Analyse van de antwoorden en opmerkingen op de Consultatienota Noodleveranciersregeling

Vergelijkbare documenten
Advies van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt

Advies van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 7 oktober 2003

Gezamenlijke mededeling van de energieregulatoren CREG, CWaPE en VREG. Liberalisering van de gasmarkt op distributieniveau

Advies van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 22 april 2003

Regulering van en toezicht op het distributienetbeheer

Agenda VREG VLAAMSE REGULATOR VAN DE ELEKTRICITEITS- EN GASMARKT P 1

Ontwerpadvies van de gewestelijke regulatoren. van 23 januari over een toekomstige noodleveranciersregeling

BESLISSING (B) CDC-490

Art. 16 Schorsing en/of beëindiging van toegekende toegangsrechten of van het Contract

ADVIES DR

BESLISSING (B) CDC-384

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Decentrale energieopwekking en slimme netten vanuit het perspectief van de regulator

BESLISSING COMMISSIE VOOR DE REGULERING VAN DE ELEKTRICITEIT EN HET GAS

ADVIES DIENST REGULERING

De ontwikkeling van de elektriciteits- en aardgasmarkten in België

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Feedback consultatie toegangscontract 16 mei 2014

Beslissing van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt

Lijst met beknopte omschrijving van de aangelegenheden opgenomen in de besluiten

BESLISSING (B) CDC-637G/16

BESLISSING COMMISSIE VOOR DE REGULERING VAN DE ELEKTRICITEIT EN HET GAS

De ontwikkeling van de elektriciteits- en aardgasmarkten in België

zittingsjaar Handelingen Commissievergadering Commissie voor Woonbeleid, Stedelijk Beleid en Energie

De ontwikkeling van de elektriciteits- en aardgasmarkten in België. Jaar Marktstatistieken

tot wijziging van de beslissing van de VREG van 29 september 2015 tot hernieuwing van

Juridische implicaties Aanpassingen Technisch Reglement

Lijst met beknopte omschrijving van de aangelegenheden opgenomen in de besluiten

Consultatieverslag van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt

Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting

Technisch Reglement Plaatselijk Vervoernet van Elektriciteit Vlaams Gewest (consultatieversie) WG Belgian Grid

Advies van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

BESLISSING (B) CDC-964

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 30 maart 2005

Vormingspakket Energie

Consultatieverslag van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 16 juni 2015

BESLISSING (B) CDC-628E/26

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt

Overzicht werkzaamheden VREG/CREG federale bijdrage elektriciteit

Tweede Kamer der Staten-Generaal

VOORSTEL (C) CDC-567

20 JUNI Besluit van de Vlaamse regering met betrekking tot de sociale openbaredienstverplichtingen in de vrijgemaakte aardgasmarkt

BESLISSING (B) CDC-1239

ADVIES DIENST REGULERING

Studie over de middelen die moeten worden toegepast om de toegang tot het vraagbeheer in België te faciliteren

BESLISSING (B) CDC-1538

OPEN AANBESTEDING VOOR DE LEVERING VAN AARDGAS BEVOORRADING EN OPERATIES Vragen & antwoorden

ADVIES OVER HET WIJZIGINGSBESLUIT GROENE STROOM

ADVIES (A) CDC-1584

Vrije keuze van elektriciteit & gas?

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP VLAAMSE OVERHEID

ADVIES AR ALGEMENE RAAD COMMISSIE VOOR DE REGULERING VAN DE ELEKTRICITEIT EN HET GAS. over

Distributienettarieven 20/12/2016

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 9 december 2009

Advies van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 4 maart 2008

Memorandum. Vlaamse verkiezingen 2019

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Werkgroep markt van het beleidsplatform slimme netten

WALLONIË PARTICULIERE KLANTEN

(A) november 2017

Vlaamse Regering DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 20,

VLAANDEREN PROFESSIONELE KLANTEN

Position Paper CDS Feedback & discussion

Hoe komt de energieprijs tot stand en welke mogelijkheden zijn er om hierop te besparen? Fanny Schoevaerts

Flexibiliteit. Infrax Luc Verheggen Eandis Luc Decoster

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

(A) december 2018

VLAANDEREN PARTICULIERE KLANTEN

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 24 januari 2006

Gas - Elektriciteit Durf vergelijken!

