Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Geldrop - Mierlo. Tabellenboek

Vergelijkbare documenten
Gezondheidsmonitor Volwassenen (19 t/m 64 jaar) Gezondheid en ziekten. Zelfredzaamheid. Welbevinden

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Reusel- De Mierden. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Laarbeek. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Cranendonck. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Helmond. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Eindhoven. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Asten. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Bergeijk. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Valkenswaard. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Eersel. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Gemert - Bakel. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Heeze - Leende. Tabellenboek

Gezondheidsmonitor Ouderen (65 jaar en ouder) 2012 Tabel 1: Resultaten per indicator voor de gemeente, wijken Tilburg en Nederland

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Someren. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Deurne. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Nuenen c.a. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Veldhoven. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Waalre. Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen Best. Tabellenboek

Veldhoven Tabellenboek

Son en Breugel Tabellenboek

Ouderenmonitor

Nuenen c.a. Tabellenboek

Laarbeek Tabellenboek

Helmond Tabellenboek

Eindhoven Tabellenboek

Valkenswaard Tabellenboek

Geldrop - Mierlo Tabellenboek

Heeze - Leende Tabellenboek

VOLWASSENENMONITOR JAAR

Oirschot Tabellenboek

Ouderenmonitor Eersel. Tabellenboek

Ouderenmonitor Bladel. Tabellenboek

Reusel- De Mierden Tabellenboek

VOLWASSENENMONITOR JAAR

Someren Tabellenboek

GGD Zeeland, afdeling Algemene Gezondheidszorg, cluster Epidemiologie Postbus AS Goes

Ouderenmonitor Waalre. Tabellenboek

Aandachtspunten bij het lezen van de tabellen: - De percentages zijn altijd gebaseerd op de totale groep.

Tabellenboek Volwassenenmonitor Steenwijkerland

Tabellenboek Volwassenenmonitor Hardenberg. Algemene gegevens

BASISSET GGD standaardvraagstellingen Gezondheidsmonitor Volwassenen 2016 (GM Volwassenen 2016) 31 mei 2016

Etniciteit volgens CBS-classificatie (uit GBA) Oldenzaal Twente hoog (HBO,

MEMO. Aan : Raads- en burgerleden Van : HM Vonk - Schenkel Onderwerp : Gezondheidsmonitoren GGD Datum : 13 november Geachte heer/mevrouw,

Tabellenboek Volwassenenmonitor Ommen. Algemene gegevens

Tabellenboek Volwassenenmonitor Zwolle

Tabellenboek Volwassenenmonitor Dalfsen

Tabellenboek Volwassenenmonitor Raalte

Tabellenboek Volwassenenmonitor Deventer. Algemene gegevens

Tabellenboek Ouderenmonitor Deventer

Tabellenboek Volwassenenmonitor Olst-Wijhe

VOLWASSENENMONITOR 19 T/M 64-JARIGEN REGIO ZUIDOOST-BRABANT

Monitor Volwassenen 2012

Tabellenboek Volwassenenmonitor Hattem. Algemene gegevens

Tabellenboek Volwassenenmonitor Staphorst

VOLWASSENENMONITOR 19 T/M 64-JARIGEN GEMEENTE GELDROP-MIERLO

VOLWASSENENMONITOR 19 T/M 64-JARIGEN GEMEENTE REUSEL-DE MIERDEN

Volwassenen (19-65 jaar) Lingewaal

VOLWASSENENMONITOR 19 T/M 64-JARIGEN GEMEENTE VALKENSWAARD

Volwassenen (19-65 jaar) Wijchen

VOLWASSENENMONITOR 19 T/M 64-JARIGEN GEMEENTE OIRSCHOT

Volwassenen (19-65 jaar) Culemborg

Volwassenen (19-65 jaar) Geldermalsen

Volwassenen (19-65 jaar) Maasdriel

Ouderen (65+) Beuningen Opleidingsniveau

Aandachtspunten bij het lezen van de tabellen: - De percentages zijn altijd gebaseerd op de totale groep.

Ouderen (65+) Gemeente Nijmegen Opleidingsniveau

VOLWASSENENMONITOR 19 T/M 64-JARIGEN GEMEENTE WAALRE

Tabellenboek Gezondheidsmonitor jaar

Ouderen (65+) Regio Nijmegen

Ouderen (65+) Wijchen

Ouderen (65+) Ubbergen

Ouderen (65+) Geldermalsen Opleidingsniveau

VOLWASSENENMONITOR 19 T/M 64-JARIGEN GEMEENTE CRANENDONCK

Ouderen (65+) Druten

Ouderen (65+) West Maas en Waal

Ouderen (65+) Heumen Opleidingsniveau

Volwassenen (19-65 jaar) Regio Nijmegen Opleidingsniveau jaar

Volwassenen (19-65 jaar) Groesbeek

Ouderen (65+) Zaltbommel Opleidingsniveau

Ouderen (65+) Maasdriel Opleidingsniveau

Ouderen (65+) Neerrijnen Opleidingsniveau

Ouderen (65+) Buren Opleidingsniveau

VOLWASSENENMONITOR 19 T/M 64-JARIGEN GEMEENTE HELMOND

Ouderen (65+) Tiel Opleidingsniveau

Ouderen (65+) Lingewaal Opleidingsniveau

man vrouw jaar jaar jaar opl. laag

VOLWASSENENMONITOR 19 T/M 64-JARIGEN GEMEENTE EINDHOVEN

man vrouw jaar 75+ jaar opl. laag

Ouderen (65+) Neder-Betuwe Opleidingsniveau

Volwassenen (19+) Druten

man vrouw jaar jaar jaar opl. laag

Volwassenen (19+) Regio Nijmegen

Volwassenen (19+) Nijmegen

man vrouw jaar jaar jaar opl. laag

Volwassenen (19+) Heumen

Volwassenen (19+) Millingen aan de Rijn

Subregio Nederland t.o.v Sociaal economische status (SES) % / aantal subregio / regio

Inhoudsopgave Tabellenboek Deventer

GGD Zeeland, afdeling Algemene Gezondheidszorg, cluster Epidemiologie Postbus AS Goes

Transcriptie:

Volwassenenmonitor 19 t/m 64-jarigen 2012-2013 Geldrop - Tabellenboek

Volwassenenmonitor 19-64 jaar 2012-2013 Onderwerpen Gezondheid en ziekte Zelfredzaamheid Welbevinden Leefstijl Leefomgeving Leefbaarheid Eenzaamheid Sociale uitsluiting Maatschappelijke participatie Huiselijk geweld Zorg en hulp WMO-voorzieningen Financiële problemen Achtergrondkenmerken Tabel 1. Kernindicatoren Nederland Tabel 2. Vergelijking 2005-2009-2012 Tabel 3. Antwoordpercentages per vraag Vragenlijst Volwassenenmonitor 2012

Volwassenenmonitor 19-64 jaar 2012-2013 Algemeen - LEESWIJZER- De gepresenteerde cijfers zijn met behulp van zogenaamde weegfactoren gecorrigeerd voor de verdeling naar leeftijd en geslacht. De cijfers geven dan ook een beeld van de werkelijke situatie wat betreft leeftijds- en geslachtsopbouw, voor uw gemeente, de regio en Nederland. Bovenaan de kolom op de eerste pagina staat het aantal volwassenen waarop het cijfer is gebaseerd. Alle percentages zijn afgerond naar gehele getallen. Uitzondering hierop zijn cijfers kleiner dan 1 procent, die worden met 1 cijfer achter de komma weergegeven. Door afronding kan een totaal boven 100 procent uitkomen. Wanneer er sprake is van een subcategorie is dit in de lay-out terug te vinden. Bijvoorbeeld Obesitas staat ingesprongen; dit betekent dus dat Obesitas een subcategorie is van de bovengenoemde categorie Overgewicht. Tabel 1: Kernindicatoren In tabel 1 worden de belangrijkste resultaten van het onderzoek beschreven in de vorm van kernindicatoren. De resultaten zijn weergegeven als percentages voor de gemeente, de regio en Nederland. Door samenwerking met het CBS en het RIVM in de Nationale Monitor Gezondheid is het dit jaar voor het eerst mogelijk om voor een aantal landelijk vastgestelde basisvariabelen het landelijke cijfer te presenteren. Vetgedrukte cijfers in de gemeente kolom geven een statistisch significant verschil aan tussen uw gemeente en de regio. Vetgedrukte cijfers in de regio kolom geven een statistisch significant verschil aan tussen: a) de regio en uw gemeente of b) de regio en Nederland. Vetgedrukte cijfers in de Nederland kolom geven een statistisch significant verschil aan tussen de regio en Nederland. Tabel 2: Vergelijking 2005-2009-2012 In tabel 2 zijn de kernindicatoren van de Volwassenenmonitor 2012 voor uw gemeente en de regio waar mogelijk vergeleken met de resultaten uit 2009 en de resultaten uit 2009 met die uit 2005. Vetgedrukte cijfers in de kolom 2009 geven een statistisch significant verschil aan tussen 2005 en 2009. Vetgedrukte cijfers in de kolom 2012 geven een statistisch significant verschil aan tussen 2009 en 2012. Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag In tabel 3 worden de antwoordpercentages op alle vragen uit de vragenlijst gegeven voor uw gemeente en de regio -Zuidoost. Deze resultaten zijn niet getoetst. Wanneer in de vragenlijst bij een bepaalde vraag meerdere antwoordcategorieën konden worden aangekruist, kan het totaal van deze percentages boven 100 procent uitkomen. t vraag

