Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Vergelijkbare documenten
Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Deelregeling Jij maakt het mee Fonds voor Cultuurparticipatie

cultuuronderwijs: het onderwijs gericht op het bereiken van de kerndoelen in het leergebied Kunstzinnige oriëntatie van het primair onderwijs;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Deelregeling uitwisselingsprogramma Duitsland-Nederland Jonge Kunst 2017

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Algemeen Subsidiereglement stichting Fonds voor Cultuurparticipatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Deelregeling Uitwisselingsprogramma Duitsland-Nederland Jonge Kunst 2016

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Regeling samenwerking Nederland Duitsland jonge kunst

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Algemeen reglement van de Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds gelet op artikel 10, vierde lid van de Wet op het specifiek cultuurbeleid;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds gelet op artikel 10, vierde lid van de Wet op het specifiek cultuurbeleid;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds gelet op artikel 10, vierde lid van de Wet op het specifiek cultuurbeleid;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Regeling Internationale Samenwerking

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Regeling Cultuureducatie in het vmbo en het praktijkonderwijs

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds gelet op artikel 10, vierde lid van de Wet op het specifiek cultuurbeleid;

Alleen organisaties met een culturele doelstelling en zonder winstoogmerk kunnen een aanvraag indienen.

Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds gelet op artikel 10, vierde lid van de Wet op het specifiek cultuurbeleid;

REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds gelet op artikel 10, vierde lid van de Wet op het specifiek cultuurbeleid;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds gelet op artikel 10, vierde lid van de Wet op het specifiek cultuurbeleid;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds gelet op artikel 10, vierde lid van de Wet op het specifiek cultuurbeleid;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Tijdelijke subsidieregels Innovatiegelden

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Regeling Creatief gebruik digitaal erfgoed

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de vigerende Algemene Subsidieverordening van gemeente Amersfoort;

gelezen de nota subsidieregeling Projecten#InDeBuurt d.d. 15 november 2016 nr ;

SUBSIDIEREGELING TOEKOMSTFONDS ONDERWIJS ARBEIDSMARKT AMERSFOORT

PROVINCIAAL BLAD. Nr. 2790

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Tijdelijke subsidieregels Innovatiegelden 2019 tot en met 2022

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de vigerende Algemene Subsidieverordening van gemeente Amersfoort;

Beleidsregel Stimuleringssubside Combinatiefuncties Cultuur gemeente Utrecht

Nadere regels en beleidsregel incidentele subsidie voor culturele activiteiten

Beleidsregels Projectsubsidies Cultuur Midden-Drenthe

REGELING WAARDERINGSSUBSIDIES AMATEURKUNST AMSTERDAMS FONDS VOOR DE KUNST

gelet op artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 4 van de Algemene Subsidieverordening Arnhem 2016;

Regeling Professionalisering Cultuuronderwijs PO Publieksversie. Het bestuur van het Fonds voor Cultuurparticipatie,

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Deelregeling #NieuweStukken Fonds Podiumkunsten

REGELING PROJECTSUBSIDIES KUNST EN CULTUUR

Burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort, gelezen de nota (...) d.d. (...) nr. (...);

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds gelet op artikel 10 lid 4 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid,

Gemeente Heerlen - beleidsregel Tenderregeling Community Arts

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening Amersfoort 2013 (ASV), besluit vast te stellen de volgende regeling:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende na overleg met de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Regeling versterking cultuureducatie in het primair onderwijs

Regeling Gamefonds 2015

BESLUIT Nr. MO/ Subsidieregeling Evenementen en Amateurkunst Dordrecht 2016

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Regeling meerjarige subsidies Nederlands Letlerenfonds

KUNSTENPLAN REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Hoofdstuk 2. Aanvragen Hoofdstuk 3. Beoordelingscriteria Hoofdstuk 4. Besluitvorming...

Regeling van <datum GS> tot wijziging van de Subsidieregeling Kultuer en Mienskip Fryslân.

vast te stellen de volgende deelverordening: Deelverordening subsidie cultuur gemeente Nunspeet

PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2014

Algemene subsidieverordening Texel

REGELING BEWONERSINITIATIEVEN 2019

REGLEMENT PRO SUBSIDIES

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Artikel 2. Toepassing Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS

KUNSTENPLAN REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE

Gelet op het artikel 90, tweede en derde lid van de Wet raadgevend referendum;

Subsidieverordening Actielijnen 3a, 3b en 4 Lokale Educatieve Agenda

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Huishoudelijk reglement van de Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie

Subsidie vrijwillige inzet en informele zorg gemeente Ermelo 2016.