VLAANDEREN PROFESSIONELE KLANTEN

Beslissing over het voorstel van Elia System Operator nv betreffende een wijziging van de regels die de energieoverdracht organiseren

VLAANDEREN PROFESSIONELE KLANTEN

Brussel, 10 oktober _Advies_ontwerpbesluit_gratis_elektriciteit. Advies. ontwerpbesluit gratis elektriciteit

WALLONIË PROFESSIONELE KLANTEN

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 9 december 2003

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 januari 2003 (28.01) (OR. en) 15528/02 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2001/0077 (COD) ENER 315 CODEC 1640

ONTWERP VAN DECREET TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING. Stuk 1124 ( ) Nr. 4. Zitting mei OPE

2 de uitwerking en uitvoering van de in artikel 8 bedoelde openbare dienstverplichtingen

Geschillendienst. De heer X (bedrijf Y)/ SIBELGA en zijn energieleverancier

Beslissing van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt

VLAANDEREN PARTICULIERE KLANTEN

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Energiedecreet van 8 mei 2009, artikel 14/1.1.1 en 14/1.1.2, ingevoegd bij het decreet van 16 november 2018;

Verslag van de consultatie van de ontwerpmededeling van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt van 14 augustus 2013

Mededeling van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

(B) juni Artikel 21bis, 4, van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt. Niet-vertrouwelijk

Vormingspakket Energie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Huishoudelijk reglement ICTWaarborg

(PRD)nummer Datum. te weten

Huishoudelijk reglement ICTWaarborg

Beschermde klanten. Handleiding ten behoeve van de sociale spelers

De ontwikkeling van de elektriciteits- en aardgasmarkten in België

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Transcriptie:

Analyse van de antwoorden en opmerkingen op de Consultatienota Noodleveranciersregeling 1. Inleiding De VREG heeft in een consultatienota 1 een aantal voorstellen en mogelijkheden uitgewerkt met betrekking tot de basisprincipes en de modaliteiten van een noodleveranciersregeling. Deze consultatienota werd verspreid aan de andere regulatoren, de beroepssectoren en de marktpartijen. Ze werd eveneens op de website van de VREG geplaatst. Het doel ervan was concrete feedback te krijgen van de marktpartijen, onder andere wat de technische en organisatorische knelpunten en mogelijkheden betreft. De voorliggende nota is een synthese van de antwoorden van de diverse marktactoren (vijf leveranciers en vier (organisaties van) netbeheerders) en twee andere regulatoren (CREG en CWAPE). Deze nota heeft tot doel de respondenten op de hoogte te brengen van de verschillende meningen en de verdere acties die de VREG zal ondernemen als gevolg van de antwoorden op het consultatiedocument. 2. Synthese van de antwoorden 2.1 Uitwerking van een noodleveranciersregeling De meeste marktpartijen vinden het noodzakelijk dat een noodleveranciersregeling wordt vastgesteld. Iedereen beschouwt een consistente regeling voor alle gewesten noodzakelijk omdat leveranciers actief zijn in de verschillende gewesten. Het afstemmen van de regeling tussen de gewesten zal bijdragen tot een eenvoudiger procedure, die tot de geringst mogelijke marktverstoring zal leiden ( actie 1). De huidige noodleveranciersregeling, die bij beslissing van de VREG is vastgelegd (BESL-2002-11 en BESL-2003-44), kan voorlopig nog worden toegepast in afwachting van een definitieve en decretale regeling. Een leverancier merkt op dat de beslissing best moet aangevuld met de mogelijkheid voor een leverancier, die door een DNB wordt aangewezen als noodleverancier, om deze taak te weigeren indien dit hem in grote moeilijkheden zou kunnen brengen. ( actie 2). 2.2. Toepassing van de noodleveranciersregeling Iedereen is het erover eens dat de toepassing van een dergelijke regeling enkel in zeer uitzonderlijke gevallen zal moeten gebeuren. Alle respondenten menen dat het uitgangspunt moet zijn dat men in de vrije markt, zoveel mogelijk moet overlaten aan de marktwerking. De toepassing van de noodleveranciersregeling moet dus zoveel mogelijk beperkt worden. Er moet eerst de kans worden gegeven aan de markt (en eventueel de curator) om een oplossing te zoeken voor de klanten van een in problemen verkerende leverancier. 1 Terug te vinden op de website van de VREG via de volgende link: http://www.vreg.be/vreg/documenten/consultatienota/consultatienota%20noodleveranciersregeling.pdf Pagina 1 van 5

