1.1.1. Welkom op onze school!



Vergelijkbare documenten
Deel 1 Opvoedingsproject

Vlaams Verbond van het Katholiek Basisonderwijs Guimardstraat 1, 1040 BRUSSEL. Deel 1 Opvoedingsproject

Uw kind kan enkel gewettigd afwezig zijn in de volgende situaties:

AFWEZIGHEDEN VAN LEERLINGEN IN HET BASISONDERWIJS Schema - LEERKRACHT

Deel 1. Opvoedingsproject

AFWEZIGHEDEN VAN LEERLINGEN IN HET BASISONDERWIJS Schema - OUDERS

AFWEZIGHEDEN VAN LEERLINGEN IN HET BASISONDERWIJS: wettelijke richtlijnen

AFWEZIGHEDEN VAN LEERPLICHTIGE LEERLINGEN IN HET BASISONDERWIJS Schema - LEERKRACHT

ZEER BELANGRIJK! Afspraken en regelgeving betreffende de leerplicht en afwezigheden.

Afwezigheden van leerplichtige leerlingen in het basisonderwijs schema voor leerkrachten

AFWEZIGHEIDSBOEKJE

II. REGLEMENTAIRE BEPALINGEN

Er wordt dus een onderscheid gemaakt tussen gewettigde en problematische afwezigheden.

Secretariaat : Directeur :

Wettelijke bepalingen Dit moet u doornemen

Deel 2 Infobundel onderwijsregelgeving

VRIJE BASISSCHOOL SCHEUTPLANEET- Ninoofsesteenweg Anderlecht 02/ of

ALGEMENE INFORMATIE. - SCHOOLBROCHURE - Basisonderwijs DE LINDE, Overpelt -

Afwezigheden. 1. In het kleuteronderwijs

Deel 2 Infobundel onderwijsregelgeving

Welkom op onze school!

Deel 2 Infobundel onderwijsregelgeving

Deel 1: Pedagogisch project Vrije Basisschool Lenteland

1 Decreet basisonderwijs: > zoeken via de metagegevens > goedkeuringsdatum op 25/02/1997

ZEER BELANGRIJK! Afspraken en regelgeving betreffende de leerplicht en afwezigheden.

1. Structuur van onze school

1. De uitgangspunten van onze christelijke identiteit.

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING 1 DEFINITIES 1. Schoolstructuur 2 : Schoolorganisatie

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

Onze school kiest voor een intense samenwerking met de ouders

WETTELIJKE BEPALINGEN

DEEL 2: INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

Schoolreglement. Vrije Kleuterschool Zusters Maricolen. Markt Maldegem

Grevenbroekstraat Hamont-Achel

1 Decreet basisonderwijs: > zoeken via de metagegevens > goedkeuringsdatum op 25/02/1997

WELKOM 3. INFOBUNDEL ONDERWIJSREGELGEVING Definities 1

Deel 2. Infobundel onderwijsregelgeving. De actuele onderwijsregelgeving vindt u ook op de website van de school.

Gemeenschappelijk deel KOM

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING 1 DEFINITIES 1. Schoolstructuur 2 : Schoolorganisatie

Welkom op onze school!

1. Structuur van onze school

Er is een nieuwe regelgeving in verband met de inschrijving van kinderen in het basisonderwijs "Inschrijvingsdecreet in het basisonderwijs".

Je kunt je kind inschrijven op onze school:

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING 1 DEFINITIES 1. Schoolstructuur 2 : Schoolorganisatie

Provincieraadsbesluit

SCHOOLBROCHURE. 2. Infobrochure onderwijsregelgeving BASISSCHOOL DON BOSCO

S C H O O L B R O C H U R E

Opdrachtsverklaring van het Katholiek Onderwijs in Vlaanderen

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

Infobrochure onderwijsregelgeving GVB De Bloesem

Schoolbrochure met schoolreglement algemene informatie

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

Deel 2 Infobrochure onderwijsregelgeving:

Schoolbestuur: vzw Vrije Basisscholen van de Zusters van Berlaar Markt Berlaar. Voorzitter schoolbestuur: Jan Van Deuren

Deel 2 Infobundel. onderwijsregelgeving. Vrije Basisschool De Zonnebloem Oude Diestsestraat 4, Waanrode

VCLB. E. VCLB IN DE ZONNEWIJZER p. 2

Inschrijven en aanmelden

BASISSCHOOL KLEIN SEMINARIE HOOGSTRATEN

INHOUDSTAFEL. Deel 4, 5, 6, 7, 8 en 9 worden ingevuld tijdens de inschrijving en blijven in de school

6.1 Schorsen 6.2 Uitsluiten 6.3 Procedure bij schorsing voor meer dan één dag en bij uitsluiting van leerlingen

Deel III Informatie. 1 Wie is wie

DEEL 2: SCHOOLVISIE EN

Gesubs. Vrije Basisschool St.-Augustinus. Driehoekstraat 42a 9660 Brakel Tel: 055/ Fax: 055/ Schoolreglement

VEELGESTELDE VRAGEN: MINSTENS EEN JAAR NAAR DE NEDERLANDSTALIGE KLEUTERKLAS

Beste ouder(s), Van harte, Namens het schoolteam Ann Moerenhout directeur

Afwezigheden. 1. Gewettigde afwezigheid. Je kunt om verschillende redenen gewettigd afwezig zijn Afwezigheid om medische redenen

3. SCHOOLREGLEMENT: WETGEVING EN REGLEMENT

Y]Z.DWKROLHN 2QGHUZLMV 0RO

Infobrochure onderwijsregelgeving GVB De Bloesem

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

Welkom op onze school

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING augustus 2014

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

ONS EIGEN OPVOEDINGSPROJECT

Schoolbrochure met schoolreglement algemene informatie

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

Schoolreglement. - Schoolreglement -

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

Schoolbrochure met schoolvisie, pedagogisch project en schoolreglement

Deel 2 Onderwijsregelgeving

Er zijn twee voorwaarden om als regelmatige leerling ingeschreven te kunnen worden:

Boekje 2 Infobrochure Onderwijsregelgeving

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

INFOBROCHURE ONDERWIJSREGELGEVING

Deel 2 Onderwijsregelgeving

DE ONTHAAL BROCHURE. Deel2 INFOBUNDEL ONDERWIJSWETGEVING. TABORSCHOOL SINT-MARIA-AALTER & AALTER-BRUG deel 2 pagina 1

S C H O O L B R O C H U R E

Infobrochure onderwijsregelgeving

A. Inschrijvingen 3 Kleuterschool 3 Lagere school 4 Weigering van een inschrijving 4

S C H O O L B R O C H U R E

III. REGLEMENTAIRE BEPALINGEN

Transcriptie:

1.1.ALGEMENE INFORMATIE 1.1.1. Welkom op onze school! Beste ouders, Wij zijn blij en dankbaar voor het vertrouwen dat u in onze school stelt. Het schoolteam zal zich ten volle inzetten voor de opvoeding en het onderwijs van uw kind. Wij vinden het bijzonder belangrijk dat kinderen graag naar school komen. Wie graag komt, voelt zich goed en krijgt dan ook optimale groeikansen. U mag een christelijk geïnspireerde, eigentijdse opvoeding en degelijk onderwijs verwachten. Wij hopen dan ook van harte goed met u te kunnen samenwerken. Bij vragen en problemen zijn wij steeds bereid om samen te zoeken naar een haalbare oplossing. Aarzel niet, neem contact op en we maken graag tijd om samen rond de tafel te zitten. We hopen dat u uw kind aanmoedigt de doelstellingen van onze school na te streven en de afspraken na te leven. Ook aan onze kinderen willen we heel graag vertellen dat we blij zijn dat we samen met hun ouders zorg mogen dragen voor een boeiende ontwikkeling. Voor kleuters gaat de deur van de grote wereld een beetje meer open. Als je nieuw bent in onze school zal de aanpassing wat tijd vragen. Weet dat we steeds bereid zijn om je te helpen. We wensen jou dan ook een fijne tijd op onze school toe! 1

