Bieden na 1NT-opening Verder bieden na Stayman en Transfers Als we in de antwoordende hand beide hoge kleuren hebben, willen we onderscheid maken tussen zwakke, inviterende en mancheforcing handen. Ook willen we het verschil tussen 5-4 of 5-5 duidelijk kunnen maken. Zelf speel ik graag de volgende betekenissen: Zwakke handen - Met 4-4 pas op 1NT - Met 5-4 2 op 1NT, dan pas op 2 / en op 2 bied ik 2 - Met 5-4 1NT 2, maar ook kan 2 en op 2 weer 2 (!) - Met 5-5 ook 2 en op 2 weer 2 Inviterende handen - Met 4-4 of 1 4-kaart hoog 2 gevolgd door 2NT of een verhoging naar 3 / met fit - Met 5-4 transfer, dan 2 e kleur: 1NT 2 // 2-2 - Met 5-4 2 gevolgd door 2 : // 2-2 - Met 5-5 2 en dan 3 : 1NT 2 // 2-3 Mancheforcing handen - Met 4-4 of 1 4-kaart hoog 2 gevolgd door 3NT of 4 / indien fit - Met 5-4 2 gevolgd door Smolen * - Met 5-4 2 gevolgd door Smolen * - Met 5-5 2 gevolgd door 4 /, de kleur van de singelton Dus: // 2-2 zwak met 5-4+ (evt. ook 5-4 ) // 2-2 exact inviterend met 5-4 1NT 2 // 2-2 exact inviterend met 5-4 1NT 2 // 2-3 inviterend met 5-5 Smolen Als we mancheforcing zijn met 5-4 in de hoge kleuren beginnen we met 2. Als partner nu 2 biedt, springen we naar 3-in-de-andere-hoge-kleur. Deze conventie staat bekend als Smolen: 2-3 2-3 = Mancheforcing 5+ - 4 = Mancheforcing 5+ - 4 Openaar kan nu afzwaaien in 3NT, 4-hoog of een controlebod doen voor de 5-kaart hoog.
1NT 2NT echt en inviterend 1NT 2NT als echt en inviterend heeft voordelen boven het spelen van 2NT als transfer naar ruiten. Door 2NT als echt te spelen, hoef je niet meer met 2 te beginnen. Er kan nu geen uitkomstdoublet worden gegeven. Ook kan de tegenstander niet meer relatief veilig op 2-niveau tussenbieden om een goede start aan te geven of de deelscore te betwisten. Ook hoeft de 1NT-openaar niets te verraden over zijn hand, in tegenstelling tot waar begonnen wordt met 2. Voor de handen met een lange ruitenkleur gebruiken we 3 en 3. 3 toont een exact inviterende hand en de 1NT-openaar mag daarop passen: Of: 9 2 A 4 8 6 3 8 6 A V B T 6 2 V B T 8 6 2 9 2 1NT 3 9 3 2 1NT 3 Als de 1NT-openaar wat ruitenaansluiting heeft, zijn er snel 9 slagen. Met de volgende handen bieden we natuurlijk geen 3 : V 2 8 2 H 8 8 6 9 7 6 5 3 2 A H B T 8 2 V B 2 1NT 2NT, echt en inviterend T 7 2 1NT 3NT Met de eerste hand doen we een invite voor 3NT, maar de ruitenkleur is te slecht om aan te bieden. Met de laatste hand hebben we helemaal geen hulp van de openaar nodig om (heel vaak) zes ruitenslagen te maken. 1NT 3 gebruiken we voor zwakke of mancheforcing handen met ruitenkleur. De 1NT-openaar biedt verplicht 3, waarop we passen (zwakke hand) of doorbieden (MF hand). V 2 9 H B 8 7 4 3 8 7 6 5 1NT 3 // 3 - pas Verder bieden na een transfer voor een lage kleur Ik ga er van uit dat een of meerdere van onderstaande transfers gelden: = Transfer voor 1NT 2NT = Transfer voor 1NT 3 = Transfer voor Na een transfer voor een lage kleur kunnen we ook meer doen met de ruimte die we nog hebben onder 3NT. Soms hebben we een aardige hand met een 6-kaart laag, maar hebben we ergens een