Reglement Per 1 maart 2019

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Regeling TAXvideoclipfonds

op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van Schieland en de Krimpenerwaard van 27 mei 2008;

Regeling literaire manifestaties en activiteiten. 1 Algemeen

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Het bestuur van het Fonds voor Cultuurparticipatie, gelet op de overeengekomen samenwerking met het bestuur van het Prins Bernhard Cultuurfonds

b e s l u i t Voor de uitvoering van deze regeling is in 2018 eenmalig een bedrag van ,- beschikbaar.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds gelet op artikel 10, vierde lid van de Wet op het specifiek cultuurbeleid;

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE TYNAARLO. De raad van de gemeente Tynaarlo,

Subsidieverordening Waterbewustzijn

SUBSIDIEREGELING INNOVATIEAGENDA CULTUUR MAASTRICHT ( )

Concept ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MOERDIJK

Deelregeling Versterking Actieve Cultuurparticipatie Fonds voor Cultuurparticipatie Publieksversie, doorlopende tekst

Beleidsregel kunst&cultuur in de gebieden

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart,

besluiten: vast te stellen de Subsidieregeling MKB innovatiestimulering regio en topsectoren R&D samenwerking Noord-Nederland 2019 als volgt:

Regeling Gamefonds. Artikel 1. Definities In deze regeling wordt verstaan onder:

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 maart 2015 ; Subsidieverordening Maatschappelijk Innovatiefonds gemeente Ommen

Regeling stimuleringssubsidies culturele activiteiten gemeente Vught

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Deelregeling stimulering cultuureducatie in het VMBO Fonds voor Cultuurparticipatie

PROVINCIAAL BLAD. Verordening van 25 november 2014 tot wijziging van de Subsidieregeling Kultuer en Mienskip Fryslân.

Gelet op artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 4 van de Algemene Subsidieverordening Arnhem 2002;

Uitvoeringsbesluit subsidieverlening Cultuurnota provincie Drenthe

Regeling stimuleringssubsidies culturele activiteiten, gemeente Vught

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 20 maart, nummer 14

Aanvraagformulier Maakruimte voor cultuur

Algemene subsidieverordening Gemeente Werkendam 2012

Subsidieregeling infrastructuur professionele kunsten Noord-Brabant

Regeling meerjarige subsidies Nederlands Letterenfonds

Hoofdstuk I Algemene bepalingen. Hoofdstuk II Indiening Stadsinitiatief

Besluit van de gemeenteraad d.d. 12 december 2011, nr. 14B/B, tot vaststelling van de Algemene subsidieverordening Tubbergen

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 15 november 2016, kenmerk SBH/ ;

Transcriptie:

STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 20113 23 december 2009 Plusregeling Fonds voor Cultuurparticipatie [vastgesteld door het Bestuur van de Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie op 9 december 2009] Het Fonds voor Cultuurparticipatie wil de actieve deelname aan cultuur bevorderen door inwoners van Nederland in al hun diversiteit ongeacht leeftijd, herkomst, opleiding en woonplaats. Daarom richt het fonds zich op het ontwikkelen, stimuleren en sociaal en geografisch spreiden van kunstzinnige en culturele projecten binnenhet Koninkrijk der Nederlanden door middel van amateurkunst, cultuureducatie en volkscultuur. Deze regeling is vastgesteld om het beleid op dit punt, zoals dat is vastgelegd in het beleidsplan van het Fonds voor Cultuurparticipatie, te operationaliseren en vervangt de Overgangsregeling amateurkunst 2009 en Overgangsregeling cultuureducatie 2009. De Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie, Gelet op artikel 10 lid 4 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid; Met goedkeuring van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 15 december 2009; Besluit: Artikel 1. Ondersteuningsmogelijkheden 1. Het Fonds voor Cultuurparticipatie ondersteunt de volgende activiteiten: a) Projecten die in de vrije tijd en uit liefhebberij worden uitgevoerd: Het fonds ondersteunt openbaar toegankelijke activiteiten in de vrije tijd die bijdragen aan de toename en ontwikkeling van actieve participatie op het gebied van kunsten, erfgoed en media. Prioriteit gaat uit naar projecten waarbij de subsidie direct ten goede komt aan de ontwikkeling van de betrokken amateurs. b) Projecten die een cultuureducatieve doelstelling hebben: Het fonds ondersteunt cultuureducatieve projecten die zijn gericht op het kennisnemen van en actief deelnemen aan cultuur. Het gaat zowel om schoolgebonden activiteiten als openbaar toegankelijke educatieve projecten die in de vrije tijd plaatsvinden. Ook ondersteunt het fonds projecten voor ontwikkeling van bijzonder talent. Daarnaast zijn aanvragen welkom waarbij de Canon van Nederland als uitgangspunt wordt gebruikt. c) Projecten die nieuwe verbindingen leggen met volkscultuur: Het fonds ondersteunt openbaar toegankelijke projecten waarbij actieve cultuurparticipatie centraal staat en die een bredere bekendheid over en (her)waardering voor volkscultuur bewerkstelligen. De wijze waarop volkscultuur een plek krijgt binnen de hedendaagse culturele context staat bij de beoordeling van het project centraal. 2. Voor elk van de drie in het vorige lid genoemde activiteiten geldt dat deze ook voor subsidie in aanmerking komen wanneer het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd zich (gedeeltelijk) richt op internationale samenwerking of uitwisseling; mits het project een bijdrage levert aan de ontwikkeling van amateurkunst, cultuureducatie en volkscultuur in Nederland. Artikel 2. Ontvankelijkheid en indieningtermijn Aanvragen kunnen uiterlijk drie maanden voor aanvang van het project worden ingediend met het daarvoor op de website te downloaden aanvraagformulier. Een aanvraag bevat in ieder geval een ondertekend en volledig ingevuld aanvraagformulier, waaronder: een inhoudelijk plan en een begroting met toelichting. De aanvraag dient losbladig te worden ingediend. De aanvrager is verantwoordelijk voor een juiste en volledige informatieverstrekking op grond waarvan het bestuur van het fonds redelijkerwijs tot een besluit kan komen. Artikel 3. Vereisten voor aanvragers Het fonds kan subsidie beschikbaar stellen voor plannen die worden gerealiseerd door in het Koninkrijk der Nederlanden gevestigde rechtspersonen zonder winstoogmerk met een culturele doelstelling. Geen aanvraag kunnen indienen: 1 Staatscourant 2009 nr. 20113 23 december 2009

uitgeverijen landelijke omroepen professionele instellingen waarvan het toezicht op het doelmatig en verantwoord functioneren onvoldoende is aanvragers die afspraken voortvloeiende uit een eerdere subsidieverplichting met een (rechtsvoorganger van) het fonds niet goed hebben nageleefd Artikel 4. Uitgesloten van ondersteuning projecten met een overwegend receptieve doelstelling; projecten op het gebied van de media met een overwegend journalistieke en informatieve invulling; projecten die primair gericht zijn op het realiseren van een beeld of geluid registratie van bijvoorbeeld concerten en voorstellingen; projecten die primair gericht zijn op of plaatsvinden binnen het kunstvakonderwijs met inbegrip van de mbo-kunstopleidingen en de particuliere opleidingen; projecten die tot doel hebben subsidie te verwerven voor investeringen in bedrijfsmiddelen of bouwkundige voorzieningen; projecten die primair gericht zijn op het realiseren van reguliere scholingsactiviteiten voor professionals; projecten die in het kader van de basisinfrastructuur rechtstreeks door de rijks of lokale overheid danwel het NFPK+ zijn gefinancierd met cultuurmiddelen; projecten die redelijkerwijs gefinancierd kunnen worden uit het reguliere taakstellingbudget van aanvragers; projecten die zijn ingediend zonder gebruikmaking van het daarvoor onder artikel 2 bedoelde aanvraagformulier; danwel waarvan de omvang meer dan het, in het aanvraagformulier vermeldde, toegestane aantal pagina s bestrijkt. Artikel 5. Beslissing op de aanvraag Het bestuur van het fonds kan een subsidieaanvraag ter advisering voorleggen aan een adviescommissie. In geval de aanvraag kennelijk niet-ontvankelijk dan wel kennelijk ongegrond is, kan het bestuur van het fonds besluiten de aanvraag onmiddellijk af te wijzen zonder nader onderzoek. Uiterlijk binnen 3 maanden na indiening van de aanvraag, stelt het bestuur van het fonds de aanvrager schriftelijk van zijn besluit in kennis. Indien niet binnen de gestelde termijn op de aanvraag kan worden beslist, stelt het bestuur van het fonds de aanvrager daarvan in kennis en noemt hij de termijn waarbinnen de beslissing tegemoet kan worden gezien.voor aanvragen ingediend tussen 15 juni en 15 augustus van het subsidiejaar geldt dat de besluittermijn vanwege de vakantieperiode met 5 weken wordt verlengd.tijdens de behandeling van een aanvraag wordt over de voortgang daarvan geen inhoudelijke informatie verstrekt. Artikel 6. Beoordelingscriteria a) actieve participatie: het project levert vanuit een landelijk perspectief een bijdrage aan de vergroting, verbreding en ontwikkeling van de actieve deelname aan cultuur door alle bevolkingsgroepen binnen het Koninkrijk der Nederlanden. Daarbij geldt dat het project en de gekozen methode goed dienen aan te sluiten bij de gekozen doelgroep(en). Prioriteit gaat uit naar projecten die leiden tot vergroting van de diversiteit. Indien het project zich beperkt tot het enkel genereren van bezoekers voor een tentoonstelling, festival of voorstelling wordt aan het actieve participatie criterium niet voldaan; en b) onderscheidend karakter: het project onderscheidt zich vanuit een landelijk perspectief door inhoud, opzet en uitvoering van reeds eerder gerealiseerde vormen van amateurkunst, cultuureducatie en volkscultuur.het project kenmerkt zich daarnaast door een innovatief, bijzonder of voorbeeldstellend karakter of gerichtheid op duurzame verankering; en c) kwaliteit: de kwaliteit van een project wordt beoordeeld op de volgende criteria: een gedegenartistieke en/of inhoudelijke invulling, een haalbaar organisatorisch plan voorzien van een redelijke begroting en een doordachte en realistische doelgroepbenadering. Daarnaast moeten de aanvraag en de betrokken instelling(en) het vertrouwen wekken dat het eindresultaat succesrijk zal zijn. Artikel 7. Hoogte en duur van de bijdrage 1) hoogte: Bij het vaststellen van de hoogte van de bijdrage worden alleen variabele projectkosten in aanmerking genomen die relevant zijn in het licht van de in de aanhef van deze regeling verwoorde doelstelling. Lasten die op enigerlei wijze tot de normale exploitatiekosten kunnen worden gerekend, zoals bijvoorbeeld uniformen, atelierinrichting, filmcamera s, muziekinstru- 2 Staatscourant 2009 nr. 20113 23 december 2009