1.1.2. Wie is wie in onze school? Organisatie van de school Onze gemengde basisschool heeft vier vestigingsplaatsen: afdeling centrum, Kerkstraat 10, 9250 Waasmunster 052 46 93 90 of 0479 94 52 64 of directie@sifrawa.be kleuteronderwijs lager onderwijs tot en met het 6 de leerjaar afdeling Ruiter, Oudeheerweg-Ruiter 172, 9250 Waasmunster 0479 94 52 68 of ruiter@sifrawa.be kleuteronderwijs afdeling Heide, Lode Ontropdreef 9, 9250 Waasmunster 0479 94 52 69 of heide@sifrawa.be kleuteronderwijs afdeling Sombeke, Smoorstraat 2, 9250 Waasmunster 0479 94 52 70 of sombeke@sifrawa.be kleuteronderwijs Schoolbestuur VZW Katholieke vrije scholen te Waasmunster Kerkstraat 10, 9250 Waasmunster Samenstelling: - Mevr. De Clercq- De Bock Chris, voorzitter - E.Zr. Agnes Vanhecke, bestuurder - Mr. Bressinck, bestuurder en secretaris Het schoolbestuur is de eigenlijke organisator van het onderwijs in onze school. Zij is verantwoordelijk voor het beleid en de beleidsvorming en schept de noodzakelijke voorwaarden voor een goed verloop van het onderwijs. 2

Scholengemeenschap Sint-Nicolaas basisonderwijs, Collegestraat 31, 9100 Sint-Niklaas coördinerend directeur: Mr. Johan Vercauteren meer info zie: www.sint-nicolaas-sgbao.be Klassenraad Directie + leerkrachten van de betrokken leerlingengroep + zorgcoördinator Jaarlijks bezorgen wij bij de aanvang van het nieuwe schooljaar een overzicht van de actuele personeelslijst. Deze kunt u bij voorkeur achteraan in dit mapje bewaren. Schoolraad Deze schoolraad is samengesteld uit vertegenwoordigers van de personeelsleden, de ouders en de lokale gemeenschap. De schoolraad zal advies geven aan en overleggen met het schoolbestuur over een aantal pedagogische aangelegenheden. In deze schoolraad situeren wij het zwaartepunt van de formele inspraak op school. De participatie van de ouders in het schoolbeleid via deze schoolraad krijgt onze volle steun. We zijn ervan overtuigd dat in de schoolraad de belangen en de voorstellen van al de betrokken actoren aan bod kunnen komen en tegenover elkaar afgewogen kunnen worden. Zo wordt ook voor het schoolbestuur op eenduidige wijze de gesprekspartner vastgelegd. De adressenlijst van onze schoolraad kunt u terugvinden achteraan bij de rubriek adressen. 3

Ouderraad In onze moderne samenleving kan men zich nog nauwelijks een school voorstellen zonder oudervereniging. Ook onze school kent reeds vele jaren een actieve ouderraad. Haar taak bestaat erin een nauwe samenwerking tussen de school en ouders tot stand te brengen. Centraal hierbij staan steeds de belangen van de kinderen zelf. De ouderraad van onze school is tevens een overlegorgaan waar ouders, directie en leerkrachten bespreken op welke wijze de school verder kan worden uitgebouwd en hoe het onderwijs en de opvoeding van de kinderen optimaal kan verlopen. Leden van de ouderraad steken, samen met de andere ouders, een handje toe bij allerlei activiteiten op school. De meesten kennen de ouderraad via de feestelijkheden. De ouderraad probeert echter veel meer te zijn dan een feestcomité. Door aanwezig te zijn op de vergaderingen (ongeveer 5 per schooljaar) tussen de geïnteresseerde ouders, de directie en de afvaardiging van leerkrachten, wordt de werking van de school een heel stuk duidelijker en vooral begrijpelijker. In een overkoepelende ouderraad (OOR) met vertegenwoordigers van de ouderraden van de vier vestigingsplaatsen wordt nagedacht over aandachtspunten voor de ganse school. De vertegenwoordigers van de oudergeleding in de schoolraad zijn lid van het OOR. In een ongedwongen sfeer kunnen er openlijk kritische bedenkingen en vragen geformuleerd worden. Het enthousiasme om onze kinderen de beste kansen mee te geven, uit zich in een voortdurende bekommernis tot samenwerking met de school. Wij waarderen elke inbreng en zijn ervan overtuigd dat een degelijke ouderwerking de schoolwerking ten goede komt. 4

Kinderraad Bij het begin van het schooljaar vinden in de lagere school in alle klassen vanaf het 1 ste leerjaar "verkiezingen" plaats om te bepalen wie de klas zal vertegenwoordigen in de kinderraad. Deze kinderraad komt ongeveer maandelijks samen van 13.00 uur tot 13.35 uur. Alle onderwerpen die te maken hebben met onze schoolwerking kunnen op zo'n vergadering aan bod komen. Van de leden van de kinderraad verwachten we wel dat zij de mening van hun klasgenootjes vertolken, en dus niet enkel hun eigen mening. Teruggekomen in de klas wordt er van hen verwacht dat ze een kort verslag uitbrengen. Leerkrachten kunnen ook agendapunten op de kinderraad aanvragen. Op de kinderraad wordt niets echt beslist. Er wordt geprobeerd om voorstellen te formuleren die door de meerderheid van de leerlingen ondersteund worden en deze door te spelen naar de directie en leerkrachten. Beroepscommissie (bij uitsluiting van een leerling ) Adres interne beroepscommissie basisonderwijs: Diocesaan bureau voor het katholiek onderwijs Beroepscommissie basisonderwijs Marialand 31 9000 Gent Voor klachten rond weigeringen kunt u steeds terecht bij de Commissie inzake Leerlingenrechten, Koning Albert-II laan 15, 1210 Brussel 5

1.1.3. Onze samenwerking met het CLB Onze school wordt begeleid door: Vrij Centrum voor Leerlingenbegeleiding Waas en Dender, Grote Kaai 7b2, 9160 Lokeren Telefoon 09 348 25 62 Samenwerking De school en het CLB hebben een gezamenlijk beleidscontract opgesteld dat de aandachtspunten voor de leerlingenbegeleiding vastlegt. Dat is met de ouders besproken in de schoolraad. Niet alleen de school, maar ook de leerlingen en ouders kunnen het CLB om hulp vragen. Het CLB werkt gratis en discreet. Het centrum, de school en de ouders dragen een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Als de school aan het CLB vraagt om een leerling te begeleiden, zal het CLB een begeleidingsvoorstel doen. Het CLB zet de begeleiding slechts voort als de ouders van de leerling hiermee instemmen. Vanaf de leeftijd van 12 jaar vermoedt de regelgever dat een kind voldoende competent is om zelfstandig te beslissen of hij/zij wil instemmen met het voorgestelde begeleidingsplan. Ouders zijn verplicht hun medewerking te verlenen aan: de begeleiding van leerlingen die spijbelen. Als de betrokken ouders niet ingaan op de initiatieven van het centrum, meldt het centrum dit aan de door de Vlaamse regering aangeduide instantie. collectieve medische onderzoeken en/of preventieve gezondheidsmaatregelen i.v.m. besmettelijke ziekten. Hebben ouders bezwaren tegen een bepaalde arts van het CLB, dan kan in overleg een andere arts worden aangeduid. In dat geval zijn de kosten ten laste van de ouders. 6

