Gevaar. Aanvullende informatie: Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor de menselijke gezondheid en het milieu te voorkomen.

Vergelijkbare documenten
Aanvullende informatie: Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor de menselijke gezondheid en het milieu te voorkomen.

Gevaar. Aanvullende informatie: Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor de menselijke gezondheid en het milieu te voorkomen.

Brabant Chloor-IPC vl

EUH401 Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor de menselijke gezondheid en het milieu te voorkomen.

EUH401 Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor de menselijke gezondheid en het milieu te voorkomen.

AANVULLENDE ETIKETELEMENTEN EUH401 Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor de menselijke gezondheid en het milieu te voorkomen.

: HERBICIDE : CHLOORPROFAM : 400 G/L : NAFTA, ZWAAR AROMATISCH

: HERBICIDE : CHLOORPROFAM. De identiteit van alle stoffen in het mengsel die bijdragen tot de indeling van het mengsel: chloorprofam

Maximaal aantal toepassingen per teeltcyclus of per 12 maanden. Dosering* middel per toepassing

Setanta Flo Toelatingsnummer: W1 Aard van het preparaat: Suspensie concentraat Werkzame stof: propyzamide Gehalte: 400 g/l Inhoud: 5 l

Dosering* middel per toepassing. toepassingen per teeltcyclus of per 12 maanden 2 l/ha 2 per teeltcyclus. teeltcyclus. 2 l/ha 2 per.

Dosering* middel per toepassing. toepassingen per teeltcyclus of per 12 maanden 2 l/ha 2 per teeltcyclus. teeltcyclus. 2 l/ha 2 per.

Toelatingsnummer: Aard van het preparaat

Pyramin DF. BASF Nederland B. V., Divisie Agro. Toelatingsnummer N W.8

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN. Actueel WG van het middel LENTAGRAN WP, N W.6.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Toelatingsnummer: Aard van het preparaat

Boxer WG en aanbevelingen, N W.10 bij etiketinstructie versie 10

Rocket EC Toelatingsnummer: N W.1 Formulering: Emulgeerbaar concentraat Werkzame stof: triflumizool Gehalte: 150 G/L Inhoud: 1 l

W.2 HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN. 4 december Actueel WG van het middel Centurion Plus, N

Een onkruidbestrijdingsmiddel in de teelt van suiker- en voederbieten, graszaad, graszoden en cichorei. W10 : N

Stomp 400 SC. BASF Nederland B. V., Divisie Agro WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT. Toelatingsnummer N W.22 Productgroep: herbicide Formulering:

LEGURAME VLOEIBAAR. 5 L Legurame is een geregistreerd handelsmerk. Herbicide

400 g/l pendimethalin

Een onkruidbestrijdingsmiddel in teelt van suiker- en voederbieten, graszaad- en graszodenteelt en cichorei : 500 G/L : HERBICIDE

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Butisan S. BASF Nederland B. V., Divisie Agro. Toelatingsnummer 8660 N W.9 Productgroep: herbicide Formulering: vloeistof Werkzame stof:

Dosering (middel) per toepassing. Maximale dosering middel per toepassing. 0,15-0,20 L/ha 0,2 L/ha 1 per teeltcylcus. 0,04-0,2 L/ha 0,2 L/ha 3 per

Actueel WG van het middel Centurion Plus, N W.3. 3 maart 2017

Butisan S. BASF Nederland B. V., Divisie Agro

Quickdown Toelatingsnummer: N W.5 Aard van het preparaat: Emulgeerbaar concentraat Werkzame stof: pyraflufen-ethyl Gehalte: 26,5 G/L Inhoud: 5 l

Actueel WG van het middel Focus Plus W oktober 2018

CORZAL W3. EUH401 Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor de menselijke gezondheid en het milieu te voorkomen.

Focus Plus. BASF Nederland B. V., Divisie Agro

Boxer, WG en aanbevelingen, N W.10

Dosering (middel) per toepassing

Zorg ervoor dat u met het product of zijn verpakking geen water verontreinigt.

