RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT Registratienummer raad 1154232 Datum: Behandeld door: 18 september 2014/15 A.B. Visser oktober 2014 Afdeling / Team: Raadsgriffie / GEWIJZIGD RAADSVOORSTEL Onderwerp: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2014 Samenvatting: Op 27 juni 2014 heeft de gemeente van het ministerie van BZK een circulaire betreffende een nieuw rechtspositiebesluit burgemeesters, wethouders, raads- en commissieleden ontvangen, welke een aantal wijzigingen in de geldende rechtspositiebesluiten (ook op gemeentelijk niveau) tot gevolg heeft. Dat betreft zowel financiële als juridische gevolgen. De wijzigingen hebben als ingangsdatum 1 juli 2014. Volgens de circulaire van BZK was het doel de bestaande afzonderlijke rechtspositieregelingen te harmoniseren en te moderniseren. De nieuwe regeling houdt ook in dat een aantal vergoedingen die voorheen facultatief waren nu door opname in de landelijke regelgeving voor gemeenten verplichte uitgaven zijn geworden. Dat leidt tot een aantal financiële consequenties. In de circulaire staat hierover dat het Rijk met de VNG heeft afgesproken dat de financiële gevolgen voor eigen rekening v.d. betreffende gemeenten komen. De raad wordt voorgesteld in te stemmen met een gewijzigde verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Purmerend 2014 waarin de op grond van de gewijzigde rechtspositiebesluiten noodzakelijke aanpassingen zijn verwerkt.
Purmerend, 18 september/15 oktober 2014 Aan de gemeenteraad van Purmerend, Inleiding en probleemstelling: Op 27 juni 2014 heeft de gemeente van het ministerie van BZK een circulaire betreffende een nieuw rechtspositiebesluit burgemeesters, wethouders, raads- en commissieleden ontvangen, dat een aantal wijzigingen in de geldende rechtspositiebesluiten (ook op gemeentelijk niveau) tot gevolg heeft. Dat betreft zowel financiële als juridische gevolgen. De wijzigingen hebben als ingangsdatum 1 juli 2014. Volgens de circulaire van BZK is het doel van het nieuwe rechtspositiebesluit om de bestaande afzonderlijke rechtspositieregelingen te harmoniseren en te moderniseren. De nieuwe regeling houdt ook in dat een aantal vergoedingen die voorheen facultatief waren nu door opname in de landelijke regelgeving voor gemeenten verplichte uitgaven zijn geworden. Dat leidt tot een aantal financiële consequenties. In de circulaire is hierover opgenomen dat het Rijk met de VNG heeft afgesproken dat de financiële gevolgen voor eigen rekening van de betreffende gemeenten komen. Juridisch E.e.a. moet ook worden verwerkt in een nieuwe verordening rechtspositie, waarvoor inmiddels van de VNG een model is ontvangen. Het recht op vergoeding van de nieuwe of gewijzigde bedragen geldt vanaf 1 juli 2014. Deze hogere wetgeving gaat boven de plaatselijke verordening en het recht op de vergoeding is daarmee niet afhankelijk van het tijdstip van inwerkingtreding van de gemeentelijke verordening. De gemeentelijke verordening kan daarom op een later tijdstip worden aangepast en vastgesteld al verdient het uiteraard de voorkeur om de gemeentelijke regelgeving z.s.m. in overeenstemming te brengen met de landelijke. (NB mede om rekening te kunnen houden met eventuele mutaties en mogelijke verrekeningen worden de tegemoetkomingen aan het eind van het jaar uitbetaald. Dat geldt nu bijvoorbeeld ook al voor de bestaande extra vergoeding voor fractievoorzitters. De aangepaste vaste onkostenvergoeding voor raadsleden wordt uiteraard wel maandelijks uitbetaald vanaf het moment dat dit in de uitbetaling van de raadsvergoeding kon worden meegenomen). Oplossingsrichtingen: Het vaststellen van een nieuwe verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden. Meetbare doelstellingen: Het beschikken over een actuele verordening waarin de rechtspositie van wethouders, raadsen commissieleden is vastgesteld en welke verordening is afgestemd op hogere wet- en regelgeving. Financiële consequenties: Een aantal aspecten uit het nieuwe rechtspositiebesluit waren al geregeld in Purmerend en hebben geen afzonderlijke (financiële) consequenties. Dat betreft bijvoorbeeld de vaste maximale bedragen die commissieleden krijgen voor het bijwonen van vergaderingen en ICT-voorzieningen voor commissieleden die gelijk zijn aan de regeling voor raadsleden. blz. 2 van 8