Het centrum maakt zijn werking bekend aan de ouders. Dat gebeurt minstens op het ogenblik dat de leerling voor de eerste keer wordt ingeschreven in de school. Ouders krijgen informatie over de rechten en plichten van ouders, leerlingen, de school en het centrum. De regering kan het centrum verplichten vormen van begeleiding voor deelgroepen van leerlingen, ouders en scholen voor te stellen. Het staat deze leerlingen, ouders en scholen vrij om al dan niet op dit verzekerd aanbod in te gaan. Als een leerling van school verandert, behoudt het centrum zijn bevoegdheid en verantwoordelijkheid ten aanzien van die leerling tot de leerling is ingeschreven in een school die door een ander centrum wordt bediend. Als een leerling voor een bepaalde periode niet ingeschreven is in de school, behoudt het centrum zijn bevoegdheid en verantwoordelijkheid ten aanzien van die leerling tot het einde van de periode van niet-inschrijving. Het centrum heeft recht op de relevante informatie die over de leerlingen in de school aanwezig is en de school heeft recht op de relevante informatie over de leerlingen in begeleiding. Ze houden allebei bij het doorgeven en het gebruik van deze informatie rekening met de geldende regels inzake het beroepsgeheim, de deontologie en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. 7

Het multidisciplinair dossier van uw kind. Het multidisciplinair dossier van uw kind bevat alle voorhanden zijnde gegevens die over uw kind op het centrum aanwezig zijn, ook vroegere gegevens uit het vroegere MST-CLB-dossier. Als een leerling van school verandert, is het CLB dat de vorige school begeleidt, ervoor verantwoordelijk dat het CLB-dossier de leerling volgt. Er is geen toestemming van de ouders vereist om een multidisciplinair dossier over te dragen. Er bestaat maar één CLB- dossier en dit dossier is in principe een ondeelbaar geheel. Daarom wordt het bij schoolveranderen in één zending overgemaakt. Elk CLB is eraan gehouden de ouders te informeren over het doorgeven van het dossier. Er wordt een wachttijd van 10 dagen gerespecteerd na het informeren van de ouders. Als ouder kunt u afzien van die wachttijd. U kunt binnen die 10 dagen verzet aantekenen tegen het overmaken van de nietverplichte gegevens uit het dossier. U kunt geen verzet aantekenen tegen de overdracht van volgende gegevens: identificatiegegevens, vaccinatiegegevens, gegevens in het kader van de verplichte CLBopdrachten, bijzondere consulten en de medische onderzoeken uitgevoerd als vorm van nazorg na een algemeen, een gericht of een bijzonder consult. Indien u verzet aantekent, verzendt het vorige CLB enkel de verplicht over te dragen gegevens samen met een kopie van het verzet. Het bewaart de gegevens waartegen verzet werd aangetekend tot 10 jaar na het laatste contact. 8

1.1.4. Inschrijven van leerlingen Inschrijving Een inschrijving kan pas ingaan na instemming met het schoolreglement en het pedagogisch project van de school. Bij de inschrijving dient een officieel document te worden voorgelegd dat de identiteit van het kind bevestigt en de verwantschap aantoont (de SIS-kaart, het trouwboekje, het geboortebewijs, een identiteitsstuk van het kind zoals een bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister, een reispas,...). De inschrijving van een leerling geldt voor de duur van de hele schoolloopbaan in de school. Alle kleuters en leerlingen worden op de datum van de inschrijving opgenomen in het inschrijvingsregister. Zij worden slechts eenmaal ingeschreven volgens chronologie. Een kleuter die nog geen 2 jaar en 6 maanden is, kan ingeschreven worden. Maar pas wanneer de kleuter voldoet aan de toelatingsvoorwaarde (2,5 jaar zijn), wordt de kleuter opgenomen in het stamboekregister en kunnen de ouders de verklaring van enige inschrijving invullen en handtekenen. Vanaf de volgende instapdatum wordt de kleuter toegelaten in de school en wordt hij/zij opgenomen in het aanwezigheidsregister van de klas. Kleuters zijn niet leerplichtig. Kleuters vanaf 2,5 tot 3 jaar mogen in het kleuteronderwijs op school aanwezig zijn op de volgende instapdagen: de eerste schooldag na de zomervakantie; de eerste schooldag na de herfstvakantie; de eerste schooldag na de kerstvakantie; de eerste schooldag van februari; de eerste schooldag na de krokusvakantie; de eerste schooldag na de paasvakantie, de eerste schooldag na Hemelvaartsdag. Om toegelaten te worden tot het lager onderwijs moet de leerling 6 jaar zijn vóór 1 januari van het lopende schooljaar. Een leerling die 5 jaar wordt vóór 1 januari van het lopende schooljaar kan reeds in het lager onderwijs ingeschreven worden. Deze afwijking blijft beperkt tot één jaar. 9

Om toegelaten te worden tot het gewoon lager onderwijs moet een leerling zes jaar zijn voor 1 januari van het lopende schooljaar. Als hij/zij nog niet de leeftijd van zeven jaar heeft bereikt of zal bereiken vóór 1 januari van het lopende schooljaar, moet hij bovendien aan één van de volgende voorwaarden voldoen: 1. het voorgaande schooljaar ingeschreven zijn geweest in een door de Vlaamse Gemeenschap erkende Nederlandstalige school voor kleuteronderwijs en gedurende die periode gedurende ten minste 220 halve dagen aanwezig zijn geweest; 2. voldoen aan een proef die de kennis van het Nederlands, nodig om het lager onderwijs aan te vatten, peilt. De Vlaamse Regering legt de inhoud van die taalproef vast. Het CLB waarmee de school de school waar de betrokken leerling zich aanbiedt een beleidscontract heeft, is bevoegd die taalproef af te nemen; 3. beschikken over een bewijs dat hij/zij het voorafgaande schooljaar onderwijs heeft genoten in een Nederlandstalige onderwijsinstelling uit een lidstaat van de Nederlandse taalunie. Met uitzondering van de leeftijdsvereiste is deze regeling niet van toepassing op leerlingen die worden ingeschreven in Franstalige scholen in de rand- en taalgrensgemeenten die deel uitmaken van het Nederlandse taalgebied. Een leerling die 5 jaar wordt vóór 1 januari van het lopende schooljaar kan in het lager onderwijs ingeschreven worden, op voorwaarde dat hij/zij tijdens het voorafgaande schooljaar was ingeschreven in een door de Vlaamse Gemeenschap erkende Nederlandstalige school voor kleuteronderwijs en gedurende die periode ten minste 220 halve dagen aanwezig was geweest. 10