menten en investeringen die niet direct op de realisatie van de activiteit zijn gericht komen niet voor ondersteuning in aanmerking. Het fonds ondersteunt maximaal 50 procent van de variabele projectkosten met dien verstande dat het aandeel van het fonds in de variabele projectkosten minimaal 5.000, en maximaal 100.000, is behoudens uitzonderlijke gevallen. In de begroting bestaat een redelijke verhouding tussen het aangevraagde bedrag en de bijdrage van andere financiers. De post onvoorzien mag maximaal 5% van de totale projectbegroting bedragen. 2) duur: Projecten kunnen binnen de plusregeling worden ondersteund voor een aaneengesloten periode van één dag tot maximaal twee jaar. Artikel 8. Subsidieplafond 1. Het totale beschikbare bedrag dat het bestuur van het fonds voor projecten in het kader van deze regeling kan verdelen bedraagt tot en met 2012 4.400.000, per jaar, onder voorbehoud van verstrekking van deze middelen door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Het bestuur van het fonds bepaalt op welke wijze het beschikbare bedrag wordt verdeeld over de disciplines: kunsten, media en erfgoed. 2. Als de middelen die het Fonds voor Cultuurparticipatie in het kader van deze regeling heeft bestemd voor projectsubsidies zijn uitgeput, kan een aanvraag zonder nader onderzoek vanwege het bereiken van het subsidieplafond worden afgewezen. 3. Het bestuur van het Fonds kan overgaan tot het verhogen van het subsidieplafond als bedoeld in het eerste lid. 4. Het bestuur van het Fonds kan bedragen als bedoeld in het eerste lid, die niet zijn benut herverdelen. Artikel 9. Verdeelsleutel Het beschikbare bedrag als bedoeld in artikel 8 wordt verdeeld op volgorde van ontvangst van de aanvragen, met inachtneming van het bepaalde in deze regeling, met dien verstande dat, wanneer de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht in de gelegenheid is gesteld de aanvraag aan te vullen, de dag waarop de aanvulling is ontvangen, als datum van ontvangst van de aanvraag geldt. Voor zover de verlening van subsidie voor aanvragen, die op dezelfde dag zijn ontvangen, het subsidieplafond, genoemd in artikel 8, wordt overschreden, wordt de onderlinge rangschikking van de aanvragen vastgesteld aan de hand van de criteria in artikel 6. Daarbij geldt dat de aanvraag die het beste scoort op het criterium kwaliteit, als eerste wordt gehonoreerd. Artikel 10. Overige bepalingen 1. In alle gevallen waarin de wet, de statuten, het huishoudelijk reglement, het algemeen reglement of deze regeling niet voorziet, beslist het bestuur van het fonds. 2. Deze regeling is een deelreglement van het Algemeen reglement van De Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie. Artikel 11. Intrekking andere regelingen en overgangsrecht De Overgangsregeling Amateurkunst 2009 en de Overgangsregeling Cultuureducatie 2009 worden daags na publicatie van de Plusregeling Fonds voor Cultuurparticipatie in de Staatscourant ingetrokken. Alle subsidieaanvragen die voor het moment van inwerkingtreding van deze regeling zijn ontvangen, met inbegrip van daarop ingestelde bezwaar- en beroepprocedures, worden afgehandeld volgens de op dat moment geldende bepalingen, tenzij toepassing van onderhavige regeling gunstiger is. Artikel 12. Inwerkingtreding Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag na uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. 3 Staatscourant 2009 nr. 20113 23 december 2009