Tabel 1: Kernindicatoren gemeente, regio en Nederland Gezondheid en ziekte Nederland n=454 n=18.096 n=221.976 % % % Ervaren gezondheid Ervaart eigen gezondheid als "gaat wel" tot "slecht" 23 20 19 Chronische ziekten Heeft ooit een beroerte, hersenbloeding of herseninfarct gehad 2 1 2 Heeft ooit een hartinfarct gehad 1 1 1 Heeft ooit kanker gehad 3 4 4 Heeft één of meer chronische ziekten, en is daarvoor onder behandeling of onder controle van een arts 37 36 38 Chronische ziekten waarvoor men onder behandeling of controle is van een arts: Diabetes mellitus 4 3 4 Hoge bloeddruk 12 10 10 Astma, chronische bronchitis, longemfyseem of CARA/COPD 4 4 5 Gewrichtsslijtage (artrose, slijtagereuma) van heupen of knieën 7 5 5 Zelfredzaamheid Beperkingen Beperkt in bezigheden door de lichamelijke gezondheid 18 17 Beperkt in gehoor, gezichtsvermogen en/of mobiliteit 14 11 11 Heeft gehoorbeperking 4 3 3 Heeft gezichtsbeperking 6 5 5 Heeft mobiliteitsbeperking 7 6 6 Is niet in staat om: - zelfstandig het huishouden te doen (boodschappen, schoonmaken e.d.) 2 2 - zelfstandig warme maaltijden klaar te maken 0,2 0,9 - zich zelfstandig te verzorgen (wassen, aankleden) 0 0,2 - zich zelfstandig te verplaatsen in en om de woning 0 0,2 - zelfstandig ergens naar toe te gaan met eigen of openbaar vervoer 0,5 0,8 - zelfstandig geldzaken en/of andere administratie te regelen 0,5 1 - zelfstandig sociale contacten te leggen en te onderhouden 2 0,7 Kan één of meer van bovenstaande handelingen niet zelfstandig uitvoeren 3 4 Kan vanwege de gezondheid niet de dingen doen die men zou willen doen 8 7 Regie over eigen leven Heeft weinig regie over het eigen leven 9 9 1

Tabel 1: Kernindicatoren gemeente, regio en Nederland Welbevinden Nederland n=454 n=18.096 n=221.976 % % % Ervaren psychische gezondheid Voelt zich psychisch ongezond 19 20 Gevoelens Is niet (zo) gelukkig 22 21 Afgelopen 3 maanden: (Heel) vrolijk 53 55 Beetje vrolijk tot neutraal 39 38 Beetje tot zeer somber 8 7 Psychiatrische aandoeningen Heeft een matig tot hoog risico op een angststoornis of depressie 40 41 - Heeft een hoog risico op een angststoornis of depressie 7 6 Leefstijl Roken Roker 21 23 25 - Is zware roker (>= 20 sigaretten per dag) 6 5 5 Alcohol Drinkt alcohol 88 87 84 - Overmatig drinker (mannen > 21 glazen per week; vrouwen > 14 glazen per week) 10 9 8 - Bingedrinker (minstens 1x per week 6 glazen of meer per dag) 11 11 - Voldoet niet aan norm aanvaardbaar alcoholgebruik 1 58 62 Probleemdrinker 2 8 8 Drinkt geen alcohol meer 4 5 Drugsgebruik Ooit gebruikt: Softdrugs 20 22 Harddrugs (inclusief GHB) 7 7 Paddo's 4 3 Recent gebruikt (afgelopen vier weken): Softdrugs 2 3 Harddrugs (inclusief GHB) 0,7 0,8 Paddo's 0 0,1 1 Norm aanvaardbaar alcoholgebruik: mannen maximaal 10 glazen per week, maximaal 2 glazen per drinkdag, maximaal 5 drinkdagen per week; vrouwen maximaal 5 glazen per week, maximaal 1 glas per dag, maximaal 5 drinkdagen per week 2 Probleemdrinker: iemand die langere tijd veel drinkt en hierdoor problemen ondervindt in het dagelijks leven 2

Tabel 1: Kernindicatoren gemeente, regio en Nederland Bewegen Voldoet niet aan Nederlandse Norm Gezond Bewegen (minstens vijf dagen per week een half uur matig intensief lichamelijk actief) Voldoet niet aan de Fitheidsnorm (drie keer per week minimaal 20 minuten zwaar intensief bewegen) Nederland n=454 n=18.096 n=221.976 % % % 32 35 35 83 80 80 Voldoet aan geen van beiden normen 30 33 33 Denkt te weinig te bewegen 42 39 Meest genoemde redenen weinig beweging: - Te weinig tijd 25 23 - Geen interesse (meer) 10 9 - Te duur 9 8 Gewicht Heeft overgewicht (inclusief obesitas) (BMI >= 25) 47 45 45 - Heeft ernstig overgewicht / obesitas (BMI >= 30) 12 12 12 Heeft ondergewicht (BMI < 18,5) 2 2 Leefomgeving Geluidshinder Wordt ernstig gehinderd door geluid 12 16 Meeste geluidshinder van: - Buren 5 5 - Brommers / scooters (eventueel ook als ze stilstaan) 3 5 - Verkeer op wegen waar je niet harder mag dan 50 km/uur 3 3 Geurhinder Wordt erg gehinderd door geur 5 8 Meeste geurhinder van: - Open haard / allesbrander / andere houtkachel 2 2 - Riolering / zuivering 1 1 - Andere bedrijven / industrie 1 0,9 Bezorgdheid Bezorgd over de invloed van de omgeving op de gezondheid 11 14 Meest bezorgd over de invloed van: - Hoogspanningslijnen in de buurt 4 2 - Zendmasten voor radio en TV of bij antennes voor mobiele telefoons in de buurt 4 3 - Wonen in een drukke straat 2 4 3

Tabel 1: Kernindicatoren gemeente, regio en Nederland Bezorgd over infectieziekten die overdraagbaar zijn van dier op mens en/of resistente bacteriën en/of fijnstof Nederland n=454 n=18.096 n=221.976 % % % 23 28 Is bezorgd over: - Infectieziekten die overdraagbaar zijn van dier op mens 12 17 - Blootstelling aan resistente bacteriën (bijvoorbeeld de MRSAbacterie) 14 16 - Blootstelling aan fijnstof 15 19 Leefbaarheid Woning en de buurt Geeft onvoldoende voor eigen woning 7 7 Geeft onvoldoende voor eigen buurt 6 9 Ontevreden over betrokkenheid buurt (sociale cohesie) 44 43 Is actief geweest om buurt te verbeteren 13 15 Vindt dat gemeente voldoende doet om bewoners bij veranderingen in buurt te betrekken 29 31 Voelt zich medeverantwoordelijk voor de leefbaarheid in de buurt 67 66 Voorzieningen Ontevreden over voorzieningen in de buurt: - Speelmogelijkheden voor kinderen 11 10 - Kijkgroen (plantsoenen, bomen) 6 8 - Gebruiksgroen (parken, bos en natuurgebied) 4 7 - Sportvoorzieningen 4 5 - Fiets- en wandelmogelijkheden 1 3 Sociale veiligheid Voelt zich overdag of 's avonds/'s nachts onveilig 22 23 - Voelt zich wel eens onveilig overdag 7 7 - Voelt zich wel eens onveilig 's avonds/'s nachts 24 23 Eenzaamheid Is eenzaam 40 38 - Is (zeer) ernstig eenzaam 9 9 Is emotioneel eenzaam (zoals het ervaren van een leegte en het missen van een goed vriend(in)) 27 27 Is sociaal eenzaam (zoals bij niemand terecht kunnen en niet veel mensen volledig kunnen vertrouwen) 40 39 Heeft niet genoeg mensen op wie teruggevallen kan worden in geval van narigheid 8 8 Heeft niet veel mensen op wie volledig vertrouwd kan worden 19 15 Is niet in staat om zelfstandig sociale contacten te leggen en te onderhouden 2 0,7 4