Een leerling die 5 jaar wordt voor 1 januari van het lopende schooljaar en die tijdens het voorafgaande schooljaar niet was ingeschreven in een door de Vlaamse Gemeenschap erkende Nederlandstalige school voor kleuteronderwijs, kan in het lager onderwijs worden ingeschreven op basis van een taalproef. In september van het jaar waarin uw kind 6 jaar wordt, is het leerplichtig en wettelijk verplicht om les te volgen. Ook wanneer het op die leeftijd nog in het kleuteronderwijs blijft, is het dus net als elk ander leerplichtig kind onderworpen aan de controle op het regelmatig schoolbezoek. Een jaartje langer in de kleuterschool doorbrengen, vervroegd naar de lagere school komen en een achtste jaar in de lagere school verblijven kan enkel na kennisgeving van en toelichting bij het advies van de klassenraad en van het CLB-centrum. In het gewoon onderwijs kan een leerling minimum 5 jaar en maximum 8 jaar in het lager onderwijs doorbrengen, met dien verstande dat een leerling die 15 jaar wordt vóór 1 januari geen lager onderwijs meer kan volgen. Weigeren Het schoolbestuur weigert de inschrijving van de betrokken leerling die het vorige of het daaraan voorafgaande schooljaar definitief werd uitgesloten in de school. Kinderen kunnen specifieke noden hebben. Van ouders wordt verwacht dat zij dit meedelen aan de school. De school zal onderzoeken of haar draagkracht voldoende groot is om het kind de nodige ondersteuning te geven op het vlak van onderwijs, therapie en verzorging. Indien de ouders, bij inschrijving, nalaten om mee te delen dat hun kind een attest buitengewoon onderwijs heeft en er de eerste weken na de inschrijving een vermoeden is van specifieke noden, zal de school haar draagkracht alsnog onderzoeken. 11

Bij het onderzoek naar de draagkracht houdt de school, in overleg met de ouders en het CLB, rekening met: De verwachtingen van de ouders ten aanzien van het kind en ten aanzien van de school; De concrete ondersteuningsnoden van de leerling op het vlak van leergebieden, sociaal functioneren, communicatie en mobiliteit; Een inschatting van het regulier aanwezig draagvlak van de school inzake zorg; De beschikbare ondersteunende maatregelen binnen én buiten het onderwijs; Het intensief betrekken van de ouders bij de verschillende fasen van het overleg- en beslissingsproces. Wanneer de opschortende voorwaarden niet vervuld zijn om het kind de nodige specifieke ondersteuning te geven op het vlak van onderwijs, therapie en verzorging zal de school het kind weigeren. De beslissing tot weigering wordt binnen vier kalenderdagen bij aangetekend schrijven of tegen afgiftebewijs aan de ouders van de leerling bezorgd. Ouders krijgen toelichting bij de beslissing van het schoolbestuur. Onze school moet haar capaciteit vastleggen. De capaciteitsbepaling en het aantal beschikbare zitjes vind je terug in de schoolbrochure, op de website,. Eens onze capaciteit bereikt is, wordt elke bijkomende leerling geweigerd. Elke geweigerde leerling krijgt een weigeringdocument en wordt als geweigerde leerling in het inschrijvingsregister geschreven. Dit inschrijvingsregister valt weg op de vijfde schooldag van oktober van het schooljaar waarop de inschrijving betrekking heeft. Voor de instappertjes blijft de volgorde van het inschrijvingsregister behouden tot de eerste schooldag van september volgend op het schooljaar waarop de inschrijving betrekking heeft. 12

Heeft je kind een inschrijvingsverslag voor het buitengewoon onderwijs (type 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 7) dan zullen wij je kind inschrijven onder de ontbindende voorwaarde van onvoldoende draagkracht. De school onderzoekt, samen met de ouders en het CLB, of ze de nodige ondersteuning kan bieden aan dit kind op het vlak van onderwijs, therapie en verzorging. Na het onderzoek wordt de beslissing schriftelijk of via elektronische drager binnen 4 kalenderdagen aan de ouders bezorgd. De ouders krijgen toelichting bij de beslissing van het schoolbestuur door de directeur. Bij weigering neemt het Lokaal Overlegplatform of de door de Regering aangeduide personen contact op met de ouders en wordt er gezocht naar een oplossing. Een klachtenprocedure bij de Commissie inzake Leerlingenrechten is ook mogelijk. Doorlopen van inschrijving Is je kind ingeschreven in onze kleuterschool dan hoeft het zich niet opnieuw in te schrijven bij de overgang naar het eerste leerjaar in de Sint-Franciscusschool. De inschrijvingsperiodes: van 1 september tot 15 september: inschrijvingsperiode voor : broertjes en zusjes van de kinderen die momenteel bij ons school lopen + de kinderen van onze eigen personeelsleden. Vanaf 1 oktober kunnen alle instappers voor volgende schooljaar ingeschreven worden. 13

1.1.5. Omgaan met leerlinggegevens De school houdt rekening met de privacywetgeving. Ouders krijgen de garantie dat alle persoonlijke gegevens enkel door de directie aangewend worden onder de toepassing van de wet ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Ouders hebben het recht deze gegevens op te vragen en zo nodig te laten verbeteren, voor zover ze betrekking hebben op hun kind en zichzelf. Documenten die gegevens opvragen krijgen de vermelding Deze gegevens worden door de directie van de school strikt aangewend onder de toepassing van de wet ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Ouders hebben het recht om informatie over hun kind op te vragen. Ook kan er in overleg met de school en met respect voor de privacy van het gezin een persoonlijk document opgemaakt worden om de overgang naar een andere school, een ander niveau optimaal te laten verlopen. Dit document kan relevante informatie bevatten over de onderwijsloopbaan van het kind zoals bijvoorbeeld gegevens over onderwijsproblemen, leerstoornissen, belangrijke gegevens van medische aard, schoolrapporten, enz. 14

1.2. ONS OPVOEDINGSPROJECT Wij verwachten van alle ouders dat ze loyaal achter de identiteit en het opvoedingsproject van onze school staan en deze mee dragen. Hieronder vindt u een beschrijving van de uitgangspunten van ons opvoedingsproject. U kunt steeds terecht bij de directeur voor verdere informatie. De uitgangspunten van onze christelijke identiteit. Wij zijn een katholieke school en willen een pedagogisch verantwoord onderwijs en een kwaliteitsvolle opvoeding aanbieden. Onze inspiratie vinden wij in het evangelie en in de katholieke traditie. Wij zijn een dienst van de kerkgemeenschap aan jonge kinderen. Wij gaan ervan uit dat je mens wordt in een verbondenheid met anderen, met de wereld en met jezelf. In deze verbondenheid ervaren we God als dragende kracht en krijgt ook de verbondenheid met het mysterie concreet gestalte. Vanuit onze verbondenheid met God durven we als katholieke basisschool de toekomst hoopvol tegemoet zien en vertrouwen we erop dat onze inspanningen niet op niets uitlopen. Vanuit ons christelijk geïnspireerd mensbeeld geven we voorrang aan waarden als: het unieke van ieder mensenkind, de verantwoordelijkheid van ieder mens voor zijn handelen, verbondenheid en solidariteit met anderen, vertrouwen in het leven (hoop), genieten van en dankbaar zijn voor wat ons gegeven is, openheid, respect en zorg voor mens en natuur, verwondering door het gewone als ongewoon te ervaren, vergeving kunnen geven en ontvangen als herstel van verbondenheid, zorgzame nabijheid en troost voor mensen in moeilijke situaties, 15

