunten. Aan: Alle verenigingen en KNKV-arbitrage officials. Geachte heer/mevrouw,

HELP! IK FLUIT EEN WEDSTRIJD

Handleiding Videotest spelregels Themabijeenkomst

Nieuwe regels Fina - Nederland

Voornaamste aanpassingen

KAMPIOENSCHAP VAN NEDERLAND B - JEUGD ZAALKORFBAL 2015 WEDSTRIJDREGLEMENT

Reglement Beachkorfbal België

WEDSTRIJDREGLEMENT. De eindrangschikking in de poules wordt vastgesteld volgens het bepaalde in Rangordebepaling

PROVINCIAAL SCHOOLKORFBAL WEDSTRIJDREGLEMENT

KAMPIOENSCHAP VAN NEDERLAND D - JEUGD ZAALKORFBAL 2018

Er is een nieuw spelregelboekje. Het is van 1 juli 2013 van kracht. Dit boekje vervangt de uitgave van 2007 (met een herdruk in 2008).

Legende: 1 juli 2014 SPELREGELS 2 van 57

Instructie Scheidsrechter

Merk op dat er nieuwe signalen zijn voor de scheidsrechter. Deze signalen worden niet vermeld in dit document.

Regels voor strafoplegging

Aanpassingen aanvullende instructies werkgroep spelregels veldvoetbal juli 2014

TIP: Laat geen waardevolle voorwerpen achter in de kleedlokalen!

Instructies voor de zaalleiding

HANDLEIDING Timer en 24 sec Operator

HANDLEIDING JURY-TAFEL

Scheidsrechters signalen

B Zolang er geen commentaar op de leiding van de scheidsrechter wordt gegeven is dit altijd toegestaan.

HANDLEIDING JURY TAFEL

b. het door de scheidsrechter geven van een fluitsignaal bij het nemen van een SH bij dameskorfbal (zaal)

Wijzigingen Spelregels

Fluiten(d) door de B-jeugd

Verschillende in spelregels Eredivisie, Topdivisie en 1e divisie, seizoen

Spelregels. Veranderingen spelregels en HIA Topdivisie, divisies en klassen. Ondertitel

KAMPIOENSCHAP VAN NEDERLAND B, C en D - JEUGD ZAALKORFBAL 2015 WEDSTRIJDREGLEMENT

WEDSTRIJDREGLEMENT. De eindrangschikking in de poules wordt vastgesteld volgens het bepaalde in Rangordebepaling

Toelichting op het spelen met twee Libero s

2. In welke van de volgende situaties dient het spel te worden hervat met een indirecte vrije schop?

Spelregeltoepassingen. Driven by BB passion

Uittreksel voor W-official

Codekaart gele kaart KNKV - juni 2005

Koninklijke Belgische Korfbalbond Vlaamse Liga v.z.w. Tornooireglement Beker van België

SPELREGELS KORFBAL Geldig vanaf

IHF spelregeltoelichtingen 2011

Informatie voor scheidsrechters

KAMPIOENSCHAP VAN NEDERLAND DISTRICTS A, B en C - JEUGD VELDKORFBAL 2010 WEDSTRIJDREGLEMENT

Instructieboekje jurytafel

Beste W bevoegde, Dit houdt extra aandacht in voor;

Handboek scheidsrechters

Fluiten en spelregels van de E- en F-jeugd

SAMENVATTING SPELREGELWIJZIGINGEN 2016/'17

De Assistent Scheidsrechter

Inhoud: 1. Taken juryleden

SCHEIDSRECHTERSCOMITE

DE BOK OP! S C H E I D S R E C H T E R S B I J E E N K O M S T 2 3 J A N U A R I

Spelregels Waterpolo

SPELREGEL WIJZIGINGEN. met ingang van 1 juli 2016 HARTELIJK WELKOM Spelregelwijzigingen. Handbal. Een dynamische sport voor mensen met passie!

Scheidsrechters. Basis cursus

Nieuwe regel in seizoen

Competitie- toernooi- en trainingsreglement

Veldmarkeringen in de vorm van pylonnen. Doelmarkeringen in de vorm van pylonnen

Instructieboekje Jurytafel

Basketball Tafelofficieel: een introductie

INSTRUCTIEBOEKJE. voor D-pupillen en D-leiders (vooral bedoeld voor de overstap van E- naar D-pupil) 16m. 65m 9.15m 9.15m. 100m

Transcriptie:

ARBITRALE OPLEIDINGEN KNKV Opleiding tot KNKV - juryvoorzitter Cursistenmap 2017/2018 1

Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Missie & Doelstelling 3. Kennismaking met de cursus 4. Het profiel van de jurytafel 5. Functie- en taakbeschrijving juryvoorzitter 6. Functie- en taakbeschrijving schotklokbediener 7. Functie- en taakbeschrijving tijdwaarnemer 8. Algemene aandachtspunten 9. Wedstrijddraaiboek 10. Checklist juryvoorzitter 11. Ondersteunende richtlijnen 12. Spelregels, scheidsrechtersgebaren en bestuursbesluiten 13. Bijlagen Bijlage 1: Formulier voor de beginopstelling Bijlage 2: Formulier voor aanvragen spelersvervanging Bijlage 3: Scorekaart Bijlage 4: Instructie voor de schotklokbediener Bijlage 5: Instructie voor de tijdwaarnemer Bijlage 6: Nadere invulling spelregels 2

1. Inleiding De opleiding tot KNKV- juryvoorzitter heeft tot doel om de cursist voor te bereiden op het vervullen van de functie van juryvoorzitter achter de jurytafel, die onderdeel uitmaakt van wedstrijden, waarbij gespeeld wordt met de schotklok. De juryvoorzitter is verantwoordelijk voor het functioneren van de jurytafel als ook het functioneren de schotklokbediener en tijdwaarnemer. Tevens maakt de juryvoorzitter deel uit van de jury, die samen wordt gevormd met een eventuele assistent-scheidsrechter en de eindverantwoordelijke scheidsrechter. De cursist zal de kennis, die in deze opleiding wordt aangeboden, zich eigen moeten maken. Het is verplicht om tijdens de opleiding een bij deze opleiding behorende cursusavond bij te wonen. Op deze cursusavond zal de docent bepaalde zaken verduidelijken, korte instructies toelichten over de verschillende functies achter de jurytafel en is verder vooral bedoeld om vragen te stellen. Er wordt dan ook vanuit gegaan dat de cursist zelf alle theorie van te voren al heeft doorgenomen. Na het volledig volgen van de opleiding KNKV-juryvoorzitter ontvangt de cursist het bij de opleiding behorende certificaat. Dit certificaat geeft recht op het vervullen van de taak als juryvoorzitter. In een aantal klassen worden neutrale juryvoorzitters aangewezen (bijv. de juryvoorzitter bij de wedstrijden in Korfbal League en Hoofdklasse tijdens de zaalcompetitie) als ook bij beslissingswedstrijden in bepaalde klassen. Het lesmateriaal bij deze opleiding bestaat uit: De cursistenmap; Kaart voor time-out; Kaart voor vervanging; Stopwatch; Presentatie van de opleidingsavond. Zeist, augustus 2017 KNKV, afdeling opleidingen. 3

