Inspectierapport De Klaproos (KDV) Violenstraat 1a 7102 CN Winterswijk Registratienummer 457654399 Toezichthouder: GGD Noord- en Oost-Gelderland In opdracht van gemeente: Winterswijk Datum inspectie: 12-09-2017 Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 26-09-2017
Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Overzicht getoetste inspectie-items... 8 Gegevens voorziening... 11 Gegevens toezicht... 11 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 12 2 van 12
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Op 12 september 2017 is De Klaproos van Stichting Welzijn Winterswijk ( SWW ) in opdracht van de gemeente Winterswijk bezocht voor een jaarlijks onderzoek op basis van risico-gestuurd toezicht. Het onderzoek heeft zich met name gericht op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk. De volgende voorwaarden zijn onderzocht: Pedagogische praktijk Verklaringen Omtrent Gedrag en diploma s Groepsgrootte Beroepskracht-kind-ratio Daarnaast is op basis van de inspectiegeschiedenis de volgende voorwaarden onderzocht: - de risico-inventarisatie Beschouwing Kinderdagverblijf/Peuteropvang De Klaproos maakt onderdeel uit van kinderopvang-organisatie Stichting Welzijn Winterswijk BV.(SWW). De organisatie heeft meerdere kindercentra in de regio. Locatie De Klaproos is een locatie met één peuteropvanggroep en is gevestigd in een basisschool. De locatiemanager is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken op deze locatie. Inspectiegeschiedenis: Tijdens het jaarlijks onderzoek op 30 augustus 2016 is er een tekortkoming geconstateerd op ''personeel en groepen'' Tijdens het jaarlijks onderzoek op 19 november 2015 zijn er geen tekortkomingen geconstateerd. Tijdens het jaarlijkse onderzoek op 11 september 2014 zijn er tekortkomingen geconstateerd. Het betreft het beleid ten aanzien van het vierogenprincipe. Bevindingen: KDV/PO De Klaproos voldoet aan de voorwaarden van de wet Kinderopvang en Kwaliteitseisen Peuterspeelzalen. Bij de risico-inventarisatie is ''Overleg en overreding'' toegepast. Een verdere toelichting is te lezen in dit rapport. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 12
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Binnen dit domein zijn de volgende pedagogische basisdoelen geobserveerd en beoordeeld: waarborging emotionele veiligheid: ontwikkeling van persoonlijke competentie: ontwikkeling van sociale competentie: overdracht van normen en waarden. Om een helder beeld te krijgen van beleid, visie en praktijk is een observatie uitgevoerd. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het ''Veldinstrument observatie pedagogische praktijk 0-4 jaar''. Aangezien deze locatie gesubsidieerd wordt in het kader van vroeg- en voorschoolse educatie is gecontroleerd of wordt voldaan aan de eisen die volgen uit het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie. Dit onderdeel komt als laatste aan bod binnen dit domein. Hieronder worden de bijbehorende voorwaarden toegelicht en beoordeeld. Pedagogische praktijk Het volgende is onder andere geobserveerd ten aanzien van de pedagogische basisdoelen (waarbij de schuingedrukte tekst uit het veldinstrument is overgenomen en de tekst daarna een uitwerking daarvan is zoals deze is geobserveerd in de praktijk): De kinderen komen binnen met de ouders en gaan vrij spelen. Er zijn 14 kinderen aanwezig, 2 beroepskrachten en een voorleesoma. Zorgdragen voor het waarborgen van emotionele veiligheid Begroeten. Elk kind wordt individueel begroet op een persoonlijke enthousiaste manier. Er is een persoonlijk woordje voor de situatie van het kind. Kinderen worden begeleid in het afscheid en daar waar kinderen het nodig hebben begeleid in het spelen gaan. Bij binnenkomst van een kind krijgt een beroepskracht meteen een knuffel. De beroepskrachten zoeken de kinderen op en andersom ook. Er wordt op vriendelijke en passende wijze steun geboden. Zorgdragen voor de ontwikkeling van persoonlijke competenties Steun bieden. Er is een dagprogramma. Kinderen komen tot spel en vermaken zich. Bij een plakactiviteit worden de kinderen door de beroepskracht begeleid. Het gaat om het plakken van een huis; eerst is er een gesprekje met de kinderen waar het dak van het huis zich zou kunnen bevinden. De beroepskracht verteld dat ze met de kinderen een wandeling hebben gemaakt om de huizen in de buurt te bekijken. Er is voldoende spelmateriaal, er zijn kieskasten. De beroepskrachten spelen met de kinderen mee. In de kring wordt een prentenboek voor gelezen. ''Wat zien we in de lucht''. ''Nu gaan we huisje van de muis proberen te vinden''. Het prentenboek sluit aan op het thema; Huis. Zorgdragen voor de ontwikkeling van sociale competenties In contact. Er zijn kinderen die samen met de blokken spelen, later komt de beroepskracht er ook bij en zij voegt elementen toe aan het spel en stelt vragen over de bouw van de toren. Twee kinderen zitten naast elkaar en plakken, dit onder begeleiding van de beroepskracht. Als 2 kinderen elkaar bij binnenkomst zien worden ze heel enthousiast, ze knuffelen elkaar en springen samen in het rond. 4 van 12
Zorgdragen voor de overdracht van normen en waarden Regels worden aan kinderen herhaald, er is een uitleg op kindhoogte. Dit gebeurt op rustige wijze. Conclusie: de pedagogische praktijk voldoet aan de eisen. Voorschoolse educatie indien gesubsidieerd door het college De voorschoolse educatie omvat per week ten minste 10 uur aan activiteiten. De verhouding tussen het aantal beroepskrachten voorschoolse educatie en het feitelijk aantal aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste één beroepskracht voorschoolse educatie per acht kinderen. Tijdens de inspectie zijn er 14 kinderen en 2 beroepskrachten. De beroepskrachten voorschoolse educatie zijn in het bezit van een getuigschrift. De toezichthouder heeft de getuigschriften van de beide aanwezige beroepskrachten ingezien op de locatie. Conclusie: Voorschoolse educatie, voldoet aan de eisen. Gebruikte bronnen: Interview (beroepskrachten) Observaties (12 september) VVE-certificaten 5 van 12