Wij bieden in onze school gevarieerde en zinvolle pastorale activiteiten aan. We nodigen alle leerlingen regelmatig uit op activiteiten die gericht zijn op: de ontmoeting van elkaar in verbondenheid; de verdieping in de Bijbelse Boodschap; de dienstbare en solidaire inzet voor anderen dichtbij en veraf; het vieren van belangrijke gebeurtenissen in het leven op school, in verbondenheid met elkaar en (waar het kan) in verbondenheid met God. In de godsdienstlessen die door alle leerlingen verplicht gevolgd worden komt de christelijke levensbeschouwing uitdrukkelijk ter sprake. De godsdienstlessen ondersteunen de levensbeschouwelijke ontwikkeling van de kinderen. Ons doel is de kinderen te helpen om competente vertellers te worden van het levensbeschouwelijke in hun eigen levensverhaal. We brengen kinderen thuis in de verhalen uit de eigen traditie, en leren hen de verbinding leggen tussen deze verhalen en de existentiële vragen en grenservaringen uit het eigen leven en uit het leven van andere mensen. Dat veronderstelt communicatie. Het inzicht in de eigen traditie kan verdiept worden door de dialoog met andere levensvisies. Zonder de verankering in een traditie heeft de dialoog echter geen grond onder de voeten. Er bestaat geen levensbeschouwelijke benadering van de werkelijkheid los van een levensbeschouwelijke traditie. In onze school opteren we uitdrukkelijk voor de benadering van de levensbeschouwelijke dimensie vanuit de christelijke godsdienst en de katholieke traditie. Ook de zinvragen die zich aandienen in de andere leergebieden komen daar uitdrukkelijk aan bod. 16

Wij zorgen voor een degelijk en samenhangend inhoudelijk aanbod We staan stil bij wat kinderen moeten leren om op te groeien tot goede mensen. De uniekheid van elk kind staat voorop. Ons aanbod is gericht op de harmonische ontwikkeling van de totale persoon: hoofd, hart en handen. Doorheen ons aanbod brengen we kinderen in contact met alle componenten van de cultuur: o de wereld van taal en communicatie o de wereld van het muzische o de wereld van cijfers en feiten o de wereld van de techniek o de wereld van het samenleven o de wereld van verleden en heden o de wereld van het goede o de wereld van zingeving In ons aanbod is een logische samenhang te vinden: We werken met leerlijnen waarin het ene logisch volgt uit het andere. We bouwen voort op wat kinderen reeds beheersen. We zorgen er ook voor dat alles wat kinderen leren in de verschillende leergebieden en leerdomeinen zinvol samenhangt. We willen dat wat kinderen leren deel wordt van hun zijn, van hun persoon. Het is niet voldoende dat kinderen beschikken over een aantal weetjes of dat ze een aantal vaardigheden kunnen toepassen als de leerkracht het vraagt. Waar het uiteindelijk op aan komt, is dat kinderen leren met het oog op het leven. Dat ze de dingen die ze leren kunnen plaatsen en gebruiken in hun leven. Dat is leren dat zin heeft en zin geeft. 17

We kiezen voor een doeltreffende aanpak en een stimulerend opvoedingsklimaat We zoeken naar de beste aanpak om het leren van de kinderen te ondersteunen en te begeleiden. Wij nemen kinderen serieus. Kinderen staan positief tegenover het leven en de wereld. Wij willen aansluiten bij die positieve ingesteldheid. Leren is niet een vullen van vaten met alle mogelijke kennis. Kinderen zijn zelf actief betrokken in het leren. Ze bouwen nieuwe kennis, inzichten en vaardigheden op en bouwen voort op wat ze reeds kennen en kunnen. Onze opvoeding wordt gedragen door : - Onze gerichtheid op de uniekheid van ieder kind. We stemmen ons aanbod en het leerproces zoveel mogelijk af op de ontwikkeling van ieder kind - De pedagogie van verbondenheid. Leren is een sociaal gebeuren. Leren is samenleren, wederzijdse verrijking. - De pedagogie van de hoop. We hebben een optimistische visie op de ontwikkeling van kinderen. We geloven in de groeikansen van kinderen en dat ze ondanks hun grenzen, hun beperkingen, hun onmogelijkheden, toch kansen hebben en begeleid kunnen worden in hun groei. - De pedagogie van het geduld Onderwijs en opvoeding afstemmen op de mogelijkheden van kinderen vraagt veel geduld opdat de hoop niet zou omslaan in wanhoop, want dan is opvoeding onmogelijk. Van onze leerkrachten verwachten we dat ze: model staan voor goed leren, strategische vragen stellen, aansluiten bij wat de leerlingen reeds beheersen, zinvolle contexten aanbieden, interactieprocessen begeleiden, peilen naar de vorderingen, helpen en coachen. 18

We werken aan de ontplooiing van elk kind, vanuit een brede zorg We streven ernaar elk kind centraal te stellen. Ieder kind is beeld van God. Wij omringen kinderen daarom met brede zorg. We willen kinderen optillen en hen uitzicht geven op een veilige oever van welbevinden. Daarvoor zijn de pedagogie van de hoop en van het geduld essentieel. Onze brede zorg heeft twee dimensies. We hebben aandacht voor de gewone zorgvragen van alle kinderen. Ieder kind is anders, uniek en heeft eigen vragen, problemen en mag daarvoor aanspraak maken op de nodige zorg. Wij worden uitgedaagd om het onderwijs zoveel mogelijk af te stemmen op de noden van de kinderen, bijvoorbeeld door te diagnosticeren en te differentiëren. We verbreden onze zorgen voor kinderen wiens ontwikkeling anders verloopt dan verwacht (sneller of trager). Hier stoten we op bijzondere zorgvragen. Voor deze bijzondere zorgvragen werken we als school samen met ouders, CLB, scholen voor buitengewoon onderwijs en gespecialiseerde centra 19

Onze school als gemeenschap en als organisatie We erkennen onze partners in de opvoeding en het onderwijs van kinderen. We respecteren ieders verantwoordelijkheid. We zorgen voor een goede organisatie. Onze school wordt gedragen door het hele team onder de leiding van de directie. We werken samen, overleggen en streven naar een voortdurende kwaliteitsbewaking en -verbetering. We delen onze zorg voor kwaliteitsvol onderwijs met: de ouders als eerste verantwoordelijken voor de opvoeding van uw kinderen. Daarom streven we naar een goede communicatie en een zo groot mogelijke betrokkenheid van ouders bij de school; het schoolbestuur dat de eindverantwoordelijk draagt voor het beleid van de school; externe begeleiders die ons ondersteunen, vormen en ons helpen bij onze professionalisering. de lokale kerkgemeenschap die verwijst naar de traditie en het geloof van waaruit in de school gewerkt wordt. de lokale gemeenschap waarin we gestalte geven aan onze opvoedings- en onderwijsopdracht. 20

1.3. SCHOOLREGLEMENT (REGELGEVING) 1.3.1. Getuigschrift basisonderwijs Het schoolbestuur kan, op voordracht en na beslissing van de klassenraad, een getuigschrift basisonderwijs uitreiken aan een regelmatige leerling uit het gewoon lager onderwijs. Een regelmatige leerling is volgens het Decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 een leerling die slechts in één school ingeschreven is. In het basisonderwijs, of als leerplichtige in het kleuteronderwijs, moet de leerling daarenboven aanwezig zijn, behoudens gewettigde afwezigheid en deelnemen aan alle onderwijsactiviteiten die voor hem of zijn leergroep worden georganiseerd. De klassenraad oordeelt autonoom of een regelmatige leerling in voldoende mate, de doelen die in het leerplan zijn opgenomen heeft bereikt, om een getuigschrift basisonderwijs te bekomen. De beslissing van de klassenraad is steeds het resultaat van een weloverwogen evaluatie in het belang van de leerling. Het is uitzonderlijk dat dergelijke beslissing door de ouders wordt aangevochten. In voorkomend geval wenden de ouders zich binnen de zeven kalenderdagen tot de directeur die de klassenraad binnen drie werkdagen opnieuw bijeenroept. De betwiste beslissing wordt opnieuw overwogen. De ouders worden schriftelijk verwittigd van het resultaat van deze bijeenkomst. Als de betwisting blijft bestaan kunnen de ouders aangetekend beroep instellen bij de voorzitter van het schoolbestuur binnen een termijn van zeven kalenderdagen na ontvangst. Het schoolbestuur beslist of de klassenraad opnieuw wordt samengeroepen. De ouders worden schriftelijk op de hoogte gebracht van de beslissing van het schoolbestuur. Iedere leerling die bij het voltooien van het lager onderwijs geen getuigschrift basisonderwijs krijgt, heeft recht op een attest afgeleverd door de directie met de vermelding van het aantal en de soort van gevolgde leerjaren lager onderwijs. 21