Het voorgaande is ook steeds het uitgangspunt van de VREG geweest bij de uitwerking van de consultatienota. De VREG stelde daarin dat de noodleveranciersregeling enkel kan worden opgestart in de volgende twee gevallen: 1. de leverancier stopt zijn leveringsactiviteiten terwijl hij nog klanten heeft; 2. de leverancier heeft geen toegang meer tot het net. Alle respondenten gingen akkoord met dit uitgangspunt, al waren er heel wat leveranciers die problemen signaleerden m.b.t. het automatisch opstarten van de noodleveranciersregeling bij het ontzeggen van de toegang tot het net. Zij verwijzen naar de huidige bepalingen in de toegangscontracten, die - volgens verschillende leveranciers - te onevenwichtig zijn. Er moet volgens hen een schorsende beroepsmogelijkheid voorzien worden bij weigering van toegang tot het net. De VREG wijst erop dat het model van toegangsreglement dat zij heeft uitgewerkt en recentelijk heeft overgemaakt aan de sector soortgelijke bepalingen bevatten. De VREG gaat in de consultatienota uit van het standpunt dat een faillissement niet automatisch leidt tot de opstart van de noodleveranciersregeling. Een aantal leveranciers merken op dat er op dit punt problemen zijn met de huidige toegangscontracten, aangezien deze een automatische weigering tot het net voorzien in geval van faillissement van een leverancier. De curator heeft de vrijheid om een regeling te treffen. Deze regeling gaat vóór op de noodleveranciersregeling. Deze stelling wordt bijgetreden door de CREG. De VREG zal ervoor waken dat haar model van toegangsreglement niet in tegenspraak is met dit principe. ( actie 3). Een aantal respondenten vraagt om de interferentie van de noodleveranciersregeling op de faillisementswetgeving nader te onderzoeken. Een respondent stelt voor om het curatorproces op te nemen in de noodleveranciersregeling. De VREG denkt eveneens dat het noodzakelijk is om een juridisch onderzoek te voeren naar de samenloop tussen de faillissementswetgeving en de (toekomstige) noodleveranciersregeling, maar meent dat dit pas nuttig is na een duidelijke afbakening van de uitgangspunten van deze toekomstige noodleveranciersregeling. Bovendien meent zij dat dit onderzoek best dient te gebeuren in samenwerking met de andere regulatoren ( actie 1). 2.3. Aanwijzing van de noodleverancier De antwoorden op de vragen wie de noodleverancier moet aanduiden, en welke partijen noodleverancier kunnen of moeten zijn, waren het meest afwijkend. De meeste respondenten kozen voor een aanduiding door de regulator als meest transparante en oplossing. Sommige leveranciers geven er de voorkeur aan om dit toch door de netbeheerder te laten gebeuren (volgens de huidige beslissing van de VREG). Andere leveranciers stellen dan weer dat ELIA, Fluxys en de distributienetbeheerders, geen enkele rol mogen spelen in de aanwijzing van de noodleveranciers. De combinatie van de automatische aanduiding van evenwichtsverantwoordelijke of vervoernetgebruiker in een eerste fase, en een noodleverancier in een tweede fase, is volgens de meeste partijen een goede regeling, maar enkel indien een retroactieve aanpassing van het toegangsregister mogelijk wordt gemaakt. Twee leveranciers zijn van mening dat in de hogervermelde situaties de netbeheerder best automatisch wordt aangewezen als noodleverancier, zodat er geen aanduiding dient te gebeuren. In deze procedure krijgt de klant de kans om bij het in gebreke blijven van zijn leverancier - een nieuwe leverancier te zoeken. Zolang hij geen nieuwe leverancier vindt, wordt hij van elektriciteit en/of aardgas voorzien door zijn netbeheerder. De tarieven waaraan de netbeheerder levert, moet worden vastgesteld door de CREG en dienen voldoende hoog te zijn om als incentive te Pagina 2 van 5