2. Missie & Doelstelling Korfbal is meer dan een uurtje in de week solistisch met je lichaam bezig zijn. Het is een veelzijdige, spannende sport die je met anderen beoefent. In een team, samen met vrienden en vriendinnen. En in een vereniging, waar veel gebeurt en het voor zowel kinderen als ouderen goed toeven is. Niet voor niets staat de korfbalvereniging bekend om de informele verenigingssfeer. In de veelal kleinschalige verenigingen is het gezellig en kent iedereen elkaar. Hier vormen zich vriendschappen en relaties, heersen duidelijke gedragscodes en worden maatschappelijke vaardigheden opgedaan, zoals organiseren, leiding geven en samenwerken. Het korfbal heeft zich bovendien als topsport ontwikkeld. Het spel is sneller en dynamischer geworden en is spannend en aantrekkelijk om naar te kijken, zowel langs de lijn als voor de buis. De spelers en speelsters van het Nederlands team vormen de absolute wereldtop die van NOC*NSF de A-status hebben gekregen. Daarmee is korfbal niet alleen een sport om te doen, maar ook om naar te kijken. Naast de participatiefunctie heeft korfbal voor steeds meer mensen een entertainmentfunctie. Missie De korfbalsport innoveren en uitbouwen tot één van de tien grootste sporten van Nederland die in sterke, ondernemende en maatschappelijk betrokken verenigingen met een informele, gezellige en levendige sfeer wordt beoefend en een toenemende nationale en internationale weerklank vindt als top- en mediasport. Hoofddoelstellingen In het licht van de genoemde missie streeft het KNKV de volgende hoofddoelstellingen na: Groei en uitbouw van de korfbalsport; Ontwikkeling van sterke, ondernemende en maatschappelijk betrokken korfbalverenigingen; Vergroting van de begrijpelijkheid, attractiviteit en uitstraling van de korfbalsport; Versterking van korfbal als topsport en mediasport; Vergroting van de flexibiliteit, slagvaardigheid en vraaggerichtheid van de bondsorganisatie. 4

3. Kennismaking met de cursus Hieronder kan de cursist lezen wat hij/zij zoal moet doen om de opleiding KNKV-juryvoorzitter met succes af te leggen. A. Voorafgaand aan de eerste wedstrijd. - De cursist moet lid zijn van het KNKV, hetzij via een vereniging dan wel onafhankelijk lid van het KNKV; - De cursist moet de cursusavond, die bij de cursus hoort volledig hebben bijgewoond; - De cursist dient zich de theorie van deze cursus dan wel de inhoud van de cursistenmap eigen te maken; - De cursist moet zich eigen maken hoe hij/zij de schotklokbediener en/of tijdwaarnemer instrueert voorafgaand aan een wedstrijd. Hiervoor zal op de cursusavond een format worden doorgenomen. B. Tijdens de periode dat iemand actief is als jurylid. - De cursist moet minimaal meerdere wedstrijden per seizoen optreden als juryvoorzitter om zijn/haar certificering te behouden. - De cursist zal mogelijk georganiseerde bijscholingen over het functioneren als juryvoorzitter dienen bij te wonen. C. Certificaat KNKV-jurylid. - Als een kandidaat slaagt voor de cursus ontvangt hij/zij het certificaat KNKV-juryvoorzitter. 5

4. Het profiel van de jurytafel De jurytafel wordt gebruikt bij wedstrijden waar gespeeld wordt met de schotklok. De jurytafel bestaat uit 3 leden, te weten: Juryvoorzitter De juryvoorzitter draagt de verantwoordelijkheid voor de jurytafel. De juryvoorzitter ziet er op toe, dat alle taken, die aan de jurytafel zijn toevertrouwd, op een juiste wijze worden uitgevoerd en de daarbij behorende regels in acht worden genomen. Uiteindelijk valt de jurytafel en al diens functionarissen onder de eindverantwoordelijkheid van de scheidsrechter. Schotklokbediener De schotklokbediener zorgt voor een juiste en adequate bediening van de schotklok. Hij/zij voert de taken uit die horen bij de functie onder verantwoordelijkheid van de juryvoorzitter. Tijdwaarnemer De tijdwaarnemer zorgt voor een juiste en adequate bediening van het tijd- en scorebord. Hij/zij voert de taken uit die horen bij de functie onder verantwoordelijkheid van de juryvoorzitter. Opstelling en plaats van de jurytafel De jurytafel staat altijd tussen de beide spelersbanken in. De coach van de ploeg neemt plaats op kop van de spelersbank grenzend aan de kant van de jurytafel. De juryvoorzitter neemt altijd plaats achter de jurytafel tussen de schotklokbediener en tijdwaarnemer in. 6

5. Functie- en taakbeschrijving juryvoorzitter Doel van de functie De juryvoorzitter is belast met de verantwoordelijkheid voor het juist functioneren van de jurytafel als ook het toezicht op naleving van de voor de wedstrijd geldende reglementen en bepalingen (protocol), zodanig dat er: een optimale ondersteuning wordt verleend aan de scheidsrechter(s), dit zowel voor, tijdens als na de wedstrijd; een juiste uitvoering is van de taken en functie van de schotklokbediener en tijdwaarnemer, die door de thuisspelende vereniging beschikbaar zijn gesteld; een juist functioneren is van een mogelijk aanwezige omroeper en/of statisticus; een advies is aan de scheidsrechter in alle voorkomende gevallen waarin het reglement niet voorziet, zodat er beslissing kan worden genomen onder verantwoordelijkheid van de scheidsrechter. Taken van de juryvoorzitter Tot de taak van de juryvoorzitter behoort het leidinggeven aan de personen achter de jurytafel als ook het vervullen van de volgende taken: 1. Controle van de maatregelen voor aanvang Zijn alle officials en betrokkenen minimaal 60 minuten voor aanvang wedstrijd aanwezig? Is de apparatuur geplaatst en getest? 2. Controle wedstrijdformulieren Ontvangt minimaal 20 minuten voor aanvang van de wedstrijd digitaal de volledig ingevulde wedstrijdformulieren en beginopstellingen van beide ploegen in het format zoals opgesteld door het KNKV zonder enige doorhalingen of correcties (zie bijlage B voor het format); Stelt, direct na inname van beide formulieren m.b.t. de beginopstelling, deze beschikbaar voor inzage aan de coaches en, indien aanwezig, de omroeper en/of statisticus; Controleert de namen en bijbehorende rugnummers op de wedstrijdformulieren aan de hand van de shirts. 3. Controle van activiteiten tijdens de wedstrijd Houdt toezicht op een juiste bediening van de tijdklok, scorebord en de schotklok. Ontvangt van de coaches verzoeken om time-outs en vervangingen en geeft deze na goedkeuring door middel van het opsteken van een bordje door aan de scheidsrechter(s) (begeleid door zoemer na een fluitsignaal). Voor de vervangingen dient gebruik te worden gemaakt van de vervangingskaart. Bij twijfel of foutief handelen aan de jurytafel meldt de voorzitter dit direct aan de scheidsrechter(s), bijvoorbeeld d.m.v. het gebruik van de zoemer. De scheidsrechter beslist over het, eventueel, definitieve herstel van de fout. 4. Controle van activiteiten na afloop van de wedstrijd Draagt zorg voor afhandeling van de wedstrijdformaliteiten met de scheidsrechter en beide aanvoerders. Maakt een juryrapport (bijlage A) op en archiveert deze binnen de vereniging en/of stuurt deze op naar de coördinator binnen de verantwoordelijke werkgroep indien gewenst of gevraagd. 7