1.3.2. Onderwijs aan huis Leerlingen vanaf 5 jaar (d.w.z. leerlingen die vijf jaar of ouder geworden zijn voor 1 januari van het lopende schooljaar) hebben recht op tijdelijk onderwijs aan huis (kleuter- of lager onderwijs; 4 lestijden per week) indien volgende voorwaarden gelijktijdig zijn vervuld: de leerling is meer dan 21 kalenderdagen ononderbroken afwezig wegens ziekte of ongeval (vakantieperiodes meegerekend); voor chronisch zieke kinderen vervalt de wachttijd van 21 kalenderdagen. Deze kinderen hebben recht op 4 uur tijdelijk onderwijs aan huis na 9 halve schooldagen afwezigheid (moeten niet in een ononderbroken periode doorlopen). Telkens het kind daarop opnieuw 9 halve schooldagen afwezigheid heeft opgebouwd, heeft het opnieuw recht op 4 uur tijdelijk onderwijs aan huis; de ouders hebben een schriftelijke aanvraag ingediend bij de directeur van de thuisschool; de aanvraag is vergezeld van een medisch attest waaruit blijkt dat het kind de school niet of minder dan halftijds kan bezoeken en dat het toch onderwijs mag volgen. Voor chronisch zieke leerlingen moet bij de eerste aanvraag tijdens het betrokken schooljaar een medisch attest worden gevoegd, uitgereikt door een geneesheerspecialist, dat het chronisch ziektebeeld bevestigt en waaruit blijkt dat het kind onderwijs mag krijgen. Bij een nieuwe afwezigheid ten gevolge van deze chronische ziekte tijdens hetzelfde schooljaar is geen nieuw medisch attest vereist. Er dient wel een nieuwe aanvraag voor tijdelijk onderwijs aan huis ingediend te worden; de afstand tussen de school (vestigingsplaats) en de verblijfplaats van betrokken leerling bedraagt ten hoogste 10 km. Leerlingen die ingeschreven zijn in een school en die leerplichtig zijn, moeten regelmatig aanwezig zijn in de school. Leerlingen die onwettig afwezig zijn, verliezen het statuut van regelmatige leerling. De regelgeving bepaalt in welke situaties leerplichtige kinderen gewettigd afwezig kunnen zijn en welke de verplichtingen van de ouders en de school zijn. 22

1.3.3. Afwezigheden Op wie is de regelgeving van toepassing? De regelgeving op afwezigheden is van toepassing op leerplichtige kinderen in het gewoon basisonderwijs. De regelgeving is ook van toepassing op leerlingen die, wegens verlengd kleuterschoolbezoek, op zesjarige leeftijd nog in het kleuteronderwijs zitten. Zij zijn op basis van hun leeftijd leerplichtig. Ook leerlingen die reeds op vijfjarige leeftijd zijn overgestapt naar het lager onderwijs vallen onder de reglementering. Niet-leerplichtige leerlingen in het kleuteronderwijs kunnen niet onwettig afwezig zijn, aangezien ze niet onderworpen zijn aan de leerplicht en dus niet steeds op school moeten aanwezig zijn. Het is belangrijk dat kleuters regelmatig naar school komen. Kinderen die activiteiten missen lopen meer risico om te mislukken en raken minder goed geïntegreerd in de klasgroep. We verwachten dat de ouders ook de afwezigheden van hun kleuter onmiddellijk melden omwille van veiligheidsoverwegingen. 23

Welke afwezigheden zijn gewettigd? Ziekte. Is een kind méér dan drie opeenvolgende kalenderdagen ziek dan is steeds een medisch attest vereist. Dat attest kan afkomstig zijn van een geneesheer, een geneesheer-specialist, een psychiater, een tandarts, een orthodontist en de administratieve diensten van een ziekenhuis of een erkend labo. Consultaties ( zoals bijvoorbeeld een bezoek aan de tandarts), moeten zoveel mogelijk buiten de schooluren plaatsvinden. Wanneer een kind een chronische ziekte heeft die leidt tot verschillende afwezigheden zonder dat telkens een doktersconsultatie noodzakelijk is (bijv. astma, migraine,...) is het goed contact op te nemen met de school en het CLB. Het CLB kan dan een medisch attest opmaken dat de ziekte bevestigt. Wanneer het kind afwezig is voor die aandoening volstaat dan een attest van de ouders. Om luxe-verzuim tegen te gaan is een medisch attest vereist voor een afwezigheid tijdens de week onmiddellijk vóór of onmiddellijk na de herfst-, de Kerst-, de krokus-, de Paas- of de zomervakantie. Een medisch attest wordt als twijfelachtig beschouwd als: - het attest zelf de twijfel van de geneesheer aangeeft wanneer deze schrijft dixit de patiënt ; - het attest is geantedateerd of begin- en einddatum werden ogenschijnlijk vervalst; - het attest een reden vermeldt die niets met de medische toestand van de leerling te maken heeft zoals bv. de ziekte van één van de ouders, hulp in het huishouden, De school zal het CLB contacteren telkens ze twijfels heeft over een medisch attest. Voor ziekte tot en met drie opeenvolgende kalenderdagen volstaat een briefje van de ouders. Dergelijk briefje kan slechts vier keer per schooljaar door de ouders zelf geschreven worden. Vanaf de vijfde keer is een medisch attest vereist. De ouders verwittigen de school en bezorgen het attest zo vlug mogelijk. 24

Van rechtswege gewettigde afwezigheden. In volgende situaties kan een kind gewettigd afwezig zijn. De ouders moeten een verklaring (6) of een document met officieel karakter (1-5) kunnen voorleggen ter staving van de afwezigheid. Voor deze afwezigheden is geen voorafgaand akkoord van de directeur nodig. De ouders verwittigen de school vooraf van dergelijke afwezigheden. Het bijwonen van een begrafenis- of huwelijksplechtigheid van iemand die onder hetzelfde dak woont als het kind, of van een bloedof aanverwant van het kind; Het bijwonen van een familieraad; De oproeping of dagvaarding voor de rechtbank (bijvoorbeeld wanneer het kind in het kader van een echtscheiding moet verschijnen voor de jeugdrechtbank); Het onderworpen worden aan maatregelen in het kader van de bijzondere jeugdzorg (bijvoorbeeld opname in een onthaal-, observatie- en oriëntatiecentrum); De onbereikbaarheid of ontoegankelijkheid van de school door overmacht (bijvoorbeeld door staking van het openbaar vervoer, door overstroming,...) ; Het beleven van feestdagen die inherent zijn aan de door de grondwet erkende levensbeschouwelijke overtuiging van een leerling (anglicaanse, islamitische, joodse, katholieke, orthodoxe, protestants-evangelische godsdienst). Concreet gaat het over: islamitische feesten: het Suikerfeest en het Offerfeest ( telkens 1 dag); joodse feesten: het joods Nieuwjaar ( 2 dagen), de Grote Verzoendag (1 dag), het Loofhuttenfeest (2 dagen), het Slotfeest (2 laatste dagen), de Kleine Verzoendag (1 dag), het feest van Esther (1 dag), het Paasfeest (4 dagen), het Wekenfeest (2 dagen); orthodoxe feesten: Kerstfeest (2 dagen), voor de jaren waarin het orthodox Kerstfeest niet samenvalt met het katholiek Kerstfeest, Paasmaandag, Hemelvaart en Pinksteren voor de jaren waarin het orthodox Paasfeest niet samenvalt met het katholieke Paasfeest. 25