Frontier Optima. BASF Nederland B. V., Divisie Agro. Toelatingsnummer N W.3 Productgroep: herbicide Formulering:

Dual Gold 960 EC WG en aanbevelingen, N W.9 bij etiketinstructie versie 9

Zorg ervoor dat u met het product of zijn verpakking geen water verontreinigt.

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Dosering (middel) per toepassing

Focus Plus. BASF Nederland B. V., Divisie Agro. Toelatingsnummer N W.10

Botanigard WP Toelatingsnummer: N W2 Formulering: Poeder Werkzame stof: Beauveria bassiana stam GHA Gehalte: 3,7 x 10^10 CFU/G Inhoud: 500 gram

Butisan S. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

Brabant Linuron Flowable

Stomp 400 SC. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

SPECIMEN SPIRIT. Fungicide. Goede bescherming tegen bladziekten op kritische momenten

TRAMAT 200 EC. Herbicide. Toelatingsnr N. NL vsHVoorbeeld

Dual Gold 960 EC, WG en aanbevelingen, N W.11

Scelta Toelatingsnummer: N W.4 Formulering: Suspensie concentraat Werkzame stof: cyflumetofen Gehalte: 20% Inhoud: 1 l

Regalis Plus. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

SPECIMEN PHANTOM. Fungicide. Goede bescherming tegen bladziekten op kritische momenten

Focus Plus. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

Dual Gold 960 EC WG, N W.8

Springbok. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

Regalis Plus. BASF Nederland B. V., Divisie Agro. Toelatingsnummer N W.1. Water dispergeerbaar granulaat WAARSCHUWING. Gevarenaanduidingen:

Zorg ervoor dat u met het product of zijn verpakking geen water verontreinigt.

Stomp 400 SC. BASF Nederland B. V., Divisie Agro

Bromotril 5 L HERBICIDE. Na-opkomst bestrijding van breedbladige onkruiden. De effectieve bestrijder van breedbladige onkruiden

WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT Toegestaan is uitsluitend het professionele gebruik als onkruidbestrijdingsmiddel in de volgende sgebieden (volgens Defi

A. WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT

Maximale dosering (middel) per toepassing. 1,0 L/ha 2 maal per blok, 2 maal per teeltcyclus, met een maximum van 4 maal per 12 maanden 4

SPECIMEN GOLTIX WG WAARSCHUWING. Werkzame stof: Metamitron 70 % Aard van het preparaat: Water dispergeerbaar granulaat (WG) Resistentiegroep: HRAC C1

5 L Powertwin is een geregistreerd handelsmerk. Herbicide. Zeer effectief in de na-opkomst bestrijding van grassen en breedbladige onkruiden

herbicide met water mengbaar concentraat

Te bestrijden organisme. Dosering (middel) per toepassing

bentazon WAARSCHUWING

WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT Toegestaan is uitsluitend het professionele gebruik als onkruidbestrijdingsmiddel door middel van een na opkomst in de v

Nissorun vloeibaar Toelatingsnummer: N W.4 Formulering: Suspensie concentraat Werkzame stof: hexythiazox Gehalte: 250 G/L Inhoud: 250 ML

Dosering* middel per toepassing. Maximaal aantal toepassingen per 12 maanden

Collis. BASF Nederland B. V., Divisie Agro. Toelatingsnummer N W g/l boscalid 100 g/l kresoxim-methyl. Werkzame stof: WAARSCHUWING

Basagran. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Retengo Plust. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

Dow AgroSciences 5 L HPE. DowAgroSciences KERB FLO * P DEZE VERPAKKING IS BEDRIJFSAFVAL HERBICIDE

Verdacht van het veroorzaken van kanker. Zeer giftig voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen.

Actueel WG van het middel Scelta, N W juni 2018

Niet-selectief herbicide in diverse gewassen en doodspuitmiddel in aardappelen.

WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

SPECIMEN BROMOTRIL 250 SC. Herbicide. De effectieve bestrijder van breedbladige onkruiden

WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT Toegestaan is uitsluitend het professionele gebruik als onkruidbestrijdingsmiddel in de volgende sgebieden (volgens Defi

BIJLAGE I bij het besluit d.d. 4 juli 2014 tot herregistratie van de toelating van het middel BotaniGard WP, toelatingnummer N

Spirit Fungicide Werkzame stof: Aard van het preparaat: Resistentiecode: Scan voor gebruik Toelatingsnummer: 13168N Toelatingshouder: Productname

Dosering* middel per toepassing. Stengelbasisrot 1 3,0 kg/ha 3,0 kg/ha 1 per 12 maanden

Dosering* middel per toepassing. Maximale dosering middel per toepassing. 0,5 0,75 L/ha. 0,05% (50 ml per 100 L water) 0,6 L/ha 2 per 12 maanden

Kenbyo FL. BASF Nederland B. V., Divisie Agro

: 9390 N. Zorg ervoor dat u met het product of zijn verpakking geen water verontreinigt.

fungicide suspensie concentraat 400 g/l pyrimenthanil 4 x 5 l GEVAAR

WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT Toegestaan is uitsluitend het professionele gebruik als onkruidbestrijdingsmiddel in de volgende sgebieden (volgens Defi

Dosering (middel) per toepassing. Maximale dosering (middel) per toepassing. maanden Traybehandeling vliegen en. 1 per muggen 4. 12,5 ml/1000 planten

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN. Actueel WGGA van het middel Paraat, N W.10

Kenbyo FL. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

Bifasto. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

Oikos. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Frontier Optima. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

Transcriptie:

Certis ChloorIPC 40% vloeibaar Toelatingsnummer: 3992 N W.1 Werkzame stof: chloorprofam Gehalte: 400 G/L De identiteit van alle stoffen in het mengsel die bijdragen tot de indeling van het mengsel: xyleen Inhoud: l, 10 l Gevaar Gevaaraanduidingen: Ontvlambare vloeistof en damp. Veroorzaakt huidirritatie. Veroorzaakt ernstig oogletsel. Verdacht van het veroorzaken van kanker. Kan schade aan organen veroorzaken bij langdurige of herhaalde blootstelling. Giftig voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen. Voorzorgsmaatregelen: Alvorens te gebruiken de speciale aanwijzingen raadplegen. Verwijderd houden van warmte, hete oppervlakken, vonken, open vuur en andere ontstekingsbronnen. Niet roken. Damp/spuitnevel niet inademen. Voorkom lozing in het milieu. Beschermende handschoenen/beschermende kleding/oogbescherming/gelaatsbescherming dragen. NA (mogelijke) blootstelling: een arts raadplegen. Op een goed geventileerde plaats bewaren. Koel bewaren. Inhoud/verpakking afvoeren naar de daartoe bestemde locaties volgens locale/regionale/ nationale regelgeving. Aanvullende informatie: Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor de menselijke gezondheid en het milieu te voorkomen.

Wettelijk Gebruiksvoorschrift Toegestaan is uitsluitend het professionele gebruik als onkruidbestrijdingsmiddel in de volgende sgebieden (volgens Definitielijst sgebieden versie 2.0, Ctgb juni 2011) onder de vermelde svoorwaarden Toepassings Gebied Type Te bestrijden organisme Graszaadteelt Over het gewas Luzerne Na opkomst Witlof (pennenteelt) Cichorei Sla (Lactuca spp.) ter plaatse gezaaid Voor opkomst, na opkomst, voor of na uitplanten Voor opkomst of na opkomst bij kiemplantstadium Voor opkomst Dosering (middel) per Maximaal aantal en per of Maximaal aantal liter middel per ha per of 2 l/ha 2 per 4 l/ha per 2 l/ha 3 per 4 l/ha op eerstejaars gewas en 6 l/ha op overjarig gewas 2 l/ha 0,1,0 l/ha 1 3 per 12 per 4 6 l/ha 2 per 2 l/ha 3 per 4 6 l/ha 2 per 0,1,0 l/ha 1 12 per 2 l/ha 1 per 2 l/ha per Minimum interval tussen en in dagen