singelton of renonce en zijn we bang dat 3NT niet het juiste contract is. Ook kan het zijn dat we sleminteresse hebben. 1. 2. H 9 2 H 9 2 7 7 V 8 5 A 8 5 A V T 9 7 2 A V T 9 7 2 Nadat we een transfer voor de lage kleur hebben geboden, kunnen we een nieuwe kleur op 3-niveau bieden. Dit kan echt zijn, maar het is veel handiger om met handen met 6-kaart laag en 4-kaart hoog gewoon te beginnen met Stayman. Als partner dan 2 of de verkeerde hoge kleur antwoordt, kunnen we alsnog onze lage kleur bieden met 3-laag. 2-3 = MF 5+ en 4-kaart We hoeven dus niet te bieden: 3-3 om een MF hand met lange en 4-kaart aan te geven. Zo bieden kan vanaf nu ook weer kort zijn. Met de voorbeeldhandjes 1. en 2. hierboven bijvoorbeeld. Met hand 1 om te onderzoeken of 3NT wel de goede manche is, met hand 2. om slem te onderzoeken. Dus: 3-3 = MF 6+ en kort in (singelton of renonce) Openaar kan nu 3NT bieden als hij de korte kleur goed gestopt heeft en anders een natuurlijk bod doen of de lage kleur steunen. Als de 1NT-openaar geen 3NT biedt op onze korte kleur, dan bieden we met hand 1. vervolgens 5 en met hand 2. gaan we slem onderzoeken met controlebiedingen. 3NT na een transfer voor de lage kleur 3NT na een transfer is natuurlijk ook een (milde) slempoging, wanneer partner het negatieve antwoord doet. 3 (geen aansluiting) 3NT = milde slempoging met 6+ Als we genoeg hebben om 3NT te spelen, maar zonder sleminteresse, gaan we natuurlijk niet onze kaart verraden, maar bieden we direct 1NT 3NT. Dus via de transfer is een slempoging. Biedt
partner op de transfer al direct 2NT (goede aansluiting), dan doen we zelf 4 of we bieden onze korte kleur op 3-niveau. Hetzelfde geldt voor: 1NT 3 (transfer naar ) 3-3NT = milde slempoging met 6+ (geen korte /, daarmee 3 /3 ) Lebensohl 1SA (2Y)? Doublet straf 2Z om te spelen, 5+kaart 2SA verplicht 3, waarna 3X om te spelen, zwak 3 cue Stayman + stop 3Z inviterend, 5+kaart 3SA om te spelen, met stop 3X/Z MF, 5+kaart 3 cue Stayman, zonder stop 3SA om te spelen, mag zonder stop Voordelen: - alles echt - via 2SA met stop, direct zonder stop - kleuren hoger dan Y zijn zwak, inviterend en MF te bieden Nadelen: - kleuren onder Y zijn niet inviterend te bieden (alleen zwak via 2SA, of direct MF) - het contract komt in de verkeerde hand - met stop langzaam naar 3SA, namelijk via 2SA - inviterend met 4-kaart andere hoge kleur niet te bieden Rubensohl 1SA (2Y)? Doublet Straf 2Z om te spelen, 5+kaart 2SA+ transfer naar kleur erboven, a. zwak of sterk, b. inv+ 2SA TF 5+ a. zwak of sterk, b. inv+ 3 TF 5+ a. zwak of sterk, b. inv+ 3 TF 5+ a. zwak of sterk, b. inv+ 3 TF 5+ a. zwak of sterk, b. inv+ 3 vraagt stop 3SA om te spelen, met stop TF naar cue MF stayman Voordelen: - alle contracten worden door de SA-openaar gespeeld - je kunt direct 3SA bieden met stop. Zonder stop doe je 3 Nadelen: - keuze maken transfers, vanaf hoe sterk: a. zwak of sterk, b. inviterend
- zwak of inviterend kan dus niet allebei - inviterend met 4-kaart andere hoge kleur nog steeds niet biedbaar