De katholieke feestdagen zijn reeds vervat in de wettelijk vastgelegde vakanties. De protestants-evangelische en de anglicaanse godsdienst hebben geen feestdagen die hiervan afwijken. Voor elke afwezigheid bezorgen de ouders zo vlug mogelijk een officieel document aan de school. 26

Afwezigheden waarvoor de toestemming van de directeur nodig is. Deze categorie afwezigheden verleent de school autonomie om in te spelen op specifieke situaties die niet altijd door de regelgeving op te vangen zijn. Indien de directeur akkoord is en mits voorlegging van, naargelang het geval, een officieel document of een verklaring van de ouders, kan de leerling gewettigd afwezig zijn om één van de onderstaande redenen: Het overlijden van een persoon die onder hetzelfde dak woont als het kind of van een bloed- of aanverwant tot en met de tweede graad. Voor de dag van de begrafenis zelf is geen toestemming van de directeur nodig. Het gaat hier over een periode die het kind eventueel nodig heeft om emotioneel evenwicht terug te vinden (rouwperiode). Mits toestemming van de directeur kan zo ook een begrafenis van een bloed- of aanverwant in het buitenland bijgewoond worden; Het actief deelnemen aan een culturele of sportieve manifestatie, indien het kind hiervoor als individu of als lid van een club geselecteerd is. Het bijwonen van trainingen komt niet in aanmerking, wel bijv. de deelname aan een kampioenschap/competitie. Het kind kan maximaal 10 halve schooldagen per schooljaar hiervoor afwezig zijn (hetzij achtereenvolgend, hetzij gespreid over het schooljaar); In echt uitzonderlijke omstandigheden afwezigheden voor persoonlijke redenen. Voor deze afwezigheden moet de directeur op voorhand zijn akkoord verleend hebben. Het gaat om maximaal 4 halve schooldagen per schooljaar (al dan niet gespreid). 27

afwezigheden wegens topsport voor de sporten tennis, zwemmen en gymnastiek. Dit kan slechts toegestaan worden voor maximaal 6 lestijden per week, mits het vooraf indienen van een dossier met de volgende elementen: o een gemotiveerde aanvraag van de ouders; o een verklaring van een bij de Vlaamse sportfederatie aangesloten sportfederatie; o een medisch attest van een sportarts verbonden aan een erkend keuringscentrum van de Vlaamse Gemeenschap; o een akkoord van de directie. Deze vier categorieën van afwezigheden zijn geen automatisme, geen recht dat ouders kunnen opeisen. Enkel de directeur kan autonoom beslissen om deze afwezigheden toe te staan. De directeur mag onder geen beding toestemming geven om vroeger op vakantie te vertrekken of later terug te keren. De leerplicht veronderstelt dat een kind op school is van 1 september tot en met 30 juni. 28

Afwezigheden van kinderen van trekkende bevolking, in zeer uitzonderlijke omstandigheden. De volgende regels zijn van toepassing op de kinderen van binnenschippers, kermis- en circusexploitanten en -artiesten en woonwagenbewoners. Ze zijn niet van toepassing op kinderen die behoren tot de trekkende bevolking maar die ter plaatse verblijven (bijvoorbeeld in een woonwagenpark). Die kinderen moeten elke dag op school aanwezig zijn. Ouders behorend tot de categorie trekkende bevolking die hun kind inschrijven in een school, moeten er - net als alle andere ouders - op toezien dat hun kind elke dag op school aanwezig is. In uitzonderlijke omstandigheden kunnen zich situaties voordoen waarbij het onvermijdelijk is dat het kind tijdelijk met de ouders meereist. Deze situaties moeten op voorhand goed met de school besproken worden. De ouders maken samen met de school duidelijke afspraken over hoe het kind in die periode met behulp van de school verder de onderwijstaken zal vervullen (de school zorgt voor een vorm van onderwijs op afstand) en over hoe de ouders met de school in contact zullen blijven. Deze afspraken moeten in een overeenkomst tussen de ouders en de school neergeschreven worden. Enkel als de ouders hun engagementen naleven is het kind gewettigd afwezig. 29

Problematische afwezigheden. Alle afwezigheden die niet opgesomd en gewettigd kunnen worden zoals hierboven beschreven zijn te beschouwen als problematische afwezigheden. Leerlingen die ongewettigd afwezig zijn (d.w.z. problematische afwezigheden die niet omgezet worden in gewettigde afwezigheden) verliezen hun statuut van regelmatige leerling overeenkomstig van het decreet basisonderwijs. Dit houdt in dat de betrokken leerling in het zesde leerjaar geen getuigschrift basisonderwijs kan krijgen en dat de school de betrokken leerling niet kan meetellen voor de personeelsformatie en de toelagen. De school zal de ouders onmiddellijk contacteren bij elke problematische afwezigheid en deze afwezigheid melden aan het CLB. School en CLB zullen in communicatie met de betrokken ouders een begeleidingsplan opstellen voor de betrokken ouders en hun kinderen. Van zodra het kind meer dan 10 halve schooldagen problematisch afwezig is stelt de school samen met het CLB een begeleidingsdossier op dat ter inzage is voor de verificateurs. 30

1.3.4. Geldelijke en niet-geldelijke ondersteuning die niet afkomstig is van de Vlaamse Gemeenschap en de rechtspersonen die daarvan afhangen (reclameen sponsorbeleid) Geen enkele vorm van reclame en sponsoring wordt toegelaten op school, uitgezonderd op schoolfeesten en opendeurdagen. Hiervoor dient steeds de toestemming gevraagd te worden aan het schoolbestuur en de directie. Dit houdt in dat reclame en sponsoring door derden niet onverenigbaar mogen zijn met de onderwijskundige en pedagogische taken van de school en dat zij de geloofwaardigheid, betrouwbaarheid, objectiviteit en onafhankelijkheid van de school niet in het gedrang brengen. Als ouders het niet eens zijn met beslissingen van de school over sponsoring, kunnen zij daarover een klacht indienen bij de Commissie Zorgvuldig Bestuur: Departement Onderwijs Secretariaat-generaal t.a.v. Willy Van Belleghem Kamer 5B25 Koning Albert II-laan 15 1210 Brussel 31

1.3.5. Ongevallen en de schoolverzekering DE SCHOOLVERZEKERINGEN Lien valt op de speelplaats en moet naar de dokter Klaas springt al te enthousiast over de bok in de gymles en breekt zijn been Els heeft tijdens de schooluitstap met de fiets een geparkeerde wagen aangereden en beschadigd Enkele voorbeelden van schoolongevallen waarmee elke school en dus ook vele ouders -geconfronteerd worden. Maar waarvoor is de school nu eigenlijk verzekerd? Uitgangspunt van de schoolverzekeringen is het gehele schoolleven. Concreet betekent dit dat elke activiteit georganiseerd door de school ook door de school verzekerd is: de lesactiviteiten, sportactiviteiten, schoolreis, zeeklas, sneeuwklas, de activiteiten die de school organiseert samen met het oudercomité. Welke waarborgen heeft de school onderschreven? Burgerlijke Aansprakelijkheid Wanneer de school, zijn leerkrachten, zijn leerlingen, schade berokkent aan derden en zij hiervoor aansprakelijk wordt gesteld dan dient zij deze schade ook te vergoeden (art. 1382-1386 van het Burgerlijk Wetboek). Opgelet: deze waarborg is van toepassing op het schoolleven, maar hier valt de weg van en naar de school niet onder! Het schoolleven geldt enkel wanneer zij onder toezicht van de school staan (of verondersteld worden onder toezicht te staan). Het is van daaruit belangrijk dat ouders er zich van bewust zijn dat zij voor de ongevallen die hun kinderen op weg van en naar de school veroorzaken persoonlijk aansprakelijk kunnen gesteld worden. Het afsluiten van een verzekering B.A. privé-leven is dus geen overbodige luxe! 32