Er zijn ook een aantal (financiële) consequenties die voortvloeien uit de nieuwe rechtspositieregeling voor wat betreft de burgemeester en de wethouders (bv de onkostenvergoeding). Verder zijn er voor alle gemeentelijke bestuurders enkele consequenties waarbij sprake is van een eventueel recht op vergoeding, maar waarvoor op dit moment (nog) geen bedragen in de begroting zijn opgenomen en waarvan bezien moet worden of dat alsnog moet gebeuren. Dat betreft bv de kosten van niet-partijpolitiek georiënteerde functionele scholing en contributie van beroepsverenigingen. Op grond van de geldende rechtspositieregeling bestaat ook op dit moment al de mogelijkheid van tegemoetkoming in individuele scholingskosten. Tot op heden is daar weinig gebruik van gemaakt. Voor wat betreft contributie van beroepsverenigingen is nog onlangs desgevraagd door het seniorenconvent aangegeven dat er geen behoefte is aan een collectief lidmaatschap van de beroepsvereniging. Er zijn nog geen verzoeken binnengekomen m.b.t. een eventuele vergoeding van een individueel lidmaatschap. Om deze redenen wordt vooralsnog voorgesteld voor beide onderwerpen op dit moment geen afzonderlijk budget op te nemen in de begroting. Voor de raadsleden hebben de aanpassingen de volgende financiële consequenties: De tegemoetkoming ziektekostenverzekering voor raadsleden die tot 1 juli 2014 facultatief was en in Purmerend m.i.v. 2014 door de raad was afgeschaft en was ingezet als een bezuinigingsmaatregel moet vanaf 1-7-2014 verplicht worden uitbetaald. Deze uit te betalen tegemoetkoming bedraagt op dit moment p.p. 203,21 per jaar. Op jaarbasis is dat een totaalbedrag van 7112,35 voor de 35 raadsleden. * de raadsleden die zitting hebben in een Rekenkamercommissie krijgen een toelage van 5% v.d. vergoeding voor de (raads-)werkzaamheden op jaarbasis. de onkostenvergoeding voor raadsleden is (voor alle gemeenten) vastgesteld op een bedrag van 165 (was voor Purmerend 161,79). Verschil op jaarbasis 1348,20. *ln de circulaire d.d. 27 juni 2014 was toegevoegd (en nieuw) dat de tegemoetkoming netto wordt uitgekeerd en ook moet worden uitbetaald aan commissieleden. In de op 13 oktober 2014 ontvangen circulaire wordt dit gecorrigeerd naar de "oude situatie". Dat betekent dat de tegemoetkoming alleen raadsleden betreft en dat de hoogte een brutobedrag (netto 97,54) per jaar is. Bovengenoemde bedragen zijn verplichte en structurele uitgaven. De betreffende consequenties, inclusief de door het college te regelen consequenties mbt de aanpassingen in de rechtspositie v.w.b. de burgemeester en de wethouders zijn verwerkt in de conceptprogrammabegroting. Communicatie: De verordening zal op de gebruikelijke wijze worden gepubliceerd. M on ito ri ng/eva I uatie: n.v.t. Voorstel: De Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Purmerend 2014 vast te stellen. blz. 3 van 8
De raad van de gemeente Purmerend, gelezen het voorstel van het presidium d.d. 18 september 2014, nr.1150334/1154232, gelet op de art. 44 lid 2 en lid 3 en artikelen 95 tot en met 99 en 147van de Gemeentewet, gelet op het Rechtspositiebesluit wethouders en het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, BESLUIT: de volgende verordening vast te stellen: Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. commissie: de door de raad op grond van de artikelen 82, 83 of 84 van de Gemeentewet ingestelde commissies, de adviescommissie voor (raads)bezwaarschriften en de rekenkamercommissie; b. commissielid: lid zoals bedoeld in het reglement van orde voor de raadscommissies; c. griffier: de functionaris, zoals bedoeld in artikel 107 Gemeentewet; d. secretaris: de functionaris, zoals bedoeld in artikel 102 Gemeentewet; e. arbeidsvoorwaarden op