Tabel 1: Kernindicatoren gemeente, regio en Nederland Sociale uitsluiting Nederland n=454 n=18.096 n=221.976 % % % Normatieve integratie Tekort aan normatieve integratie 5 5 - Geeft geen geld aan goede doelen 23 21 - Doet niet af en toe iets voor de buren 21 25 - Brengt geen glas naar de glasbak 6 8 - Vindt werken slechts een manier om geld te verdienen 40 42 - Voelt zich wel eens gediscrimineerd 9 12 Materiële deprivatie Is materiëel gedepriveerd 5 5 - Heeft onvoldoende geld om huis goed te verwarmen 3 4 - Heeft onvoldoende geld om lidmaatschap van sportclub of vereniging te betalen 15 16 - Heeft onvoldoende geld om bij vrienden/familie op bezoek te gaan 7 7 - Is niet in staat om een onverwachte uitgave van 1000 euro te betalen 19 20 Sociale grondrechten Onvoldoende toegang tot basale sociale rechten 3 4 - Vindt dat mensen in de buurt over het algemeen slecht met elkaar kunnen opschieten 6 6 - Geeft onvoldoende voor eigen woning 7 7 - Heeft (zelf of huisgenoot) in de afgelopen 12 maanden een medische of tandheelkundige behandeling nodig gehad maar niet gekregen 4 6 Sociale participatie Beperkte sociale participatie 5 5 - Minder dan 2 keer per maand contact met buren of mensen uit de straat 18 22 - Kan niet altijd bij iemand in de omgeving terecht voor dagelijkse probleempjes 4 5 - Ervaart een leegte om zich heen 6 6 - Mist gezelligheid om zich heen 5 6 - Heeft onvoldoende mensen waarmee men zich nauw verbonden voelt 13 10 - Voelt zich vaak in de steek gelaten 2 3 Sociale uitsluiting Is (matig tot sterk) sociaal uitgesloten 3 4 5 3 Bepaald aan de hand van de Sociale Uitsluitingsindex. Bovenstaande vier dimensies van sociale uitsluiting zijn meegenomen in de berekening van deze index. 5

Tabel 1: Kernindicatoren gemeente, regio en Nederland Maatschappelijke participatie Nederland n=454 n=18.096 n=221.976 % % % Vrijwilligerswerk Verricht vrijwilligerswerk 28 28 Redenen om geen vrijwilligerswerk te doen: - De mogelijkheid heeft zich nog niet voorgedaan 8 8 - Onbekendheid met waar ik dan precies aan begin 0,3 2 - Ik kan er geen tijd voor vrijmaken 26 26 - Ik besteed mijn tijd liever aan andere zaken 17 15 - Ik wil me niet vastleggen 10 9 - Ik heb als vrijwilliger niets te bieden 1 1 - Anders 9 10 Lidmaatschappen Is lid van een vereniging of club 52 53 - Is lid van een sportvereniging of sportclub 37 37 Mantelzorg geven Heeft afgelopen jaar mantelzorg gegeven 22 20 - Geeft momenteel mantelzorg 17 14 Is mantelzorger (langer dan 3 maanden of meer dan 8 uur per week) 15 13 12 Geeft momenteel intensief mantelzorg (langer dan 3 maanden en meer dan 8 uur per week) 4 3 Belasting mantelzorger Voelt zich (tamelijk) zwaar belast door het geven van mantelzorg 3 2 Mantelzorger is zwaar belast (% van de mantelzorgers) 18 13 14 Aantal uur mantelzorg per week Incidenteel 0 0,1 1-10 uur per week 14 11 11-20 uur per week 2 1 21 uur of meer per week 0,7 0,9 Geeft momenteel mantelzorg in de vorm van: - Hulp in de huishouding (boodschappen, schoonmaken) 9 7 - Klaarmaken warme maaltijden 4 3 - Hulp bij huishoudelijk werk (hulp in de huishouding en/of warme maaltijd klaarmaken) 9 8 - Hulp bij persoonlijke verzorging (wassen, aankleden) 3 2 - Medische verzorging 3 2 - Hulp bij dagelijkse verzorging (persoonlijke en medische) 4 3 - Gezelschap, troost, afleiding 12 10 - Begeleiding en/of vervoer (bij bezoek aan arts, kapper, enz.) 11 8 - Regelen geldzaken en/of administratie 7 6 6

Tabel 1: Kernindicatoren gemeente, regio en Nederland Nederland n=454 n=18.096 n=221.976 % % % Geeft momenteel mantelzorg aan: - Partner 3 2 - Kind(eren) of schoondochter/schoonzoon 2 2 - (Schoon)ouders 9 8 - Andere familieleden 2 2 - Buren, vrienden, kennissen 4 2 Behoefte aan hulp Heeft als mantelzorger behoefte aan (meer) hulp (praktische of emotionele steun nodig) 2 2 Heeft behoefte aan: - Informatie en advies 0,8 1 - Vervanger ivm vrije dagen of vakantie 1 0,4 - Emotionele steun 1 0,7 - Ontspannende activiteiten 0,8 0,5 - Belangenbehartiging 0,2 0,2 Huiselijk geweld Is ooit slachtoffer geweest van huiselijk geweld 11 8 - Psychisch of emotioneel geweld 8 6 - Lichamelijk geweld 7 5 - Ongewenste seksuele toenadering 2 1 - Seksueel misbruik 2 1 Is slachtoffer geweest van huiselijk geweld door: - Partner 0,5 1 - Ex-partner 5 3 - (Stief)kind 0,5 0,2 - (Stief)ouder(s) 3 2 - (Stief)broer(s)/zus(sen) 2 0,8 - Ander familielid 0,9 1 - Huisvriend 0,2 0,3 - Anders 1 1 Is slachtoffer geweest van huiselijk geweld: - 1 jaar geleden of korter 1 0,9 - tussen 1 en 5 jaar geleden 2 1 - langer dan 5 jaar geleden 8 5 Zorg en hulp Zorggebruik Heeft afgelopen 2 maanden contact gehad met de huisarts 34 36 Heeft afgelopen 2 maanden meer dan 2 keer huisarts bezocht 7 7 Heeft afgelopen jaar contact gehad met huisarts 74 75 7

Tabel 1: Kernindicatoren gemeente, regio en Nederland Nederland n=454 n=18.096 n=221.976 % % % Ontvangt hulp in verband met gezondheid 6 5 Ontvangt hulp van: - Een betaalde hulp 3 2 - Een mantelzorger 4 3 - Vrijwilliger 0,2 0,2 Mantelzorg ontvangen Afgelopen jaar mantelzorg ontvangen 4 5 - Ontvangt momenteel mantelzorg 3 3 Zorgbehoefte Heeft in verband met de gezondheid behoefte aan meer hulp 2 2 Als men nu of in de toekomst vanwege de gezondheid behoefte aan hulp heeft, is deze hulp dan in de omgeving beschikbaar? - Hulp beschikbaar van huisgenoot 79 75 - Hulp beschikbaar van kinderen, andere familieleden of buren, vrienden of kennissen 38 38 - Geen hulp beschikbaar van iemand in de omgeving 6 8 Heeft (zelf of huisgenoot) in de afgelopen 12 maanden een medische of tandheelkundige behandeling nodig gehad maar niet gekregen 4 6 Wmo-voorzieningen Heeft afgelopen jaar gebruik gemaakt van één of meer Wmovoorzieningen 9 7 Heeft gebruik gemaakt van: - Ondersteuning bij mantelzorg 2 2 - Ondersteuning bij vrijwilligerswerk 1 1 - Opvoedingsondersteuning 8 5 Heeft behoefte aan een Wmo-voorziening 6 6 Heeft behoefte aan: - Ondersteuning bij mantelzorg 2 3 - Ondersteuning bij vrijwilligerswerk 3 2 - Opvoedingsondersteuning 4 3 Wil informatie over 1 of meer Wmo-voorzieningen maar weet niet waar deze te verkrijgen (bekendheid) 9 9 Weet niet waar men terecht kan voor: - Ondersteuning bij mantelzorg 3 4 - Ondersteuning bij vrijwilligerswerk 3 4 - Ondersteuning/hulp ivm gezondheidsproblemen (bijv hulp in huis, woningaanpassing of vervoersvoorziening) 4 4 - Opvoedingsondersteuning 3 4 8

Tabel 1: Kernindicatoren gemeente, regio en Nederland Financiële problemen Nederland n=454 n=18.096 n=221.976 % % % Heeft moeite met rondkomen 24 22 Heeft onvoldoende geld om huis goed te verwarmen 3 4 Heeft onvoldoende geld om lidmaatschap van sportclub of vereniging te betalen 15 16 Heeft onvoldoende geld om bij vrienden/familie op bezoek te gaan 7 7 Is niet in staat om een onverwachte uitgave van 1000 euro te betalen 19 20 Achtergrondkenmerken Geslacht Man 50 51 Vrouw 50 49 Leeftijd 19 t/m 24 jaar 10 12 25 t/m 39 jaar 26 29 40 t/m 54 jaar 40 38 55 t/m 64 jaar 24 21 Etniciteit Autochtoon 84 82 Westers allochtoon 10 9 Niet-westers allochtoon 6 9 Burgerlijke staat Gehuwd / samenwonend 74 71 Ongehuwd / nooit gehuwd geweest 19 22 Gescheiden / gescheiden levend 6 7 Weduwe / weduwnaar 1 1 Huishoudsamenstelling 1-persoonshuishouden 10 13 Huishouden met thuiswonende kinderen 47 44 1-oudergezin 6 6 Opleidingsniveau Laag (Geen opleiding/lager onderwijs) 5 4 Midden 1 (MAVO / LBO) 24 24 Midden 2 (HAVO / VWO / MBO) 35 36 Hoog (HBO / WO) 37 36 9