dienen om toch een nieuwe leverancier te zoeken. Eventueel kan de DNB, wanneer er na afloop van een bepaalde termijn toch nog klanten zijn die door hem van elektriciteit en/of aardgas worden voorzien als gevolg van deze noodleveranciersregeling, onder toezicht van de VREG, een veiling uitschrijven voor de overname van deze klanten. Voordelen van deze oplossing zijn de volgende: 1. De netbeheerder kent de namen, adressen en verbruiken van de klanten van de ingebreke zijnde leverancier en beschikt over een facturatiesysteem naar aanleiding van zijn netactiviteiten. Hij kan dan ook snel en zonder nood te hebben aan informatie van de ingebreke zijnde leverancier contact opnemen met de getroffen klanten. 2. Gezien zijn rol als beheerder van het net, weet een netbeheerder meestal tijdig wanneer hij de noodleveranciersregeling moet toepassen of zich moet voorbereiden om deze toe te passen. Dit is zeker het geval bij de toepassing van een noodleveranciersregeling wegens onderbreking of beëindiging van de toegang tot het net. In deze gevallen zal hij immers zelf beslissen tot dergelijke onderbreking of beëindiging van de toegang tot het net. 3. De netbeheerder zal als gevolg van deze procedure meer gemotiveerd zijn om in geval van wanprestatie door een leverancier naar andere, minder radicale oplossingen te zoeken dan de onderbreking of beëindiging van de toegang tot het net van deze leverancier. 4. De taak van noodleverancier zou een aanvulling kunnen zijn van de taak van de netbeheerder om elektriciteit en/of aardgas te leveren aan afnemers die omwille van wanbetaling geen leverancier meer hebben. Het lijkt de VREG meer en meer nodig om de netbeheerder over het algemeen een zekere rol te laten spelen als vangnetleverancier, in het kader van de levering van elektriciteit en/of aardgas aan eindafnemers die energie afnemen zonder leveringscontract. 5. Artikel 19, 1), c van het Elektriciteitsdecreet bevat reeds voldoende decretale basis voor het uitwerken van een noodleveranciersregeling. Dit artikel stelt dat de Vlaamse regering de netbeheerders openbaredienstverplichtingen kan opleggen in verband met de verzekerde bevoorrading van de afnemers indien de houder van een leveringsvergunning zijn verplichtingen niet nakomt. 6. Er dient geen minimumduur of maximumduur voor de noodleveranciersregeling te worden voorzien (eventueel wel een minimumduur voor huishoudelijke afnemers). De prijs die aan de afnemers zal worden aangerekend, zal op voorhand gekend zijn. Nadelen zijn de volgende: 1. De levering van elektriciteit en aardgas moet zoveel mogelijk gebeuren door de leveranciers. De taak van de netbeheerders is in de eerste plaats het beheer van het net. 2. Deze taak kan en mag enkel worden opgedragen aan de netbeheerders, indien deze netbeheerders een voldoende hoog tarief mogen vragen aan de noodleveranciersklanten. Dit hoog tarief is vereist: anders blijven deze klanten bij de netbeheerder en keren ze niet terug naar de vrije markt. Op dit punt is er op dit moment niet voldoende zekerheid. Aangezien deze mogelijkheid niet expliciet was opgenomen in de nota, zal de VREG de marktactoren specifiek bevragen over de voor- en nadelen van het voorgaande voorstel ( actie 4). De meeste respondenten zijn het erover eens dat de aanwijzing op vrijwillige basis dient te geschieden. Een leverancier moet kunnen weigeren om een rol te spelen als noodleverancier. 2.4. In gebreke blijven van de evenwichtsverantwoordelijken en vervoernetgebruikers De meeste respondenten gingen akkoord met het standpunt van de VREG dat de stopzetting van de activiteiten door een evenwichtsverantwoordelijke of vervoernetgebruiker van een leverancier, in strijd met diens contractuele bepalingen, geen automatische opstart van de Pagina 3 van 5