0bjectieve Aansprakelijkheid in geval van brand en ontploffing Dit is een bij wet verplichte verzekering die tussenkomt voor slachtoffers van brand en/of ontploffing, en dit zonder dat de aansprakelijkheid is bewezen. Lichamelijke Ongevallen Op school gebeuren er nog al wat ongevallen waarvoor de school niet aansprakelijk kan gesteld worden. Toch heeft de school ook hiervoor bijkomende waarborgen afgesloten. De medische kosten ten laste van de ouders bovenop de mutualiteitsbijdrage worden vergoed, er zijn waarborgen voor tandprothese, overlijden en blijvende invaliditeit. Hier geldt de verzekering zowel voor schoolactiviteiten als voor de weg van en naar de school Alle waarborgen zijn van toepassing zonder vrijstelling. En de vrijwilligers? De leesmoeders, de ouders (grootouders) die meegaan naar het zwembad, de ouderraad, de participatieraad. Zolang zij meewerken aan het schoolleven is hun aansprakelijkheid ook verzekerd via de schoolverzekering Burgerlijke Aansprakelijkheid. Daarenboven heeft de school een aparte verzekering ongevallen vrijwilligers afgesloten met als waarborgen: - medische kosten na ongeval - tijdelijke en blijvende invaliditeit - overlijden waarborgen vergelijkbaar met de arbeidsongevallenverzekering. De schoolverzekeringen zijn in handen van het Interdiocesaan Centrum, een verzekeringskantoor verbonden met het VSKO gespecialiseerd in het verzekeren van scholen. Reacties of vragen kunnen desgewenst schriftelijk via de directeur overgemaakt worden. Bijkomende en actuele informatie betreffende schoolverzekeringen, schooluitstappen, kinderzitjes e.d.m. is terug te vinden op onze website: www.interdio.be 33

Uitgestrektheid. Tijdens het schoolleven genieten de leerlingen van alle waarborgen van het contract, zowel burgerlijke aansprakelijkheid als ongevallen. Op de weg van en naar de school genieten zij alleen van de waarborg ongevallen, zelfs als zij gebruik maken van alle openbare vervoermiddelen, van een fiets, van een motorfiets of van een auto. De school is verzekerd voor vrijwilligers die onbezoldigd met een eigen voertuig kinderen vervoeren in het kader van door de school georganiseerde activiteiten. Indien de bestuurder verantwoordelijk wordt gesteld voor een ongeval dan vergoedt de schoolverzekering ook de stoffelijke schade. De vrijstelling ( 370) valt ten laste van de bestuurder. In volgende gevallen is echter de vrijstelling van 620 van toepassing : -indien er geen gekende tegenpartij is; bv. vandalisme, aanrijding van een vaste hindernis,.. -indien de bestuurder jonger is dan 23 jaar; -indien het voertuig jonger is dan twee jaar en geen persoonlijke omnium is onderschreven. De bovenvermelde vrijstellingen zijn echter niet van toepassing op het ogenblik dat de persoonlijke omniumverzekeraar een tussenkomst verleend. Op dat moment wordt de totale vrijstelling die niet door de eigen omniumverzekering wordt vergoed, terugbetaald door de verzekering van de school. Uitsluitingen. Als voornaamste uitsluitingen vermelden we: - Van de waarborg burgerlijke aansprakelijkheid zijn uitgesloten de schade veroorzaakt aan derden wanneer de leerlingen zich niet meer in het schoolleven bevinden bv. op de schoolweg. Deze ongevallen dienen geregeld door de maatschappij waarbij u uw polis B.A. Familiale of B.A. Gezin hebt onderschreven. - Brillen, beugels, contactlenzen en kledij zijn niet in de verzekering begrepen. 34

Aangifte van een ongeval Wat moet u doen indien uw kind het slachtoffer werd van een schoolongeval? -Zo snel mogelijk uw mutualiteit op de hoogte brengen. -Indien het ongeval veroorzaakt werd door een andere persoon, aangifte doen bij uw verzekeraar B.A.familiale of B.A.gezin. -De aangifteformulieren voor de schoolverzekering binnen de 48 uren aan de directie bezorgen. De school op de hoogte houden van de verdere evolutie. De aangifteformulieren voor de schoolverzekering bestaan uit: -De ongevalaangifte (1 origineel met kopij): in te vullen door de schooldirectie. -Het geneeskundig getuigschrift: in te vullen door de behandelende geneesheer. -De uitgavenstaat:na herstel, in te vullen door het ziekenfonds. De uitgavenstaat + bewijs ziekenfonds (zo vlug als mogelijk aan de directie bezorgen) 35

Vrijwilligers De school maakt bij de organisatie van verschillende activiteiten gebruik van vrijwilligers. De wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van de vrijwilligers verplicht o.m. de scholen om de vrijwilligers te informeren over een aantal elementen. Omdat elke ouder een schoolreglement ontvangt en voor akkoord ondertekent, kiest de school ervoor om de informatie betreffende de vrijwilligers hierin op te nemen. Verplichte verzekering De school heeft een verzekeringscontract afgesloten tot dekking van de burgerlijke aansprakelijkheid, met uitzondering van de contractuele aansprakelijkheid, van de organisatie en de vrijwilligers. Het verzekeringscontract werd afgesloten bij Winterthur polisnummer 2400301. De polis ligt ter inzage op het schoolsecretariaat. Vergoedingen De activiteit wordt onbezoldigd en onverplicht verricht. De organisatie voorziet in geen enkele vergoeding voor vrijwilligersactiviteiten. Aansprakelijkheid De school is aansprakelijk voor de schade die de vrijwilliger aan derden veroorzaakt bij het verrichten van vrijwilligerswerk. Ingeval de vrijwilliger bij het verrichten van vrijwilligerswerk de school of derden schade berokkent, is hij enkel aansprakelijk voor zijn bedrog en zijn zware fout. Voor zijn lichte fout is hij enkel aansprakelijk als die hem eerder gewoonlijk dan toevallig voorkomt. Geheimhoudingsplicht Het vrijwilligerswerk houdt in dat de vrijwilliger geheimen kan vernemen ten aanzien waarvan hij gehouden is tot de geheimhoudingsplicht. 36

Medicatie In uitzonderlijke gevallen kan een ouder aan de school vragen om medicatie toe te dienen aan een kind. Deze vraag moet bevestigd worden door een schriftelijk attest van de dokter dat de juiste dosering en toedieningswijze bevat. Wanneer een leerling ziek wordt op school, dan zal de school niet op eigen initiatief medicatie toedienen. Wel zullen de ouders of een andere opgegeven contactpersoon verwittigd worden en zal hen gevraagd worden de leerling op te halen. Wanneer dit niet mogelijk is, zal de school een arts om hulp verzoeken. 37