LITURGIE EEUWIGHEIDSZONDAG Dienst waarin we gedenken hen die ons zijn voorgegaan Zondag 20 november 2016 9.00 uur in de Oude Kerk te Barneveld Voorganger: ds. L.P. Blom
Orgelspel Binnenkomst van de kerkenraad Welkom en bekendmakingen Zingen Psalm 130 : 3 Ik blijf de HEER' verwachten; Mijn ziel wacht ongestoord; Ik hoop, in al mijn klachten, Op Zijn onfeilbaar woord; Mijn ziel, vol angst en zorgen, Wacht sterker op de HEER', Dan wachters op de morgen; De morgen, ach, wanneer? Stil gebed Votum en Groet Zingen Psalm 90 : 1 en 6 Gij zijt, o HEER', van d' allervroegste jaren Voor ons geweest een toevlucht in gevaren. Eer berg en rots uit niet geboren waren, Eer d' aarde rustt' op hare grondpilaren Van eeuwigheid, o God Die eeuwig leeft, Zijt Gij de God, Die eind noch oorsprong heeft! Helaas, het best van onze beste dagen Baart dikwijls smart, geeft dikwijls stof tot klagen; Daar zorg, verdriet en jammerlijke plagen Steeds, beurt om beurt, de matte ziel doorknagen. De levensdraad wordt schielijk afgesneen; Wij schenen sterk, en ach, wij vliegen heen.
Geloofsbelijdenis Zingen Psalm 42 : 3 en 5 O mijn ziel, wat buigt g' u neder? Waartoe zijt g' in mij ontrust? Voed het oud vertrouwen weder; Zoek in 's Hoogsten lof uw lust; Want Gods goedheid zal uw druk Eens verwiss'len in geluk. Hoop op God, sla 't oog naar boven; Want ik zal Zijn Naam nog loven. Maar de HEER' zal uitkomst geven, Hij, die 's daags Zijn gunst gebiedt. 'k Zal in dit vertrouwen leven, En dat melden in mijn lied; 'k Zal Zijn lof zelfs in den nacht Zingen, daar ik Hem verwacht; En mijn hart, wat mij moog' treffen, Tot den God mijns levens heffen. Gebed Schriftlezing, 2 Koningen 24 : 8-17 en 2 Koningen 25 : 27-30 (2 Koningen 24 : 8-17) Jojachin koning van Juda 8 Jojachin was achttien jaar oud toen hij koning werd, en hij regeerde drie maanden in Jeruzalem. De naam van zijn moeder was Nehusta, de dochter van Elnathan, uit Jeruzalem. 9 Hij deed wat slecht was in de ogen van de HEERE, overeenkomstig alles wat zijn vader gedaan had. 10 In die tijd trokken de dienaren van Nebukadnezar, de koning van Babel, naar Jeruzalem, en de stad werd belegerd. 11 Nebukadnezar, de koning van Babel, kwam zelf naar de stad, toen zijn dienaren die belegerden. 12 Toen ging Jojachin, de koning van Juda, de stad uit naar
de koning van Babel, hij, zijn moeder, zijn dienaren, zijn vorsten en zijn hovelingen. De koning van Babel nam hem gevangen in het achtste jaar van zijn regering. 13 En hij voerde vandaar alle schatten van het huis van de HEERE weg, en ook de schatten van het huis van de koning. Hij haalde alle gouden voorwerpen weg die Salomo, de koning van Israël, in de tempel van de HEERE gemaakt had, zoals de HEERE gesproken had. 14 Hij voerde heel Jeruzalem in ballingschap: al de vorsten, alle strijdbare helden, tienduizend gevangenen, en alle ambachtslieden en smeden. Niemand werd overgelaten behalve de arme bevolking van het land. 15 Hij voerde Jojachin weg naar Babel. Ook de moeder van de koning, de vrouwen van de koning, zijn hovelingen en de heersers van het land voerde hij in ballingschap uit Jeruzalem naar Babel. 16 Ook alle strijdbare mannen, zevenduizend in aantal, en de ambachtslieden en smeden, duizend in aantal, en alle helden die geoefend waren in de strijd. De koning van Babel voerde hen in ballingschap naar Babel. 17 En de koning van Babel maakte Mattanja, de oom van Jojachin, koning in zijn plaats en veranderde zijn naam in Zedekia. (2 Koningen 25 : 27-30) Gratie voor Jojachin 27 Het gebeurde in het zevenendertigste jaar van de ballingschap van Jojachin, de koning van Juda, in de twaalfde maand, op de zevenentwintigste van de maand, dat Evil-Merodach, de koning van Babel, in het jaar dat hij koning werd, Jojachin, de koning van Juda, gratie verleende en hem uit de gevangenis haalde. 28 Hij sprak vriendelijk met hem en stelde zijn zetel boven de zetel van de koningen die met hem in Babel waren. 29 Jojachin legde zijn gevangeniskleren af en gebruikte steeds de maaltijd bij hem, al de dagen van zijn leven. 30 En wat betreft zijn levensonderhoud: een voortdurend levensonderhoud werd hem door de koning verstrekt, een dagelijkse hoeveelheid, al de dagen van zijn leven.