Personeel en groepen Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein Personeel en groepen. Per aspect worden eerst de gegevens beschreven van het kindcentrum. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria. Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag (VOG) die is afgegeven vanaf 1 maart 2013. De VOG's van de aanwezige personen ( 2 beroepskrachten en een voorleesoma) zijn op de locatie ingezien. Het VOG van de vrijwilligster ( Voorleesoma ) is niet ouder dan 2 jaar. Een verklaring omtrent het gedrag van de stagiair, is vóór aanvang van de werkzaamheden aan de houder overgelegd en bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee jaar. Ook dit VOG is ingezien op de locatie. Conclusie: de VOG's voldoen aan de eisen. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals opgenomen in de meest recent aangevangen cao kinderopvang. De beroepskwalificaties van de aanwezige beroepskrachten zijn door de toezichthouder ingezien op de locatie. Conclusie: de beroepskwalificaties voldoen aan de eisen. Beroepskracht-kindratio De beroepskracht-kindratio is door de toezichthouder ingezien op de locatie. Conclusie: de beroepskracht-kindratio voldoet aan de eisen. Gebruikte bronnen: Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten 6 van 12
Veiligheid en gezondheid Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein veiligheid en gezondheid. Per aspect worden eerst de bevindingen beschreven over het kindcentrum. Daarna volgt een oordeel. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid/gezondheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte. Er is ''overleg en overreding'' toegepast op het volgende: -een wip is beschadigd en heeft splinters. Nadat de toezichthouder in gesprek is gegaan met de beroepskracht, heeft de beroepskracht direct actie ondernomen. Een actieplan is die zelfde week nog uitgezet. Kind krijgt splinter wipwap in de hand - Beschadigd hout wipwap repareren - Hout wipwap glad schuren - Hout wipwap verven - Regelmatig wipwap controleren Gebruikte bronnen: Interview (beroepskrachten) Observaties (12 september) Risico-inventarisatie veiligheid Risico-inventarisatie gezondheid Actieplan veiligheid (m.b.t. de wipkip) Huisregels/groepsregels mail houder 14 september mail houder 18 september mail houder 21 september 7 van 12
Overzicht getoetste inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het vastgestelde pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en Voorschoolse educatie indien gesubsidieerd door het college De voorschoolse educatie omvat per week ten minste vier dagdelen van ten minste 2,5 uur of per week ten minste 10 uur aan activiteiten gericht op het stimuleren van de ontwikkelingsdomeinen taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 en 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) De verhouding tussen het aantal beroepskrachten voorschoolse educatie en het feitelijk aantal aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste één beroepskracht voorschoolse educatie per acht kinderen. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) De groep bestaat uit ten hoogste 16 feitelijk aanwezige kinderen. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 2 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) De houder van een kindercentrum waar voorschoolse educatie wordt aangeboden draagt er zorg voor dat de beroepskrachten voorschoolse educatie in het bezit zijn van: Een getuigschrift van met gunstig gevolg afgelegd examen van een bij ministeriële regeling aan te wijzen opleiding, specifiek gericht op het opdoen van pedagogische vaardigheden. OF Een erkenning van beroepskwalificaties als bedoeld in artikel 5 van de Algemene wet erkenning EG-beroepskwalificaties ten aanzien van de door hen te verrichten beroepswerkzaamheden. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) 8 van 12
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven vanaf 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger is vóór aanvang van de werkzaamheden aan de houder overgelegd en bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee jaar. De actuele verklaring omtrent het gedrag is niet ouder dan twee jaar, te rekenen vanaf de dag van afgifte van de meest actuele verklaring omtrent het gedrag. (art 1.50 lid 4, 8 en 9, art 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals opgenomen in de meest recent aangevangen cao kinderopvang. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie gezondheid op. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en 9 van 12
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en 10 van 12
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : De Klaproos Website : http://www.swwbv.nl Aantal kindplaatsen : 16 Gesubsidieerde voorschoolse educatie : Ja Gegevens houder Naam houder : SWW Kinderopvang B.V. Adres houder : Haitsma Mulierweg 20 Postcode en plaats : 7101 CA Winterswijk Website : www.stichtingwelzijnwinterswijk.nl KvK nummer : 09161364 Aansluiting geschillencommissie : Ja Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Noord- en Oost-Gelderland Adres : Postbus 3 Postcode en plaats : 7200 AA Zutphen Telefoonnummer : 088-4433000 Onderzoek uitgevoerd door : Mevr. C. Stijnman Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Winterswijk Adres : Postbus 101 Postcode en plaats : 7100 AC WINTERSWIJK Planning Datum inspectie : 12-09-2017 Opstellen concept inspectierapport : 22-09-2017 Zienswijze houder : Niet van toepassing Vaststelling inspectierapport : 26-09-2017 Verzenden inspectierapport naar houder : 27-09-2017 Verzenden inspectierapport naar : 27-09-2017 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 03-10-2017 11 van 12
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen. 12 van 12