Tabel 1: Kernindicatoren gemeente, regio en Nederland Werksituatie Heeft geen betaald werk (pensioen, werkloos/- zoekend,arbeidsongeschikt, bijstandsuitkering, huisman/-vrouw, onderwijs volgend) Nederland n=454 n=18.096 n=221.976 % % % 22 22 Heeft betaald werk 78 78 Arbeidsongeschikt 5 4 Werkloos/-zoekend 4 5 Gestandaardiseerd huishoudinkomen * max 15.200 euro 14 14 max 19.400 euro 16 14 max 24.200 euro 18 20 max 31.000 euro 29 25 > 31.000 euro 23 27 * Besteedbaar inkomen gecorrigeerd voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden 10

Tabel 2: Vergelijking 2005-2009-2012 - en de regio 2005 2009 2012 2005 2009 2012 n=449 n=364 n=434 n=16.919 n=14.837 n=18.096 % % % % % % Zelfredzaamheid Beperkingen Beperkt in bezigheden door de lichamelijke gezondheid 17 19 18 19 18 17 Regie over eigen leven Heeft weinig regie over het eigen leven - 9 9-8 9 Welbevinden Ervaren psychische gezondheid Voelt zich psychisch ongezond 15 17 19 20 17 20 Psychiatrische aandoeningen Heeft een matig tot hoog risico op een angststoornis of depressie - 39 40-37 41 - Heeft een hoog risico op een angststoornis of depressie - 6 7-5 6 Leefstijl Roken Roker 32 24 21 29 25 23 - Is zware roker (>= 20 sigaretten per dag) 1-5 6-6 5 1 Vanwege wijziging in het afkappunt, wijkt het 2009 cijfer af van het destijds gepresenteerde cijfer 1

Tabel 2: Vergelijking 2005-2009-2012 - en de regio 2005 2009 2012 2005 2009 2012 n=449 n=364 n=434 n=16.919 n=14.837 n=18.096 % % % % % % Alcohol Drinkt alcohol 90 88 88 87 88 87 - Overmatig drinker (mannen > 21 glazen per week; vrouwen > 14 glazen per week) 14 13 10 16 13 9 - Bingedrinker (minstens 1x per week 6 glazen of meer per dag) - 14 11-14 11 - Voldoet niet aan norm aanvaardbaar alcoholgebruik 2 71 69 58 68 67 62 - Probleemdrinker 3 9 8 11 8 Drinkt geen alcohol meer - 3 4-4 5 Drugsgebruik Ooit gebruikt: Softdrugs 18 16 20 18 20 22 Harddrugs (exclusief GHB) 7 4 7 6 7 7 Paddo's - 3 4-3 3 Recent gebruikt (afgelopen vier weken): Softdrugs 3 2 2 3 3 3 Harddrugs (exclusief GHB) 0,5 2 0,7 0,8 0,9 0,8 Paddo's - 0,2 0-0,1 0,1 Bewegen Voldoet niet aan Nederlandse Norm Gezond Bewegen (minstens vijf dagen per week een half uur matig intensief lichamelijk actief) Voldoet niet aan de Fitheidsnorm (drie keer per week minimaal 20 minuten zwaar intensief bewegen) 27 31 32 36 38 35-71 83-75 80 Voldoet aan geen van beiden normen - 26 30-33 33 2 Norm aanvaardbaar alcoholgebruik: mannen maximaal 10 glazen per week, maximaal 2 glazen per drinkdag, maximaal 5 drinkdagen per week; vrouwen maximaal 5 glazen per week, maximaal 1 glas per dag, maximaal 5 drinkdagen per week 3 Probleemdrinker: iemand die langere tijd veel drinkt en hierdoor problemen ondervindt in het dagelijks leven 2

Tabel 2: Vergelijking 2005-2009-2012 - en de regio 2005 2009 2012 2005 2009 2012 n=449 n=364 n=434 n=16.919 n=14.837 n=18.096 % % % % % % Gewicht Heeft overgewicht (inclusief obesitas) (BMI >= 25) 47 46 47 45 45 45 - Heeft ernstig overgewicht / obesitas (BMI >= 30) 11 13 12 10 11 12 Heeft ondergewicht (BMI < 18,5) - 0,7 2-2 2 Leefomgeving Geluidshinder Geluidshinder van: - Brommers / scooters (eventueel ook als ze stilstaan) - 7 3-7 5 - Buren - 4 5-5 5 - Verkeer op wegen waar je niet harder mag dan 50 km/u - 7 3-6 3 - Verkeer op wegen waar je harder mag dan 50 km/u - 3 1-4 2 - Treinverkeer - 1 1-1 0,6 - Vliegverkeer - 1 0,6-4 2 - Bedrijven / industrie - 0,5 1-1 0,7 Geurhinder Geurhinder van: - Open haard / allesbrander / andere houtkachel - 4 2-3 2 - Landbouw- en veeteeltactiviteiten - 0,9 0-1 0,9 - Wegverkeer - 1 0,2-2 1 - Andere bedrijven / industrie - 1 1-1 0,9 3

Tabel 2: Vergelijking 2005-2009-2012 - en de regio Leefbaarheid 2005 2009 2012 2005 2009 2012 n=449 n=364 n=434 n=16.919 n=14.837 n=18.096 % % % % % % Woning en de buurt Geeft onvoldoende voor eigen woning - 7 7-8 7 Geeft onvoldoende voor eigen buurt - 7 6-9 9 Ontevreden over betrokkenheid buurt (sociale cohesie) - 42 44-42 43 Is actief geweest om buurt te verbeteren - 13 13-15 15 Vindt dat gemeente voldoende doet om bewoners bij veranderingen in buurt te betrekken - 31 29-35 31 Voelt zich medeverantwoordelijk voor de leefbaarheid in de buurt - 69 67-67 66 Vindt dat mensen in de buurt over het algemeen slecht met elkaar kunnen opschieten - 9 6-6 6 Voorzieningen Ontevreden over voorzieningen in de buurt: - Speelmogelijkheden voor kinderen - 7 11-9 10 - Kijkgroen (plantsoenen, bomen) - 7 6-8 8 - Gebruiksgroen (parken, bos en natuurgebied) - 3 4-7 7 - Sportvoorzieningen - 1 4-3 5 - Fiets- en wandelmogelijkheden - 0,8 1-2 3 Sociale veiligheid Voelt zich overdag of 's avonds/'s nachts onveilig 23 20 22 24 21 23 - Voelt zich wel eens onveilig overdag 8 6 7 8 7 7 - Voelt zich wel eens onveilig 's avonds/'s nachts 23 20 24 24 21 23 4

Tabel 2: Vergelijking 2005-2009-2012 - en de regio Eenzaamheid 2005 2009 2012 2005 2009 2012 n=449 n=364 n=434 n=16.919 n=14.837 n=18.096 % % % % % % Is eenzaam 41 39 40 39 39 38 - Is (zeer) ernstig eenzaam 8 7 9 8 7 9 Is emotioneel eenzaam (zoals het ervaren van een leegte en het missen van een goede vriend(in)) 25 24 27 26 24 27 Is sociaal eenzaam (zoals bij niemand terecht kunnen en niet veel mensen volledig kunnen vertrouwen) 43 42 40 41 42 39 Maatschappelijke participatie Vrijwilligerswerk Verricht vrijwilligerswerk - 21 28-25 28 Redenen om geen vrijwilligerswerk te doen: - De mogelijkheid heeft zich nog niet voorgedaan - 9 8-8 8 - Onbekendheid met waar ik dan precies aan begin - 2 0,3-2 2 - Ik kan er geen tijd voor vrijmaken - 28 26-28 26 - Ik besteed mijn tijd liever aan andere zaken - 13 17-13 15 - Ik wil me niet vastleggen - 11 10-10 9 - Ik heb als vrijwilliger niets te bieden - 0,8 1-1 1 - Anders - 14 9-12 10 Lidmaatschappen Is lid van een vereniging of club 58 53 52 57 57 53 - Is lid van een sportvereniging of sportclub 39 38 37 39 40 37 5