maat: de in de regeling arbeidsvoorwaarden op maat of de werkkostenregeling opgenomen arbeidsvoorwaarden. Hoofdstuk 2 Voorzieningen voor raadsleden Artikel 2 Vergoeding voor de werkzaamheden De vergoeding voor de werkzaamheden bedoeld in artikel 2 lid 1 Rechtspositiebesluit raadsen commissieleden is gelijk aan het maximum zoals vermeld in tabel I van dat besluit. Artikel 3 Berekening en betaling vaste vergoedingen De vergoeding bedoeld in artikel 2 wordt in maandelijkse termijnen uitbetaald. Artikel 5 Reis- en verblijfskosten 1. Aan een raadslid worden de t.b.v. de gemeente gemaakte kosten i.v.m. reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur vergoed. 2. De in lid 1 bedoelde vergoeding is: a. voor wat betreft de verblijfkosten gelijk aan het overeenkomstig in artikel 4, onderdeel c. van de Regeling rechtspositie wethouders bepaalde; b. voor wat betreft de reiskosten gelijk aan het overeenkomstig artikel 4, onderdeel a en b van de Regeling rechtspositie wethouders bepaalde. c. De reis en verblijfkosten worden alleen vergoed als deze gedeclareerd worden overeenkomstig de bepalingen in deze verordening. Artikel 6 Scholing 1. Raadsleden die aan scholing als bedoeld in artikel 13, eerste lid van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden willen deelnemen, die niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dienen daartoe een gemotiveerde aanvraag in bij de griffier 2. De aanvraag bedoeld in het eerste lid gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie 3. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is blz. 4 van 8
in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap. 4. Aanvragen die niet overeenkomstig de bepalingen in deze verordening worden ingediend komen niet voor vergoeding in aanmerking. 5. In voorkomende gevallen beslist het presidium. Artikel 7 ICT-apparatuur De griffier verleent een raadslid op declaratiebasis een vergoeding voor de aanschaf, het gebruik en het onderhoud van ICT-apparatuur (bijv. desktopcomputer, laptop, tablet, bijbehorende randapparatuur en software). Deze vergoeding bedraagt 90% van de aanschafkosten, met een maximum van 600. Na het 1 e zittingsjaar wordt de vergoeding vastgesteld naar rato van de - resterende - duur van het raadslidmaatschap, afgerond in hele maanden. In een zittingsperiode kan de totale vergoeding per raadslid het bedrag van 600 niet overschrijden. Artikel 8 Werkkostenregeling Gezien de Wet op de loonbelasting 1964 wijst de gemeente als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van die wet aan de vergoedingen en verstrekkingen als bedoeld in artikel 13a van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden. Hoofdstuk 3 Voorzieningen voor wethouders Artikel 9 Reiskosten woon-werkverkeer 1. Wethouders hebben recht op een vergoeding van de kosten voor woon- werkverkeer, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3 van de Regeling rechtspositie wethouders; 2. Er bestaat maximaal twee keer per dag recht op een enkele reis vergoeding woonwerkverkeer; 3. De reiskosten als bedoeld in het eerste lid worden alleen vergoed als deze gedeclareerd worden overeenkomstig de bepalingen in deze verordening. Artikel 10 Zakelijke reiskosten 1. Wethouders hebben recht op een vergoeding voor reis- en verblijfkosten voor reizen gemaakt voor de uitoefening van het ambt overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 Regeling rechtspositie wethouders. 2. De reiskosten als bedoeld in het eerste lid worden alleen vergoed als deze gedeclareerd worden overeenkomstig de bepalingen in deze verordening. Artikel 11 Buitenlandse dienstreis 1. Indien de wethouder in het gemeentelijk belang een reis buiten Nederland maakt, worden de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reis- en verblijfkosten vergoed. 2. Voor een reis in het gemeentelijk belang buiten Nederland, niet zijnde een reis naar een Europese instelling, is vooraf toestemming van het college vereist. De gemeenteraad kan aan deze toestemming voorwaarden verbinden. Artikel 12 Computeren internetverbinding 1. Op aanvraag worden de wethouder ten laste van de gemeente voor de uitoefening van het ambt een computer, bijbehorende apparatuur en software in bruikleen ter beschikking gesteld. 