Belangrijkste resultaatgebieden Het op adequate wijze optreden en naar buiten treden als juryvoorzitter met de daarbij behorende taken en verantwoordelijkheden; Bij calamiteiten, betrekking hebbende op het wedstrijdgebeuren, op te treden als KNKVvertegenwoordiger met de daaraan gekoppelde verantwoordelijkheden; Kwantiteiten/Kenmerken/Deskundigheid Kennis van de voor de korfbalsport geldende spelregels en reglementen; Globale kennis van de werking van de ingezette hulpmiddelen (schotklok, statistische informatie, enz.); Goede communicatie en sociale vaardigheden; Het beheersen van de materie met betrekking tot het uitoefenen van de functie KNKV-juryvoorzitter; Het verplicht bijwonen van bijscholingsbijeenkomsten, indien deze worden gehouden; Bij gebleken geschiktheid kan hij/zij gevraagd optreden als onafhankelijke juryvoorzitter in de Korfbal League en/of Hoofdklasse op voorspraak van de Landelijke Werkgroep Arbitrage. Aanvullende afspraken De juryvoorzitter is meerdere speelronden verdeeld over het gehele seizoen beschikbaar; De juryvoorzitter wordt aangewezen door zijn/haar eigen vereniging; De juryvoorzitter is representatief gekleed; De juryvoorzitter is minimaal 60 minuten voor aanvang van de wedstrijd aanwezig; De juryvoorzitter is na afloop aanwezig tot alle genoemde taken naar tevredenheid van de scheidsrechter zijn afgewikkeld met een maximum van 30 minuten. 8

6. Functie- en taakbeschrijving schotklokbediener Doel van de functie De schotklokbediener draagt zorg voor een juiste en adequate bediening van de schotklok. De basis hiervoor vormen de spelregels met betrekking tot 3.12 verbod om in de aanval de toegestane tijdslimiet te overschrijden. Bij een foutieve handeling of twijfel volgt directe melding aan de juryvoorzitter, zodat deze een adequate beslissing kan nemen. Taken van de schotklokbediener Tot de taak van de schotklokbediener behoort het juist en adequaat bedienen van de schotklok. Belangrijkste resultaatgebieden Het op adequate wijze optreden en naar buiten treden als schotklokbediener met de daarbij behorende taken en verantwoordelijkheden; Bij calamiteiten, betrekking hebbende op het wedstrijdgebeuren, op te treden als KNKVvertegenwoordiger met de daaraan gekoppelde verantwoordelijkheden; Kwantiteiten/Kenmerken/Deskundigheid Kennis van de voor de korfbalsport geldende spelregels en reglementen; Optimale kennis van de werking van de schotklok; Extra werkomstandigheden / afspraken De schotklokbediener is meerdere speelronden verdeeld over het gehele seizoen beschikbaar; De schotklokbediener wordt aangewezen door zijn/haar vereniging; De schotklokbediener is representatief gekleed; De schotklokbediener is minimaal 60 minuten voor aanvang aanwezig. Bediening van de schotklok 1. De schotklok wordt gestart op 25 seconden als een aanvaller in het bezit van de bal komt. 2. De schotklok wordt opnieuw gestart als de bal na een schot de korf raakt. 3. De schotklok wordt stilgezet en op 25 seconden gezet als: a. een verdediger de bal in bezit heeft; b. een doelpunt door de scheidsrechter wordt toegekend; c. wanneer de halve of de gehele speeltijd is verstreken. 4. De schotklok wordt stilgezet en op 25 seconden gezet bij het fluitsignaal van de scheidsrechter voor een overtreding die bestraft wordt met een: a. spelhervatting; b. vrije worp; c. strafworp; d. blessure van een verdediger. 5. De schotklok wordt weer aangezet nadat de scheidsrechter het spel hervat heeft door middel van een fluitsignaal, de bal in het spel is gebracht en een aanvaller de bal in bezit heeft gekregen. Het moment van het in bezit krijgen van de bal is dus bepalend voor de herstart van de schotklok. 9

6. In het geval dat een aanvaller de bal terugspeelt naar een medespeler in het verdedigingsvak loopt de schotklok door en wordt deze niet opnieuw op 25 seconden gestart indien een aanvaller direct daaropvolgend in het bezit van de bal komt. 7. De schotklok wordt stilgezet bij het fluitsignaal van de scheidsrechter voor een spelonderbreking, die niet bestraft wordt met een vrije worp of spelhervatting voor de aanvaller (bijvoorbeeld uitbal, scheidsrechtersworp, blessure aanvaller of onbillijke bevoordeling). 8. De schotklok wordt weer aangezet (op de tijd die hij aangeeft), nadat de scheidsrechter het spel hervat heeft door middel van een fluitsignaal, de bal in het spel is gebracht en een aanvaller de bal in bezit heeft gekregen. Het moment van het in bezit krijgen van de bal is dus bepalend voor de herstart van de schotklok. 9. De scheidsrechter steekt bij twijfelachtig raken (vanuit de jurypositie) van de korf door de bal bij een schotpoging in zijn gezichtsveld zijn rechterhand (met gebalde vuist) op indien hij de aanraking heeft geconstateerd. Vervolgens dient de schotklok opnieuw gestart te worden op 25 seconden. 10

7. Functie- en taakbeschrijving tijdwaarnemer Doel van de functie De tijdwaarnemer draagt zorg voor een juiste en adequate bediening van de tijdklok en het scorebord. De basis hiervoor vormen de spelregels met betrekking tot 3.1 wedstrijdduur en time-out. Bij een foutieve handeling of twijfel directe volgt melding aan de juryvoorzitter, zodat deze een adequate beslissing kan nemen. Taken van de tijdwaarnemer Tot de taak van de tijdwaarnemer behoort het juist en adequaat bedienen van de tijdklok en scorebord. Belangrijkste resultaatgebieden Het op adequate wijze optreden en naar buiten treden als tijdwaarnemer met de daarbij behorende taken en verantwoordelijkheden; Bij calamiteiten, betrekking hebbende op het wedstrijdgebeuren, op te treden als KNKVvertegenwoordiger met de daaraan gekoppelde verantwoordelijkheden; Kwantiteiten/Kenmerken/Deskundigheid Kennis van de voor de korfbalsport geldende spelregels en reglementen; Optimale kennis van de werking van de tijdklok en het scorebord; Extra werkomstandigheden / afspraken De tijdwaarnemer is meerdere speelronden verdeeld over het gehele seizoen beschikbaar; De tijdwaarnemer wordt aangewezen door zijn/haar vereniging; De tijdwaarnemer is representatief gekleed; De tijdwaarnemer is minimaal 60 minuten voor aanvang aanwezig. Doel van de functie De tijd- scorewaarnemer draagt zorg voor een juiste en adequate bediening van de tijdklok en het scorebord op basis van de aanvullende spelregels met betrekking tot het automatische beëindigen van speelhelften en de daarbij behorende bepalingen zodanig dat: Er een kwalitatieve optimale invulling wordt gegeven aan de zuivere speeltijd per wedstrijdhelft en de daaraan gekoppelde automatische beëindiging. Er een adequate bewaking/verantwoording is op de regels m.b.t. het automatisch beëindigen van de wedstrijd waardoor de scheidsrechter(s) zich maximaal kan richten op zijn/haar taken. Bij een foutieve handeling of twijfel volgt directe melding naar de juryvoorzitter, zodat deze een adequate beslissing kan nemen. Bediening van de tijdklok tijdens de zuivere speeltijd 1. Stop de klok als de scheidsrechter fluit. 2. Herstart de klok als de scheidsrechter de wedstrijd hervat (influit). 3. Bij een strafworp wordt de klok pas herstart: a. na een doelpunt - bij de uitworp b. na een gemiste strafworp bij de eerste aanraking van de bal door een speler. 4. Het einde van iedere speelhelft wordt aangegeven door de zoemer van de tijdklokinstallatie. Zie ook bijlage 7 voor het instructieblad tijdwaarnemer 11