Tabel 2: Vergelijking 2005-2009-2012 - en de regio 2005 2009 2012 2005 2009 2012 n=449 n=364 n=434 n=16.919 n=14.837 n=18.096 % % % % % % Mantelzorg geven Heeft afgelopen jaar mantelzorg gegeven 12 12 22 11 13 20 - Geeft momenteel mantelzorg 9 9 17 8 10 14 Belasting mantelzorger Voelt zich (tamelijk) zwaar belast door het geven van mantelzorg 1 0,7 3 1 1 2 Geeft momenteel mantelzorg in de vorm van: - Hulp in de huishouding (boodschappen, schoonmaken) 4 3 9 4 5 7 - Klaarmaken warme maaltijden 0,4 2 4 1 2 3 - Hulp bij huishoudelijk werk (hulp in de huishouding en/of warme maaltijd klaarmaken) - 4 9-5 8 - Hulp bij persoonlijke verzorging (wassen, aankleden) 1 1 3 1 2 2 - Medische verzorging 1 0,6 3 0,8 1 2 - Hulp bij dagelijkse verzorging (persoonlijke en medische) - 1 4-2 3 - Gezelschap, troost, afleiding 7 6 12 5 7 10 - Begeleiding en/of vervoer (bij bezoek aan arts, kapper, enz.) 4 6 11 4 6 8 - Regelen geldzaken en/of administratie 5 3 7 3 4 6 Geeft momenteel mantelzorg aan: - Partner 1 0,4 3 0,8 1 2 - Kind(eren) of schoondochter/schoonzoon 0,4 1 2 0,8 2 2 - (Schoon)ouders 6 5 9 5 6 8 - Andere familieleden 0,4 1 2 1 2 2 - Buren, vrienden, kennissen 2 0,8 4 1 1 2 6

Tabel 2: Vergelijking 2005-2009-2012 - en de regio 2005 2009 2012 2005 2009 2012 n=449 n=364 n=434 n=16.919 n=14.837 n=18.096 % % % % % % Behoefte aan hulp Heeft als mantelzorger behoefte aan (meer) hulp (praktische of emotionele steun nodig) - 1 2-1 2 Heeft behoefte aan: - Informatie en advies 0,2 0,8 0,8 0,6 0,8 1 - Vervanger ivm vrije dagen of vakantie 0,4 0 1 0,3 0,3 0,4 - Emotionele steun 0,2 0 1 0,4 0,4 0,7 - Ontspannende activiteiten 0,8 0,2 0,8 0,2 0,4 0,5 - Belangenbehartiging 0 0 0,2 0,2 0,2 0,2 Huiselijk geweld Is ooit slachtoffer geweest van huiselijk geweld - 8 11-8 8 - Psychisch of emotioneel geweld - 7 8-6 6 - Lichamelijk geweld - 4 7-5 5 - Ongewenste seksuele toenadering - 0,7 2-1 1 - Seksueel misbruik - 1 2-1 1 Is slachtoffer geweest van huiselijk geweld door: - Partner - 1 0,5-1 1 - Ex-partner - 4 5-3 3 - (Stief)kind - 0 0,5-0,3 0,2 - (Stief)ouder(s) - 3 3-3 2 - (Stief)broer(s)/zus(sen) - 0,3 2-0,8 0,8 - Ander familielid - 0,8 1-0,8 1 - Huisvriend - 0 0,2-0,3 0,3 - Anders - 0,3 1-0,8 1 7

Tabel 2: Vergelijking 2005-2009-2012 - en de regio 2005 2009 2012 2005 2009 2012 n=449 n=364 n=434 n=16.919 n=14.837 n=18.096 % % % % % % Is slachtoffer geweest van huiselijk geweld: - 1 jaar geleden of korter - 0,3 1-0,9 0,9 - tussen 1 en 5 jaar geleden - 1 2-1 1 - langer dan 5 jaar geleden - 7 8-6 5 Zorg en hulp Zorggebruik Heeft afgelopen 2 maanden contact gehad met de huisarts - 39 34-37 36 Heeft afgelopen jaar contact gehad met huisarts - 76 74-73 75 Mantelzorg ontvangen Afgelopen jaar mantelzorg ontvangen 4 2 4 4 2 5 Wmo-voorzieningen Heeft gebruik gemaakt van: - Ondersteuning bij mantelzorg - 0,2 2-0,5 2 - Ondersteuning bij vrijwilligerswerk - 0 1-0,8 1 - Opvoedingsondersteuning - 2 8-3 5 Heeft behoefte aan: - Ondersteuning bij mantelzorg - 1 2-1 3 - Ondersteuning bij vrijwilligerswerk - 0,2 3-1 2 - Opvoedingsondersteuning - 2 4-2 3 8

Tabel 2: Vergelijking 2005-2009-2012 - en de regio 2005 2009 2012 2005 2009 2012 n=449 n=364 n=434 n=16.919 n=14.837 n=18.096 % % % % % % Wil informatie over, maar weet niet waar men terecht kan voor: - Ondersteuning bij mantelzorg - 2 3-3 4 - Ondersteuning bij vrijwilligerswerk - 2 3-3 4 - Opvoedingsondersteuning - 2 3-2 4 Financiële problemen Heeft moeite met rondkomen 29 14 24 27 20 22 Achtergrondkenmerken Geslacht Man 51 50 50 52 51 51 Vrouw 49 50 50 48 49 49 Leeftijd 19 t/m 24 jaar 10 9 10 11 10 12 25 t/m 39 jaar 31 24 26 33 31 29 40 t/m 54 jaar 38 40 40 36 38 38 55 t/m 64 jaar 22 26 24 20 22 21 Etniciteit Autochtoon 91 92 84 88 88 82 Westers allochtoon 6 4 10 6 7 9 Niet-westers allochtoon 3 4 6 6 5 9 9

Tabel 2: Vergelijking 2005-2009-2012 - en de regio 2005 2009 2012 2005 2009 2012 n=449 n=364 n=434 n=16.919 n=14.837 n=18.096 % % % % % % Burgerlijke staat Gehuwd / samenwonend 76 78 74 74 74 71 Ongehuwd / nooit gehuwd geweest 15 17 19 19 19 22 Gescheiden / gescheiden levend 6 5 6 5 6 7 Weduwe / weduwnaar 2 0,7 1 1 1 1 Huishoudsamenstelling 1-persoonshuishouden 10 11 10 11 12 13 Huishouden met thuiswonende kinderen 53 51 47 50 49 44 1-oudergezin 6 4 6 5 4 6 Opleidingsniveau Laag (Geen opleiding/lager onderwijs) 6 5 5 7 4 4 Midden 1 (MAVO / LBO) 28 34 24 33 29 24 Midden 2 (HAVO / VWO / MBO) 37 33 35 32 34 36 Hoog (HBO / WO) 29 29 37 28 33 36 10

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio A. Algemeen n=434 n=18.096 % % A1. Wat is uw geslacht? man 50 51 vrouw 50 49 A2. Leeftijd 19 t/m 24 jaar 10 12 25 t/m 29 jaar 8 10 30 t/m 34 jaar 8 10 35 t/m 39 jaar 9 10 40 t/m 44 jaar 12 12 45 t/m 49 jaar 14 13 50 t/m 54 jaar 14 12 55 t/m 59 jaar 12 11 60 t/m 65 jaar 11 10 A3. Wat is uw burgerlijke staat? gehuwd, geregistreerd partnerschap 58 54 samenwonend 16 16 ongehuwd, nooit gehuwd geweest 19 22 gescheiden, gescheiden levend 6 7 weduwe, weduwnaar 1 1 A4. Met welke personen woont u momenteel samen? met een partner / echtgenoot of echtgenote 70 68 met kind(eren) jonger dan 18 jaar 36 35 met kind(eren) van 18 jaar en ouder 15 14 met mijn ouder(s) 10 9 met een andere volwassene / andere volwassenen 4 3 ik woon niet samen met een partner, maar heb wel een duurzame relatie 0,7 2 ik woon alleen 10 12 1

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % A5. Wat is uw hoogst voltooide opleiding? Een opleiding afgerond met diploma of voldoende getuigschrift. geen opleiding (lager onderwijs: niet afgemaakt) 2 1 lager onderwijs (basisschool, speciaal basisonderwijs) 3 2 lager of voorbereidend beroepsonderwijs (zoals LTS, LEAO, LHNO, VMBO) 12 13 middelbaar algemeen voortgezet onderwijs (zoals MAVO, (M)ULO, MBO-kort, 12 12 VMBO-t) middelbaar beroepsonderwijs en beroepsbegeleidend onderwijs (zoals 25 25 vakopleidigen bakker of kapper, MBO-lang, MTS, MEAO, BOL, BBL, INAS) hoger algemeen en voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (zoals 11 10 HAVO, VWO, Atheneum, Gymnasium, HBS, MMS) hoger beroepsonderwijs (zoals kweekschool, HBO, HTS, HEAO, HBO-V, 27 25 kandidaats wetenschappelijk onderwijs wetenschappelijk onderwijs (universiteit) 10 11 B. Gezondheid B1. Hoe is over het algemeen uw gezondheid? Is deze: zeer goed 19 19 goed 59 61 gaat wel 20 17 slecht 3 3 zeer slecht 0,2 0,4 B2. Kunt u over het algemeen de dingen doen die u wilt doen (ook al is uw gezondheid misschien niet optimaal)? ja 92 93 nee 8 7 B3. Heeft u suikerziekte? ja 4 3 nee 96 97 a. Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 4 3 nee 0,2 0,4 b. Gebruikt u hiervoor op dit moment insuline? ja 2 1 nee 2 2 c. Bent u insuline gaan gebruiken binnen 6 maanden nadat bij u suikerziekte was vastgesteld? ja 1 0,6 nee 2 3 2