noodleveranciersregeling tot gevolg moet hebben. Deze materie behoort in ieder geval tot de federale bevoegdheid. Er was geen eenduidig antwoord op de vraag welke partij de taak van de evenwichtsverantwoordelijke of vervoernetgebruiker moet overnemen in geval een leverancier in gebreke blijft. Sommige partijen stellen dat de noodleverancier dit zelf maar dient te regelen. Andere partijen geven er de voorkeur aan dat de mogelijkheid wordt aangeboden aan de noodleverancier om, tot het verstrijken van de maximumtermijn, de samenwerking met de evenwichtsverantwoordelijke of vervoernetgebruiker van de in gebreke blijvende leverancier verder te zetten aan marktconforme voorwaarden. De mogelijkheden van een speciale onbalansregeling zouden eveneens onderzocht dienen te worden in overleg met de andere regulatoren ( actie 1). 2.5. Early-warning-systeem De meeste netbeheerders gaan akkoord met de voorstellen inzake de opstelling van een earlywarning-systeem. Zij hebben met name geen problemen bij het overmaken aan de VREG van de tekst van de aangetekende brieven die zij versturen bij mogelijke onderbreking van de toegang tot het net, en het naleven van een minimale opzeggingstermijn bij onderbreking van de toegang tot het net. De netbeheerders kunnen het melden van problemen ook verbinden aan laattijdige betalingen door de leveranciers. Er is geen eensgezindheid of dit dient te worden geformaliseerd. De meeste leveranciers zelf geven er vanuit deontologisch oogpunt de voorkeur aan om zelf geen early warning -signalen te verstrekken. Sommige leveranciers vrezen dat andere leveranciers het early-warning-systeem zouden kunnen misbruiken. De VREG wijst erop dat er hier geen gevaar toe zou mogen bestaan: alle meldingen in het kader van de early warning dienen aan de VREG te worden gericht. De VREG zal deze meldingen dan op hun juistheid onderzoeken door contact op te nemen met de betrokken leverancier. Pas indien deze leverancier de VREG niet kan overtuigen van haar financiële gezondheid, zal de VREG de nodige betrokken marktactoren op de hoogte stellen van de mogelijke toepassing van de noodleveranciersregeling. 2.6 Modaliteiten van de noodleveranciersregeling De voorgestelde minimumtermijn voor de levering door de noodleverancier (5 dagen) wordt door de netbeheerders en sommige leveranciers te kort bevonden. De meeste respondenten verkiezen een termijn van een maand (naar analogie met de minimale opzegtermijn van de reguliere leveringscontracten van huishoudelijke afnemers). Eventueel kan hiervan afgeweken worden voor professionele en industriële klanten. De meeste marktpartijen vinden de maximumtermijn van 3 maanden niet slecht. Voordeel voor de leverancier is dat hij een aantal klanten blijvend verwerft en dat dit als compensatie dient voor zijn inspanningen en kosten (eventueel deels) van taak van noodleverancier. Sommigen vragen zich af of de noodleveranciersregeling niet beperkt moet worden tot de huishoudelijke afnemers. Professionele en industriële afnemers moeten geacht worden zelf in staat te zijn een nieuwe leverancier te vinden bij het in gebreke blijven van hun leverancier. De VREG kan hier in theorie mee akkoord gaan, maar vraagt zich toch af wat er dient te gebeuren met professionele en industriële afnemers die toch niet tijdig een andere leverancier kunnen vinden. Ook voor deze klanten moet er een noodleverancier kunnen aangeduid worden, al kan voorzien worden dat zij kunnen ontsnappen aan de noodleveranciersregeling ( actie 4). Nagenoeg alle partijen onderschrijven de ideeën dat de noodleveranciersregeling bij voorkeur ingaat bij het begin van de (gas)dag en dat de meterstanden voor SLP-eindafnemers dienen te worden bepaald door inter- of extrapolatie. Pagina 4 van 5

Met betrekking tot de meerkosten stellen de meeste partijen dat een extra heffing niet wenselijk is, onder meer gezien het grote aandeel van de heffingen in de energieprijs op vandaag. De meerkosten veroorzaakt door de bijkomende activiteit als noodleverancier dienen hoedanook gerecupereerd te worden (administratiekosten, databeheer, meerkost voor sourcing, bijkomende kosten klantendiensten en call-center, ) en zullen een onvermijdbaar prijsverhogend effect veroorzaken naar de betrokken klanten. 3. Verdere acties De VREG zal de volgende acties ondernemen als gevolg van de antwoorden van de sector op de consultatienota: Actie 1: De VREG zal op het overleg der regulatoren (de formele vergaderingen tussen de CREG, CWAPE, BIM en VREG) vragen aan de andere regulatoren om een werkgroep op te richten over het onderwerp noodleveranciersregeling. Bedoeling moet zijn om in deze werkgroep: o één geharmoniseerde en aan de geldende faillissementswetgeving getoetste noodleveranciersregeling uit te werken; o eveneens een regeling te laten uitwerken m.b.t. het in gebreke blijven van een evenwichtsverantwoordelijke of vervoernetgebruiker. Actie 2: De VREG zal verduidelijken in haar beslissingen van 2 augustus 2002 (BESL-2002-11) en 27 mei 2003 (BESL-2003-44) of de door de netbeheerder aangeduide noodleverancier deze opdracht al dan niet mag weigeren. Actie 3: De VREG zal ervoor waken dat het model van toegangsreglement consistent is met de noodleveranciersregeling. Actie 4: De VREG zal de marktactoren opnieuw en nader bevragen over de voor- en nadelen van de volgende voorstellen: o Het voorstel van de automatische aanwijzing van de netbeheerder als noodleverancier, met als specifieke bezorgdheid de van toepassing zijnde leveringstarieven; o Het inbouwen van de mogelijkheid voor professionele en industriële klanten om de toewijzing aan de noodleverancier te weigeren. Pagina 5 van 5