8. Algemene aandachtspunten Hieronder staan enkele aandachtspunten, waarvan wordt verwacht dat deze in acht worden genomen tijdens het uitoefenen van de beschreven functies: Treedt op als functionaris van het KNKV en zijn/haar vereniging; Is representatief gekleed; Straalt de gewenste houding en gedrag uit naar alle betrokkenen die verwacht mag worden bij het uitoefenen van deze functie; Bewaakt de kwaliteit en de optimale inzet die verwacht mag worden voor het uitoefenen van de functie die hij/zij bekleedt; Blijft objectief gedurende de gehele wedstrijd ondanks sfeer, stand en andere zaken; Geeft een adequate invulling aan de aanwijzingen of opdrachten die door de scheidsrechter(s) wordt gegeven; Is tijdig aanwezig in verband met het invullen van zijn taken doch minimaal 60 minuten voor aanvang van de wedstrijd Meldt eventuele verbeterpunten aan de desbetreffende coördinator. Geeft bij verhindering direct een bericht van afmelding door aan de verenigingscoördinator 12

9. Wedstrijddraaiboek 1. De zaal is tijdig beschikbaar, zodat de tijden zoals vermeld in onderstaande tabel kunnen worden gehanteerd. KL HK Overige klassen met schotklok Zaal beschikbaar voor aanvang 30 min. 20 min. 10 min. Warming-up tijd 20 min. 13 min. 5 min. Inleveren opstelling voor 20 min. 20 min. 20 min. aanvang Presentatie teams Ja Ja Optioneel Duur rust 15 min. 10 min. 5 min. 2. De tijdwaarneming geeft het begin en einde van de warming-up tijd aan. 3. 20 minuten voor aanvang worden de opstellingen van beide teams ingeleverd bij de juryvoorzitter, inclusief het inzenden van het wedstrijdformulier. Dit is de definitieve opstelling van de ploegen. Alle mutaties nadien worden aangemerkt als vervanging. Wanneer er sprake is van een presentatie ga verder naar punt 4 Wanneer er geen sprake is van een presentatie ga verder naar punt 11 4. Nadat het opstellingsformulier en wedstrijdformulier is ingeleverd en gecontroleerd, gaan de spelers 7 minuten voor aanvang naar de kleedkamers om zich gereed te maken. 5. De spelers verzamelen zich in de hoeken van het speelveld voor het oplopen en voorstellen (vooraf bepaald). * 6. De spelers van beide ploegen worden één voor één aangekondigd, terwijl ze vanuit de hoeken oplopen naar het midden van de speelvloer. 7. De spelers en scheidsrechter(s) kijken allemaal naar één richting welke vooraf is bepaald door de thuisspelende vereniging. De juryvoorzitter stelt de uitspelende ploeg hiervan op de hoogte (indien van toepassing).* 8. De scheidsrechter(s) lopen op vanaf de jurytafel. 9. Na het voorstellen van de teams en scheidsrechter(s) loopt de uitploeg langs de thuisploeg en scheidsrechter(s) om hen een prettige wedstrijd te wensen. Vervolgens schudt ook de thuisploeg de scheidsrechter(s) de hand. * 10. Na het voorstellen kunnen de rituelen starten die direct bij de wedstrijd horen. 11. Het begin en einde van de rust wordt aangegeven door de tijdwaarneming. 12. De aanvoerders en de scheidsrechter verzorgen direct na afloop van de wedstrijd de administratie van de wedstrijd. 13

10. Checklist juryvoorzitter Voor aanvang van de wedstrijd NR CONTROLEPUNT CHECK 1 Juryvoorzitter aanwezig 2 Scheidsrechter(s) aanwezig 3 Schotklokbediener aanwezig 4 Tijdklokbediener aanwezig 5 Controle aanvangstijd bij zaalcommissaris. Indien afwijkend de scheidsrechter inlichten. 6 Wedstrijdtafel conform voorschriften gepositioneerd en biedt voldoende ruimte 7 Controle en testen van de schotklok 8 Controle en testen van de tijdklok en het scorebord 9 Controle en testen van de geluidsinstallatie 10 Na controle van de apparatuur tijdklok instellen voor inspeeltijd (*) 11 Juryvoorzitter maakt zich bekend bij de coaches en/of aanvoerders 12 Inleveren opstellingsformulier (minimaal 20 minuten voor aanvang) 13 Inzenden wedstrijdformulier (minimaal 20 minuten voor aanvang) 14 Inzage van het opstellingsformulier door de coach(es) 15 Inzage van het opstellingsformulier door de omroeper/statisticus (*) 16 Dweilploeg aanwezig en geïnstrueerd 17 Na afloop inspeeltijd signaal voor de ploegen om gereed te maken voor presentatie (*) 18 Toezien dat het speelveld leeg blijft tot aan de presentatie (*) 19 De spelers en scheidsrechter(s) kijken allemaal naar één richting die vooraf is bepaald door de thuisspelende vereniging. De juryvoorzitter licht de uitspelende ploeg hiervan in (*) 20 De spelers verzamelen zich in de hoeken van het speelveld voor de presentatie (*) 21 De spelers worden één voor één aangekondigd terwijl ze vanuit de hoeken oplopen naar het midden van de speelvloer (*) 22 De scheidsrechters worden aangekondigd en lopen vanaf de jurytafel naar het midden van de speelvloer (*) 23 Na de opstelling richting tribune(s) loopt de uitploeg langs de thuisploeg en scheidsrechters om hen een prettige wedstrijd te wensen. Vervolgens schudt ook de thuisploeg de scheidsrechter(s) de hand. * 24 De juryvoorzitter en de assistent-scheidsrechter controleren aan de hand van het opstellingsformulier de startsituatie en melden het resultaat aan de scheidsrechter. 25 Start zijn eigen stopwatch op het moment dat de wedstrijd begint 14

Tijdens de wedstrijd 1 Houdt toezicht op een juiste bediening van de schotklok 2 Houdt toezicht op een juiste bediening van de tijdwaarneming en score. 3 Ingrijpen bij foutief handelen aan de jurytafel en corrigeren indien noodzakelijk in overleg met scheidsrechter 4 Wijst de dweilploeg naar de plek, na een signaal van de scheidsrechter, indien dat noodzakelijk is 5 Meldt staande de definitieve verzoeken om time-outs en vervangingen d.m.v. het opsteken van een bordje (evt. begeleid door zoemer). 6 Bewaakt zelf de blessuretijd indien gewenst (afstemming met scheidsrechter) 7 Tijdklok direct na het einde van de 1e helft opnieuw instellen op de geldende minuten rusttijd en laat deze aflopen naar 0 Na afloop van de wedstrijd 1 Invullen juryrapport en opsturen naar coördinator bij de vereniging en/of werkgroep * Niet van toepassing bij wedstrijden in de reserve- en jeugdklassen. 15