2. De wethouder ondertekent voor de bruikleen een bruikleenovereenkomst met de gemeente. 3. Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast 4. Voor zover er sprake is van een belastingheffing in verband met een ten laste van de gemeente ter beschikking gestelde computer, bijbehorende apparatuur en software zoals bedoeld in lid 1, ontvangt de wethouder ten laste van de gemeente op aanvraag per jaar een tegemoetkoming van 30% van de aanschafwaarde voor een periode van maximaal 3 jaar. 5. Indien geen computer, bijbehorende apparatuur en software ter beschikking is gesteld, verleent het college de wethouder op aanvraag voor de uitoefening van het ambt voor blz. 5 van 8
een periode van maximaal 3 jaar een tegemoetkoming van 30% van de aanschafwaarde met een maximum van 800 voor de aanschaf van een computer, bijbehorende apparatuur en software. 6. Op aanvraag worden de wethouder de aanleg- en abonnementskosten voor de internetverbinding voor de in lid 1 of lid 3 genoemde computerapparatuur vergoed. Artikel 13 Communicatieapparatuur 1. Op aanvraag wordt de wethouder voor de uitoefening van zijn ambt communicatieapparatuur in bruikleen ter beschikking gesteld. 2. De wethouder ondertekent daartoe een bruikleenovereenkomst met de gemeente. 3. Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast. 4. Voor zover de in bruikleen beschikbaar gestelde communicatieapparatuur voor privédoeleinden wordt gebruikt, vindt maandelijks een verrekening van de gebruikskosten plaats. Artikel 14 Werkkostenregeling. Gezien de Wet op de loonbelasting 1964 wijst de gemeente als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van die wet aan de vergoedingen en verstrekkingen als bedoeld in artikel 28a van het Rechtspositiebesluit wethouders. Artikel 15 Reis- en pensionkosten en verhuiskosten Een wethouder die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente Purmerend beschikt heeft ten laste van de gemeente aanspraak op vergoeding van: a. reis- en pensionkosten overeenkomstig het maximum genoemd in artikel 1 aanhef, sub a en sub b Regeling rechtspositie wethouders; b. verhuiskosten i.v.m. de benoeming als wethouder overeenkomstig artikel 2 van de Regeling rechtspositie wethouders. Hoofdstuk 4 Voorzieningen voor commissieleden Artikel 16 Vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen en voor ICT-apparatuur 1. Een commissielid ontvangt voor het bijwonen van commissievergaderingen een vergoeding die gelijk is aan het in tabel IV van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden voor gemeenteklasse 4 genoemde bedrag. 2. Lid 1 is niet van toepassing op degene die als commissielid een vaste vergoeding voor de werkzaamheden als bedoeld in artikel 96 lid 2 Gemeentewet ontvangt. 3. In afwijking van lid 1; a. ontvangt de voorzitter van de adviescommissie voor bezwaarschriften per dagdeel een vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen van de adviescommissie ter hoogte van 250; b. ontvangen de andere leden van de adviescommissie voor bezwaarschriften per dagdeel een vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen van de adviescommissie ter hoogte van 175; c. ontvangen de externe leden van de rekenkamercommissie een vergoeding waarvan de hoogte is vastgesteld in de verordening rekenkamercommissie Purmerend. 4. Er is een budget voor ICT-apparatuur voor raadscommissieleden zoals bedoeld in het Reglement van orde voor de raadscommissies Purmerend 2014. Dit is onderdeel van de fractieondersteuning en wordt door de fractie zelf verdeeld op de in de verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning beschreven wijze. Artikel 17 Reiskosten 1. Aan een commissielid worden de t.b.v. de gemeente gemaakte kosten i.v.m. reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een besluit van het gemeentebestuur vergoed. 2. De in lid 1 bedoelde vergoeding is: a. Voor wat betreft de verblijfkosten gelijk aan het overeenkomstig in artikel 4, onderdeel c. van de Regeling rechtspositie wethouders bepaalde; b. Voor wat betreft de reiskosten gelijk aan het overeenkomstig artikel 4, onderdeel a blz. 6 van 8