Toepassings Gebied Type Te bestrijden organisme Sla (Lactuca spp.) Voor uitplanten Sla (Lactuca spp.) Voor uitplanten (bedekte teelt) Andijvie ter plaatse Voor opkomst gezaaid Andijvie Voor uitplanten Andijvie (bedekte teelt) Voor uitplanten Uien Na opkomst Voor opkomst of na opkomst Sjalotten Na opkomst Voor opkomst of na opkomst Bloembol en Voor opkomst of na bloemknolgewassen opkomst Bloemisterijgewassen Voor opkomst of na opkomst Dosering (middel) per Maximaal aantal en per of Maximaal aantal liter middel per ha per of 2 l/ha 2 per 4 l/ha per 12 l/ha 1 per 2 l/ha per 2 l/ha 1 per 2 l/ha per 2 l/ha 2 per 4 l/ha per 12 l/ha 1 per 2 l/ha per 0,1,0 l/ha 1 12 per 4 6 l/ha 2 per 2 l/ha 3 per 0,1,0 l/ha 1 12 per 2 l/ha 3 per 4 6 l/ha 2 per 2 l/ha 0, l/ha 1 3 per 12 per 4 6 l/ha 2 per 2 l/ha 3 per 4 6 l/ha 2 per 0, l/ha 1 12 per Minimum interval tussen en in dagen

Toepassings Gebied Boomkwekerijgewassen Vaste plantenteelt Bloemenzaadteelt Houtige beplanting Type Voor opkomst of tussen of over het gewas Voor opkomst of tussen of over het gewas Voor opkomst Te bestrijden organisme Tussen of over het gewas Kruidachtige beplanting Tussen of over het gewas 1 In LDSsysteem in combinatie met toegelaten middelen 2 Dosering afhankelijk van de grondsoort Dosering (middel) per Maximaal aantal en per of Maximaal aantal liter middel per ha per of 4 l/ha 2 l/ha 2 0, l/ha 1 8 2 l/ha 3 4 6 l/ha 2 per 12 0, l/ha 1 12 2 l/ha 3 per 4 6 l/ha 2 per 2 l/ha 2 4 l/ha 2 l/ha 2 4 l/ha Minimum interval tussen en in dagen Het gebruik in de teelt van ijsbergsla, spinazie, rucola, knolselderij, schorseneer, bosui en prei is beoordeeld conform artikel 1 EG 1107/2009. Er is voor deze en geen werkzaamheids en fytotoxiciteitonderzoek uitgevoerd. Er wordt daarom aangeraden een proefbespuiting uit te voeren, voordat het middel gebruikt wordt. Gebruik van dit middel in dit sgebied, komt voor risico en verantwoordelijkheid van de gebruiker.

Toepassings Gebied IJsbergsla (onbedekte teelt) Type Na opkomst Te bestrijden organisme Spinazie (bedekte teelt) Voor opkomst Rucola (bedekte teelt) Voor uitplanten Knolselderij Na uitplanten Schorseneer Voor of na opkomst 3 Bosuien Voor opkomst en na opkomst Prei Voor opkomst, na opkomst, voor of na uitplanten 2 Dosering afhankelijk van de grondsoort 3 Op lichte zandgrond niet voor opkomst toepassen Dosering (middel) per Maximaal aantal en per of 0, 2 l/ha 4 per, 12 1 2 l/ha 1 per, 2 1 2 l/ha 1 per en 12 2 l/ha 1 per 2l/ha 3 per 2 l/ha 2 per 2 l/ha 2 per Maximaal aantal liter middel per ha per of 2 l/ha per en 12 l/ha per 12 2 l/ha per en 4 l/ha 2 l/ha per en 24 l/ha per 12 2l/ha per 46 l/ha per Minimum interval tussen en in dagen 2 4 l/ha per 4 l/ha per