11. Ondersteunende richtlijnen NR ONDERWERP RICHTLIJN ACTIE DOOR* 1 De thuisspelende ploeg beschikt over twee sets schotklokken en deze zijn aanwezig tijdens de wedstrijd. 2 Indien beide sets met schotklokken tijdens de wedstrijd defect raken en reparatie of vervanging binnen een uur niet mogelijk en gerealiseerd is. 3 Indien het tijd- of scorebord tijdens de wedstrijd defect raakt en reparatie of vervanging binnen 10 minuten niet mogelijk en gerealiseerd is. 4 De benodigde apparatuur, jurytafel en de spelersbanken, kunnen niet aan dezelfde zijlijn worden geplaatst. 5 De aangewezen juryvoorzitter is niet aanwezig. Alle klassen: verplicht Alle klassen: wedstrijd staken + vermelding op wedstrijdformulier** ** Bij staken in de 1 e helft: noteren van reden en gele/rode kaarten ** Bij staken in de 2 e helft: noteren van reden, stand, tijdstip, balbezit voor welk team, spelersvervangingen, time-outs en gele/rode kaarten per team Alle klassen: wedstrijd staken + vermelding op wedstrijdformulier** ** Bij staken in de 1 e helft: noteren van reden en gele/rode kaarten ** Bij staken in de 2 e helft: noteren van reden, stand, tijdstip, balbezit voor welk team, spelersvervangingen, time-outs en gele/rode kaarten per team Alle klassen: Alle wedstrijden worden niet gespeeld + vermelding op wedstrijdformulier Alle klassen: 1. De thuisspelende vereniging zorgt voor een gecertificeerde juryvoorzitter. Indien optie 1 niet mogelijk is: 2. De uitspelende vereniging zorgt voor een gecertificeerde juryvoorzitter. Indien optie 1 en 2 niet mogelijk is: 3. Een andere vereniging zorgt voor een gecertificeerde juryvoorzitter. Indien optie 1 t/m 3 niet mogelijk is: 4. Indien er na 30 minuten na geplande aanvang geen gecertificeerde juryvoorzitter beschikbaar is, wordt de wedstrijd niet gespeeld. Vereniging Juryvoorzitter/ Scheidsrechter Juryvoorzitter/ Scheidsrechter Vereniging/ Juryvoorzitter/ Scheidsrechter Vereniging / Scheidsrechter 16

NR ONDERWERP RICHTLIJN ACTIE DOOR* 6 De aangewezen schotklokbediener is niet aanwezig 7 De aangewezen tijd- en scorewaarnemer is niet aanwezig. 8 Tijdens de wedstrijd valt een van de juryleden (juryvoorzitter, schotklokbediener of tijden scorewaarnemer) uit. 9 Tijdens de wedstrijd valt de stroomvoorziening voor de benodigde apparatuur uit. Alle klassen: 1. De thuisspelende vereniging zorgt voor een gecertificeerde schotklokbediener. Indien optie 1 niet mogelijk is: 2. De uitspelende vereniging zorgt voor een gecertificeerde schotklokbediener. Indien optie 1 en 2 niet mogelijk is: 3. Een andere vereniging zorgt voor een gecertificeerde schotklokbediener. Indien optie 1 t/m 3 niet mogelijk is: 4. Indien er na 30 minuten na geplande aanvang geen gecertificeerde schotklokbediener beschikbaar is wordt de wedstrijd niet gespeeld. Alle klassen: 1. De thuisspelende vereniging zorgt voor een gecertificeerde tijd- en scorewaarnemer. Indien optie 1 niet mogelijk is: 2. De uitspelende vereniging zorgt voor een gecertificeerde tijd- en scorewaarnemer indien mogelijk. Indien optie 1 en 2 niet mogelijk is: 3. Een andere vereniging zorgt voor een gecertificeerde tijd- en scorewaarnemer indien mogelijk. Indien optie 1 t/m 3 niet mogelijk is: 4. Indien er na 30 minuten na geplande aanvang geen gecertificeerde tijd- en scorewaarnemer beschikbaar is, wordt de wedstrijd niet gespeeld. Conform de items 6 en 7 Conform de items 3 en 4 Juryvoorzitter/ Scheidsrechter Juryvoorzitter/ Scheidsrechter Juryvoorzitter/ Scheidsrechter Juryvoorzitter/ Scheidsrechter In alle gevallen waarin dit document niet voorziet of in de cursisten map KNKV-juryvoorzitter zijn beschreven, neemt de scheidsrechter in overleg met de direct betrokkenen een beslissing. De ondernomen actie altijd vermelden op het wedstrijdformulier. 17

12. Spelregels, scheidsrechtersgebaren en bestuursbesluiten Spelregels (zie voor alle spelregels http://www.knkv.nl/knkv-corporate/regelgeving/spelregels/) 1.7 Schotklok Achter elke achterlijn bevindt zich, buiten het speelveld, een schotklok; zij worden geplaatst of opgehangen op een duidelijk zichtbare plek, dicht bij het midden van de achterlijn, op een hoogte van ten minste 0.90 m. De schotklokken worden bediend vanaf de jurytafel. Een wedstrijdreglement kan de maximaal toegestane hoogte bepalen. Een wedstrijdreglement kan voorschrijven in welke wedstrijden de schotklok wordt gebruikt. 2.1 Spelers a Aantal en indeling Het spel wordt gespeeld door twee ploegen, elk bestaande uit vier spelers en vier speelsters, van wie in elk vak twee spelers en twee speelsters worden ingedeeld. b Opstelling en onvoltallige ploegen Wanneer één of beide ploegen onvoltallig is/zijn, kan de wedstrijd aanvangen of doorgaan, mits een indeling mogelijk is waarbij in geen vak minder dan drie spelers van één ploeg zijn opgesteld en in geen vak twee spelers en een speelster van één ploeg tegenover één speler en twee speelsters van de andere ploeg staan. Met de beginindeling moet in het algemeen de gehele wedstrijd worden gespeeld. Indien echter als gevolg van het tijdens de wedstrijd uitvallen of wegzenden van een speler een duidelijke wijziging in de toestand optreedt, kan de scheidsrechter op verzoek van een coach en na raadpleging van de andere coach wijziging toestaan. Hij zal wijziging gelasten indien het alleen dan mogelijk is om aan de bovengenoemde voorwaarden te blijven voldoen of indien het aantal spelers met directe tegenstander kleiner is dan strikt noodzakelijk. Wanneer een ploeg een speler niet heeft opgesteld of wegens een geldige reden (ongeval of onvoltalligheid van de andere ploeg) heeft laten uitvallen, heeft zij te allen tijde het recht die speler in het veld te doen komen in het vak waar hij behoort (behoudens toepassing van 2.1b, waardoor het in bijzondere gevallen mogelijk wordt hem ook in een ander vak op te stellen). Als één van beide ploegen over minder dan zes spelers beschikt of de situatie zich voordoet, zoals beschreven in de eerste alinea van 2.1b, wordt de wedstrijd niet gespeeld. De wedstrijd kan geen doorgang vinden wanneer bijvoorbeeld ploeg A beschikt over vier spelers en twee speelsters en ploeg B over twee spelers en vier speelsters.wanneer het op meer dan één wijze mogelijk is aan de gestelde voorwaarden te voldoen, beslist de scheidsrechter, na het inwinnen van advies van beide coaches, welke van de mogelijke wijzigingen zal worden toegepast. Hij tracht daarbij onbillijke bevoordeling van één van de ploegen te voorkomen en overigens het aantal wijzigingen zo gering mogelijk te laten zijn. Wanneer er geen coach is wordt de aanvoerder geraadpleegd. Deze heeft bij afwezigheid van de coach ook het recht om een wijziging te vragen in de eerste opstelling. 18