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % B4. Heeft u ooit een beroerte, hersenbloeding of herseninfarct gehad? ja 2 1 nee 98 99 a. Heeft u dit in de afgelopen 12 maanden gehad? ja 0 0,2 nee 2 1 b. Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 1 0,8 nee 1 0,7 B5. Heeft u ooit een hartinfarct gehad? ja 1 1 nee 99 99 a. Heeft u dit in de afgelopen 12 maanden gehad? ja 0 0,2 nee 0,9 1 a. Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 1 1 nee 0,2 0,5 B6. Heeft u in de afgelopen 12 maanden een andere ernstige hartaandoening gehad (zoals hartfalen of angina pectoris)? ja 0,8 0,8 nee 99 99 a. Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 1 0,7 nee 0 0 B7. Heeft u ooit een vorm van kanker (kwaadaardige aandoening) gehad? ja 3 4 nee 97 96 a. Heeft u dit in de afgelopen 12 maanden gehad? ja 0,7 1 nee 3 3 3

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % b. Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 2 2 nee 1 1 B8. Deze vraag gaat over een aantal langdurige ziekten en aandoeningen. Wilt u voor deze ziekten en aandoeningen met ja of nee aangeven of u die heeft of in de afgelopen 12 maanden heeft gehad? a. Migraine of regelmatig ernstige hoofdpijn ja 19 17 nee 81 83 Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 6 5 nee 13 11 b. Hoge bloeddruk ja 13 12 nee 87 88 Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 12 10 nee 0,9 2 c. Vernauwing van de bloedvaten in de buik of benen (geen spataderen) ja 3 1 nee 97 99 Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 2 0,8 nee 0,7 0,5 d. Astma of COPD (chronische bronchitis, longemfyseem) ja 6 7 nee 94 93 Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 4 4 nee 3 2 4

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % e. Psoriasis ja 4 3 nee 96 97 Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 3 1 nee 2 2 f. Chronisch eczeem ja 6 5 nee 94 95 Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 4 3 nee 2 2 g. Duizeligheid met vallen ja 2 3 nee 98 97 Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 0,8 2 nee 1 1 h. Ernstige of hardnekkige darmstoornissen langer dan 3 maanden ja 5 4 nee 95 96 Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 3 3 nee 1 0,8 i. Onvrijwilig urineverlies (incontinentie) ja 5 4 nee 95 96 Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 1 1 nee 4 3 5

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % j. Gewrichtsslijtage (artrose, slijtagereuma) van heupen of knieën ja 10 9 nee 90 91 Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 7 5 nee 3 3 k. Chronische gewrichtsontseking (ontstekingsreuma, chronische reuma, reumatoïde artritis) ja 3 4 nee 97 96 Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 2 3 nee 0,9 1 l. Ernstige of hardnekkige aandoening van de rug (inclusief hernia) ja 12 10 nee 88 90 Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 5 6 nee 7 4 m. Andere ernstige of hardnekkige aandoening van de nek of schouder ja 9 9 nee 91 91 Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 5 6 nee 4 3 n. Andere ernstige of hardnekkige aandoening van elleboog, pols of hand ja 6 6 nee 94 94 6

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % Bent u hiervoor in de afgelopen 12 maanden onder behandeling of controle van de huisarts of specialist geweest? ja 4 3 nee 2 2 o. Andere langdurige ziekte of aandoening ja 11 10 nee 89 90 B9. Was u gedurende de afgelopen 4 weken beperkt in uw werk of andere bezigheden ten gevolge van uw lichamelijke gezondheid? ja 18 17 nee 82 83 B10. Bij de volgende vragen gaat het erom wat u nogmaal kunt doen. Het gaat NIET om tijdelijke problemen van voorbijgaande aard. a. Kunt u een gesprek volgen in een groep van 3 of meer personen (zo nodig met hoorapparaat)? ja, zonder moeite 86 86 ja, met enige moeite 10 11 ja, met grote moeite 3 2 nee, dat kan ik niet 0,7 1 b. Kunt u met één andere persoon een gesprek voeren (zo nodig met hoorapparaat)? ja, zonder moeite 98 97 ja, met enige moeite 2 2 ja, met grote moeite 0,2 0,2 nee, dat kan ik niet 0 0,3 c. Zijn uw ogen goed genoeg om de kleine letters in de krant te kunnen lezen (zo nodig met bril of contactlenzen)? ja, zonder moeite 88 86 ja, met enige moeite 7 9 ja, met grote moeite 3 2 nee, dat kan ik niet 3 3 d. Kunt u op een afstand van 4 meter het gezicht van iemand herkennen (zo nodig met bril of contactlenzen)? ja, zonder moeite 94 95 ja, met enige moeite 5 4 ja, met grote moeite 0,8 0,8 nee, dat kan ik niet 0,2 0,5 7

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % e. Kunt u een voorwerp van 5 kg (bijv. een volle boodschappentas) 10 meter dragen? ja, zonder moeite 88 90 ja, met enige moeite 6 6 ja, met grote moeite 4 2 nee, dat kan ik niet 2 2 f. Kunt u als u staat, bukken en iets van de grond oppakken? ja, zonder moeite 88 90 ja, met enige moeite 8 7 ja, met grote moeite 3 2 nee, dat kan ik niet 1 0,9 g. Kunt u 400 meter aan een stuk lopen, zonder stil te staan (zo nodig met stok)? ja, zonder moeite 94 95 ja, met enige moeite 2 3 ja, met grote moeite 2 1 nee, dat kan ik niet 1 1 B11. De volgende zaken gaan erover of u op dit moment een aantal zaken zelfstandig kunt uitvoeren. Als u bepaalde werkzaamheden wel zelf kunt doen, dient u ook aan te geven of u deze werkzaamheden met of zonder moeite kan doen. Het gaat er niet om of u bepaalde werkzaamheden ook daadwerkelijk doet, maar of u ze zou kunnen verrichten. Kunt u geheel zelfstandig: a. het huishouden doen (bijv. schoonmaken, boodschappen doen)? ja, zonder moeite 89 89 ja, met enige moeite 7 7 ja, met grote moeite 2 2 nee, dat kan ik niet 2 2 b. de warme maaltijd klaarmaken? ja, zonder moeite 95 94 ja, met enige moeite 4 4 ja, met grote moeite 1 1 nee, dat kan ik niet 0,2 0,9 c. u zelf verzorgen (wassen, aankleden)? ja, zonder moeite 97 97 ja, met enige moeite 2 3 ja, met grote moeite 0,3 0,5 nee, dat kan ik niet 0 0,2 8

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % d. u verplaatsen in en om uw woning? ja, zonder moeite 97 97 ja, met enige moeite 2 2 ja, met grote moeite 0,5 0,5 nee, dat kan ik niet 0 0,2 e. ergens naar toe gaan met eigen of openbaar vervoer? ja, zonder moeite 96 96 ja, met enige moeite 3 3 ja, met grote moeite 0,5 0,9 nee, dat kan ik niet 0,5 0,8 f. uw geldzaken en/of andere administratie zaken regelen? ja, zonder moeite 93 92 ja, met enige moeite 5 5 ja, met grote moeite 2 2 nee, dat kan ik niet 0,5 1 g. sociale contacten leggen en onderhouden? ja, zonder moeite 89 91 ja, met enige moeite 9 7 ja, met grote moeite 0,8 2 nee, dat kan ik niet 2 0,7 B12. Als u vanwege uw gezondheid hulp krijgt, van wie krijgt u deze dan? niet van toepassing, ik ontvang momenteel geen hulp vanwege mijn 94 95 gezondheid van een betaalde hulp (bijv. iemand van de thuiszorg) 3 2 van een mantelzorger (een bekende uit uw omgeving die u onbetaald helpt) 4 3 van een vrijwilliger (iemand van een vrijwilligersorganisatie, bijv. iemand van de kerk of de Zonnebloem) 0,2 0,2 B13. Heeft u vanwege uw gezondheid eventueel meer hulp nodig? niet van toepassing, ik heb helemaal geen hulp nodig 92 92 nee, ik ontvang voldoende hulp 7 6 ja, ik heb meer hulp nodig dan ik nu krijg 2 2 B14. Als u nu of in de toekomst vanwege uw gezondheid behoefte aan hulp heeft of zou hebben, is er dan iemand in uw omgeving die hulp kan bieden? ja, een huisgenoot (partner, inwonend kind of andere huisgenoot) 79 75 ja, kinderen of andere familieleden (niet inwonend), buren, vrienden of kennissen 38 38 nee, ik heb niemand in mijn omgeving die mij hulp kan bieden 6 8 9