Toepassingsvoorwaarden In de graszaadteelt dient Certis Chloor IPC toegepast te worden met tenminste 600 liter water per ha; Voor de overige hierboven staande en geldt dat het middel toegepast dient te worden met minimaal 00 liter water per ha. Voor de in de teelt van ijsbergsla, spinazie, rucola, knolselderij, bosui, en prei geldt dat het middel toegepast dient te worden met 200400 liter water per hectare. In schorseneer het middel toepassen in 00 liter water per ha. In de teelt van ijsbergsla mag slechts gespoten worden tot en met het 6bladig stadium (BBCH 16), in de teelt van knolselderij en schorseneer tot en met het 9bladig stadium (BBCH 19) en in de teelt van prei tot en met het 4bladig stadium (BBCH 14). Het hooi of gewasresten afkomstig van graszaad productie en luzerne behandeld met Certis ChloorIPC 40% vloeibaar mogen niet vervoederd worden. Om niet tot de doelsoorten behorende planten te beschermen is van het middel in onbedekte teelten uitsluitend toegestaan indien gebruik wordt gemaakt van driftarme spuitdoppen of luchtondersteuning. In zaaiuien en zaaisjalotten is het gebruik slechts toegestaan tot 30 juni, in eerstejaars plantuien, zilveruien en picklers tot 31 mei en in plantsjalotten en tweedejaars plantuien tot 1 mei. Graszaadteelt: Certis chloor IPC alleen toepassen in veldbeemd, beemdlangbloem en kropaar, die in het voorjaar onder dekvrucht zijn gezaaid of in de tweedejaars gewassen van deze grassoorten en in de tweedejaars moerasbeemd en timothee. Let op dat bij in boomkwekerijgewassen, houtige beplanting en kruidachtige beplanting het gewas niet geraakt wordt. Gebruik van een afschermkap verdient derhalve aanbeveling Niet spuiten in de omgeving van direct oogstbare gewassen. Voorkom drift, vooral naar zeer gevoelige gewassen, zoals vlas, blauwmaanzaad, granen en graszaad (in of tegen de bloei), komkommer, tomaten, meloen en augurk. Om schade aan deze gewassen zoveel mogelijk te vermijden, in geen geval bespuitingen uitvoeren op percelen, die minder dan 200 meter van deze gewassen zijn verwijderd. Toepassing op anemonen en ranonkels wordt ontraden.

Aanbevelingen. Algemeen Het middel toepassen op onkruidvrije grond. Net doorbrekende gevoelige worden ook nog bestreden. Het middel is werkzaam tegen eenjarige zoals duist, straatgras, muur, hennepnetel, veelknopigen, spurrie, witte krodde en paarse dovenetel. Overblijvende, kleefkruid en composieten (klein kruiskruid, gewone melkdistel, kamille en andere) zijn ongevoelig. Voor als bodemherbicide bij voorkeur toepassen op vochtige grond en bij niet te hoge temperatuur, dus bij voorkeur in het najaar of voorjaar. Als bij voor het planten of enkele dagen voor opkomst van het gewas toch al jong onkruid aanwezig is kan een voor dat doel in die teelt toegelaten herbicide aan de spuitoplossing worden toegevoegd. Niet gecombineerd spuiten met insecten of schimmelbestrijdingsmiddelen, tenzij anders aangegeven. Raadpleeg voor meer informatie de productinformatie op www.certiseurope.nl. Voor zover nog geen ervaring met dit middel is opgedaan in bloembollen en bolbloementeelt, boomkwekerijgewassen, bloemisterijgewassen, bloemenzaadteelt en vaste planten, altijd met een proefbespuiting vaststellen of de te behandelen soorten en/of variëteiten het middel goed verdragen. Afhankelijk van de verdraagzaamheid van het gewas kan het gebruik van een spuitkap noodzakelijk zijn. Akkerbouwgewassen Graszaadteelt Toepassen tijdens zacht en droog weer in de tweede helft van november. Niet toepassen tijdens vorst. Alleen toepassen op goed ontwikkelde en bewortelde gewassen. Luzerne Toepassen als het gewas volledig in winterrust is..