c Vervanging van spelers Een wedstrijdreglement bepaalt hoeveel spelersvervangingen (zie ook hieronder) zijn toegestaan zonder goedkeuring van de scheidsrechter; verder bepaalt dit wedstrijdreglement of een vervangen speler weer aan het spel mag deelnemen. Er zijn twee scenario s: een vervangen speler mag weer aan het spel deelnemen (scenario A); een vervangen speler mag niet meer aan het spel deelnemen (scenario B). A. Een wedstrijdreglement bepaalt dat een vervangen speler weer aan het spel mag deelnemen. Indien een wedstrijdreglement bepaalt dat een vervangen speler weer aan het spel mag deelnemen is voor de eerste acht spelersvervangingen de goedkeuring van de scheidrechter niet nodig. B. Een wedstrijdreglement bepaalt dat een vervangen speler niet meer aan het spel mag deelnemen. Indien een wedstrijdreglement bepaalt dat een vervangen speler niet meer aan het spel mag deelnemen is voor de eerste vier spelersvervangingen de goedkeuring van de scheidsrechter niet nodig. Een wedstrijdreglement kan bepalen dat het aantal spelers, dat mag worden vervangen zonder de goedkeuring van de scheidsrechter, anders is dan vier. Een vervangen speler mag in dezelfde wedstrijd nimmer meer aan het spel deelnemen, dus ook niet bij een blessure of na wegzending van een andere speler. Vervangen is alleen mogelijk tijdens een spelonderbreking. Een door de scheidsrechter weggezonden speler mag worden vervangen. De vervanging wordt beschouwd als één van de toegestane vervangingen. Wordt de weggezonden speler niet onmiddellijk vervangen, dan wordt de ploeg geacht één van de toegestane vervangingen te hebben gebruikt; bovendien mag de betrokken ploeg geen spelers meer vervangen van hetzelfde geslacht als van de weggezonden speler. Indien een speler geblesseerd raakt mag hij gedurende enige tijd worden onderzocht/behandeld op het speelveld; een wedstrijdreglement bepaalt de duur van deze periode; deze duur vangt aan op het moment dat de verzorger bij de geblesseerde speler arriveert. Het wedstrijdreglement bepaalt tevens wat er moet gebeuren na voltooiing van het onderzoek van de geblesseerde speler. Als het maximum aantal vervangingen heeft plaatsgevonden mag een speler, die is weggezonden of mag een geblesseerde speler, die niet meer tot verder spelen in staat is, na goedkeuring van de scheidsrechter worden vervangen. Een wedstrijdreglement kan voorschrijven dat een vervangen speler terug mag komen in de wedstrijd; in dat geval worden de randvoorwaarden daarin nader bepaald. De coach (zie 2.2b) meldt een vervanging bij de scheidsrechter. Op zich kan een vervanging geen reden zijn het spel te onderbreken. Het niet informeren van de scheidsrechter omtrent een spelersvervanging moet als wangedrag worden beschouwd. De tijd, die voor een vervanging nodig is geweest, behoort niet tot de speeltijd (zie 3.1c, toelichting). Het vervangen van een speler dient snel te gebeuren. De scheidsrechter kan langzaam vervangen als een overtreding van 3.6g beschouwen. 19

De vervangende speler mag het speelveld pas betreden nadat de vervangen speler het speelveld heeft verlaten. Wanneer vervangende spelers niet onmiddellijk beschikbaar zijn, moet de opstelling worden gewijzigd in overeenstemming met 2.1b om de wedstrijd te kunnen voortzetten. Wanneer geblesseerde spelers - die niet zijn vervangen - terugkeren, of vervangende spelers beschikbaar komen, wordt de oorspronkelijke opstelling weer ingenomen. Een wedstrijdreglement kan voorschrijven dat het aanvragen van een spelersvervanging door de coach dient te worden gedaan via de teller ( 2.4b). 2.2 Aanvoerder, coach, vervangende spelers en andere tot de ploeg behorende personen a Aanvoerder Van elke ploeg is één van de spelers aanvoerder. Deze draagt een duidelijk zichtbare band of een stuk tape, waarvan de kleur contrasteert met de kleur van het shirt, om de bovenarm (of bij mouwloze shirts bovenop één schouder). Hij vertegenwoordigt de ploeg en is verantwoordelijk voor een behoorlijk optreden van zijn spelers. Bij afwezigheid van de coach en de assistent-coach neemt hij de taken, als vermeld in 2.2b, over. Hij heeft het recht de scheidsrechter te wijzen op alles wat hem in het belang van een goede voortgang van de wedstrijd wenselijk voorkomt. De benadering geschiedt op een redelijke en correcte wijze, met een goede intentie en niet te vaak. De aanvoerder is in functie gedurende de gehele wedstrijd; hij kan deze taak alleen overdragen als hij niet meer aan het spel deelneemt. In dat geval dient een andere speler als aanvoerder te worden aangewezen. Misbruik van het recht van de aanvoerder om de scheidsrechter te wijzen op alles, wat hem in het belang van een goede voortgang van de wedstrijd wenselijk voorkomt en/of kritiek op de scheidsrechter, kunnen als wangedrag worden beschouwd en worden bestraft met een formele waarschuwing of wegzending. b Coach en assistent-coach Bij een ploeg kan een coach aanwezig zijn. De coach behoort te zitten op de bank die aan zijn ploeg is toegewezen. Het is de coach niet toegestaan het speelveld te betreden zonder toestemming van de scheidsrechter. Het is de coach toegestaan zijn spelers aanwijzingen te geven vanaf de bank op een wijze die niet storend is voor anderen. Een wedstrijdreglement kan toestaan dat de coach zijn plaats op de bank voor een korte periode verlaat om zijn spelers aanwijzingen te geven. Dat moet gebeuren aan dezelfde zijlijn waar de banken zijn geplaatst; hij dient daarbij buiten het speelveld te blijven. De coach mag de bank tijdelijk verlaten voor het uitvoeren van de volgende aanvullende taken: aanvragen en gebruik maken van een time-out ( 3.1b); aanvragen van een spelersvervanging ( 2.1c); aanbrengen van een noodzakelijke wijziging in zijn ploeg ( 2.1b); meedelen aan de scheidsrechter en de coach van de andere ploeg welke aanvaller als de nietschietende speler moet worden beschouwd ( 3.6q). Een wedstrijdreglement kan bepalen dat een assistent-coach deel uit maakt van de ploeg. Deze assistent-coach neemt alleen de taken van de coach over wanneer deze niet meer aanwezig is. Tot die tijd zit hij op de bank; hij mag tijdens de wedstrijd de bank niet verlaten. Indien er geen coach of assistent-coach (meer) aanwezig is, gaan de genoemde taken over op de aanvoerder ( 2.2a). 20