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % C. Welbevinden C1. Hieronder zijn 7 gezichtjes afgebeeld die gevoelens weergeven. Welk gezichtje geeft het beste aan hoe u zich in de afgelopen 3 maanden voelde? zeer vrolijk 16 17 vrolijk 37 37 beetje vrolijk 29 27 neutraal 10 11 beetje somber 5 4 somber 2 2 zeer somber 1 1 C2. In welke mate vindt u zichzelf een gelukking mens? erg gelukkig 17 20 gelukkig 61 59 niet gelukkig, niet ongelukkig 17 16 niet zo gelukkig 4 4 ongelukkig 0,4 0,9 C3. De volgende vragen gaan over hoe u zich voelt en hoe het met u ging in de afgelopen 4 weken. Wilt u bij elke vraag het antwoord geven dat het best benadert hoe vaak u zich zo voelde. a. Hoe vaak was u gedurende de afgelopen 4 weken erg zenuwachtig? altijd 0,5 0,6 meestal 3 2 vaak 4 6 soms 28 25 zelden 37 39 nooit 27 27 b. Hoe vaak zat u gedurende de afgelopen 4 weken zo in de put, dat niets u kon opvrolijken? altijd 0,2 0,4 meestal 1 1 vaak 4 3 soms 14 14 zelden 26 24 nooit 55 57 10

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % c. Hoe vaak voelde u zich de afgelopen 4 weken kalm en rustig? altijd 10 9 meestal 43 46 vaak 26 24 soms 15 14 zelden 5 5 nooit 1 2 d. Hoe vaak voelde u zich gedurende de afgelopen 4 weken somber en neerslachtig? altijd 0,4 0,6 meestal 2 2 vaak 5 5 soms 20 22 zelden 37 34 nooit 35 36 e. Hoe vaak was u gedurende de afgelopen 4 weken een gelukkig mens? altijd 15 15 meestal 43 46 vaak 22 18 soms 16 15 zelden 4 4 nooit 0,7 1 C4. Kunt u voor elk van onderstaande stellingen aangeven in hoeverre u het ermee eens bent? a. Ik heb weinig controle over de dingen die me overkomen helemaal mee eens 2 3 mee eens 12 12 niet mee eens / niet mee oneens 22 19 niet mee eens 42 44 helemaal niet mee eens 22 22 b. Sommige van mijn problemen kan ik met geen mogelijkheid oplossen helemaal mee eens 2 4 mee eens 16 13 niet mee eens / niet mee oneens 17 14 niet mee eens 41 41 helemaal niet mee eens 24 27 11

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % c. Er is weinig dat ik kan doen om belangrijke dingen in mijn leven te veranderen helemaal mee eens 1 2 mee eens 8 8 niet mee eens / niet mee oneens 15 15 niet mee eens 51 50 helemaal niet mee eens 24 25 d. Ik voel me vaak hulpeloos bij het omgaan met de problemen van het leven helemaal mee eens 1 2 mee eens 7 7 niet mee eens / niet mee oneens 13 13 niet mee eens 45 44 helemaal niet mee eens 34 34 e. Soms voel ik dat ik een speelbal van het leven ben helemaal mee eens 0,5 2 mee eens 10 9 niet mee eens / niet mee oneens 17 14 niet mee eens 37 39 helemaal niet mee eens 34 36 f. Wat er in de toekomst met me gebeurt hangt voor het grootste deel van mezelf af helemaal mee eens 18 20 mee eens 55 49 niet mee eens / niet mee oneens 16 18 niet mee eens 9 9 helemaal niet mee eens 2 3 g. Ik kan ongeveer alles als ik m'n zinnen erop gezet heb helemaal mee eens 16 16 mee eens 46 52 niet mee eens / niet mee oneens 30 22 niet mee eens 7 8 helemaal niet mee eens 2 2 C5. De onderstaande vragen gaan over hoe u zich voelde in de afgelopen 4 weken. a. Hoe vaak voelde u zich erg vermoeid zonder duidelijke reden? altijd 3 2 meestal 9 9 soms 24 22 af en toe 30 32 nooit 35 35 12

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % b. Hoe vaak voelde u zich zenuwachtig? altijd 0,2 0,6 meestal 4 4 soms 15 17 af en toe 47 44 nooit 34 35 c. Hoe vaak was u zo zenuwachtig dat u niet tot rust kon komen? altijd 0 0,3 meestal 3 3 soms 10 9 af en toe 15 18 nooit 71 69 d. Hoe vaak voelde u zich hopeloos? altijd 0,2 0,5 meestal 3 2 soms 10 9 af en toe 19 16 nooit 69 72 e. Hoe vaak voelde u zich rusteloos of ongedurig? altijd 0,2 0,5 meestal 5 5 soms 14 15 af en toe 37 38 nooit 43 41 f. Hoe vaak voelde u zich zo rusteloos dat u niet meer stil kon zitten? altijd 0 0,4 meestal 3 2 soms 10 9 af en toe 17 18 nooit 71 70 g. Hoe vaak voelde u zich somber of depressief? altijd 0 0,7 meestal 4 3 soms 8 10 af en toe 27 25 nooit 61 62 13

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % h. Hoe vaak had u het gevoel dat alles veel moeite kostte? altijd 1 1 meestal 7 5 soms 9 12 af en toe 33 32 nooit 50 50 i. Hoe vaak voelde u zich zo somber dat niets hielp om u op te vrolijken? altijd 0 0,4 meestal 2 2 soms 8 7 af en toe 19 16 nooit 71 73 j. Hoe vaak vond u zichzelf afkeurenswaardig, minderwaardig of waardeloos? altijd 0,3 0,8 meestal 3 3 soms 7 8 af en toe 17 16 nooit 72 73 E. Roken en alcohol E1. Rookt u wel eens? ja 21 23 nee 79 77 E2. Heeft u vroeger wel gerookt? ja 30 29 nee 48 47 E3. Rookt u wel eens sigaretten uit een pakje of zelf gerolde sigaretten? ja 19 21 nee 3 2 E4. Hoeveel sigaretten rookt u gemiddeld per dag? gemiddeld aantal sigaretten per dag 13 12 14

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio E5. Wilt u aangeven welke soorten alcoholhoudende drank u in de afgelopen 12 maanden wel eens heeft gedronken? n=434 n=18.096 % % bier (geen alcoholarm of alcoholvrij/malt bier) 64 63 wijn, sherry, port, vermout 65 63 likeur, advocaat, bessenjenever, citroenjenever 24 20 jenever, brandewijn, vieux, rum, cognac, whisky, wodka of ander gedestilleerd 21 23 alcoholhoudende drank gemengd met frisdrank of met vruchtensap 20 19 (breezers, shooters e.d.) licht alcoholische dranken (bijv. alcoholarm bier) 9 10 ik dronk vroeger wel, maar ik heb de afgelopen 12 maanden geen 4 5 alcoholhoudende dranken gedronken ik heb nooit alcoholhoudende dranken gedronken 8 8 E6. Op hoeveel van de 4 doordeweekse dagen (hiermee wordt bedoeld maandag t/m donderdag) drinkt u gemiddeld genomen alcoholhoudende drank? 4 dagen 9 9 3 dagen 6 5 2 dagen 8 9 1 dag 13 12 minder dan 1 dag 17 19 ik drink nooit op doordeweekse dagen 35 32 E7. Hoeveel glazen drinkt u dan gemiddeld op zo'n doordeweekse dag? 11 of meer glazen 0,2 0,4 7-10 glazen 2 1 6 glazen 2 1 5 glazen 1 1 4 glazen 0,8 3 3 glazen 6 6 2 glazen 18 20 1 glas 24 21 E8. Op hoeveel van de 3 weekenddagen (hiermee wordt bedoeld vrijdag t/m zondag) drinkt u gemiddeld genomen alcoholhoudende drank? 3 dagen 16 16 2 dagen 22 22 1 dag 19 22 minder dan 1 dag 30 25 ik drink nooit in het weekend 2 3 15