Artikel 13. Citeertitel Deze regeling wordt aangehaald als: Plusregeling Fonds voor Cultuurparticipatie Het bestuur van Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie, J.J.K. Knol. 4 Staatscourant 2009 nr. 20113 23 december 2009

TOELICHTING Algemeen De volgende voormalige regelingen van het Fonds voor Cultuurparticipatie (FCP) zijn ondergebracht in deze deelregeling Overgangsregeling Amateurkunst 2009 Overgangsregeling Cultuureducatie 2009 De Plusregeling, waarvoor tot en met 2012 jaarlijks een budget van 4,4 miljoen beschikbaar is, komt in aanvulling op de Regeling Cultuurparticipatie voor provincies en gemeenten 2009 2012. Hiervoor is jaarlijks een ruimer budget van 26 miljoen euro beschikbaar dat door gemeenten en provincies zelf over lokale initiatieven wordt verdeeld. Met de Plusregeling wil het fonds de actieve deelname aan het culturele leven van inwoners van Nederland, in al hun diversiteit, ongeacht leeftijd, herkomst, opleiding en woonplaats bevorderen.dat doet het door projectsubsidies te verstrekken aan inspirerende, cultuurparticipatie initiatieven met een voorbeeldstellend karakter vanuit landelijk perspectief. Daarmee wil het fonds een stimulans geven aan de ontwikkeling van kwalitatief hoogstaande (experimentele) projecten op het gebied van amateurkunst, cultuureducatie en volkscultuur. Om aan te sluiten bij actuele ontwikkelingen in het veld, zoals interdisciplinaire kunstprojecten en community arts, is ervoor gekozen om de bestaande schotten tussen de disciplines los te laten en bij de beoordeling voortaan drie algemene categorieën te hanteren: kunsten, media en erfgoed. Deze deelregeling zal samen met de volgende regelingen onderdeel gaan uitmaken van het beleidsinstrumentarium van het fonds: Regeling Cultuurparticipatie voor provincies en gemeenten 2009 2012 Mandaat van het Ministerie van OCW voor beheer meerjarige subsidierelaties die op basis van hun aandeel in de cultuurparticipatie een vierjarige subsidie ontvangen Kulturaregeling Er zit muziek in ieder kind (treedt op eind 2009 in werking) Het beste van twee werelden (treedt begin 2010 in werking) Definities: Amateurs: zijn personen die uit passie, liefhebberij of engagement, zonder daarmee primair in het levensonderhoud te willen voorzien, kunst beoefenen met inbegrip van erfgoed en volkscultuur. Wanneer op de begroting een financiële vergoeding voor amateurs wordt opgevoerd, zal in voorkomende gevallen voor de beoordeling van de toelaatbaarheid van de hoogte ervan aansluiting gezocht worden bij de door de belastingdienst vastgestelde gageregeling 1 die onderdeel uitmaakt van de Regeling kostenvergoeding artiest en beroepssporter. Professionals: zijn personen die grondig onderlegd zijn in en een artistieke of inhoudelijke functie vervullen binnen de kunsten, media of erfgoed. Zij hebben een relevante vooropleiding voltooid of hebben daarmee gelijk te stellen ervaring opgedaan door werkzaam te zijn in artistieke of inhoudelijk relevante functies binnen de kunsten, media of erfgoed. Artikelsgewijs Artikel 1 Ondersteuningsmogelijkheden lid 1 Sub A) Om de genoemde prioriteit te verwezenlijken streeft het Fonds voor Cultuurparticipatie ernaar dat minimaal 50% van het budget van de Plusregeling direct ten goede komt aan de amateurs. Sub B) Wanneer een cultuureducatief project schoolgebonden activiteiten als vertrekpunt heeft, dient er aantoonbaar samengewerkt te worden met scholen. 1 Meer informatie over deze regeling kunt u vinden op www.belastingdienst.nl 5 Staatscourant 2009 nr. 20113 23 december 2009