Bij een ploeg mag slechts één persoon als coach fungeren. Hij dient zich voor de wedstrijd bij de scheidsrechter als zodanig kenbaar te maken. Wanneer de coach als speler gaat deelnemen aan de wedstrijd wordt hij niet langer beschouwd als coach; zijn rechten als coach vervallen. Gedurende de time-out bevinden de coach en de spelers zich op of in de directe omgeving van de bank, die aan hun ploeg is toegewezen. Een wedstrijdreglement kan voorschrijven welke communicatiemiddelen de coach mag gebruiken vanaf de bank. c Vervangende spelers en andere tot de ploeg behorende personen De vervangende spelers en alle andere personen, die op de bank mogen zitten, behoren tot de ploeg. Zij mogen tijdens de wedstrijd de bank niet verlaten, behalve in de volgende gevallen. Vervangende spelers mogen de bank verlaten voor een warming-up voorafgaand aan een spelersvervanging. Een lid van de medische staf mag de bank verlaten om een geblesseerde speler te onderzoeken en/of te behandelen. Hij mag alleen na toestemming van de scheidsrechter het speelveld betreden. Een speler die is vervangen mag plaatsnemen op de bank. Een speler, die is vervangen omdat hem een rode kaart is getoond, mag echter niet op de bank plaatsnemen; hij dient het speelgebied te verlaten. Wanneer een ploeg wordt vergezeld door vervangende spelers en/of andere personen die tot de ploeg behoren moeten deze personen tijdens de wedstrijd op de bank zitten. Op de bank mogen geen andere personen plaats nemen. Het maximaal aantal vervangende spelers dat op de bank mag plaatsnemen is acht. Het maximaal aantal andere tot de ploeg behorende personen dat mag plaatsnemen op de bank is, behalve de coach, vier. Een wedstrijdreglement kan bepalen dat genoemde aantallen anders zijn. Een wedstrijdreglement kan voorschrijven dat, indien een speler is gestraft, hij in een andere functie behalve die van coach of vervangende speler - op de bank mag plaatsnemen. Is dit niet geregeld, dan kan een wedstrijdreglement voorschrijven waar deze persoon zich dan mag bevinden gedurende de wedstrijd. 3.1 Wedstrijdduur en time-out a De speeltijd en de duur van de rust worden bepaald door een wedstrijdreglement. Een wedstrijdreglement schrijft de speeltijd en de duur van de rust voor. Op deze manier wordt het mogelijk met zuivere speeltijd te spelen. Voor wedstrijden waar niet met zuivere speeltijd wordt gespeeld is de aanbevolen wedstrijdduur 2 x 30 minuten. Een kortere wedstrijdduur is wenselijk voor wedstrijden voor jongere spelers. De aanbevolen duur van de rust bedraagt maximaal 10 minuten. Met niet tot het spel behorend oponthoud wordt rekening gehouden. De hiervoor benodigde tijd behoort niet tot de speeltijd. Dit betreft ook: time-outs (zie b hierna) en de tijd, benodigd voor een vervanging. 21

Bij overtreding van 3.6g (toelichting, punten 2 en 4) of bij invloeden van buitenaf (inclusief het verzorgen van blessures), die de speeltijd van een speelhelft naar het oordeel van de scheidsrechter belangrijk beïnvloeden, verlengt hij de speeltijd van de desbetreffende speelhelft met de duur van het oponthoud. Een wedstrijdreglement kan voorschrijven dat, wanneer een tijdopnemer is aangesteld conform 2.4a, het einde van iedere speelhelft wordt aangegeven door diens geluidssignaal en niet door het fluitsignaal van de scheidsrechter. Verder kan een wedstrijdreglement voorschrijven dat tijdens een periode vóór het eind van een speelhelft de klok wordt gestopt wanneer de scheidsrechter fluit om het spel te onderbreken (zuivere speeltijd). De klok wordt opnieuw gestart wanneer de scheidsrechter fluit om het spel te hervatten behalve bij het nemen van een strafworp, in dat geval wordt de klok opnieuw gestart: a bij de uitworp na een doelpunt; b bij het eerste balcontact van een speler na het mislukken van de strafworp. b Time-out Een time-out is een onderbreking van de speeltijd gedurende 60 seconden; de duur van een timeout behoort niet tot de speeltijd. Het aantal toegestane time-outs per ploeg wordt bepaald door een wedstrijdreglement. Een wedstrijdreglement kan nadere bepalingen bevatten over de speelklassen en leeftijdsgroepen waarin men gebruik kan maken van het recht om een time-out aan te vragen. Een time-out kan door de coach alleen gedurende een spelonderbreking worden aangevraagd bij de scheidsrechter. Een wedstrijdreglement kan voorschrijven dat het aanvragen van een time-out door de coach dient te worden gedaan via de teller. De coach meldt de aanvraag om een time-out bij de scheidsrechter door het maken van een T-teken met beide handen. De scheidsrechter geeft door middel van het T-teken en - tegelijkertijd - een fluitsignaal het begin van de time-out aan. Na 50 seconden geeft de scheidsrechter door middel van een tweede fluitsignaal aan dat beide ploegen zich dienen op te stellen. De wedstrijd dient uiterlijk 60 seconden na het begin van de time-out te worden hervat. Indien er sprake is van een geblesseerde speler, die wordt verzorgd, kan een time-out pas worden aangevraagd nadat de behandeling is voltooid. Gedurende de verzorging van een geblesseerde speler moeten de spelers in hun vak en moet de coach op de bank blijven. Na de time-out wordt het spel hervat op de plaats en op de wijze waarop het spel zou zijn hervat wanneer geen time-out had plaats gevonden. c Vervanging Na een time-out dient het spel eerst te worden hervat voordat een nieuwe time-out kan worden aangevraagd. De duur van een vervanging behoort niet tot de speeltijd. Aangezien de duur van een vervanging niet tot de speeltijd behoort wordt de klok gestopt op het moment dat een coach zijn aanvraag om een vervanging kenbaar maakt bij de scheidsrechter. De klok wordt gestart op het moment dat er wordt gefloten voor het hervatten van het spel. In geval 22

een speler een rode kaart is getoond wordt de klok gestopt op het moment dat de coach een vervanging aanvraagt. 3.12 Verbod om in de aanval de toegestane tijdslimiet te overschrijden Een aanvallende ploeg heeft 25 seconden de tijd om met een schot de korf te raken of te scoren. Deze tijd wordt aangegeven door een schotklok. De overschrijding van de tijdslimiet wordt aangegeven door de zoemer van een schotklok, waardoor het spel wordt onderbroken. Bij overschrijding van de tijdslimiet kent de scheidsrechter een spelhervatting toe aan de verdedigende ploeg. De spelhervatting wordt genomen op de plaats waar een aanvaller de bal in zijn bezit heeft op het moment dat de zoemer klinkt of de aanvaller de bal in bezit had vlak voordat de zoemer klonk. 1. De schotklok wordt gestart op 25 seconden als een aanvaller in het bezit van de bal komt. 2. De schotklok wordt herstart op 25 seconden als de bal na een schot de korf raakt. 3. De schotklok wordt gestopt en op 25 seconden gezet als een verdediger de bal in bezit krijgt, als een doelpunt door de scheidsrechter wordt toegekend en wanneer de halve of de gehele speeltijd is verstreken. 4. a. De schotklok wordt gestopt en op 25 seconden gezet als de scheidsrechter fluit voor: Een overtreding, die wordt bestraft met een vrije worp Een overtreding, die wordt bestraft met een spelhervatting Een overtreding, die wordt bestraft met een strafworp Een spelonderbreking als gevolg van een blessure van een verdediger. b. Nadat de scheidsrechter het spel heeft hervat door een fluitsignaal, wordt de schotklok weer gestart zodra een aanvaller in het bezit is van de bal nadat de bal in het spel is gebracht door de nemer van een vrije worp, een spelhervatting of een strafworp. Het moment, waarop de bal in bezit komt, is dus bepalend voor het weer starten van de schotklok. 5. a. De schotklok wordt gestopt bij het fluitsignaal van de scheidsrechter voor andere omstandigheden dan genoemd onder punt 4. Voorbeelden zijn: een uitbal, een scheidsrechtersworp, blessures van aanvallers of onbillijke bevoordeling. b. De schotklok wordt weer gestart zodra de aanvaller in het bezit is van de bal en nadat de scheidsrechter het spel heeft hervat met een fluitsignaal. In die situaties loopt de klok terug vanaf het tijdstip, dat werd aangegeven bij het stoppen van de klok. Voor een spelonderbreking als gevolg van een blessure van de verdediger (zie punt 4.) wordt de schotklok teruggezet naar 25 seconden, waarna deze weer wordt gestart. Het moment, waarop een aanvaller in het bezit komt van de bal, is dus bepalend voor het weer starten van de schotklok. 6. In het geval een aanvaller de bal, direct of indirect via een verdediger, terugspeelt naar een medespeler in het verdedigingsvak, loopt de schotklok door en wordt deze niet opnieuw op 25 seconden gestart indien een aanvaller direct daaropvolgend in het bezit komt van de bal. 7. De scheidsrechter kent een doelpunt ook toe wanneer, op het moment dat de zoemer klinkt, vaststaat dat de bal de handen van de schietende speler heeft verlaten, zich buiten bereik van enig verdediger bevindt en de bal daarna volledig door de korf is gevallen. Een wedstrijdreglement kan bepalen voor welke wedstrijden deze regel wordt toegepast. 23