Bloembollen en bolbloementeelt Toepassing van volle doseringen (2 l/ha): Hyacint, narcis, tulp, iris, crocus Indien na opkomst wordt toegepast moet het gewas droog en goed afgehard zijn. Eventueel spuiten voor het afdekken in de herfst en zo nodig in het voorjaar herhalen. Fritillaria imperialis Laat in het najaar spuiten. Allium, Brodiaea, Camassia (bollen), Chionodoxa, Colchicum, Endymion, Erythronium, Frittillaria meleagris (bollen), Ixia, Ixiolirion (bollen), Muscari, Oxalis (niet in O. deppei), Puschkinia (bollen), Scilla en Sparaxis (bollen) Indien vroeg in het voorjaar wordt toegepast, dient het gewas goed afgehard te zijn. Toepassing in een lage doseringssysteem (tot 0, l/ha): De eerste bespuiting uitvoeren zodra er kleine zichtbaar worden. Vervolgens bespuitingen herhalen met intervallen van tot 10 dagen. Indien noodzakelijk kan aan de tankmix andere toegelaten herbiciden, insecticiden of fungiciden worden toegevoegd. Bloemisterijgewassen en bloemenzaadteelt Toepassing van volle doseringen (2 l/ha): Acrolinium, Calendula, Calliopsis, Campanula, Carthamus, Centaurea, Chrysanthemum segetum, Chrysanthemum leucanthemum, Dahlia, Helichrysum, Helipterum, Liatris spicata Lonas, Pyrethrum, Tropaeolum peregrinum, Rhodanthe, Tagetes en Xeranthemum Toepassen kort na zaai. Astilbe hybride cv. Brautschleier, Delphinium belladonna cv. Volkenfrieden en Solidago hybride cv. Le Raft en cv.praecox en Anaphalis sp. Toepassen in het vroege voorjaar (februari/maart)

Achillea millefolium cv. Lilac Beauty Toepassen gedurende de winterrust, zonder groene delen. Achillea filipendulina cv. Parker Toepassen in het vroege voorjaar en/of in het najaar. Paeonia Toepassen kort na het planten of voor opkomst. Toepassing in een lage doseringssysteem (tot 0, l/ha): De eerste bespuiting uitvoeren zodra er kleine zichtbaar worden. Vervolgens bespuitingen herhalen met intervallen van tot 10 dagen. Indien noodzakelijk kan aan de tankmix andere toegelaten herbiciden, insecticiden of fungiciden worden toegevoegd. Vaste planten Toepassing van volle doseringen (2 l/ha): Convallaria Toepassen na het afsterven tot voor de opkomst of na de opkomst. Paeonia Toepassen kort na het planten of voor opkomst. Helleborus Toepassen voor opkomst en/of na afsterven. Liatris spicata Toepassen tussen planten en opkomst. Toepassing in een lage doseringssysteem (tot 0, l/ha): De eerste bespuiting uitvoeren zodra er kiemen. Vervolgens bespuitingen herhalen met intervallen van tot 10 dagen. Indien noodzakelijk kan aan de tankmix andere toegelaten herbiciden, insecticiden of fungiciden worden toegevoegd.

Boomkwekerijgewassen, houtige en kruidachtige beplanting Toepassing van volle doseringen (2 l/ha): In novemberdecember kan het middel worden toegepast tussen alle bladverliezende en bladhoudende gewassen. Gebruik van een afschermkap wordt aanbevolen. Bij jong en nauw geplant materiaal kan men eventueel over het gewas spuiten. waarbij het gewas minstens tot het voorjaar vast moet blijven staan. In februarimaart kan men het middel toepassen tussen vaststaande gewassen. Men mag het gewas echter niet raken! Gebruik van een afschermkap wordt aanbevolen. Zaaibedden Aesculus, Castanea, Corylus, Fagus en Quercus Toepassen voor opkomst Zaaibedden (eenjarig vaststaand), bijv. Abies, Picea. Pinus mugo, Thuja en Tsuga in novemberdecember over het gewas spuiten. Winterstek Toepassen direct na stekken maar beslist voor uitlopen (ca. half maart). Geoculeerde rozen Toepassen in novemberdecember op onkruidvrije grond. Boomkwekerijgewassen Toepassing in een lage doseringssysteem (tot 0, l/ha): De eerste bespuiting uitvoeren zodra er kleine zichtbaar worden. Vervolgens bespuitingen herhalen met intervallen van tot 10 dagen. Indien noodzakelijk kan aan de tankmix andere toegelaten herbiciden, insecticiden of fungiciden worden toegevoegd.