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % E9. Hoeveel glazen drinkt u dan gemiddeld op zo'n weekenddag? 11 of meer glazen 4 3 7-10 glazen 7 7 6 glazen 4 6 5 glazen 4 6 4 glazen 10 9 3 glazen 16 15 2 glazen 23 23 1 glas 19 15 E10. Hoe vaak heeft u de afgelopen zes maanden 4 of meer glazen alcoholhoudende drank op één dag gedronken? elke dag 2 1 5-6 keer per week 1 0,8 3-4 keer per week 3 3 1-2 keer per week 12 13 1-3 keer per maand 12 14 3-5 keer per half jaar 13 14 1-2 keer per half jaar 20 17 nooit 26 23 E11. Hoe vaak heeft u de afgelopen zes maanden 6 of meer glazen alcoholhoudende drank op één dag gedronken? elke dag 0,8 0,4 5-6 keer per week 0,8 0,4 3-4 keer per week 2 2 1-2 keer per week 7 9 1-3 keer per maand 7 10 3-5 keer per half jaar 7 9 1-2 keer per half jaar 19 17 nooit 44 39 E12. In hoeverre bent u het voor de afgelopen 12 maanden eens of oneens met de stellingen? a. Drinken vrolijkt me op als ik in een slechte bui ben helemaal mee eens 2 2 tamelijk mee eens 14 16 tamelijk mee oneens 20 20 helemaal mee oneens 52 49 b. Drinken helpt me om me beter te voelen als ik gespannen of nerveus ben helemaal mee eens 3 3 tamelijk mee eens 19 18 tamelijk mee oneens 20 19 helemaal mee oneens 48 48 16

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % c. Drinken geeft me meer zelfvertrouwen helemaal mee eens 2 3 tamelijk mee eens 17 16 tamelijk mee oneens 18 19 helemaal mee oneens 53 50 E13. Geef alstublieft aan hoe vaak u de afgelopen 12 maanden de volgende ervaringen heeft gehad: a. Hoe vaak was u dronken of aangeschoten? nooit 49 43 minder dan 1 keer per maand 29 32 1 tot 3 keer per maand 9 10 1 tot 4 keer per week 2 2 5 keer of meer per week 0,3 0,1 b. Hoe vaak bent u wakker geworden nadat u de dag ervoor gedronken had en wist u niet meer wat u tijdens het drinken had gedaan? nooit 79 79 minder dan 1 keer per maand 9 8 1 tot 3 keer per maand 0,6 1 1 tot 4 keer per week 0 0,2 5 keer of meer per week 0 0 c. Hoe vaak vond u het moeilijk om te stoppen met drinken nadat u eenmaal was begonnen? nooit 77 75 minder dan 1 keer per maand 8 8 1 tot 3 keer per maand 3 3 1 tot 4 keer per week 1 0,9 5 keer of meer per week 0 0,2 d. Hoe vaak hebben uw partner of uw ouders geklaagd dat u teveel drinkt of u aangeraden minder te drinken? nooit 81 80 minder dan 1 keer per maand 5 6 1 tot 3 keer per maand 2 2 1 tot 4 keer per week 0,5 0,2 5 keer of meer per week 0,2 0,1 17

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % e. Hoe vaak heeft uw drinken schadelijke gevolgen voor uw thuissituatie gehad? nooit 86 85 minder dan 1 keer per maand 3 3 1 tot 3 keer per maand 0,2 0,3 1 tot 4 keer per week 0 0,1 5 keer of meer per week 0 0,1 f. Hoe vaak heeft u stiekem gedronken? nooit 89 86 minder dan 1 keer per maand 0 0,8 1 tot 3 keer per maand 0 0,3 1 tot 4 keer per week 0 0,1 5 keer of meer per week 0 0,1 F. Drugs F1. Heeft u de volgende middelen wel eens gebruikt? a. Cannabis (hasj, marihuana of wiet) ja, in de afgelopen 4 weken 2 3 ja, in de afgelopen 12 maanden, maar niet in de afgelopen 4 weken 1 2 ja, langer dan 12 maanden geleden 17 17 nee, nooit gebruikt 80 78 b. Amfetamine (pep, speed e.d.) ja, in de afgelopen 4 weken 0 0,2 ja, in de afgelopen 12 maanden, maar niet in de afgelopen 4 weken 0 0,3 ja, langer dan 12 maanden geleden 2 2 nee, nooit gebruikt 98 97 c. XTC (ecstasy, MDMA) ja, in de afgelopen 4 weken 0,5 0,5 ja, in de afgelopen 12 maanden, maar niet in de afgelopen 4 weken 0,9 1 ja, langer dan 12 maanden geleden 4 4 nee, nooit gebruikt 94 94 d. LSD ja, in de afgelopen 4 weken 0 0,1 ja, in de afgelopen 12 maanden, maar niet in de afgelopen 4 weken 0 0,1 ja, langer dan 12 maanden geleden 0,4 0,9 nee, nooit gebruikt 100 99 18

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % e. Hallucinogene paddestoeltjes (paddo's of magic mushrooms) ja, in de afgelopen 4 weken 0 0,1 ja, in de afgelopen 12 maanden, maar niet in de afgelopen 4 weken 0 0,2 ja, langer dan 12 maanden geleden 4 3 nee, nooit gebruikt 96 96 f. Cocaïne (ook crack / gekookte coke / freebase) ja, in de afgelopen 4 weken 0,3 0,4 ja, in de afgelopen 12 maanden, maar niet in de afgelopen 4 weken 0,2 0,6 ja, langer dan 12 maanden geleden 3 3 nee, nooit gebruikt 97 96 g. Heroïne (horse, smack of bruin) ja, in de afgelopen 4 weken 0 0,1 ja, in de afgelopen 12 maanden, maar niet in de afgelopen 4 weken 0 0 ja, langer dan 12 maanden geleden 0,3 0,3 nee, nooit gebruikt 100 100 h. GHB ja, in de afgelopen 4 weken 0 0,1 ja, in de afgelopen 12 maanden, maar niet in de afgelopen 4 weken 0 0,2 ja, langer dan 12 maanden geleden 2 1 nee, nooit gebruikt 98 98 h. Methadon ja, in de afgelopen 4 weken 0 0,1 ja, in de afgelopen 12 maanden, maar niet in de afgelopen 4 weken 0 0 ja, langer dan 12 maanden geleden 0,3 0,1 nee, nooit gebruikt 100 100 i. Andere ja, in de afgelopen 4 weken 0,7 0,2 ja, in de afgelopen 12 maanden, maar niet in de afgelopen 4 weken 0 0,2 ja, langer dan 12 maanden geleden 0,6 0,5 nee, nooit gebruikt 99 99 F2. Staat u ingeschreven bij één of meer coffeeshops? nee, ik gebruik geen hasj of wiet (meer) 94 91 nee, ik koop geen hasj of wiet in een coffeeshop 1 2 nee, ik wil me niet laten registreren 3 5 ja, ik sta ingeschreven bij één coffeeshop 1 1 ja, ik sta ingeschreven bij meer dan één coffeeshop 0,5 0,4 19

Tabel 3: Antwoordpercentages per vraag voor en de regio n=434 n=18.096 % % F3. Heeft de komst van de wietpas invloed op uw cannabisgebruik? nee, ik kocht al nooit hasj of wiet in een coffeeshop 4 6 nee, ik blijf mijn hasj of wiet in een coffeeshop kopen 1 2 ja, ik koop/krijg nu vaker hasj of wiet buiten de coffeeshop 0,8 1 ja, ik koop/krijg nu vaker hasj of wiet binnen de coffeeshop 0 0,1 G. Bewegen Neem in uw gedachten een normale week in de afgelopen maanden. Wilt u aangeven hoeveel dagen per week u de onderstaande activiteiten verrichtte en hoeveel tijd u daar gemiddeld op zo'n dag mee bezig was? In de tabel is het gemiddelde aantal ingevulde dagen of uren per week weergegeven. G1. Woon / werkverkeer (dagen per week) a. gemiddeld aantal dagen gelopen van / naar werk of school 0,9 1 b. gemiddeld aantal dagen gefietst van / naar werk of school 1 2 G2. Lichamelijke activiteit op werk of school (uren per week) a. gemiddeld aantal uren licht en matig inspannend werk verricht (zittend, staand werk met af en toe lopen, zoals bureauwerk of lopend werk met lichte lasten) b. gemiddeld aantal uren zwaar inspannend werk verricht (lopend werk of werk waarbij regelmatig zware dingen moeten worden opgetild) 20 21 8 7 G3. Huishoudelijke activiteiten (dagen per week) a. gemiddeld aantal dagen licht en matig inspannend werk verricht (staand werk, zoals koken, afwassen, strijken, kind eten geven/in bad doen of lopenwerk zoals stofzuigen, boodschappen doen) b. gemiddeld aantal dagen zwaar inspannend werk verricht (zoals vloeren schrobben, tapijt uitkloppen, met zware boodschappen lopen) 5 5 1 1 G4. Vrije tijd (dagen per week) a. gemiddeld aantal dagen gewandeld 2 2 b. gemiddeld aantal dagen gefietst 2 2 c. gemiddeld aantal dagen in de tuin gewerkt 0,7 0,6 d. gemiddeld aantal dagen geklust / doe-het-zelven 0,8 0,7 G6. Denkt u dat u genoeg aan lichamelijke activiteit doet? ja 58 61 nee 42 39 20