Artikel 1 lid 2 Indien het project (deels) ziet op internationale activiteiten dan dient de aanvraag, om in aanmerking te komen voor de voor dit doeleinde beperkt beschikbare subsidie, aan de volgende voorwaarden te voldoen : de aanvrager formuleert wat het doel is van de reis, het festival, het concours of de co-productie en geeft aan wat hij gaat doen (repertoirekeuze of omschrijving van de bijdrage o.i.d.) en hij motiveert de aanvraag door aan te geven hoe deze activiteit aansluit bij de ambities van de aanvrager, wat de activiteit betekent voor de ontwikkeling van de aanvrager en hoe deze ervaring een vervolg krijgt in Nederland; de aanvrager benoemt het belang of het gewicht van de reis, het festival, het concours of de co-productie waaraan hij wil deelnemen en geeft aan wat hij te brengen heeft: waarom is deelname, co-productie of uitwisseling juist van belang bij deze activiteit? de aanvrager benoemt wat het belang van de reis, het festival, concours of de co-productie is voor de ontwikkeling van de amateurkunst, cultuureducatie en volkscultuur in Nederland. Met andere woorden: de internationale component is niet alleen van belang voor de aanvrager zelf maar heeft een breder belang, bijvoorbeeld de vertegenwoordiging van Nederland bij een toonaangevend Europees kampioenschap of een wereldcongres. Artikel 2 Ontvankelijkheid en indiening Wanneer de aanvraag betrekking heeft op een voorstelling of een concert wordt als moment van aanvang van het project, het begin van het repetitieproces genomen. Om ontvankelijk te kunnen worden verklaard dient de aanvrager de aanwijzingen op het aanvraagformulier nauwkeurig op te volgen. In geval van onvolledigheid danwel onduidelijkheid wordt de aanvrager eenmalig in staat gesteld om op aangeven van het fonds binnen twee weken de gebreken in de aanvraag te herstellen. Het fonds zal in voorkomende gevallen deze aanwijzing per e-mail verstrekken. Artikel 4 Uitgesloten van ondersteuning Realisatie van een cd of dvd registratie is alleen dan subsidiabel voor zover deze van belang zijn voor de overdracht van kennis en methodieken en dus feitelijk een onlosmakelijk onderdeel uitmaken van een project. Projecten die primair gericht zijn op of plaatsvinden binnen het kunstvakonderwijs zijn alleen dan wel toegestaan wanneer de activiteit waarbij de studenten van het kunstvakonderwijs betrokken zijn, plaats vindt buiten de onderwijsinstelling om. Projectaanvragen van instellingen die in het kader van de basisinfrastructuur rechtstreeks door de overheid zijn gefinancierd met cultuurmiddelen zijn alleen onder de volgende omstandigheden wel toegelaten. Het dient te gaan om projecten die geen onderdeel hebben uitgemaakt van het beleidsplan waarvoor de subsidie is verleend maar die wel nauw aansluiten bij de doelstelling van de plusregeling en een grote meerwaarde hebben voor het veld. Artikel 5 Beslissing op de aanvraag Wanneer de gevraagde bijdrage aan het fonds minder dan 10.000 bedraagt kan het bestuur van het fonds, gelet op de intern aanwezige expertise, zonder het inwinnen van een extern advies op een aanvraag besluiten. Artikel 7 Hoogte en duur van de bijdrage Het bestuur van het fonds is bevoegd om bij uitzondering, daar waar het projectplan zich kenmerkt door excellente kwaliteit of uitzonderlijke betekenis voor de sector een hogere dan de onder dit artikel genoemde bijdrage toe te kennen. Van de aanvrager en/of de deelnemers wordt een redelijke eigen bijdrage verwacht aan de projectkosten. Een redelijke marketing/publiciteit component mag in de begroting worden opgenomen. 6 Staatscourant 2009 nr. 20113 23 december 2009