en b van de Regeling rechtspositie wethouders bepaalde, c. De reis en verblijfkosten worden alleen vergoed als deze gedeclareerd worden overeenkomstig de bepalingen in deze verordening. Artikel 18 Scholing 1. Commissieleden die aan scholing als bedoeld in artikel 13, eerste lid van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden willen deelnemen, die niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dienen daartoe een gemotiveerde aanvraag in bij de griffier. De aanvraag bedoeld in het eerste lid gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. 2. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap. 3. Aanvragen die niet overeenkomstig de bepalingen in deze verordening worden ingediend komen niet voor vergoeding in aanmerking 4. In voorkomende gevallen beslist het presidium. Hoofdstuk 5 De procedure van declaratie Artikel 19 Betaling van kosten Betaling van kosten op grond van deze verordening vindt plaats door: a. betaling uit eigen middelen; b. rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente; of c. een gemeentelijke creditcard. Artikel 20 Declaratie van vooruit betaalde kosten 1. De declaratie van de kosten bedoeld in de artikelen 5, 15, 16, 21 en 23 van het Rechtspositiebesluit gebeurt op een door het college voorgeschreven wijze indien deze kosten uit eigen middelen vooruit zijn betaald. 2. De bij de declaratie gevraagde informatie wordt volledig verstrekt en zo nodig ondertekend. Het raadslid, onderscheidenlijk de wethouder of het commissielid dient de declaratie binnen 9 weken nadat de kosten gemaakt zijn in bij de griffier, onderscheidenlijk de secretaris. De originele bewijsstukken worden bijgevoegd of bewaard, afhankelijk van de voorschriften waarnaar in lid 1 wordt verwezen. Artikel 21 Rechtstreekse facturering bij de gemeente De vergoeding van de kosten bedoeld in artikelen 7, 15 tot en met 16, 21, 23, 25 van het Rechtspositiebesluit kan plaatsvinden door rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente. Artikel 22 Gebruik creditcard 1. De vergoeding van kosten als bedoeld in de artikelen 15, 16 en 21 van het Rechtspositiebesluit kan plaatsvinden door gebruikmaking van de gemeentelijke creditcard. 2. Een gemeentelijke creditcard wordt een wethouder op aanvraag in bruikleen ter beschikking gesteld voor het doen van uitgaven die voor vergoeding of tegemoetkoming ten laste van de gemeente in aanmerking komen. Aan de verstrekking van de creditcard kunnen nadere voorwaarden worden verbonden. 3. De secretaris draagt zorg voor de aanvraag, verstrekking en intrekking van gemeentelijke creditcards. 4. Na gebruik wordt de creditcard onverwijld ingeleverd. 5. Verlies of diefstal van de creditcard wordt direct gemeld bij de betreffende creditcardmaatschappij en zo spoedig mogelijk ook bij de gemeente. Het eigen risico bij verlies en diefstal komt, mits is voldaan aan de daarvoor geldende regels, voor rekening van de gemeente. blz. 7 van 8
Hoofdstuk 6 Overgangsbepalingen Artikel 23 Als de gemeente toepassing geeft aan artikel 39c van de Wet op de Loonbelasting 1964 zijn de artikelen 8 en 16 niet van toepassing en worden artikel 16 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden en artikel 29b van het Rechtspositiebesluit wethouders toegepast. Hoofdstuk 7 Slotbepalingen Artikel 24 Intrekking oude regeling De Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Purmerend 2014, vastgesteld in de openbare vergadering van 6 maart 2014, wordt ingetrokken. Artikel 25 Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 juli 2014. Artikel 26 Citeertitel Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Purmerend 2014. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de griffier, de voorzitter, blz. 8 van 8