Een wedstrijdreglement kan een andere duur van de schotklokperiode voorschrijven, met name voor wedstrijden voor jonge spelers. De maximale schotklokperiode is 40 seconden en de minimale 20 seconden; aanbevolen wordt de periode op een veelvoud van vijf af te ronden. De scheidsrechter kent een doelpunt toe als de bal de korf raakt juist voordat de zoemer klinkt en door de korf valt juist nadat de zoemer heeft geklonken, aangezien er geen gelegenheid is geweest de schotklok terug te zetten. Een wedstrijdreglement kan bepalen dat wanneer een tijdklok aan het eind van een speelhelft minder resterende tijd aangeeft dan de schotklok de schotklok op dat moment niet meer wordt gebruikt. 24

Scheidsrechtersgebaren De bal raakt de korf Stoppen van de speeltijd Toekennen van een spelhervatting Toekennen van een vrije worp 25

Toekennen van een strafworp Spelersvervanging Time-out 26

Bestuursbesluiten (zie voor alle bestuursbesluiten http://www.knkv.nl/knkv-corporate/regelgeving/bestuursbesluiten/) RvW 4.2 Bestuursbesluit banken, coach en vervangende spelers Het Bondsbestuur heeft in zijn vergadering van 12 juni 2017 de volgende voorschriften en voorwaarden, als bedoeld van de officiële spelregels in 1.1c, 2.2b en 2.2c, alsmede in artikel 29 lid 1 en artikel 36 lid 4 van het reglement van wedstrijden, vastgesteld inzake de banken, de vervanging van spelers en het functioneren van coaches en assistent-coaches tijdens een wedstrijd. Het begrip assistent-coach wordt conform de officiële spelregels in 2.2.b gehanteerd. De assistent-coach kan deel uitmaken van de ploeg en neemt de taak van de coach over als deze niet meer aanwezig is. Tot die tijd mag hij geen aanwijzingen geven, zit hij op de bank en mag deze tijdens de wedstrijd niet verlaten. Voor de Korfbal League geldt voor het seizoen 2017-2018 als experiment, in overleg met het IKF, de regels zoals deze zijn vastgelegd in lid 3 en 4. Daar waar gesproken wordt over de coach-mogelijkheden voor de assistent-coach in dit bestuursbesluit heeft dit alleen betrekking op de Korfbal League. Banken 1. De ontvangende ploeg bepaalt aan welke zijlijn de banken worden geplaatst en welke bank gebruikt wordt door haar eigen ploeg en welke door de bezoekende ploeg. 2. a. Op de spelersbank van een ploeg mogen maximaal dertien personen plaatsnemen. Hierbij gaat het om maximaal acht vervangende spelers. De overigen, waaronder de coach en eventueel assistent-coach, zijn met een begeleidingstaak belast. b. Indien de coach of assistent-coach naar de mening van de scheidsrechter de bepalingen van dit besluit overtreedt of zich schuldig maakt aan wangedrag, zoals bedoeld in 2.3f van de officiële spelregels, kan de scheidsrechter, onverkort de in de officiële spelregels genoemde strafmaatregelen, de betrokkene verbieden de spelersbank zonder zijn uitdrukkelijke toestemming te verlaten voor de verdere duur van de wedstrijd; c. Het is personen, als bedoeld onder a. niet toegestaan gebruik te maken van geluidsversterkende middelen, ongeacht of deze bedoeld zijn het stemgeluid te versterken dan wel of onafhankelijk daarvan geluid maken. Het functioneren van de coach en assistent-coach 3. a. De coach en assistent-coach melden zich, direct na het fluitsignaal als bedoeld in artikel 34 lid 4 onder a van het reglement van wedstrijden, bij de scheidsrechter en maakt zich als zodanig bekend. b. Op het wedstrijdformulier moet de naam van de coach en de assistent-coach worden vermeld. 4. a. Het is de coach of assistent-coach toegestaan zijn spelers aanwijzingen te geven van buiten het speelveld en op een wijze, die niet storend is voor anderen. Het is de coach of assistent-coach toegestaan zijn plaats op de bank tijdelijk, voor een korte periode, te verlaten en op een andere plaats, aan dezelfde zijlijn waar de banken zijn geplaatst, van buiten het speelveld aanwijzingen te geven. 4.b. Het is niet toegestaan dat zowel de coach als de assistent-coach beiden de bank hebben verlaten en daarbij tegelijk aanwijzingen geven. In voorkomend geval wordt de coach bestraft met een formele waarschuwing en de assistent-coach wordt voor het vervolg van de wedstrijd het recht ontzegd om de 27

bank te verlaten om aanwijzingen te geven. b. De coach en assistent-coach mogen zich op geen enkele wijze mengen in de leiding van de wedstrijd door de scheidsrechter, zich niet met hem, de assistent-scheidsrechter en de tegenpartij bemoeien, noch trachten hen te intimideren. Het vervangen van spelers 5. De vervangende speler stelt zich in het voorgeschreven clubkostuum op langs de lange zijde van het speelveld waar de spelersbank is geplaatst bij het vak waarin de speler die hij gaat vervangen zich bevindt. Indien de spelers van zijn ploeg wedstrijdkleding dragen waarop reclame-uitingen, als bedoeld in artikel 2 lid 3 onder a van het sponsoringreglement, zijn aangebracht, is hij verplicht dezelfde wedstrijdkleding met dezelfde reclame-uitingen te dragen. 6. Een vervangende speler, die door de scheidsrechter is weggezonden wegens een overtreding van dit besluit of wegens wangedrag, mag niet meer aan de wedstrijd deelnemen. 7. In gevallen waarin geen toestemming van de scheidsrechter is vereist, kan de vervanging onmiddellijk na de melding door de coach of de aanvoerder plaatsvinden. Indien wel toestemming van de scheidsrechter is vereist, vindt de vervanging plaats direct nadat deze is gegeven. 8. Op het wedstrijdformulier dient te worden vermeld welke speler op welk tijdstip is vervangen en wie als vervangende speler aan de wedstrijd is gaan deelnemen. Overige tot de ploeg behorende personen 9. De personen, die op de bank hebben plaatsgenomen behoren tot de ploeg. Hiertoe worden naast de coach (en eventueel de assistent-coach), alsmede en de vervangende spelers ook gerekend de personen die met een begeleidingstaak zijn belast. 10. Een lid van de medische staf mag de bank verlaten om een geblesseerde speler te onderzoeken en/of te behandelen. Hij mag alleen na toestemming van de scheidsrechter het veld betreden. 11. Dit besluit treedt in werking op 1 augustus 2017. 28