Herdenking van de overledenen (staande) Voorlezen van de namen van hen, die ons het afgelopen jaar zijn ontvallen. Hendrik Jan Kas, overleden op 20 november 2015, 83 jaar Cornelis Johannes Feike Brouwer, overleden op 14 januari 2016, 60 jaar Cornelis Schoute, overleden op 20 januari 2016, 77 jaar Christiaan Marie Jansen, overleden op 7 maart 2016, 59 jaar Hendrik van Zijtveld, overleden op 13 maart 2016, 96 jaar Dirkje Malestein-van den Broek, overleden op 19 maart 2016, 79 jaar Hendrikje van Veluw- van de Pol, overleden op 25 april 2016, 84 jaar Teunis Bouw, overleden op 22 mei 2016, 84 jaar Egberta van den Ham-van Schaik, overleden op 12 augustus 2016, 76 jaar Heintje Schaap-Schuit, overleden op 18 oktober 2016, 79 jaar Niet genoemd, maar wel in onze herinnering blijven de namen van anderen, die in onze naaste omgeving hun plaats innamen en van wie wij het afgelopen jaar afscheid moesten nemen. Gedicht Moment van stilte
Collecte Zingen Psalm 73 : 12 en 13 'k Zal dan gedurig bij U zijn, In al mijn noden, angst en pijn; U al mijn liefde waardig schatten, Wijl Gij mijn rechterhand woudt vatten. Gij zult mij leiden door Uw raad, O God, mijn heil, mijn toeverlaat; En mij, hiertoe door U bereid, Opnemen in Uw heerlijkheid. Wien heb ik nevens U omhoog? Wat zou mijn hart, wat zou mijn oog, Op aarde nevens U toch lusten? Niets is er, waar ik in kan rusten. Bezwijkt dan ooit, in bitt're smart Of bange nood, mijn vlees en hart, Zo zult Gij zijn voor mijn gemoed Mijn rots, deel, mijn eeuwig goed! Preek: over 2 Koningen 25:27-30 Thema: Je gevangeniskleren uitdoen Zingen Psalm 142 : 1, 2, 5 en 7 'k Riep tot de HEER' met luider stem; Ik smeekt' en riep vol angst tot Hem. 'k Heb, voor Zijn aangezicht, mijn klacht In mijn benauwdheid voortgebracht. Als mij geen hulp of uitkomst bleek, Wanneer mijn geest in mij bezweek, En overstelpt was door ellend', Hebt Gij, o HEER', mijn pad gekend. Ik riep tot U, ik zeid': o HEER', Gij zijt mijn toevlucht, sterkt' en eer; Gij zijt, zolang ik leef, mijn deel, Mijn God, Wien ik mij aanbeveel.
Voer mij uit mijn gevangenis, Tot roem Uws Naams, die heerlijk is. Dat mij 't rechtvaardig volk omring' En vrolijk van Uw weldaan zing'. Dankgebed en voorbede Zingen Psalm 84 : 4 en 6 Zij gaan van kracht tot kracht steeds voort; Elk hunner zal, in 't zalig oord Van Sion, haast voor God verschijnen. Let, HEER' der legerscharen, let Op mijn ootmoedig smeekgebed. Ai, laat mij niet van druk verkwijnen; Leen mij een toegenegen oor, O, Jakobs God, geef mij gehoor. Want God, de HEER', zo goed, zo mild, Is 't allen tijd een zon en schild. Hij zal genaad' en ere geven; Hij zal hun 't goede niet in nood Onthouden, zelfs niet in de dood, Die in oprechtheid voor Hem leven. Welzalig, HEER', die op U bouwt, En zich geheel aan U vertrouwt. Zegen Na deze dienst is er voor de genodigden gelegenheid om koffie te drinken en bij elkaar te zijn in gebouw Rehoboth. Wenst u naar aanleiding van de dienst een gesprek? Spreek ons gerust aan na de dienst. U kunt ook naar de pastorie bellen, telefoonnummer 0342-840942 of mailen naar paulblom88@gmail.com.